No. 2114.
Donderdag 29 Maart 1894.
19de Jaargang.
Dr. Kuyper op zijn plaats gezet.
Mr. Haffmans over deu mi
nister Tak van Poortvliet.
De twee Neven.
iieuwe mammis mum.
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maandea voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
THIJS DEft ADVEB.TENTIEN.
Van 1—6 regels30 Cents.
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijda g-a vond
voor 6 uur ingewacht.
Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de Publicité Etr anger e
G.L.DAUBÈ f Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre.
Het is hekend hoe de leider der anti-
revolutionnaire partjj zjjn vclk den weg der
democratie wil doen opgaan, en hoe ia de
laatste dagen de heethoofden zjjner partjj
vereenigd met anarchisten, sociaal-demo
craten en radicaler, den minister Tak
van Poortvliet in zake zjjn kieswet
hnlde hebben gebracht. Hoe zjj gezamen
lijk het werk der revolutie te vcorscbjjn
hebben geroepen en het volk in protest-
meetingeu hebben opgezweept, tegen een
genomen besluit van de meerderheid onzer
Volksvei tegen woordiging.
Tien oud-kamerleden der anti-revoluti-
onnaire partjj, roepen Dr. Kuyper een
tot hiertoe en niet verder toe. Zjj hebben
een manifest gezonden aan de kiesver-
eenigingen van de districten, die hen vroe
ger hebben afgevaardigd, waarin zjjwjjzen
op het advies door de Standaard het
orgaan van Dr. Kuyper in zake den
a. s. verkiezingstrjjd gegeven, dat luidt als
volgt: cln elke kiesvereeniging zal zoo
goed als uitsluitend de meerderheid moe
ten beslissen, of men een candidaat wil
kiezen, die Tak 's plannen meent te moe
ten verijdelen, of die ze tracht te bevor
deren.»
In het manifest hebben de tien anti-
revolutionnaite staatslieden hun meening
niteengezet over Tak s-kieswet, inzonder
heid over art. 3 en 4, volgenderwjjze
«Om de kiesvereen'gingen in staat te
■tellen zich dien wenk ten nutte te maken,
wenschen ondergeteekenden, allen oud-
Kamerleden, openlijk en rond te verklaren
hoe zjj staan tegenover «Ta^k 's planten.»
Die plannen zjjn omschreven in de arti
kelen 3 en 4 vau het door den heer Tak
ingediende wetsontwerp ter regeling van
de kiesbevoegdheid voor de Tweede Kamer
en Provinciale Staten.
Het staat vast, dat, wie «T a k's plan
nen bevorderen» wil, beide artikelen o n-
gewjjzigd moet aannemen.
Immers is de Tweede Kamer drie weken
achtereen bezig geweest om te beproeven
of van het stelsel van den heer Tak v an
Poortvliet iets diageljjks ware te
maken.
Toen echter over het bekende amende-
ment-Mackay en Van Alphen zou
worden gestemd, verklaarde de Minister
bet voor onaannemelijk.
Ook nog verschillende andere amende
menten zjjn voorgesteldo. a. een door den
heer De M e ij i e r.
Ook dit is wel door den Minister be
streden. Het ware evenwel mogeljjb, dat
de Minister desniettegenstaande zich bjj
dat amendement zou neerleggen, nadat
de zekerheid had verworven, dat de
meerderheid der Kamer het had aangeno
men. Dit was te meer waarschjjnljjk, om
dat bjj zelf min of meer tot de nadere
redactie van dat amendement had meege
werkt, en zich zoowel tegenover de Ka
merleden als tegenover zjjne arubtgenooten
heeft gedragen alsof bjj zich er bjj zou
neerleggen.
De ondergeteekenden, hoewel geenszins
in dat amendement eene voldoende regeling
van het kiesrecht aantreffende, hebben
niettemin daarvoor gestemd, maenende dat
FEUILLETON.
64.
(Vervolg.)
Wel zeker zijn wij goede vrienden, riep het
jonge meisje uit, en uit den grond mjjna harten
dank ik n I
Philippe vatte Genoveva's band en drukte
deze eerbiedig.
Bravo 1 zeide mevrouw de Garennes, er
zullen hier dus steeds eendracht en vrede heer-
Bcben, en eindelijk zal ik er eens aan kunnen
denken, om een plan ten uitvoer te brengen,
'twelk ik reeds lang had opgevat.
Een plan? vroeg Philippe, nog steeds
comedie spelende.
Ja, en een plan, dat gjj misschien wel
niet zult goedkeuren en Raoul evenmin, wijl
wfj er door verhinderd zullen rijn elkaar zoo
dikwijls te zien.
Genoveva en mijnheer de Challins zagen el
kander met ongerustheid aan.
De Barones vervolgde:
Voor het overige hebt gij ook zaken, die
u te Parijs terug houden, en denkt gij er, ge
loof ik, weinig aan om de genoegens van het
buitenleven te gaan smaken.
Gaat gij Farjjs dan verlaten, tante?
vroeg de jonge man, wiens ongerustheid aan
wies.
Ja mijn beste jongen, ik ben van plan,
het einde van het jaargetijde buiten door te
op die wijze nog met instemming van deu
minister Tak eene regeling van het kies
recht tot stand kon komen.
Het is echter gebleken, dat ook deze
poging der Kamer om iets tot stand te
brengen niet mocht slagen, daar reeds de
aanneming juist vau dat amendement de
intrekking der wet tengevolge had.
Het bljjkt derhalve dat «T a k's plannen»
onverbrekelijk vastgeklonken zjjn aan ge
noemde artikelen 3 en 4.
Art. 3 nu lnidt als volgt:
«Deze wet houdt voor kenteeken van
geschiktheid en voor kenteeken van maat-
schappeljjken welstand, het voorzien in
eigen onderhoud en in dat van het huis
gezin.»
Met dat artikel hebben de anti-revolu-
tionairen zich vereenigd, omdat zij wilden
afwachten welke de uitwerking er
van zou zgn in het daarop volgend artikel
4. Artikel 4 toch zon, volgens den Minis
ter zeiven, «de uitwerking zjjn van art. 3.»
Hoe luidt nu dat artikel 4.
«Zjj acht het bezit daarvan aanwezig
bjj hem, die gedurende de drie laatstver-
loopene maanden, in eene zelfde woning
is gehuisvest geweest, of gedarende het
laatstverloopen burgerljjk jaar, hoogstens
eenmaal van woning is veranderd
in het laatstverloopen burgerlijk jaar zelf
evenmin als zijne vrouw of miuderjarige
kinderen, onderstand heeft genoten van
eene instelling van weldadigheid of van
een gemeentebestuur.
in de drie laatstverloopen burgerljjke
jaren zelf evenmin als zjjne vrouw of
minderjarige kinderen, onherroepelijk is
veroordeeld wegens bedelarjj of laudloo-
perjj, en niet, in die jaren, zelf, krachtens
vonnis, verbljjt heeft gehonden in eene
rijkswerkinrichting onherroepelijk is ver
oordeeld;
niet wegens misdrijf onherroepelijk is
veroordeeld tot eene vrijheidsstraf van vier
jaren of langer;
niet door den militairen rechter is ont
slagen uit deu militairen dienst, met on-
waardigverklaring om bjj de gewapende
macht te dienen;
zich niet opzstteljjk aan den bij de wet
opgelegden krijgsdienst of aan eene bij de
wet opgelegde verplichting ten aanzien
van het 's rjjks verdediging heeft ont
trokken;
2Ïjoe over het laatstverloopen dienstjaar
verschuldigde aanslageu in de rjjks directe
belastingen ia het laatstverloopen burger
lijk jaar in hoofdsom en opcenten heeft
voldaan
en, door eene overeenkomstig de bepa
lingen der wet ingerichte aanvraag om
op de ljjst der kiezers te worden geplaatst,
het bewijs heeft geleverd dat hjj kan lezen
en schrjjven.»
Wordt dit artikel aangenomen, dan
staan de volgende feiten vast:
lo. Heeit iemand van 1 October tot 1
Januari in een en dezelfde woning huis
vesting gevonden, dan moet hjj geacht
worden te voorzien in eigen onderhoud en
in dat van zjjn huisgezin.
2o. Is iemand in den loop van één jaar
tweemaal van woning veranderd, b. v. op
1 Mei en op 1 November, dan kan het
bewjjs niet geleverd worden dat hjj voor
ziet in eigeu onderhoud eu in dat vau het
brengen. Dat zal mij goed doen en, naar ik
hoop, ook aan Genoveva.
En waar gaat gjj heen vroeg Philippe.
Niet ver hier vandaan, naar Brv sur-Marne,
waar ik een weinig het opzicht zal houden over
het werkvolk dat in mijne villa aan het werk
gaat.
Wanneer denkt gij te vertrekken, tante?
Naar alle waarschijnlijkheid overmorgen.
Ik ga vandaag al aan den gang om mjjne
koffers in te pakken.
Men kwam thans zeggen, dat het ontbijt op
tafel stond, en onze vier personen begaven zich
daarop naar de eetzaal.
IV.
Dokter Gilbert, wij herinneren ons zulks nog,
had den weg naar Pontarmé ingeslagen.
Na driekwart uuis had hij het dorp bereikt,
dat hjj overigens zeer goed kende en waar hjj
van tjjd tot tijd uit Montfontaine met zijne
honden kwam, om een glas melk en een stuk
bruin brood te gebruiken, in de herberg van
de weduwe Magloire. De weduwe Magloire
ontving hem met hare onderdanigste buiging
en haar vriendelijkst glimlachje.
Wat hebben wjj u in langen tjjd niet
gezien, mijnheer, zeide zjj tegen hem.
Dat is waar, antwoordde de dokter. Gjj
dacht stellig, dat ik dood was.
Dat niet maar ik veronderstelde dat gij
op reis waart.
Nu dan had gij de plank zoo geheel en
huisgezin, al. behoort Ljj tot de hoogstaan
geslagenen.
3o. Iemand van wien bekend is dat hjj
leeft van aalmoezen wordt geacht in eigen
onderhoud eu in dat van zjjn buisgezin te
voorzien, mits die aalmoezen hem niet
verstrekt worden door_eene bjj de overheid
als zoodanig bekende instelling van wel
dadigheid of door het gemeentebestuur.
4o. Indien een huisvader onderstand
geniet van eene instelling vaa weldadig
heid of van een gemeentebestuur, worden
nietiemiu de bij bem inwonende meerder
jarige kinderen geacht te voorzien in eigen
onderhoud.
5o. Is iemand onherroepelijk veroordeeld
tot eene vrijheidsstraf vau vier jaren of
langer, dan wordt bjj zjjn geheele leven
lang geacht niet in eigsn onderhoud en
dat van zjjn huisgezin.
Go. Hetzelfde geldt van hem, die ont
slagen is uit den militairen dienst of zich
opzettelijk onttrokken heeft aanjdeD bjj de
wet opgelegden kijjgsdienst of aan eene
wettelijke verplichting van 's Rjjksverdedi-
ging. Dezulken voorzien hun geheele leren
niet meer in eigen onderhoud en in dat
van hou gezin.
7. Heeft iemand zjjne belastingen niet
voldaan, dan wordt hjj geacht niet te
voorzien in eigen onderhoud en in dat van
zjjn huisgezin, maar wordt dezelfde per
soon het daaropvolgende jaar wegens zjjn
behoeftigen toestand niet meer aangeslagen
in de belasting, dan moet hjj geacht wor
den wel te voorzien in zjju onderhoud en
in dat der zjjoen.
8o. En eindeljjk: als iemand niet in
staat is schriftelijk eene aanvraag io te
vullen om op de kiezerslij-ten te worden
gebracht, moet hjj geacht worden niet in
eigen onderhoud eu in dat vau zjju huis
gezin te voorzien.
Ziedaar eenige stellingen, waarvoor de
thans ontbonden Kamer geplaatst werd.
De Kamer moest die stellingen aannemen
of heengaan.
Het is derhalve onmogeljjk «Tak's
plannen te bevorderen» zonder alsnog zich
tot de goedkeuring van die stellingen te
leenen. Aan ondergeteekenden althans zjjn
geen andere plannen van den heer Tak
bekend.
De ondergeteekenden nu achten zich tot
zoo iets niet in staat, en meenen derhalve
verplicht te zjjn, met het oog op den bjj
uitstek korten tjjd, reeds nu, dus zouder
nadere besluiten vau de Deputaten-verga-
dering af te wachten, de kiesverenigin
gen hiervan in kennis te stellen, ten einde
haar, voor zoover zjj de «bevordering vau
Tak's plannen» beg-eren, den tjjd te
geven mannen te vinnen die ziebtotzoo
iets wèl in staat achten.
Bbantsen van de Zijp.
Yan Bylandt.
A. van Dedem.
G. VAN Dedem.
De Geer van Jutfaas.
Hubku.
De Savornin Lohman.
M. Mackay.
T. P. Mackay.
ScHIMMELPENNINCK. VAN DER Oye.
En dan durft de aarts-calviuist Dr.
Kuyper met eeue brutaliteit die geeu
al niet mis. Is er wat nieuws in 't land vroeg
deze, terwijl hij zijn half kuiken begon te eten,
dat de weduwe Magloire hem had voorgezet.
Niet veel, mynheer, niet veel. Wacht
eens, de politie is hier geweest.
De dokter splitste de ooren.
In de buurt
Neen, mynheer, hier by my.
Was er dan eene miedaad gepleegd
Ziehier wat er gebeurd is.
.Zonder het kloppen der eieren voor haren
eierkoek af te breken, vertelde de weduwe Mag
loire nu wat zij wist en wat onze lezers na
tuurlijk oneindig veel beter weten dan zij.
Dokter Gilbert deed nu nog eenige vragen
van minder belang, doch toen traden er twee
of drie boeren binnen om iets te gebruiken,
en was hjj verplicht zjjn verhoor te staken.
Hjj ontbeet haastig, betaalde de weduwe Mag
loire, zeide haar goeden dag en sloeg den weg
in naar La Chapelle en-Serval.
Het eerste uithangbord, dat den blik des
dokters trof, was dat van de herberg //Het Wit
Paard.//
Hij trad binnen, wisselde eenige woorden met
de herbergierster en liet zich eene flesch bier
brengen.
Moet gij met de omnibus naar Montfon -
taine mede, vroeg hem de herbergierster.
Neen, beste juffrouw, ik kom alleen, om
met u eens te spreken.
Welnu, dan verklaar ik mij geheel en al
te uwer beschikking. Wat is er?
Gjj hebt zeker er wel van hooren spreken,
dat de politie laatst te Pontarmé, in de her-
grenzen kent, terwjjl bjj door bovenge
noemde mannen in zjjn politiek wordt
veroordeeld, ia zjjn Standaard een oordeel
uitsprekeu over de Katholieke Kamerle
den. Slechts een hunner vindt genade bjj
het calrinistisch-orgaau, de overigen heb
ben zich te verklaren om na zeer perti
nente en gepubliceerde openbaarmaking
hunner politieke leuze, te zullen handelen
in den geest van de groote mannen der
toekomst, van de zieners en profeten in
calvinistischer! zin.
Hjj durft Dr. Schaepman op een
piëdestal plaatsen, boven allen verheven,
om hem des te dieper te vernederen, waar
bjj zegt«Van de Roomsche Kamerleden
heeft alleen Dr. Schaapman zich
kloek en flink gehouden.
Aan hem alieen viel te merken, dat hjj
zjjn aangezicht niet naar het verleden,
maar naar de toekomst richtte; en daar
om kan hg reeds bjj de eerste stemming
door ons gesteund worden, in weerwil van
zijne tactische vergissing bjj het amende
ment De M e jj i e r.»
't Is wel! De Katholieken van Almelo
zullen te beslissen hebben in hoeverre zij,
indien Dr. Schaepman zich dezen
bombast laat welgevallen, hem al ot niet
te kiezen hebben.
Wat onmogeljjk scheen zegt bjj is ge
beurd. De minister Tak, die alles ia de
war heeft gestuurd, is in het geljjk gesteld,
terwjjl de Kamer, die aan betgeen haar
verweten wordt zoo onschuldig is als een
pas geboren kind, werd veroordeeld. Zoo
ooit, dan is h6t thans de tjjd om met den
Latjjnschen dichter uit te roepen
«Omnia jam flunt, fieri quae posse
necrabam.»
(Er gebeuren thans dingen, wier ge-
beurljjkheid ik steeds ontkeud heb.)
Da Kamer is ontbonden omdat zjj het
amendement De M e jj i e r had aange
nomen.
Maar wiens schold is het dat dit amen
dement werd aangenomen?
Dit is de schuld vau dsnzelfdeu Minis
ter, die de ontbinding der Kamer heeft
gevraagd.
Dus de Minister heeft gevraagd dat de
Kamer zou worden gestraft voor iets dat
hjj zelf heeft gedaan.
«Men moet maar durven,» zeide de heer
Beelaerls van Blokland, spre
kende van iets dat deze zelfde Minister
had gedaan, maar dat in stoutmoedigheid
bij dit feit in de verste verte niet haalde.
Dat de heer T a k de schold is dat het
ameademeut Me gier werd aangenomen,
wordt ten allen overvloede nog bevestigd
door een schrgren dat de beer K i el s t r a
tot het bestuur der liberale kiesvereeniging
te Borculo heeft gericht en waarin men
leest
Het amendement van den heer De M e jj i e r
had in zjjn laatsten vorm, nl. nadat alles wat
op het betalen van belasting betrekking had
daaruit verwijderd was, dezelfde strekking (als
de amendementen der heeren Van der F e 11 z
berg Tan de weduwe Magloire, een onderzoek
heeft ingesteld?
Zeker heb ik dat gehoord, 't Was voor
eene misdaad zeide men, die er in het huis
van dat brave mensch gepleegd was. Men had
eene lijkkist gestolen.
Juist. Ik merk wel dat uw geheugen nog
uitstekend is.
De zaak had mij getroffen. Maar daarover
wilt gij van my toch zeker geene inlichtingen
hebben
Dat wilde ik juist wel.
Ik weet er niets meer van af, dan 't geen
de geheele wereld weet.
Misschien dat gij mij toch wel iets meer
kunt vertellen.
Van de misdaad
Neen van de misdadigers.
Hemelsche goedheid riep de goede juf
frouw uit, terwjjl zjj hare handen omhoog hief.
Gjj verbeeldt u toch niet dat ik hen ken?
Ja, dat doe ik wel.
Foei, mynheer ik word er koud van,
alleen bij de gedachte daaraan.
Raadpleeg uw geheugen nog eens
Hal riep zjj eensklaps, daar schiet my
iets te binnen. Ik heb een reiziger te logeeren
gehad met een karretje, eenen graankoopman.
Kendet gjj hem
Jk had hem nooit van mjjo leven gez'en.
Hij heeft hier ontbeten en is daarop eenige
landbouwers uit den omtrek gaan opzoeken.
Vervolgens is hij teruggekeerd om op een zjjner
vrienden te wachten, die even als hij graan-
kooper was.
en Farncombe Sanders, waarbjj z'ch
de Minister had neergelegd). Principieel ver
schilde het niet met de evengenoemde, en de
Minster gaf ten slotte ook iiet te kennen,
dat hjj daartegen overwegends bezwaren had.
De Minister zeide slechts //Ik kan der Kamer
niet aanraden, om aan het amendement van
den geachten afgetaardige uit Zaandam hare
goedkeuring te schenken//; en //niet aanraden,/
beteekende tot dusver in het Parlement niet
anders dan //ik neem het amendement niet
over, doch zal er mjj, wordt het aangenomen,
bij neerleggen,/. Het was dan ook, voor zoo
ver ik weet, de algemeene opvatting in de
Kamer, dat aldus 's ministers bedoeling was.
En daartoe bestond te meer aanleiding, nu de
heer De Mejjier den 6. Maart zeide: //In
dien de Segeering overtuigd mocht zyn dat
zjj het amendement niet kan aanvaarden, dan
zal mjj niets aangenamer zjjn dan dat zjj dit
ronduit verklare, en verklaart zjj het voor on
aannemelijk, dan zal ik het terstond in
trekken De Minister heeft het in han
den het mag niet dienen om de wet op
die wjjze te doen vallen. Ik hoop dat de Mi
nister niet, dan na rjjp beraad mjjn voorstel
onaannemeljjk zal noemen; maar is het een
maal voor hem, dat hij hetduidelijkuilspreke.il
(Handelingen, bl 942.)
Dat deed de Miniiter allerminst. En te eer
nog had men techt te verwachten dal de Mi
nister klaren wijn zoude schenken, nadat de
heer Heemskerk deze woorden gesproken
had„Het is te voorzien dat het nmendement-
D e M e ij i e r zal worden aangenomen Ik
zal er mjj in verheugen, wanneer op die wjjze
door samenwerking van Rejeering en Staten-
Generaal eene positieve regeling verkregen
wordt.,,
Op deze woorden antwoordde de Minister
niet 1
Zoo sobrjjft een voorstander van een
zeer uitgebreid kiesrecht (hg zelf onder
streept), iemand die bij de grondwetsher
ziening van 1887 aan het amendement
Yan Houten enZglker, hetwelk
de beslissing van de vraag «wie kiezer
zou zijn» geheel aan den wetgever overliet
zgue stem gaf; eeu man dus Daar het hart
van den minister Tak. Vau den minister
Tak, die hem (evenals de heeren Heems
kerk, Dr. Schaepman en anderen)
ia de fuik deed loopen, waaruit hg zich
door zjjn schrjjven aan de kiesvereeniging
die zgue hoading «betreurde,» zoekt te
redden. Of het hem zal gelukken? Dat is
de vraag: De heer K iels tra staat nu
eenmaal op de ljjst der vogelvrjjverklaar
den, want hjj behoort onder de voorstem
mers van het booze amendement welks
aanneming de intrekking der wet eu de
ontbiuding der Kamer tengevolge had.
«De 57 voorstemmers hebben het ge
daan (zegt de minister) en dus die moe
ten er uit.»
Ziedaar het eeuig mogeljjk echibboleth.
Laat men dit schieten, dan bljjft er niets
over, waaraan de kiezers, die het met
Tak houden, de mannen kunnen kennen,
die de nieuwe Premier noodig heeft, om
op de beenen te blgren.
Alle andere kenteekenen falen. Men ga
ze maar een voor een na.
Voor oJ tegen de finale uitbreiding van
het kiesrechtdat door sommige couranten
als schibboleth wordt voorgesteld, kan niet
dienen. Immers finaal wil zengenZoover
als de grondwet gedoogt. En na is jaist
de qaaestie waarover men het niet eens
Was dia man, die bjj u ontbeten heeft,
niet een sterk gebouwde, eerder groote dan
kleine kerel?
Ja, mijnheer.
En zijn haar 1 Welke kleur had dat?
Bood, mynheer de dokter, zoo rood als
vuur.
Een zegevierende glimlach vertoonde zich op
Gilbert's gelaat.
En hoe zag er de tweede persoon uit
Ook juist als een graankoopman, maar
't was een veel aardiger jongen dan zijn ka
meraad
Hoe oud scheen hjj u toe
Zoo tusschen de acht-en twintig en dertig
jaar, denk ik.
Zoudt gjj hen nog herkennen?
Zoo zeker als ik hier voor u sta.
Een weerlicht straalde uit de oogen van Gil
bert, die haastig zeideHet kon zeerwel ge
beuren, beste juffrouw, dat ik een middel vond,
om op den een of anderen dag twee mannen,
die ik beiden verdenk, hier te brengen. Gjj
zult dan hunne gezichten aandachtig gadeslaan
zoo oofc hunne houding, gjj zult naar hunne
stemmen luisteren. Iodien gjj in hen eenen
van uwe gasten van de vorige maand terug
vindt, dan moet gjj u zoodanig gedragen, dat
zjj in den waan bljjven, dat men hen volstrekt
niet herkent. Om echter elke verrassing te
voorkomen, zal ik u een dag te voren waar
schuwen.
Op dit oogenblik hield de omnibus van
Montfontaine naar 't station Snrvilliers jaist
voor de deur der herberg //Het Wit Paard//