NIEUWE
No. 2149
Vrijdag 22 Juni 1894
19 de Jaargang.
Klachten over slechte tijden*
BUITENLAND.
'feuilleton.
De twee Neven.
Duitschland.
Italië
iimLEffimyouRm.
ABONNEMENTSPBIJB
Fei 3 maanden voor Haarlem. t 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BUBÜAÏÏ: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA HOE AGITATE.
PBIJS DEB ADVEBTEHTIEH
Van 16 regels30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag-
en V r d a g-a rond voor 6 uur ingewacht.
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Zoo'ang de wereld bestaat, zjjo er «slechte
tijden» geweest, en de menschen zullen ook
wel over slechte tijden blagen tot het einde
der dagen toe. Maar de begrippen over
slechte tjjden zij a zeer verschillend en alles
behalve overal dezelfde. Waren het misschien
«slechte tijden,» toen de arbeiders en hand
werkslieden in de Middeleeuwen een bjjna
belachelijk loon verdienden, maar daarvan
rgkelgk konden leven? Het geld bezat
jaist nog zjjae hooge waarde. Waren het
Blechte tijden, toen de geringe arbeiders
toenmaals vóór rrj';e tafels en goedgevulde
vleeschpotteu zaten, en nood en honger
nanweljjks keDden?
Voorwaar, die «goede oude tjjd» is niet
immer gebleven, en er kwamen ook booze
dagen, waarover veel, zeer veel geklaag!
werd; of deze klachten echter zóó gerech
tigd waren als tegenwoordig, dit mogen wjj
ten zeerste betwijfelen. Da tjjd van stoom,
van kapitaal, van electriciteit heeft alles
veranderd en alles onderstboven geworpen.
Toenmaals was de levenswijze eenvoudiger,
goedkooperwie wilde werbeD, had altjjd
zijn brood en zjjn levensonderhoud. Want
de machine deed niemand nog concnrrentie
aan; het groot-kapitaal, de groothandel
rukte nog niet den arbeid uit de handen
der enkelen.
Maar tegenwoordig? Het is een jagen en
rennen om werk en om verdienstenhet is
een stooten, dringen en worstelen om het
lieve broodOveral zitten er te veel men-
scben naast elkander, de een stoot den an
deren en iedereen tracht met de ellebogen
plaats en rnimte te maken. Je veel men
schen, te veel overproductie in alle zaken!
Alle betrekkingen zjjn vreeseljjk puntig ge
maakt, de eiscben des levens zij a mateloos
gestegen en opgeschroefd, en het is tegen
woordig voorwaar! geen kleine kunst om
zich zei ven en zjjn gezin door de wereld
te helpen.
Deze ongelukkige ontwikkeling van onze
moderne levensverhoudingen hangt nauw
■amen met den gang van onze beschaving
en industrie. Met de toenemende «bescha
ving» zjjn de eisuhen van allen, zelfs van
de geiingsten, mateloos gestegen, de levens
behoeften bovenmate vermeerderd en alle
verhoudingen door de vreeselijke waarde
loosheid van bet geld zóó veranderd, dat
men zeggen kan: deze moderne omvorming
van alle middelen tot verdansten door de
machine, kapitaal en groot-industrie heeft
ons geen zegen gebracht.
Slaan wjj eens een blik rondom ons op
98.)
{Vervolg.)
Kon ik dan weigeren? antwoordde Phi
lippe, terwijl hij vrij oneerbiedig de schouders
optrok.
Toen hjj 's avonds zijne woning binnentrad,
bemerkte hij het ontstelde gelaat van Vandame.
Wat duivel scheelt u? vroeg hij hem.
Ik ben bang.
Voor wat?
Eigenlijk voor alles.
Pat is onzin.
Mijnheer de Garennes vertelde nu tot in dc
minste bizonderheden aan zijnen medeplichtige,
wat er op de terechtzitting was voorgevallen
en hij eindigde dit verhaal met hem de gun
stigste verwachtingen bloot te leggen, waarover
hij zijne moeder reeds gesproken had.
De hierdoor teweeg gebrachte uitwerking be
antwoordde echter geenszins aan de verwach-
ting.
In plaats dat Philippe's woorden Vandame
tot bedaren brachten, dat zij hem gerust stel
den, vermeerderden zij zijnen angst.
Het scheen hem toe, alsof hjj in het verschiet
eene geheimzinnige en vreeselijke berekening
van dokter Gilbert zag, of liever gezegd, hij
was er innerlijk van overtuigd dat deze be
stond.
Hjj beschouwde dc gerustheid van zijnen
elk (gebied van verdiensten waar heerschen
dan rustige, normaio toestanden? Waar
kunnen de ambachtslieden dan van den
arbeid bnnner handen, van hun werk nog
gemakkeljjk en zorgeloos leven en goed
bun brood verlienen?
In de zsldztamste gjva'lan. Meestal is
het een worstelen en kampen om het be
staan, een eeuwigdurend wrjjven met de
concnrrenten, en waaneer iemand zich er
zonder schulden doorheen slaat en zich
zei ven en de zij len op eene esrljjke m anier
boven water houdt, dan mag hjj wel te-
vreleo zjjn en niet klagen over zjjn lot.Hoe-
vele duizenden zjjn er echter, di trots allen
goeden wil, trots alle vljjt, trots alle denkbare
proefnemingen en pogingen hnn levensbastaan
niet kunnen verboeren en gebrek ljjden
Welke tak van Bijverheid levert dan tegen
woordig den mensch met lichte moeite nog
voedsel en onderhoud op? Welke tak van
njjverheid is dau nog winst aanbrengend
en is niet bovenmate uitgezogen en uitge
perst Wanneer er ergens iets nieuws komt,
wat nog een klein gewin balooft, dan war-
pan honderden zich er tegelij r op, als uit
gehongerde musscben op een bezaaiden
akker. Dan begint iedereen dit artikel aan
te pakken weldra gaat het met stoom en
grootkapitaal, en het duurt uiet lang of
de winst is ook van dit nieuwe artikel af.
Zoo gaat het met alle takken vau hnn lel
en njjverheid; ean normaal loon, eene flinke
verdienste is nauweljjka nog aan eenigen
arbeid verbonden. Zjjn dat gezonde toe
standen
Wanneer wij onzen blik nog eens laten
rondweiden, dan zullen wjj bevinden dat
de toestand van nij verheid, handel en hand
werk op zóó bedenkelijke wjjze is gepnnt
dat meu waarlijk niet weet, hoe daaraan
een einde zal komeo. Zdden is de alge-
meene toestand zoo troosteloos geweest als
tfgenwoordig. De klachten nemen dagdjjks
toe en de «slechte tjjlen» zjjn geen phra-
sen meer van de gewoonte, zjj bestaan
werkeljjk en wel op nitorst gevoelige wijz\
Wanneer zal din beter worden De uit
zichten zjjn inderdaad bedroevend. Doch er
bestaat r geneesmiddel, en dat is de
terugkeer tot de eenvoudigheid, tot de ma
tigheid en spaarzaamheid. Men beeft het
te veel verleerd om tevreden en bescheiden
te zjjn. Moge toch iedereen eens beproeven
om zich in alles naar zjjne verhoudingen
te richten en niet hooger te springen, dan
zjjn stok lang is. Dat zon een middel, een
weg zjjn ter verbetering. De ouders moeten
reeds vroegtijlig hun kinderen tevredenheid
en spaarzaamheid inprenten, opdat deze
mefester overigens niet ten onrechte als
het toppunt van dwaasheid.
Hij is verloren, zeide hij bij zich zeiven,
onherroepelijk verloren, en nog waant hij de ver
wezenlijking zijner droomen nabij te zijn. Welk
een ontwaken zal dat morgen wezen! Maar ik
beklaag hom volstrekt niet. Zonder hem, zou
ik op dit oogenblik een tamelijk gerust geweten
en niet het vooruitzicht hebben, om in het bag
no of op het schavot terecht te komen.
Nadat Julien Philippe had helpen ontklee-
den, die zich niet meer staande kon hou
den van den slaap, begaf hij zich naar zijne
kamer waar hij zelfs zijn bed niet opzocht, zoo
zeker was hij toch den slaap niet te kunnen
vinden.
Onophoudelijk herhaalde bij bij zich zeiven:
Ach, zat ik al vast morgen-avond maar in
den trein, met de tienduizend frank. Maar ik
zie het nog niet.
Den volgenden dag was de menigte in de
zaal der assisen niet minder groot.
Juist te twaalf uur traden het Hof en de j ury
binnen. De zitting werd geopend. De Parijsche
garden brachten Raoul de zaal binnen, die min
der kalm dan den vorigen dag scheen en wiens
verhoor thans werd voorgezet.
Toen dit afgeloopen was, begon dat der ge-
tulgen. Zij waren zeer talrijk.
De eerste, die afgeroepen werd, was dokter
Gilbert wiens geneeskundig verslag den vorigen
avond de algemeene aandacht getrokken had.
Nadat de Voorzitter aan de jury de rede-
ock in later tij 1 die deug lea beoefenen en
aldus voor bittere ervaringen gespaard blij
ven. «Jong gewend, oud gedaan,» dit spreek
woord is altjjd nog bewaarheid geworden.
Hst staudbeeli voor generaal BI che r
is te G tub aan den Rjjn onthuld, het dient
tevens als gedeukteeken voor B I o h e r s
overtocht over den Rij a aldaar in den
Nieuwjaarsnacht 1813/14.
Hit denkbeeld der oprichting van een
monument is eerst tot verwezenlijking ga-
bracht sedert keizer Wilhelm zjjne warme
belangstelling daaromtrent aan den dag
legde en daarb'j den wensch te kennen gaf,
dat het eene plaats zon verkrjjgeD, van
waar men u t de spoortreinen en van de
voorbijvarende schepen het zou kunnen zieu.
Het monument uit steen en metaal is een
kunstwerk van prof. Schaper te B r-
Ijjn. Het s'aat op de plek, waar B 1 c h er,
het eoge dal verlatende, met zjjn goneralen
staf aan den Rijnoever stond.Hg is vooropge
steld op het oogenblik dat hjj, in den mantel
gehnll, de veldmnts diep op het hoofd ge
drukt, da ijz:ge koude trotseerend, met de
linkerhand op het gevest, met de rechter
hand naar het Paltz-eiland wijsthet
welk hem raeds dadeljjk het eenige, maar
ook geschikte steunpunt voor het leggen
der brug tocschean. Da Keizer had als
datum voor de onthulling van het monu
ment den 18an Juni vastgesteld, als zjjnde de
gedenkdag van den slag van Waterloo, tot
welks beslissing B 1 c h e r inzonderheid
heeft bi;gidragen.
Keizar Wilhelm heeft de eerste
steen gelegd voor de nieuwe protestantsche
Domkerk te Berljjn, welker bouw reeds ean
plan was van F red er ik den Groote,
maar toen en later bleef het onuitgevoerd.
Mat groote plechtigheid en vaa een schit
terend gevolg vergezeld, heeft ke'zar W i 1-
h e 1 m de hoaksteen ingemetseld waarna de
Keizerin en de Piinsen daarop de gebrui
kelijke slageu met deu hamer gaven.
Te Bjnzlau, in Pruisiach-Silezië, is on
der de kinderen der koninkljjke school- en
weesinrichting eensklaps eene ziekte uitge
broken, waarvan dadelijk werd gesproken
alsof daarbjj kenteekeneu van cholera be
stouden. Bljjkens de nadere berichten is
dit het geval niet, Yan de 174 kinderen
zjjn er 56, wegens diarrhée met de daarbij
gewone verschijnselen, eenigen onder ge
neeskundige behandeling en eooigen onder
nen van de wettige afwezigheid des dokters had
ontvouwd, liet hij diens schriftelijke verklaring
voorlezen.
De bijval van die lange, aan afwisseling rjjke
getuigenis was niet minder groot dan dat van
het geneeskundig rapport.
Te vijf uur 's avonds waren alle getuigen voor
geweest. De Voorzitter maakte bekend dat de
zitting voor eenigen tijd geschorst zoude wor
den en dat daarna het Openbaar Ministerie en
vervolgens de verdediger aan het woord zoude
zijn.
Gedurende deze schorsing betoonde de me
nigte zich ongewoon woelig,
De verklaringen der getuigen schenen de
duisternis, die het geheim van Pontarmé omhul
de, nog ondoordringbaarder gemaakt te hebben.
Voor negen tienden van het publiek was lla
oul schuldig, zoo niet aan het feit zijn oom ver
geven te hebben een feit aan welks waarheid
overigens niet meer getwijfeld werd dan toch
aan de verwisseling van de eene lijkkist tegen
eene andere.
Men gaf zichzelven geen rekenschap van de
reden, die voor deze verwisseling had kunnen
bestaan, maar deze kon door niemand anders
dan door hem en zjjn medeplichtige, den on-
vindbaren persoon met de roode haren, verricht
zijn.
Wat betreft de verduistering van 't testament
deze was door hem gepleegd, zulks was zonne
klaar, omdat hij alleen bij zijn oom in het ho
tel van de Garancière-straat inwonende, had
kunnen weten dat mijnheer de Vadans eene
wettige dochter had en aan deze dochter, ten
geneeskundig toezicht genomen. Onder die
56 zijn er slechts vier bjj wie men zware
koorts beaft waargenomen, maar hnn toe
stand heeft evenmin als die der anderen
iets bedenkeljjks. Al die kinderen wonen in
het gesticht. Bg' die op de stadsscholen
heeft er zich niets van dien aard voorgedaan
Da nieuwbenoemde Russische Gazaotbjj
den H. Stoel, de heer I s w o 1 s k y heeft
aan den Paus zgne geloofsbrieven overhan
digd.
Da anarchist Psolo Lega, heeft
in het verhoor dat men hem opnieuw deed
ondergaan, verklaard van niemand last te
hebben ontvangen om den minister C r i s p i
te dooien. Ook is hjj met niemand in over-
leg getreden. Pers non'jjk had hij ook niets
tegen den Minister. Nooit bad hg hem vroe
ger gezien. Mtar bg heeft hem willen doo-
den, omdat er in bet arme Italië om hem
lieden van honger sterven.
Deze anarchist heeft onwillens Crispi
een onmhatbaren dienst bewezen in de
parlementaire moeilijkheden, waarmede de
Italiaansche Premier te worstelen heeft, hjj
heeft ni >t hem, maar een deel der oppositie
tegen C r i s p i's plannen vermoord. Dj
verdwenen parlementaire medewerking is
wonderdadig door het pistoolschot terug
gevonden, en het ge'oraikeljjke applaus ont
brak niet. Crispi mag er wel zorg voor
dragen, indien zjjn helper in den nood ter
dood wordt veroordeeld, te zorgen dat hem
gratie wordt verleend. Letten wij daar
eens op.
-- Da Italiaansche politie heeft ook al
schnrkeu in haar midden.
Een rjjk koopman te Milaan kreeg dezer
dagen ean ongeteekenden brief, waa ia
geëischt ward dat een bedrag van vijfhon
derd gulden op eene aangewezen plaa'szon
worden bezorgd; gebeurde dit niet, dan zon
zijn huis in brand worden gestoken. Een
uur na ontvangst van dit schrijven kwam
een agent bij hem, die hem mededeel le dat
de politie achter de zaak was gekomen, en
verzocht hem de vjjfbonlerd gulden mede
te geven om die op de bewuste plaats te
brengen, en op die manier dan schrijver van
den dreigbrief in handen te krijgen. De
koopman ging op dit v orstel in. Daar bg
echter na verscheidene dagen zjju geld nog
niet terugkreeg, bagon bjj de geschiedenis
verdacht te vinden Hjj bracht eeu bezoek
aan bet politiebureau, waar men hem na
tuurlijk uitlacht*. Onze vriend zocht het
verder, een onderzoek werd ingosteld en nu
vond men werkeljjk den vernuftijen agent,
nacleele der overige erfgenamen, het geheele ver
mogen zoude ten deel vallen.
Met ongeduld verbeidde men het oogen
blik, waarop het Hof weder zoude binnentre-
nen om den advocaat-generaal te hooren die
wellicht eenig licht in al deze duisternis zoude
aanbrengen.
Terwijl dit alles in het Paleis van justitie
voorviel, kroop de tijd voor Vandame in het
huis zijns meesters in de Assasstraat, schrikba
rend voorbij. De angst, waarin hij verkeerde
had hem in een koortsachtigen toestand ge
bracht. Sinds eenige dagen had hij het voor
komen gekregen niet van een grijsaard, maar
van oen man die versleten is door 't werk, of
die gebukt had gegaan onder een onmetelijk
leed.Zijne oogen stonden somberen misten alle uit
drukking, doch van tijd tot tijd sprongen er vlam
men te voorschijn tusschen half gesloten oogle
den. Julien had geen oogenblik rust en liep onop
houdelijk het huis door als iemand die door
een hevigen angst gekweld wordt.
Reeds dien morgen had hij zijn valies gepakt,
gereed om te vertrekken, zoodra dokter Gilbert
hein de beloofde tienduizend franks en de vergun
ning om Parijs te verlaten, zoude toegezonden
hebben.
Het sloeg vijf uur op de pendule.
Julien sprong verschrikt op.
Reeds vijf uur, mompelde hij, en nog komt
er niemand. Hij heeft mij zeker misleid, die dokter
Gilbert, en is wellicht als ik wilde vluchten gereed
om mjj aan te houden. Levend zouden zij mij ten
minste niet in handen krijgen.
CSlot volgt,)
A