NIEUWE ""buitenland» No. 2150. Woensdag 27 Juni 1894 19de Jaargang. De Priester. Een huwelijksaanzoek. Frankrijk. H 4 4RIE1S(jUE (iilllAVf. ABONNEMENTSPRIJS Pei 3 maanden voor Haarlem. 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. B TT R E A TT: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 re Elke regel meer 30 Cent» 5 AGITE MA NON AGITATE. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag- en Vrjda g-a vond voor 6 uur ingewacht. R e d r c t e u r-Uit g e v e r, W. K P P E R S. Zoolang de Kerk bestaan heeft, is zjj bestookt en verguisd, zjjn hare dienaren met smaad en schimp overladen. Naar het hoofd van dsn Priester slingerde men de grofste beleedigingen, men lasterde hen en miskende zjjn# verdiensten. Men stelt hem aan het volk voor als een huichelaar, een bedrieger, die wel verre van het gelnk op aarde te verhoogsn, de vrome scharen mis leidde, de vrgheid doodde en de ontwik kelende beschaving tegenhiell. «Cslomnier tonjoursDit beruchte woord werd reeds eeuwen, vóór het was u'tgesproken, in toe passing gebracht. Mm wist wel dat van de laster altjjd iets hangen bljjft, omdat de menscb nu eenmaal eerder het kwade dau het goeie van zgne medemenschen gelooft. In onzen tjjd is die laster zeker niet minder tal. Ds opruiers van het volk, de revolutionna:ren van allerlei richting pogen den Priester verdacht te maken in de oogan der massa en herhaaldelijk zga wij er ge tuigen vaD, dat de meest ongerjjmda ver zinsels in de pers de ronde doen, waarvan de strekking is het priesterlijk kleed met slijk te besmeuren. Zsogenaamde schanda len, bgna altijl in de phantaeie van den een of ander godsdiensthater geboren, wor den opgedischt en breed uitgemeten. Na- tunrljjk speelt daö een geestelgke daarin de hoofdrol en wordt hem dikwerf zooveel kwaads ten laste gelegd, dat de meest ver stokte booswichten, bij hem vergeleken, nog een gunstig figuur maken. Opmerkens waardig is het echter, dat dergeljjke ver balen, met slechte priesters als hoofdper sonen, doorgaans in zeer ver verwjjderde streken heeten voorgevallen te ziju, zoodat het al zeer moeilijk valt het gebaarde altgd aangenomen dat er inderdaad iets gebeurd is, wat menigmaal niet het geval blijkt te zjjn te controleeren en tot zgne juiste verhoudingen terug te brengen. Maar juist hierop wordt door de kwaadsprekers en lasteraars gespeculeerd. Zjj rekenen er op niet tegengesproken te zuilen worden en laten hunne verbeelding den vrjjen tengel. Dat men, dus doende, er in slaagt zeker wantrouwen tegen den Priester in het leven te roepen en oude voorcordeelen te verster ken, valt geenszins te ontkenneD. Menigeen weet van onze geestelijkheid weinig meer,dan wat omtrent haar door boosaardige tegen standers werd uitgestrooid. Ea zoo is het mogelijk, dat de meest domme praatjes in gang kunnen vindeD, dat de meest onzin nige verzinsels als goede mant door een FEUILLETON. 10 Op het spoorwegperron van een klein station tusschen L. en M. stond een rijzige, jonge man, gekleed in eene donkere overjas. Houding en bewegingen deden in hem aanstonds den officier in burgerkleeding herkennen, en- niemand zou in twijfel kunnen geweest zijn omtrent des jonk mans stand in de maatschappij, ook al had men den dienstman achter hem niet opgemerkt, die den degen en de schakodoos als verklarende zinnebeelden droeg, benevens een jachtgeweer, dat op zijn beurt wederom een zeer duidelijk ken- teeken was van verlof. Het was een gure, koude winterdag, en of schoon pas vroeg in den namiddag, begon de schemering reeds te vallen. Onder de tochtige overdekking blies een scherpe, nijdige wind, die den reizigers juist geen aangename overtocht beloofde. Maar noch het eene, noch het andere scheen den jongen man te hinderen. Hij floot zachtjes eene walsmelodie en sloeg met het ver- genoegste gezicht van de wereld de menschen gade, die in bonte verwarring den trein verlie ten of instapten. Terwijl de officier nog aarzelde, welke coupé hij kiezen zou, boog zich uit een der raampjes van een tweede-klasse-waggon een meisjeskopje, met een marterbonten muts bedekt, waaronder twee guitige, donkerblauwe oogen, die trots deel van bet lezend publiek worden aan vaard. Niet al degenen echter, die staan buiten den kring der Kerk, maken zich schuldig aan deze laffe verdachtmakingen. Zg scha men zich er voor klakkeloos de waarheid geweld aan te doen, jt, somwglen leggen zg zelfs openlgk getuigenis af van die waar heid en doet de onpartijdigheid hen woor den spreken, die eene onverdachte lofspraak zga voor onze H. Kerk en hare bedienaren. Als een bawjjs hiervoor valt nu weer te vermelden het antwoord, dat de bekende radicale afgevaardigde Itnbriani teReme onlangs gaf, toen men hem van maponnieke zijde het verwjjt toevoegde, dat hg nimmer een aanval richtte op de Priesters. Dat antwoord is van zooveel belang, is zoo tref fend en slaande voor alle «priestervretsrs» ea zoo eervol voor de geestelgkheid, dat wjj het hier in zga geheel willen afschrjjven. «Zoek mij,» zegt I m b r i a n i, zoek mij een priester, een echten priester, die ooit heeft geknoeid in de Banken (Itnbriani heeft hier het Bankschandaal te Rome op het oog waarbjj tal van hooggeplaatste personen betrokken zjjn) die ooit zjjae han den heeft gestoken in de Staatskassen, die tegen de wet in verzet is gekomen, die het volk heeft geplunderd en uitgeschud, dea eigendom heeft geschonden, jegens de be zittingen van andoren geweld pleegde, me dewerkte tot het maken van uitzonderiags- maatregelen, of zijn hulp verleende tot het aangaan van monsterachtige en gevaarljjke bondgenootschappen. Wijs mij een prieste*, die kiezers en ambtenaren omkoopt, die schieten laat op weerlooze uitgehongerde menschen, die zijn geweten, zjjn pen en zga invloed verkoopt ten bate van de zwen delaars der politiek, der geldmarkt, der indosfrie; wijs mjj een priester, die dat alles gedaan heeft, zooals het nn, met nog vele andere dingen, door leeken gedaan werd en onmiddelijjk zal ik dien priester signa- leeren ia de Volksvertegenwoordiiing en zal ik hem, evenals alle anderen metmjjaö verachting overladen. «Maar tot dusver Lebt gij mg dion priester nog niet aangewezen en zoolang de pries ters zullen voortgaan met zich te wijden aan hunne bediening, waardoor zjj eene ge wichtige en zelfs sociale functie verrich ten; zoolang zjj de zielen leiden en het hart versterken; zoolang zg voortgaan met pre diken en de liefdadigheid te beoefenen kennis en wetenschap te verspreiden, kan sten en letteren te dienen of de zieken in de gasthuizen en de gekwetsten in de laza retten bij te staan; zoolang de priesters wee- winterkoude en vermoeienis der reis, recht vroo- ljjk de wereld inkeken. Onze reiziger maakte eene onwillekeurige be weging van verwondering, als kon hij zijne oogen niet gelooven; hij bracht werktuigelijk de hand aan den hoed, om op militaire wijze te groeten, en was in twee stappen bij die coupé. //Juffrouw Muller welk een onverwacht genoe gen// zeide hij, ternauwernood in staat zijne blijdschap te beheerschen. De jonge dame antwoordde niet dadelijk, maar bloosde plotseling zoo zeer, dat zij, niet we tende hoe de signaalvlag der verlegenheid te verbergen, haastig haar gelaat achter hare mof verstopte. Toen zij weder te voorschijn kwam, was de blos geweken en zeide zij opvallend kalm en waardig: //O, is u het, mijnheer Schmid, ik had u in het geheel uiet herkend!// De jonge man streek zich langs den knevel, teneinde een vluchtigen glimlach te verbergen, die bij deze ietwat onwaarschijnlijke verzekering om zijn mond speelde; toen vroeg hij: //Waar gaat de reis naar toe, als ik vragen mag, juf frouw Muller?// //Naar M.,// zeide het meisje, en zag hem zeer vergenoegd aan. Hij uitte eene kreet van verrassing. //Papa is naar M. overgeplaatst,// voer zij voort; //mama is met de anderen vooruitgegaan, om het huis wat in orde te brengen, en nu zijn wij ook op weg.// //Is uw vader bij u?// vroeg Schmid. Zij knikte. //Wat dunkt u,//vocr hij aarzelend voort, //zou ik het wagen, mij als reisgenoot bij u aan te sluiten?// zen en veriatenen beschermen en hulp ver- leenen eu het groote christelijke en maat schappelijke gebod betrachten niet aan anderen te doen wat men voor zich zei ven niet wenscht; zoo lang die priesters den dooletrjjd dar starvenden verzachteo, de ongaljjkheden der fortuin minder kwellend maken, minder folterend ook de smarten des levens zoolang zg dat alles doen, zal ik niet alleen nimmer kwaad van ben spre ken, maar hun ts gelegener tijd ook lof toezwaaion.» Zoo spreakt een man als Imbtiani, een man wien hat revolutionnaire bloed door de aderen stroomt, maar die toch on afhankelijk en eerlijk genoeg is, om in dan Priestar den weldoener der menschheid te erkennen. Zjjn antwoord is inderdaad verpletterend voor degenen, die hun priesterhaat aan wenden als een milde! om hoogerop te geraken ea onder voorwendsel van het volk aan «pri istarhaerschappij ea dwang» te onttrekken, op de schandelijkste wjjze rnis- braik maken van het veitrouwao, dat door de na'ie in hen wordt gesteld. Terecht mag I m b r i a n i zinspelen op een verwgzen naar schandalen en zwendelargeo. Za zga tegenwoordig aan da orde van den dag en het arme arbeidzame volk wordt daarvan steeds het slachtoffer. Maar uirnmer werden priesters in die schandalen als de schnldi- gea aangewezen. Wel daarentegen vele be faamde revolutiemannen, mannen, die zich bekommeren om God noch gebod en die den Priester haten en verdacht maken, en kel en alleen omdat bij de volvoering hun ner verderfelijke plannen in den weg staat. De heer Sardi Carnot, president der Fransche republiek is Zondag-avond toen hjj omstreeks hall 10 het Palais de Commerce verliet, ten einde zich te begeven naar het theater, waar eene Gala-voorstelling ter eere van zjjn beaoek aan de Lyonsche Ten toonstelling zon worden gegeven, vermoord. Een Italiaan Cesare Giovanni San to, een jonge man van 25 jaren, sprong in hit rjjtuig, en stak den President der Fransche Republiek een dolk in het hart. De verraderlijke dolksteek had het doel niet gemist. Men zag den President doodsbleek achterover op de kussens van het rijtuig nederzinken, den prefect R i v a n d, die naast denPresident zat, den aanvaller met een vuistslag ter aarde doen storten, waar hg De jonge dame lachte. //Dat weet ik niet!// zeide zij daarop ernstig. //Och kom!// riep hij, door hare vroolijkheid bemoedigd, //ik waag het!// Daar klonk het: //Instappen!// De portiers werden opengerukt en dichtgeslagen het oogen- blik besliste. Schmid wenkte den dienstman en stapte in de coupé voor welke hij had gestaan. Bij zijne eerste beweging was de jonge dame van het raampje weg, naar den tegenovergestel- den hoek van het rijtuig gevlucht, waar zij nu doodbedaard en met zulk een onschuldig ge zicht nederzat, al had zij nimmer hare plaats verlaten. Tegenover haar op de bank lag, door reisde kens cn pelzen in eene vormlooze massa her schapen, haar vader, de rechter Muller, in een humeur, dat ja, dat alle beschrijving tartte. Toen, tegelijk met den binnentredende, een ijzige luchtstroom in de coupé drong, richtte de oude heer zich overeind en zag den nieuwen medereiziger met woedenden blik aan, tevens een vervaarlijk genies latende hooren. Het uiterst vriendelijke: //Goeden avond, mijn heer Muller!// waarmede Schmid hem begroette, miste alle uitwerking. Op geen enkel tijdstip toonde de Hechter zieh vriendelijk of voorko mend jegens jongelui, die het gezelschap zijner dochter schenen te zoeken, om de eenvoudige reden, dat dezulken hem in zijne gewoonte stoorden en hem onaangename toekomstbeelden van bruiloft, uitzet, kortom van onrust onder allerlei vorm voor den geest tooverden. Doch een slechter oogenblik dan het tegenwoor dige had deze vrijer want als zoodanig hebben aanetonda door de omstanders werd vast gegrepen, en een paar oogenblikken later eerst kon men zich rekenschap geven van wat eigentijk gebeurd was. De heer Carnot lag daar in het rjj tuig als levenloos, met uitgeblnschte oogen. Toen men zgne kleederen losmaakte, bleek het, dat het bloei hem stroomsge vjjs ont vloot. Men liet een matras komen en ver voerde hem daarop, en ee j gelukkig spoe dig ter hand zjjnde geneesheer slaagde er in de bloeding te stelpen. De moordenaar bad gebruik gemaakt naar C a r n o t's landauer te gaan, die een oogenblik stil stond, onder voorwendsel, dat hij den President een verzoekschrift wilde overhandigen, zoodoende kreeg de moordenaar gelegenheid zijn helsch plan ten uitvoer te brengeD. Voor zjjn sterren heeft de heer Car not nog zga bewustzga herkregen waar door de inmiddels naar zijn sponde gesnelde Aartsbisschop hem omstreeks te halfeen nar kon bedienen. Da President scheen toen zeer wel in te zien, dat het met hem af liep, en inderdaad kwam de dood al zeer spoedig. Om kwartier voor ééaen gisteren morgen hal president Carnot den laat- sten adem uitgeblazen. In hoever alleen wraakzncht tot dezen aanslag leidde, wellicht in verband met de moeilijkheden, welke sedert eenige jaren tusschen Frankrijk en Italië aan de orde zijd, dau wel of nog andere beweegrede nen, hetzjj van socialen of politieken aard, dea moordenaar tot dezen aanslag hebben gedreven, zal zeker bljjken bjj het gerech telijk onderzoek. Da stad Lyon is in rep en roer, de Infanterie en Kurassiers rukten aan stonds na het gebeurde nit, waarvan de laat- sten aanhoudend door de stad patrouilleeren om de eigendommen van de in Lyon wo nende Italianen en het Italiaansche Con sulaat te beschermen tegen de hevige woe de van het volk. Een paar restauraties en cafe's,door Italianen gehouden, werden reeds vernield. De heer C a r n o t is 57 jaren oud en kleinzoon van den bekenden minister van oorlog uit den revolutietjjd, hg werd in 1888 tot President der Republiek gekozen, nadat de heer Jules Grévy, ten gevolge van de bekende knoeiergen van zjjn schoon zoon, Wilson, tot aftreding was genood zaakt. De heer Carnot stond bekend als een goed ingenieur, bij had zgne stadiën aan de Polytechnische school met eere volbracht en was daarna als ingenieur in staatsdienst werkzaam geweest, totdat Gambétta wij Schmid in allen ernst tc beschouwen voor ziju verschijnen niet kunnen uitkiezen. De Rechter had in de laatste dagen eene reeks onaangenaamheden te doorworstelen gehad, die zijn toch reeds niet al te grooten voorraad ge duld en minzaamheid geheel hadden uitgeput. Door en door rechtschapen als hij was, een goed echtgenoot en vader, hield hij het echter, "-gelijk vele heeren, voor noodig, het goud zijner in nerlijke waarde zorgvuldig onder den ruwen bolster eener zekere brommiglieid te verbergep, die, in buitengewone gevallen, hem volslagen onuitstaanbaar maakte. .En welk buitengewoon geval is in 3taat den menscli meer van streek te brongen, dan eene. verhuizing, vooral wan neer het slachtoffer, gelijk onze goede Rechter, grenzenloos onpractisch, zonder eenig beleid of overleg in zaken van het dagelijksche leven is ter wereld gekomen. Toen de achtenswaardige huisvader, drie da gen geleden, als een gebroken man aan zijne laatste keukentafel zat, en zijne met meer haast dan zorgvuldigheid toebereide koffie dronk, terwijl een sjouwer met opgestroopte mouwen achter hem stond en wachtte totdat hij den stoel zou kunnen inpakken, waarop de Rechter zat, was het deze zoo treurig te moede gewor den, dat hij gekscherende zijne aanverwanten had gesmeekt, hem voor eene volgende verhui zing dood te slaan, daar hij eene dergelijke fol tering niet weder wilde ondergaan. Wordt vervolgd.) O

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1