NIEUWE No 2160 Vrijdag 20 Juli 1694 19de Jaargang. Kleden en toekomst. BUITENLAMP. Amerika. Engeland. Frankrijk. BAARlMSCHEfOIIRAST. ABONNEMENTSPBIJS Pet 3 maanden roor Haarlem. t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlpke nummers0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BUBBAÏÏ: St. Janstraat Haarlem. FB1JS DEB ADVEBTENTIEN. AGITE MA NON AGITATE. Van 16 regels 30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant. Advertentiën worden uiterljjk M a a n d a g-, W o e n s d ag- en V r p d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. It e d a c t e u r-Uit g ev e r, W. K P P E U 8. Sommige ongeruste geesten vragen zich vol angst en bezorgdheid af, óf het Ka tholicisme zich zal handhaven bij het nienwe tijdperk, hetwelk wordt voorbereid; of het Katholicisme de voorwaarden zal aannemen, welke aan hetzelve zullen worden gesteld in die nieuwe wereld, waarvan de demo cratie de groote zon zal uitmaken Ea indien het Katholicisme die voorwaarden aanneemt, zal het dan de werking van dien verslindenden dampkring kunnen verdragen? Wjj Katholieken, wij behoeven ons zeiven niet te veronlrnsten over deze vragen; want op die punten, zoowel als op alle andere, hebben wg een orakel; en wel verre van ons vreeze aan te jagen, moet de toekomst onze verwachtingen opwekken. Alles ver hopen en niets vreezee. Ziedaar onze hou ding tegenover het nieuwe tgdperk der democratie, hetwelk onsaangekondigd wordt. Wg vorderen niets anders dan het schild van bet gemeenscbappelgk recht. Wg hebben onze poolsterre, en deze is Rome. Die sterre zal ons schip immer geleiden op den on bestendigen oceaan der meeningen en dat schip veilig binnen voeren in de veilige haven der eenheid in necessariis unitas. Heeft niet onze goddelgke Heiland de algemeene broederschap het eerst afgekon digd, die leer zóó schoon, zóó troostend, zóó goddelgken heeft Hij die leer niet neergelegd in de droevige diepten der mec- schelgke ziel, waardoor voor 19 eeuwen geleden de bloote mensch, homo nudus, op deze aarde in zgne rechten werd hersteld Wat eene egoïstische en bedorven maat schappij vernederd bad, dat heeft Christus weer opgeheven. Hg wischte alle onder scheid, door den hoogmoed en de begeeri^- heid in het leven geroepen, uit. Hg stelde den arme in het aangezicht van den rjjke, den zwakke in tegenwoordigheid van den sterke, en Hg vroeg; Wie is de grootste? Ea de grootste was niet de sterke om wille van zgne kracht, niet de zwakke om wille van zgne zwakheid, niet de rjjke om wille van zgn overvloed, niet de arme om wille van zgn gebrek; maar de grootste was bg, die de wet, van God en de mensohen te beminnen, het best zou vervullen. Bemint elkanderhad de Zoon van den handwerksman gezegd, en de heiligste rech ten werden de rechten van hen, die tot dusverre geen recht bezeten haddende grootste plichten werden de plichten van hen, die zich boven allen plicht verheven achttenom de eerste te zjjo, moe t men FEUILLETON. Vervolgde onschuld. 6.) Vervolg //Ik weet, vervolgde Valeria, gij zijt arm en hebt eene zieke vrouw. Dit geld zal u uit den nood helpen. Neem dit en leef tevreden. Bid voor mij bij den Leider van mijn noodlot. Laat uwe vrouw voor mij bidden. Laat zij voor Fer nando bidden. Bidt ook gij voor Fernando, want gij hebt immers uw heer verloren.// Dit al les sprak zij met eene snelheid dat de dienaar niet wist, wat er in haar omging en met een betraand en, vragenden blik staan bleef. //Ga,sprak zij weder: //neem, doe wat ik zeide, gedenk mij ner, de ongelukkige vrouw!// //Nu dan moge de Heer u genadig zijn,// sprak de dienaar met tranen in de oogen, //en uwe goedheid mij, armen man, loonen. Moge Hij u troosten in uw vreeselijk lijden, en u en uw kind in gezondheid bewaren. Dag en nacht wil ik met mijne vrouw voor u bidden. Ach, gij waart zulk eene goede, vriendelijke meesteres! Goede nacht, genadige vrouw; leef wel! Moge de heer u troosten! O, ik zal bidden, dat Hij u troost schenkel// Met deze woorden kuste hij snikkend de hand van de Gravin en verliet de kamer. Nu eerst kon Valeria zich geheel aan hare smart overgeven. Zij verborg haar gelaat in de plooien van haar kleed en weende bitter. Intus- schenwas de knaap ontwaakten daar hij moeder de laatste worden, en de titel van dienaar werd de definitie van macht. Het heidendom voelde.dat het ineenstortte. Daar werd eene nienwe werell geboren, waarin, als in een onverhoopt toevluchts oord, alle lgden, alle sociale ellenden, alles wat dorstte naar rechtvaardigheid en hon gerde naar het brood des levens, samen stroomden. En aldns werd de oorspronke lijke kerk gesticht, het middelpunt van liefde en vrede, waar rondom de menschheid zich vereenigde. Hetgeen sedert de eerste prediking van het Evangelie geschiedde, iets dergelgks schgnt tegenwoordig plaats te grgpen. Er zgn meuschen, die op aarde herhalen, wat van alle eeuwigheid in den hemel gezegd is. Die tjjdperken zijn veelvuldig in de his torie der wereldsche rjjken, en men ontmoet ze ook in de historie der Kerk, evenwel met dit onderscheid dat, wanneer de wortel van macht in de wereldsche rjjken stierf, de macht der Kerk immer bloeide, zelfs te midden der revolut ën. Welnu, niemand kan in twgfel trekken, dat wg tegenwoordig in één van die tijd perken leven, waarin alles naar vernien- wing streeft, waarin alles van den eenen S:a*t ia den anderen S:aat tracht over te gaan. Nooit bestond er levendiger voorge voel van eene ophanden zijnde sociale ver andering. Doch eenigen zija bevreesd en anderen hoopen, omdat zjj, naar gelang zjj zich wenden naar de toekomst of naar het verledene, het leven aanschouwen of den dood zien. S'e'ieblind moeten degenen zgn, die niet gelooven, dat er weldra een groote omme keer in de wereld zal plaats grgpen. Te vergeefs zou mea willen terugnemen wat voorbg is, tevergeefs den loop des tjjds wederom willen afleggen of zich plaatsen in de chaos van de worstelingen der tegen woordige maatschappij. Waarom toch onze kleine, nietige armen uitgestrekt om het voornitgaande menschelijk geslacht achter waarts te duwen? Esue onwederataanbare macht stuwt de volkeren voort; wat men ook doet, zij zullen voortgaan daarheeD, waarheen zg moeten gaan. Niemand kan hen tegenhouden op de heirbaan der eeuwen. Wanneer eene geschokte wereld haar even wicht zoekt te herkrjjgen en zich stuip achtig beweegt om haren weg te vinden door de daistere ruimte heeD, dan behoort het aan de Kerk, en aan de Kerk alleen, om dien weg aan te wjjzen. Dit heeft Z.H. Leo XIII ter juister ure bearepen, toen hij in de roemrgke encycliek Rerum nova- rum de plaats aanwees, welke het Katbo- hoorde snikken, begon ook hij te weenen. De tranen hadden voor een oogenblik het hart verlicht. Met een blik ten hemel beval zij zich en haar kind in God's voorzienigheid en genade aan en-droogde hare tranen af. Nu eerst dacht zij na over de woorden van den dienaar, dat Oviedo zijn moordenaar was, en stond snel van hare canapé op. //Wij moeten weg, Lucia//, sprak zij tot haar dienstmeisje, //weg, ver weg in eene streek, waar ons niemand kent, waar ons geen bekende meer vinden kan//. En nog dezen nacht, viel haar Lucia in de rede. Ja, nog dezen nacht,// hernam de Gravin vastberaden. //Oviedo is Fernando's moordenaar; hij is 't, die in stilte naar mijne hand gedongen heeft, wien mijn vader mij ook reeds beloofd had. Doch met hem zou ik nooit gelukkig, maar eeuwig ongelukkig hebben kunnen zijn. Ik kende zijne zeden, zijn hoogmoed, zijne norschheid; mijn hart klopte nimmer voor hem. Vertoornd dat ik Fernando de voorkeur gaf, was hem dit reeds lang een doom in het oog. Thans heeft hij de schandelijke daad, welke hij sedert in het hoofd had, uitgevoerd. Fernando is dood Oviedo zal komen om het doel van zijne schanddaad te bereiken. Hij zal mij dwingen om zijne gemalin te worden. Wij moeten weg, Lucia, weg! God zal ons niet verlaten. Liever een stroohutje in de rotsen van Alpujurras, waar ik mijn leven lang in gedachten aan God, aan Fernando wijden, waar ik mij over mijn kind verheugen en eenzaam het verdriet van mijn hart uitweenen kan dan de gemalin van den moorde naar van mijn Fernando te zijn. Nog dezen nacht moeten wij weg. Geen mensch licisma in de nieuwe orde der wereld moet innemen. Wanneer wg luisteren naar den Paus van Rome, dan kunnen wg met een zeker oog de toekomst doorgronden, welke zich voor ons opent, en ons oriëateeren te midden van de klippen op de eeuwige pool sterren der waarheid, die te Rome is. Herhalen we dus de grondstelling: Be mint elkanderen handelea we ook daar naar; dau zullen de verwoestende theorieën der socialisten machteloos zgn tegen ons. Het Huis van Afgevaardigdeu te Was hington, heeft ia eene ingediende motie het optreden van den president Cleve land, ia zake de werkstaking goedgekeurd. Onder de 27 tegenstemmers was ook de populist Bland, die de inmenging van de federale regeering wraakte. De treinendienst is zooveel mogelijk her steld, waardoor de dienst met de voorsteden te Chicago zgn geregelden gang gaat. Het personeel der Pullman Car Companydat door zgne werkstaking de crisis veroor zaakte, heeft besloten, weder aan het werk te gaan tsgen de door de maatschappij aangeboden loonen. Enkele kwaadwillige werkstakers op de Grand TrankA^a^ hebban te Chicago een personentrein doen ontsporeu. De stoker werd door deu omvallenden locomotief ge dood, vele reizigers werden gewond. Gedurende de opstandj°s bg de werksta kingen hebben te Chicago 17 personen bet leven verloren en 27 oproermakers zitten in de gevangenis te wachten op straf wegens bedreven baldadigheden. Deze hee- ren hebben verschrikkelijk huisgehouden, want de schade alleen door het moedwillig vernielen van spoorwegmaterieel, te Chi cago geleden, bedraagt ongeveer 4 miltioen dollars. Voor verdere baldadigheden is men niet meer bevreesd, dit blijkt te meer nu da leger-commandant, generaal Schofield, reeds uit Washington is vertrokken, tan einde zgne zomervacant'e aan het strand te gaan genieten. Het vertrek van den Gene raal is het beste bewjjs, dat ook de Ragee- ring de crisis als voorbg beschouwt. Door eene tot nog toe onbekende oor zaak is op den groolen boulevard te Chi cago, een kruitwagen grëscorteerd door cavalerie, iu de lucht gevlogen. Drie ca valeristen werden gedood, en verseheideae andere, a'sook ettelgke omstanders ge wond. mag weten, welken weg wij ingeslagen hebben; God, gij zult neerzien op onze ellende, gij zult onzen geleider op onze nachtelijke vlucht zijn.// Schielijk pakte zij met Lucia het noodzake lijkste reisgoed te zamen: zij nam hare edelge steenten en juweelen, welke zij eens als bruids tooi in dien gelukkigen tijd van Fernando ont vangen had, uit de kast, besproeidde die met duizenden tranen en bond die met het portret van Fernando, dat boven haar werktafeltje aan den wand gehangen had, in een pakje te zamen. Het geschenk echter, dat zij voor de terugkomst van Fernando vervaardigd had, liet zij op de de tafel liggen. //Dat zal,// sprak zij hitter wee- nend, //hem, die deze kamer het eerst binnen treedt, doen zien, hoe innig Valeria haar ge maal beminde.// Alles was tot de reis ingericht. Nu sprak de Gravin tot het meisje//Maar waarom, arme Lucia, zoudt gij met mij de vermoeienissen van zulk eene verre vlucht deelen Bij mij lacht u nimmermeer de vreugde toe. En u de schoone meisjesjaren in droefheid te zien verslijten, doet mij leed in de ziel. Gij zijt jongverlaat mij, ga de wereld in, zoek n eene meesteres, die gij bemint, wees haar getrouw, gelijk gij het mij steeds waartGa, arm meisje ik ontsla u wel is waar ongaarne, doch met mijn zegen en met de eer, dat gij steeds een lief, goed, getrouw meisje waart.// Bij de woorden der Gravin verborg Lucia het gezicht in haar voorschoot en weende zeer. //Neen, genadige vrouw,// zeide zij, //ik zal u nimmer verlaten, zoolang ik leef. Ik heb met Te Hazleton in Pennsylvania hebben, tengevolge eener ontploffing van niet min der dan 200 karre-vraehten raijn-buskruit, midden onder een troep mgnwerkers, 8 dezer het leven verloren, terwgl 150 ge kwetst werden. Mot groote plechtigheid is de zoon van den Hertog van York, ten hnize van den hertog van Teek te Richmond gedoopt. Koningiu V i c t o r i a, de Prins en de Prin ses van Wales, prinses A 1 i x van Hessen, de Kroonprins van Rusland, de Prins en de Prinses van Batteuberg, prinses Chris tian, de hertog van Cambridgede markies van Salisbury en lord Ross- b n r y woonden de plechtigheid bg. De Aartsbisschop van Canterbury diende den doop toe. Het prinsje ontving de voor namen Edward Albert Christian George Andrew Patrick David. Deze doopeliDg is in de toekomst een zeer gewichtig personage te noemen, hg is bestemd bg leven en welzijn, na den dood van zgn grootvader, den Prins van Wales, en na het overigden van zga vader, die ook reeds op jaren is, zgne overgrootmoeder ko ningin Victoria op te volgen op den troon van Engeland. Eene deputatie der oud-officieren van het eerste bataljon mobiele garde te Parjjs, heeft een bezoek gebracht bg den President der Republiek, den heer Perier. Een der kapiteins herinnerde denPresident, hoe hg kalm en onverschrokken in 1870 in het bataljon den oorlog tegen Duitsch- land heeft gestreden. Hoe de President aan het hoofd van zjjn compagnie zich van zgn taak had gekweieu (wat hem in het veld het Legioen van Eer deed verwerven) en hoe men daa:in een gunstig voorteeken zien mag voor het vaderland, welks lot zich na in dappere, vastberaden handen bevindt. De President was diep geroerd en noo- digde zijne onde strijdmakkers tegen Oc tober a. s. in het Elysée te dineeren, na zijne oude wapenbroeders, diep bewogen, te hebben bedankt voor het geschenk eene bronze baste hem aangeboden, en voor hetgeei zij hem iu herinnering hebben ge bracht over 1870 toen bij met hen geleden bn gestie Jen heeft. De heer Edouard Drumont, de bekende directeur van la libre Parole vestigt zich te Brassel, vanwaar hg, zgne artikelen voor la libere Parole per telepboon zal overmaken. Hg verlaat Parjjs, omdat u de gelukkige dagen op het landgoed gedeeld, ik wil nu ook trouw deelnemen in uw ongeluk. Vergun mij slechts de vreugde, dat ik u nim mer, nimmer moge verlaten.// //Ja, trouwe ziel, gij zult bij mij blijven,// ant woordde de Gravin, //God zal het u nog laten welgaan en u rijkelijk voor uwe trouw loonen.// Het sloeg één uur op den toren. „Nu wordt het hoog tijdsprak Valeria weder, en een nieuwe stroom van tranen belette haar het spre ken. Zij nam den knaap op haar arm, wikkelde hem in warme kleederen om hem voor degitte nachtlucht te beschermen en hulde hem in haar langen sluier. //Arm, vaderloos kind, hoe beklaag iku, reeds op zoo jeugdigen leeftijd het lijden der moeder te moeten helpen dragen! Hoe steekt het de handjes naar mij uit, als wilde het zeg gen, dat het gaarne alles wil verdragen, als moeder maar blijftWat verheugde ik mij op het oogenblik, waarop Fernando voor de eerste maal den zoeten naam van vader zoude hooren van de teedere lippen van het knaapjeAch, welk eene smart, wat eene onbeschrijfelijke smartFernando, gij hoordet dien zoeten naam niet meerWees stil, kind, ween niet Uw Vader in den hemel leeft. Hij trekt zich den jammer en de ellende van arme weezen aan. Kom, laat ik u de tranen van de wan gen kussen. Zie zoo, kom me dicht aan mijn hart! Verwarm u aan de kommervolle kloppin gen mijner borst, opdat u de koude nachtwind niet schade.Nog een kus en mijn zegen.O, wat is dat voor een zegen vol kommer en tranen! Fernandogij die nederziet uit een zaligerland, o, zegen ook gij uw zoontje Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1