NIEUWE
No 3175
Vrijdag 24 Augustas 1894,
19de Jaargang.
De doodstraf.
BUITENLAND.
Vervolgde onschuld.
Italië.
Oostenrijk-Hongarije.
Engeland.
Amerika.
!KLEUS(HE (III Kill.
ABONNEMEIÏ TS PRIJS
Pei 8 maanden voor Haarlem. 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BUBEAU: St. Janstraat Haarlem.
AGITE MA EON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIES.
Van 16 regels 30 Cents
Elke regel meer5
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterljjt Maandag-, Woensd ag-
en V r ij d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Bedacteu r-U itgever, W. KüPPïïBS.
Nu in den laatsten tijd meer dan ooit
allerschandelijkst wordt gemoord en niemand
meer zeker is tegen dolzinnige aanslagen,
na zich vereenigiogen vormer, om door
helsche werktuigen de menschen die geroepen
zjjn om den arm der gerechtigdheid op de
booswichten te doen neerkomen niet alleen
naar het leven te staan,maar ook wesrloozeo,
kinderen en ouden van dagen, ten prooi
zgn aan moordaanslagen, is het hoog tgd
dat in ons land de doodstraf weder wordt in
gevoerd. Menige booswicht zal terugschrik
ken in zjjn moordlust, als hij weet, dat ook
hem het leven zal worden ontnomen, indien
hg zijn medemensch het leven ontneemt.
Wat intn3schen honden de wgste rechts
geleerden als hun gevoelen betreffende de
doodstraf? Is die straf werkelijk een ver
foeilijk overblijfsel der oude rechtspleging?
In geenen deele zal hier het antwoord
bevestigend zjjn, en wel om de volgende
gronden
Ieder rechtgeaard gemoed en helderden-
kend verstand zal moeten erkennen, dat,
wil de maatschappij bestaan, zg ook het
recht moet hebben, om diegenen harer leden
uit te stootse, welke zich moedwillig zóó
vergeten, dat zg de maatschappij in hare
leden tot den dood toe hebben belaagd.
Maar dit niet alleeD. De maatschappg moet
ook afschrikken. Het onschadelgk maken
der feitelgk-opgetreden moordenaars door
altoosdarende opsluiting, zonde, wat de
veiligheid der maatschappij betreft, door
gaans voldoende wezendoch, helaas, de
ondervinding en het gezonde verstand leeit
iedereen, dat, al worden de boosdoeners,
die reeds als feitelijke moordenaars optra
den, door opsluiting onschadelgk gemaakt,
vele andere lieden van dit slag, die huuue
moordplannen nog denkeu uit te voeren,
niet half zoo sterk van den voorgenomen
moord zullen worden afgeschrikt als door
de vrees voor de doodstraf. En aangezien
nu reeds in alle oude en nieuwe wetge
vingen het axioom geldig werd gerekend
Naar de mate van het misdrijf zij de male
der strafzoo moet zelfs de zachtzinnigste
mensch toestemmen, dat hg, die zelf het
leven van zgn evenaast9 niet ontzag, bil
lijkerwijze wel het ergste in aanmerking
komt, om door zgn dood anderen af te
schrikken van den moord. Hierbjj komt nog
de consideratie, dat, al noemden wg de
opsluiting van een moordenaar doorgaans
eeu voldoenden waarborg van zekerheid voor
de maatschappij, daarmee de mogelijkheid
niet werd betwist van onvoldoenden waar-
Ye U ILL ET ON.
21.) (Vervolg.)
//Wees gerust,// sprak de Graaf: Alexis is
hierover aan den anderen oever. Die zal haar
vinden, haar zeggen, waar gij zijt en dan haalt
zij u wel af.//
Zoo liet zich de knaap weder voor eenige
oogenblikken gerust stellen. De Graaf echter had
uit deze woorden nieuw voedsel voor ziju aan
genaam voorgevoel geput. Met ongeduld en
met gespannen verwachting verlangde hij naar
het oogenblik, dat Alexis terugkeeren en goede
tijding brengen zou.
Thans klonk eensklaps uit de verte, nauwe
lijks hoorbaar: //FernandoFernando!// Beiden
luisterden.
In vollen loop, bijna ademlooos, kwam Alexis
daar aan. Vol vreugde was hij de menigte voor
uitgesneld en riep nu//Zij komen, zij komen,
aanvallige knaap, zij brengen uwe moeder!»
Op dit bericht huppelde en sprong de
knaap, hij klapte met dc kleine handen, weende
van lust en begeerte om zijne moeder te zien,
klom van de eene rots op de andere, zoo hoog
hij ken, knielde dan neder en hief de handjes
ten hemel, wenkte, toen hij den stoet naderen zag
en riep uit de verte, zoo ver zijne zwakke stem
reikte: „Hier ben ik moeder, hier ben ik!»
Nu had zij hem bemerkt. O, welk eene vreugd
de! Zij drong door de menigte uit Lucia's armen.
borg in buitengewone gevallen. De voor
laatste president der Fransehe republiek de
heer Grévy heeft, overeenkomstig zgne
wonderlijke rechtsbegrippen, tot driemalen
toe een moorlenaar gratie verleend; deze
begenadigde heelt dus, tot driemalen toe,
een bnrger geofferd aan de onvoldoende
rechtspleging des Presidents van Frankrijk.
Welnu, Frankrjjk heeft ondervonden de
gevolgen van zulke zoetsappige opperste
overheden, en is nu wel verplicht de dood
straf toe te passen op de moordenaars, die
onbeschaamd te voorschgn treden.
Opmerkelijk mag het wel heeten, dat de
pleidooien tegen de toepassing van de dood
straf, het meeste worden gehonden door
die lieden, welke zweren bjj de hoofdmoor
denaars der wereld. Tot zulke hoofdmoor
denaars behooren, ons bedunkens, een M a-
rat, een Dan ton, een Robespie r-
r e, een F o u q u i e r-T a i n v i 11 e, kortom
de bloedhonden der geschiedenis, die bjj
voorkeur onschuldige menschen, en onder
die onschuldigen nog weder de meest weer-
loozen, het liefste onder de guillotine za
gen doodbloeden. Fouqnie r-T a i n v i 1-
1 e heeft om hier in 't voorbjjgaan ten
minste één exempel van hun bloeddorst te
noemen op zekeren dag niet geaarzeld,
zulk een onnoozel en klein meisje naar het
schavot te zenden, dat het arme kind in
vollen ernst aan den beul vroeg: «Dis, me
feras-tn bien mal.» (Zult gij mg erg zeer
(ef kwaad) doen Heel haar hoofd schoot
in de lanette of ring, die bg gewone ver
oordeelden alleen den hals omspant. Voor
heeren van dit slag van moordenaars wil
men in Frankrjjk staadbeelden oprichten,
maar hoe kan men daa tevens zoo jjseljjk
jj veren voor de gratie, aan een of anderen
anarchist te bewjjzen? Waarlgk, de heeren
van het schrikbewind waren niet tegen de
doodstraf
Met de qnaestie van de uitvoering van
de doodstraf hangt eenigermate de vraag
samen, of de doodstraf publiek of niet pu
bliek dient te worden uitgevoerd. Het ka
tholiek buitenlandsch dagblad, Le nouveau
Moniteur de Romehetwelk ons bjj dit
artikel eenigszins ten gids strekte, is vóór
het negatieve gevoelen, en motiveert dit
gevoelen aldus:
«Aangenomen, dat de tegenwoordigheid
van eenige getuigen ons zekerheid geven,
dat het recht zgn loop heeft gehad, zal de
publieke opinie (met geheime executie)
voldaan zgn. Die bloedige scbavotvertoo-
ningen toch (of de onbloedige ophangergen)
geven aanleiding tot betreurenswaardige
schandalen en zjj dienen daarenboven lich-
Het gezicht van haar kind had haar nieuwe
krachten geschonken.
Zij liep liep, en alles haar achterna, en
na weinige minuten had zij haar lieveling, den
troost van haar ellendig leven, vol van de in
nigste moederliefde, aan haar hart. Op dat
oogenblik was alle angst voorbij, kuste zij hem
duizendmaal, drukte hem vast in hare armen,
knielde bij hem neder, streek de nog vochtige
lokken van zijn haar, besproeide zijne wangen met
bare vreugdetranen en aan hare blijdschap scheen
geen einde te komen. Daarna haalde zij uit de
plooien van haar kleed eene beeltenis te voor
schijn en kuste het. Nu eens keek zij op het
beeld, dan weder naar de gelaatstrekken van
haar kind en bad luid en vol ontroering: O,
God! Gij zijt goed, oneindig goedDank, dank
Nu mag ik weder levenGij hebt hem, mijn
engel, niet weggenomen! Op het zien van zijne
gelaatstrekken verheug ik mijhet zijn immers
Femando's trekken.
In zijn zoon leven zij voort. Gelijk in dit
beeld, zoo leven zij in hem, mijn lieveling. God
van ontferming, o mocht ik u toch goed dan
ken kunnenmocht mijn geheele leven een dank
gebed ziju voor dit oogenblik van vreugdeKom,
Fernando, stoute knaap, wat heb ik u toch ge
waarschuwd! Waarom hebt gij dit gedaan?
Doch stil, stil, ik heb u immers weder. Kom
lieve knaapDruk u vaster aan mij, vouw de
handjes omhoog tot den lieven God! Zie de
geest van uw vader zweefde om u en gij zijt
mij gebleven. Hij zweeft nog om ons: ik ge
voel zijne nabijheidik gevoel die beden meer dan
ooit. O verheug u, kind! Hij glimlacht ons toe
gk tot glorie van den veroordeelde, zoo
bij zonder zwakheid sterftMaar bin
nen de vier muren van eene gevangenis
plaats zal het guillotine-mes eenvoudig het
werk van rechtsherstel verrichten en de
glans van dat mes zal nooit tot een aureool
(straalkrans) worden om het hoofd des ver
oordeelde.»
Dit gevoelen schjjnt ook ons het ware
toe. Door middel van de pers verneemt
iedere booswicht in onze dagen inderdaad
evengoed het voltrekken der doodstraf, alsof
hg het zelf op een openbaar plein had aan
schouwd, en den goedgezinde blgft dan
het afzicbtelgke eener publieke executie, in
de stad, of io de straat zelve zgner inwo
ning, bespaard. Deze wgze van rechtdoen
wordt dan ook in Oostenrijk, in Duitsch-
land, in Amerika gevolgd.
Da in den laatsten tgd veel gepleegde
moorden in ons Vaderland eiscben met het
oog op die huiveringwekkende daden welke
dagelgks gepleegd wordeu, een onverwgld
herstel van de doodstraf.
Het woord gedachtig aan den oosterfelg-
ken Pius IX z.g., men moet nimmer vreezen
de waarheid te verkondigen en de dwaling
te véroordeelen, noemen wg de afschaffing
van de doodstraf in Nederland eene beroo-
ving van het recht de hoogste staatsmacht
aangedaande doodstraf diene niet alleen
tot wreking der misdaad, maar vooral tot
beteugeling der misdadigers, tot rust der
goeden, tot heil der maatschappij.
De handhaving van de doodstraf rust niet
«op een onjuist beginsel» maar op de eeu
wige beginselen van waarheid en recht.
Wie heel veel aan beleefdheden hecht, kan
zich vroolgk maken met het bericht, dat
de Duitsche Keizer de eerste is geweest, die
Z. H. Leo XIII, ter gelegenheid van het
feest van den H. Joachim, den patroon
van Z. H., per telegraaf heeft geluk ge-
wenscht. Er waren, behalve een aantel
Bisschoppen, zestien Kardinalen tegenwoor
dig. Da Paus heeft hen allen toegesproken,
en langer dan een unr is hg aan het woord
geweest. Hg heeft onder anderen gespro
ken over de tegenwoordige wgze van predi
ken en aan allen een document overhan
digd, waarin de prediking naar den ouden
apostolischen vorm aanbevolen wordt.
Kardinaal Parocchi bood den Paus
eene scbilderg aan, voorstellende de nieuwe
St. Joachimkerk.
op dit oogenblik hij zegent ons!»
Zoo sprak zij. Haar onveranderde blik ten
hemel, de geestdrift, waarmede zij den knaap
nog in de armen drukte, de vele tranen van
zoete, moederlijke teederheid verrieden, dat zij
nog lang bad.
Yoor allen, die tegenwoordig waren, was dit
een heilig oogenblik. De vrouwen en meisjes
droogden het eerst de tranen af. Daarna deden
de mannen hetzelfde. Zelfs de Graaf stond in
vrome ontroering, maar ook vol hoop, dat God
zijn voorgevoel in vervulling mocht laten gaan.
Nu verdrongen zich allen om den aanvalli-
gen knaap. Meisjes en vrouwen drukten en
kusten hem duizendmaal. De mannen schom
melden hem vriendelijk op hunne schouders,
uit louter blijdschap, dat hij gered was.
XVIII.
De beschikking Gods.
Thans, nadat de eerste moederlijke vreugde
voorbij was, zocht Valeria schielijk met hare
oogen naar den redder van haar zoon. Zij ont
waarde den Graaf en daar zij meende, dat hij
hot moest zijn, snelde zij naar hem toe, viel
voor hem neder en wilde zijne knieën omvat
ten. Maar de Graaf liet het niet too. //Sta op,
edele vrouw!» zeide hij, terwijl hij Valeria op
richtte, //gij verkwist uwe dankbetuiging aan
iemand, welke die niet in het minst verdiend
heeft. Maar ik ken den redder van uw kind.
Hij is mijn Vriend. Voor eenige minuten heeft
hij zich van hier verwijderd. Bij het aanschou-
De Keizer van Oostenrijk heeft den
Katholieken in Hongarge weer eens zgn
gevoelen doen kennen over zgne beginselen,
door graaf Tibor Karolyi vice-presi
dent van het Hongaarsche Huis der Mag
naten, te verheffen tot den rang van ge
heimraad. Graaf Karolyi was het
voornaamste hoofd der partg die de wet
op het Burgerlijk huwelijk in het Huis der
Magnaten voorstond.
Grievend moet deze benoeming van een
kerkvervolger voor de Hongaarsche katho
lieken zgn. Algemeen heerscht onder hen
dan ook groote ontsteltenis. Enkelen ver
bazen zich over de daad des Keizers, laten
zg echter maar zorgen van hunne verbazing
te bekomen, want hnn wachten nog meer
kerkelgk-staatkundige wetten die in da
holen der vrgmetselarg worden uitgebroeid.
Reeds daar verheugt men zich in de daden
van den Roomschen Koning van Hongarge,
die zg nederlaag op nederlaag bezorgen.
De kerkvervolgers wijzen er op hoe Frans
Jozef zjjae katholieke onderdanen durft
grieven en noemen het zeer verstandig van
hem, dat hg toegevende een aftocht heeft
verkozen boven eene overwinning, en dit
laatste gunstbewijs aan een tegenstander
der clericalen zeggen zg, versterkt ons in
die gunstige meening.
Arme Habsburger, waar blgft de roem
uwer vaderen?
Naar de limes uit Shanghai verneemt,
bevestigen nadere bizonderheden over het
in den grond boren der Kow-Shing, ver
strekt door geredde opvarenden, volkomen
de Eogeleche lezing van het gebeurde. Niet
alleen redden de Japanners niemand, maar
het is thans bewezen dat da gezagvoerder
der Naniwa beval alle drenkelingen dood
te schieten, nadat de Kow-Shing reeds ge
zonken was. Onder de vreemdelingen in
China gaat maar één roep van afkeuring
over de laaghartigheid der Japanners.
De agenten van den Japanschen ge-
Eant te Londen, doen in d8 voornaamste
havens van Groot-Brifctaanië allerwege na
sporingen of er nog andere oorlogsvaar
tuigen dan de te Newcastle gebouwde
torpedo-vanger, bestemd voor de Chineesche
marine,aanEngelsche scheepsbouwwerven in
aanbouw zgn, ten einde de levering er van
te beletten.
De politie te Chicago heeft weer eene
helsche machine gevonden en in beslag
wen van dit kind kwamen er in zijn binnenste
gevoelens op, waaraan hij zich in de eenzaam
heid wilde overgeven. Hij vertelde mij met
weemoed en onder tranen, dat hij ook eens een
kind had dit moet thans, indien het nog leeft,
den ouderdom van dit aardige knaapje hebben.
En eene lieve brave vrouw is zijne echtgenoote
geweest. Het ongeluk en booze menschen heb
ben heil van elkander geseheiden. Een enkel
aandenken heeft de vrouw den gade nagelaten,
het liefste, dat hij op deze aarde nog bezit. Zie
hierZie in dit beeld drie harten vol een
dracht en liefde. O mochten zij elkander toch
eens wedervinden
Met deze woorden reikte de Graaf de knie
lende vrouw de beeltenis over, die hem Fer
nando in handen gelaten had. Nauwelijks had
Valeria het gezien of zij geraakte in stomme
verrukking. Gedurende eenige oogenblikken kon
zij niet spreken. Doch haar blik, die onafgewend
was op het haar toegereikte voorwerp, toonde
duidelijk, dat zij het beeld aldra herkend had.
//Bij alles, wat u heilig is,v riep zij, terwijl
zij het aangreep en met onbeschrijfelijke blijd
schap aan hare borst drukte, bij de zaligheid
die gij en ik hiernamaals hopen te genieten;
bij het medelijden, dat gij het geschokte hart
eener ongelukkige vrouw schuldig zijt en bij
het nieuwe jonge leven van mijn gered kind
smeek ik U Heer, zeg mij, hoe zijt gij in het
bezit van dit beeld gekomen?//
Wordt vervolgd.)