NIB IT W E No 2184 Vrijdag 14 September 1894 19de Jaargang. De Kerk en de Slavernij. BUITENLAND. 7.) Waanzinnig. China en Japan. Italië. HA iRLINSdHE COrRilT. ABONNEMENTSPBIJS Pei 3 maanden voor Haarlem. 1 0,35 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlpke nummers0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BUBBiïï: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA NON AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTBNTIBN. Van 16 regels .30 Cents Elke regel meer5 Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie Contant. Advertentiën worden niterljjl M a a n d a g-, W o e n s d ag- en Vrgds g-a vond voor 6 uur ingewacht. B e d a c t e u r-Ui t g e v er, W. KüPPÏBS. Nu en dan ontmoet men in den godsdienst vijandig-gezinde bladen de bewering: de Katholieke Kerk bevordert de slavernij. Grondt deze beweriog zich nu op waarheid of wel op bedrog en leugen? Het antwoord op deze vraag zal u in de volgende regelen gegeven worden. Reeds het karakter der Kerk, wier Stich ter bovenal de armen en lijdenden tot Zjjne lievelingen verkoor, bun levenslot trachtte te verbeteren, hunne smarten lenigde, laat al aanstonds dergelijke bewering ah eene afschuwelijke onwaarheid erkenneD. Wanneer de H. Schrift in den 2n Brief van Petrus en in den ln Brief van Paulus aan de Corinthiërs, tot de slaven de vermaning richt om aan hnnne heeren onderdanig t9 zjjn, dan is daarmede geen protectie uitge sproken van de onmenscheljjke instelling der slavernjj, maar alleen het princiep vast gesteld, dat de Christen zich naar de men- scheljjke orde, naar de uiterl jjke sociale ver houdingen moet voegen, zelfs wanneer deze een bitter en hard levenslot en eene plaats van slaafsche onderdanigheid hem toewjjzen. Niemand bezit het recht, uit eigen macht in die orde in te grijpen; en dit zou voor hem ook geen waarde hebben,dewijl ieder een zjjne zaligheid op geljjke wijze bewer ken kan, hetzij hij slaaf is of heer. Ook aan de armen en aan dezen op bevoor rechte wjjze wordt het Evangelie go- predikt. Dat echter met de invoering van het Cbri .tendom o feral en met ééa slag de instelling vau de slavemjj uit de wereld moest zijn verbannen, kan alleen bjj be weren, die over 't algemeen geen begrip heeft van de groote sociale omwentelingen. De Kerk heeft gedaan, wat zij bon doen, en deze werking bljjbt hieruit, dat zjj het eerst op haar oorspronkelijk eigen gebied de slavernij ophief. Het ouderscheid tusschen arm en rjjk, vrjj en niet-vrjj, had geen in vloed op het aandeel aan kerkeijjke rech ten en goederen, in 't bizonder geen in vloed op het aandeel aan het gemeenschap pelijk kapitaal der broederliefde, geen invloed op de deelname aan de godsdienstplechtig heden, aan kerkeijjke ambten en waardig heden. Elke slaaf was in deD vollen zjn des woords medebroeder. Hier ontvingen de slaven hanne volle menscheljjke rechten terug, verheerljjfet door de rechten des chris tens, welke hun zonder korting worden toegekend. Dat sommigen zelfs toen niet afstand konden doen van den dienst hun- FE U1LLETON. Vervolg.) //Het vaartuig zonk en de roeier sprong, zonder zich verder om ons te bekommeren, in het water. Toen wij allen met den vloed wor stelden, riep ik om hulp van de boot, die ons gevolgd was, en vatte mijne vrouw aan in de hoop, dat de Italiaan met de boot naderen en de overigen redden zou. //Na eene zware worsteling met de golven be- reikte ik den rand der boot, mijne vrouw was gered. Ik wendde mij nu naar de anderen, doch het kind benevens de dienstmeid, waren in den vloed verzonken en geen van beiden konden meer, in weerwil mijner nasporingen gevonden worden. Toen ik mijne vrouw te huis bracht, was zjj krankzinnig! Of het toeval of een mis dadige aanslag de oorzaak van dit ongeluk was kan ik helaas niet met zekerheid zeggen." Hier zweeg de vreemdeling opnieuw, terwijl een stroom van tranen langs zjjne wangen big gelde. Bermann greep, door medelijden overwel digt diens sidderenden hand en hield die zwij gend in de zijne. Daarop vervolgde de Graaf. //Eerst meenden de geneesheeren, dat haar toestand onder den verzachtenden invloed des tijds veranderen zou, en maakten plaats voor de schoonste verwachtingen; maar maanden vergin gen, zonder de minste verandering te weeg te brengen. Dagen achtereen bleef de ongelukkige ner onderhoorigen, is duideljjk; want daarbjj zon geheel hun stoffaljjk bestaan verloren zjjn gegaan. Toch werd door de opname in de christelijke familie de sociale kloof tusseben heeren en dienaars overbrugd en door de christeljjke liefde de scheidsmuur weggenomen, welken het litfde'ooze heiden dom bad opgetrokken. O/er de vraag, of de eerste christelijke wereld haren plicht gedaan heeft, moet men eindeljjb de akten sluiten. Haar aan deel in de verdiensten van de opheffing der siavernij is onbetwistbaar. Bizon der bij de Westersche Acten van de 5e en 6e eeuw was de jjver voor de vrjjlating der slaven zeer groot. Gratianus deelt in spue decretaliën mede, dat van den kant der Bisschoppen bepalingen wer den getroffen, dat zelfs de inkomsten der kerk tot vrjjkooping der slaven moesten worden besteed. Het Concilie van Reims, in het jaar 625, veroorloofde zelfs het ver- boopen van kerkelijk vaatwerk voor ge noemd doeleinde. Het eerste Concilie te Orange, in 441, het vjjfde te Orleans, in 549, htt tweede te Macori, in 585, het derde en vierde van Toledo, in 589 en 633, en het vjjfde van Parijs, in 614, gelastten de vrjjlatiDg der slaven. Het tweede Con cilie te Lyon, in 566, verder een brief van Paus Gregorius VIII (714 731) aau den aartsbisschop van Ments, Bo ni ls c i a e, een echrjjven van Pans Zscba- rias (731741) aan de bewoners van Venetië, de Synoden van Septiues iu 743, en vao Coblensiu 922,sloegen de slavenhan delaars io den baD. Da bisschoppen Ago- b a r t van Lyon en A n s g a r van Bremen- Hambnrg brachten het zóóver, dat zelfs in het NoordeD, in het laatst bekeerde ge deelte van Duitschland, geen slavenhandel gedreven werd en alle Coiistenen zulk een onwaardig bedrijf van de hand wezeD. Nadat paus Alexander III (1159 1181) op het 3a algemeene Concilie van Lateranen, in 1167, aan alle Christenen in bet algemeen de slavernjj had verboden, vond men daarvan geen spoor meer, noch in Engeland, noch in Duitschland, noch in een ander bekeerd gedeelte van Europa. Zelfs in Zweden, hetwelk toch eerst in de 12e en 13e eenw geheel en al bekeerd werd, drong de aartsbisschop Geuhelm van Sabina op vernietiging der slavernij aan, zoodat in dien tjjd in de geheele Christelijke Statenrepnbliek van Europa, deze met de natuur strjjdige instelling als uit den weg geruimd kon worden beschouwd door de kracht van het Evangelie en van moeder op dezelfde plaats zitten, eene pop in den arm houdende, die zij zich zelve ge maakt had, deze onafgebroken aanstarende, zon der zich tc bewegen, of een teeken van leven te geven. Somtijds kwamen er heldere oogen- blikken, die als liefelijke zonnestralen door dc donkere wolken braken, wanneer haar geest de boeien scheen te hebben afgeworpen; daarente gen had zij ook weder tijden der wildste razernij, zoodat haar het dwangbuis moest aangedaan worden. Het smartelijkste voor mij is, dat zij mij voor den moordenaar haars kinds houdt, en in den waan verkeert dat het mijn doel is ook haar tc vermoorden. //Ik heb sedert de beroemdste geneesheeren geraadpleegd; ik heb de zieke zelfs eenigen tijd in een krankzinnigen-gesticht gebracht, doch zonder gevolg. Daar mijn leven van nu af aan alle be koorlijkheid voor mij verloren had, zoo besloot ik dit slot, door niemand gekend, te koopen, ten einde liicr onopgemerkt,met mijne smart alleen het einde van mijn leven af te wachten, en alles aan te wenden, waardoor de treurige toestand mijner nog altijd geliefde ongelukkige gade zou kunnen worden verzacht. Van nu af aan was mijne studie de zielkunde en ik las daarbij de beroemdste werken over de behandeling der krankzinnigen. Ik heb hier alles zoo laten in richten, dat het mij mogelijk is haar nacht en dag gade to slaan, zonder dat zij mij ziet, zoo dat ik al haar gedragingen en bewegingen lie- studeeren en mijne behandeling daarna inrich ten kan. Haar toestand schijnt in den laatsten tijd eerder erger dan beter te worden, daar de hevige aanvallen zich veel korter naar elkan der herhalen. Van een dezer mynheer, zijt gij zjjne bevoorrechte dragers. Nog vóór het afschaffen der slavernij in de landen, die onder Christelijke vorsten stondeD, had de Kerk haar oog gericht zelfs op de bevrjj- ding der slaven in de overzeescbe heiden- sche landeu. Paus Innocentias III, die oi der velerlei betrekking als stichter der Trinitarissen kan worden beschouwd, wjjdde aan deze quaestie eene bizondere aandacht, en in het jaar 1200 zag men de eerste schare van 186 te Marokko vrijge kochte Christenen naar nan vaderland trek ken. Spoedig verbreidde zich deze orde, wier leden ook «broeders vau de vrijboo- ping der gevangenen» worden genoemd, door Zuid-Europa en liet ook vrouwen deelnemen aan deze vrome werkzaam heid. Tot het jaar 1635 waren er 30.720 sla ven door deze orde vrijgekocht geworden. Dergeljjke grondstellingen heeft de broe derschap van O. L. V. tot vrjjkooping der gevangenen, omstreeks het jaar 1218 door den Franschmaa Petrus Nolascns met de hulp van den Dominicaan Raymundus van Pennaforte en vau boning J a c o b a s I vau Arragonië gesticht. Deze stichting telt onder hare belofteo, dat de leden niet slechts han vermogen, maar zelfs hunne persoonlijke vrjjheid ter verlossing der Chris ten-slaven nit de handen der Mooren aaa- bieaeo. Paus Gregorinis IX bevestig de deze orde, die aaustonds 400 Christenen uit de handen der Saracenen, in de ko ninkrijken Valencia en Graoada, loskocht. Eu nog heden vervult deze orde hare taak eu bezit nog huizen te Rome, Caracas, Lima, Maracaïbo, Palermo, Quito, en St. Trinidad. Ook de andere Godsdienstige genootschap pen deden hun best om de slavernij te ver hinderen of af te schaffen. Voegen we nog hierbp, dat het alom bekende genootschap der H. Kindsheid het zich tot hoofdtaak gesteld beeft, heidensche kinderen en familiëu aan de ellende van ongeloof en slavernij te ontrukken; dan kannen wjj niet begrijpen, hoe iemand het nog durft wagen om de verdiensten der Kerk aan de beschaving van een groot deel der wereld te loochenen. In Haar zjjn de factoren vereenigd, welke den mensch aau zich zelren hebben teruggegeven; kuost en weteuscbap, beschaving eo zedelijkheid op den aardbol hebben verbreid en behalve de persoonlijke vrjjheid ook de vrjjheid der kinderen Gods hebben teruggebracht. ooggetuige geweest.// //Dus was het geen kind, dat gij in den strijd met den ongelukkige in dien nacht op den grond wierp?// //O, nu valt mij een sluier van de oogen. Verschrikkelijk lot Zwijgend zaten de beide mannen nog eenige oogenblikken bij elkander, waarna zij tot afscheid elkander de hand drukten. Sedert dien tijd kwam Bermann dikwijls op het kasteel, welks poort van nu af voor hem open stond. Hij had in den Graaf een rond en openhartig karakter gevonden van groote be gaafdheden en buitengewone beschaving waar door hij zich meer tot dezen getrokken gevoel de; ook de Graaf vond behagen in den kunste naar, al was deze eenige jaren jonger dan hij. Bermann deed zijn best den door leed gebogen man door allerlei middelen in betere stemming te brengen. Hij liet zijne schetsen zien, bracht hem in den kring zijner huisgenooten, en be zocht in zijn gezelschap de heerlijkste punten van het gebergte. De harde ijskorst die het hart des Graven omsloten had, begon onder dezen invloed lang zaam te smelten, en hij sloot zich altijd inniger aan zijn nieuwen vriend. Wederom verliepen er eenige weken. Op zekeren dag werkte Jozef in het tuintje achter de kapel. Hij had inderdaad bin nen zulk een korten tijd wonderen verricht en zijne kunst eer aangedaan,- de heerlijkste bloembedden versierden den tuin. Tegen den avond kwam ook Anna, zijne vrouw en na haar slapend kind op een lommerrijk grasperkje te hebben nedergelegd, hielp zij. hem Volgens da laatste berichten hebben er dageljjks schermutselingen op het oorlogs- terrein plaats; zonder genade worden de Ja- pansche soldaten, die de ChineezeD in handen vallen, afgemaakt. Ook ontziet de Chineesche regeering de officieren van het leger niet. De Chineesche admiraal Ting is afgezet, wegens lafhartigheid en onbekwaamheid, omdat hjj bet binnenvaren van deJapan- 6che vloot in de Golf van Petscbila niet heeft weten te belettenHjj is gedegra deerd tot een postje aan den wal. De Japanners zitten bjj dat alles niet stil, ook zjj zjjn ouverbiddeljjk tegenover de Chineezen en wapenen zich, dat het een lust is. Dezer dagen heeft de Japansche regeeriog 10 Eugelsche koopvaardjjstoom- booten, drie Japansche en 1 Duitscbe voor goede pr jjzen opgekocht om als transport schepen dienst te doen. Zjj moet 750,000 dollars schadeloosstelling hebben aange boden aan de (Britsche) eigenaars van bet in den grond geboorde Chineesche trans portschip Kow-Shing. Intusschen stjjgen de prjjzen der levensmiddelen in beide rjjken tot den dubbelen prjjs. Hoe aangenaam het is koning van Italië te zjjn, zooals Omberto er een is, wordt sinds den gepleegden moord op wijlen den heer Car not, president van de Fransche Republiek, bewezen. Oreral waar hjj' gaat, vergezeld hem een vertrouwde bewaker, die voor 's Konings reiligbeid aansprake lijk is. Die wachter, een onderofficier der karabiuiers, slaapt in eene kamer voor het koninkljjk slaapvertrek, zoodat niemaad daar komen kau buiten zjja weten. Hjj is een zeer moedig man en begaafd met bui tengewone lichaamskracht. Te Rome is de provinciale commissie bijeengekomen om de voorstellen betreffende het aanwjjzen van eene vaste verblijfplaats in Italie'e Afrikaansche kolonie voor de aoarebisten te onderzoeken eu daarvoor eene beslissing te nemen. Er zouden 36 perso nen als verdacht van anarchisme gevangen zjju, zoolat deze voor de commissie zullen verschjjoen. Dat niet allen veroordeeld zullen wor den, houdt men voor zeker, want de politie, niet de hoofdschuldigen kunnende ontdekken, moet daarentegen de hanl gelegd hebben op me.iigec onschuldige. water aandragen om een pas gemaaid grasperk te begieten. Toen hij later naar het kind wilde zien, was het verdwenen. Eerst meende zij dat het ontwaakt kon zijn en dat Josef of de oude bediende, de eenigen die zich binnen de slot- muren bevonden, het op zijn geschreeuw had opgenomen. Maar noch haar man, noch iemand anders wist van het verdwenen kind de minste inlichting te geven. Anna wist niet, wat zij hiervan denken moest. Was het kind gestolen? Had een wolf of beer gelegenheid gevonden het te naderen? Maar de groote poort was immers altijd gesloten? Of had de Graaf misschien zelf het kind opgenomen? Doch volgens de verklaring des ouden bedien de was de Graaf reeds eenige uren afwezig ge weest en nog niet teruggekeerd. In deze pijnlijke onzekerheid overlegde zij den toestand van haar kind, steeg de angst der moeder van oogenblik tot oogenblik. Met be - hulp der beide ouden werden al de hoeken doorzocht, doch nergens was een spoor van het kind te ontdekken, zoodat de radelooze vrouw in tranen en jammerklachten uitbrak. Toen het be gon te schemeren, kwam er een onweder aan den horizon op, en kort daarna kwam de Graaf van zijn uitstapje terug. In de vaste hoop van hem iets naders te vernemen, liep Anna hem te gemoet en verhaalde hem met bevende stem en vragenden blik het onverklaarbare voorval. Ook hij had niet het minste begrip van het gebeurde. Anna wrong wanhopig hare handen en was op den rand der vertwijfeling. Wordt vervolgd)l

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1