NIEUWE No. 2195 Woensdag 10 October 1894 I9d« Jaargang. Iets over de sociale quaestle, BUITENLAND. 30 Gents 5 Agnes. Oostenrij k-Hongarije liMHEHSIHEdll Ki IT. ABONNEMENTSPRIJS Pei 8 maanden voor Haarlem. t 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels Elke regel meer AGITE MA NON AGITATE. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant. Advertentiên worden niterl jjk Maandag-, Woensd ag- en Vrjda g-a vond voor 6 uur ingewacht. Redacteur-Uitgever, W. Kü PEERS. In het slotwoord van de Encycliek Re- rum novarum dat belangrjjk en merk waardig gedenkschrift van spa Pontificaat spreekt Leo XIII deze erastige en plechtige woorden, welke nimmer genoeg zaam kannen worden overwogen «Aangezien de godsdienst alleen in staat is afdoende inwendige verbeteringen in de wanverhoudingen te brengen, behoort zieh telkens verder de overtuiging uit te breiden, dat het boven alles aankomt op de her leving der Christelijke gezindheid en zeden, zonder welke alle maatregelen, hoe wjjs en veelbelovend ook, niets vermogen voor het ware heil.» Deze maatregelengematigde en ge rechtvaardigde tusschenkorost van den Staat, economische instellingen, billjjk werkloon, vakvereenigingeo, bevrediging geschonken aan de rechtmatige grieven van de wer kende klagaedeze maatregelen en nog vele andere heeft de Paus de revue laten passeeren en hjj prjjst het voorzichtig ge bruik hiervan, altiji met een vreedzaam doeleinde, ten hoogste. Maar wjj hebben zjjne conclusie vernomen nooit zullen deze maatregelen door z'ch zelve het kwaad in zjju wortel aantastenwat meer is, zjj zullen niets vermogen voor het ware heil, zjj zullen volstrekt geen krachtdadigheid be zitten, indien zjj niet bevrucht worden door het werkzame 6n levende Christendom, door den godsdienst, die geheel het leven door dringt, die in éen woord gezegd, het leven en de zielen hervormt. Wjj zeggen alzoo, om deze waarheid nader toe te lichteD, dat buiten bet prak tische geloof, inwerkend op de zeden en de ideeën, de moderne werkman' eene zekere prooi is voor het socialisme. Eu vervolgens dat buiten het practische geloof de econo mische instellingen, hoe behoed ook van nature, öf wel niet aangenomen worden door den werkman, of wel aan het gevaar zijn blootgesteld van zich te keeren tegen hun doel. Het valt niet te ontveinzen, dat er tegen woordig te veel gegoeden en werklieden worden gevonden, die alleen Christen zjju in naam. We durven het zeggen: hetzjja gedoopte heidenen, vervreemd van de wezen- ljjke plichten van den godsdienst, of wel deze plichten slechts na en dan beoefenend, bp zeldzame tusschenpoozen, bp zekere meer plechtige omstandigheden ten einde te ge hoorzamen aan bet gebruik en de gewoonte en veel moer om de plechtigheid dan nit overtuiging of tot eigen tijdelijk voordeel. FEUILLETON. 9.) {Vervolg.) Neen, Agnes, ge moet verstandig wezen, zei de Baron,die krachtiger optrad. We moeten reke ning houden met de wereld. Iedereen weet, dat uwe bruiloft in Januari gevierd wordt. Wat zou men niet vermoeden, indien de verloving verbro ken wordt en Sahlberg plotseling van hier ver trekt. We kunnen de bruiloft uitstellen, daar voor vindt men licht een reden. Indien ge wilt, ga ik in Februari voor mijne gezondheid op reis en neem u mee. Maar zoo als ik zei, de schijn van uwe verloving moet nog blijven. Hij is van onzen stand, bij is een edel man, dien ge niet moogt prijsgeven, dit is meer dan plicht tegenover den burgerstand. Ik zal Siegfried zeggen, dat ik alle maatregelen van ba ron Sahlberg billijk,daarmee is den Directeur een spaak in het wiel gestoken. Agnes glimlachte. Zoo dan keurt gij ook goed, dat Sahl berg uwe handteekening namaakte om ergens vooruitbetaling te ontvangen en dat hij meer effecten verduisterd heeft dan tot dekking der rente noodig was. De Baron werd ongeduldig. Mijn God, ik zei je toch, dat ik de han delwijze van Sahlberg niet geheel goedkeur, - maar, ook ni»t geheel afkeur. Sahlberg heeft Ernstige godsdienst, inwerkend op de zeden en op de ideeën hebben dezulken vol strekt niet. Daarmede bemoeien ze zich niet! Wat erger is zjj huichelen een godsdienst te bezitten, breken hem af en vervolgen een ieder die hun geweten durft wakker schndden. En ziedaar het groote gevaar van den toestand in deze eeuw van socialistische propaganda. De werkman, die niet meer verlicht en beschut wordt door den gods dienst, is eene prooi voor de mannen der wanorde en dezen hebben niet de minste moeite om zich van hem meester te maken. De zaadkorrel van het socialisme valt on feilbaar zeker, den een of auderen dag, in de voren waar het Christendom, het levende en practische Christendom, heeft opgehou den te bloeien, waar comedie wordt ge speeld, om wille sfcoffaljjke belangen en waar ook de negentieneeuwsche farkëer zjjn doel tracht te bereiken. Het revolntionnaire on kruid schiet hierdoor alras omhoog en over dekt weldra het geheele veld. Ondervraagt beurtelings de ondervinding en het gezond verstand. Wat zegt ons de on dervinding? Wat zegt ocs het gezond ver stand Da ondervinding toout ons aller wegen, op het platteland zoowel als inde steden, twee geheel van elkaar verschil lende groepen van werkliedende ééne groep, wjj aarzelen niet bet te zeggen dit zjjn niet altjjd de ongelukkigste in staat van openljjken of geveinsden op stand tegen de maatschappijde andere, misschien in nog lagere toestanden van welvaart geplaatst en toch gehoorzamend aan de gestelde orde, alleen met eerlijke middelen de rechtmatige verbetering van hun lot vragend. Waaraan ligt dit contrast Hieraanomdat aan den eenen kant de godsdienst wordt aangenomen en beoefend, en aan den anderen kant niet. Inderdaad, het socialisme is vóór alles eene oproeping van de hartstochten, van de laagste begeerten van den werkman. Welnu, om de hartstochten te beteugelen, is er wat anders noodig dan een wetboek, dan agenten van politie en sabelhouwen is er wat anders noodig dan het geweld en de wet. Daarvoor is noodig de breidel, door God zeiven of in Zjjn naam geplaatst: daarvoor is noodig de godsdienst. De gods dienst alleen is in staat om die geweldda dige driften in toom te honden, welke zoo gemakkelpk ontwaken in het hart van de onterfden dezer wereld en welke tegen woordig nog worden aangeprikkeld door het onrecht dat openlpk wordt gepleegd en toegelaten, uit laffe angst voor zjjne immers geen cent voor zich gebruikt, maar al les voor ons belang aangewend. We waren toen zeer om geld verlegen. Tante Lona zag den spreker scherp aan om te zien of hij waarheid sprak. Zou het niet goed zijn, vroeg de oude dame bedaard, indien baron Sahlberg een tijd lang van hier wegging. Mij dunkt, dat dit niet weinig tot opheldering der zaken zou bijdragen. Sahlberg moet immers weg, hernam ba rones Agnes. De directeur Siegfried heeft de verwijdering van Sahlberg gevorderd. Hoezeer ik ook verlang, dat Sahlberg zoodra mogeüjk vertrekt, even zoozeer verwondert het mij, dat gij de aanwezigheid van dien Directeur in Rotheim zoo noodig acht. Ge zeidet mij immers, dat uwe zaken zeer goed stonden, dus zijt ge ook vrij in uw handelen. De Baron scheen verlegen. Het is mij onmogelijk, u op 't oogenblik op te helderen, waarom de Directeur hier blijven moet, over den stand van mijne zaken moogt ge echter volkomen gerust zijn. Tante Lona heeft weer zeer juist gezien, eene tijdelijk verwijdering van Sahlberg is zeer doelmatig en hierdoor ge ven wij den Directeur een schijn van voldoening. Sahlberg ziet dat zelf in en wil heden namid dag vertrekken. Hij reist voor zaken naar Praag en wil ook zijne familie bezoeken. Mag Sahl berg je nu vaarwel zeggen, Agnes? Hij heeft mij verzocht je dit te vragen. Neen, zei ze ruw. Indien ik er in toestem de verloving niet onmiddellijk af te breken, zoo moogt ge wel tevreden zijn Papa. Sedert gisteren is baron Sahlberg een vreemde voor jnij, die zijne meiemenschen, tot steun van het gloeiende woord van de predikers der anarchie, en dan is men zich dat steun geven niet bewast? We hebben de ondervinding geraadpleegd, raadplegen wjj thans het gezond verstand, de rede. Wat zegt ons de rede? Zjj zegt ons, dat het socialisme is eene leer, en dat eene leer, vooral als zjj de hartstochten streelt, nimmer wjjkt dan voor de tegen overgestelde leer, die bjj de meening volle gezag wekt. Men zal das niets of bjjoa niets gedaan hebben voor de werklieden, doortrokken van socialistische denkbeelden, gewonnen voor het collectivisme enz., zoo lang men er niet in geslaagd is om die denkbeelden en die vooroordeelen te ont wortelen en uit te roeien, en daarvoor in de plaats de tegenovergestelde beginselen van het Christeljjk geloof in bnn verstand te planten. Het is niet genoeg, de werklieden te verzamelen onder het Katholieke vaandel, in een Katholiek locaal; het is niet genoeg op een manifestatie-dag der werklieden eeni- ge godsdienstige kreten te doen slaken: «Leve de Encycliek, leve Leo XIII!» Het is niet gauoeg, het kruis of de pauseljjke tiaar aan een vaandel te hechten niet genoeg zelfs, tot zinspreuk te nemenGodsdiensthuis gezin, eigendom. Neen, om een goed werk tot stand te bren gen, een werk dat dunrzaam is, moet men tot daden, tot de toepassing komen. Na de luide weergalmende verklaringen voor den godsdienst, met groot gedruisch door hon derden stemmen van da pers openbaar ge maakt, en waarvan het looneel een heilza- men indruk op den werkman heeft kunnen teweeg brengen, is het niet minder waar, dat de onverschillige of oppervlakkig chris- teljjke werklieden bjj na steeds dezelfde blij ven. De ougalukkigen bljjven volharden in het kwaad, helaas te dikwjjls door slechte voorbeelden van hen, die aangewezen zjjp, om betere gedachten bjj hen ingang te doen vinden. Niettemin mogen wjj ons niet hou den aan dit minimam, het geldt hier om degeljjk onderwezen Christenen te vor men, Christenen naar hart en naar ziel, Christeaen in één woord van de daad, in dien men hen aan de revolutie wil ont rukken, de heerschappjj der volksmenners wil verwoesten, en tegeljjk de maatschappjj wil redden. Slot volgt.) In de Magnaten-Kamer te Bjda-Psst is met 113 tegen 112 stemmen besloten, om kaart in de voorkamer mag afgeven, om aan de etikette te voldoen,. De slotheer zweeg heelemaal verbluft, mevrouw Yon Balten echter schudde afkeurend het hoofd. De toon, waarop het meisje gesproken had, had de ontevredenheid van tante Lona in hooge mate opgewekt. Ik vind het goed, dat ge den Baron voor zijn vertrek niet meer ontvangt, zei ze berispend, want zooals ge nu gesteld zijt, zou bet van kwaad tot erger komen. Dit is het beste Libor, zeg dit den Baron. Daarmee zal bij wel tevreden zijn. En u Agnes, raad ik aan voor het diner nog een wan delrit te maken, dan zult ge een beetje tot beda ren komen. De oude dame 'stond nog voor het venster der roode zaal, toen barones Agnes van Rotheim bp haar glanzend zwart paard den weg naar het bosjcb insloeg. In gedachten verzonken, oogde ze hsra nicht na, zoolang ze kon. Agnes reed langzaam door het woud, waarin vandaag geene heldere stemmen weerklonken zoo als op zomerdag. Heden zweeg het woud als ware het afgemat door den storm van gisteren. Voor zichtig stapte het paard over den met denne- naalden bezaaiden grond. Enger werd het pad en dichter het woud, ter wijl de bodem meer en meer klom en steenach tig werd. De paarden klommen met moeite het steile pad op. De bediende was een weinig terug gebleven, zeer verwonderd, dat zijne meesteres dezen slechten weg tot een wandelrit uitkoos. Ag nes Van Rotheim bekommerde zich weinig hier om, maar reed zwijgend verder onder de mach over te gaan tot de behandeling van Dr. Weckerle's wetsontwerpvolkomen vrijheid van godsdienstoefening voor alle gezindten. Graaf FerdinandZichy verzette zich onmiddelljjk met alle kracht tegen het ont werp, hoofdzakeljjk op grond, dat daardoor de algemeene ongodsdienstigheid in Honga rije zoa worden bevorderd. Hjj deed het voorstel om te ^bepalen, dat de Regeering niet het recht zou hebben eene nienwe godsdienstige gezindte te erkennen. Dit recht zou alleen toekomen aan de wetgevende macht. De minister-president W e c k e r 1 verklaarde het amendement voor onaanne melijk. Na een heftig debat werd toen het voorstel van graaf Zichy met 111 tegen 107 stemmen verworpen. Na kwam graaf Aladar Andras- s y, tot de liberale partjj behoorende, met het voorstel om een der artikelen, waarin gesproken werd over hen, dis tot geen ge zindte behooreD, geheel weg te laten. Weer volgde eene heftige discussie. De uitslag daarvan was niet gunstig voor de regee ring. Ondanks de protesten van Dr.Wee- k e r 1 en den Miuister van «eredienst, werd Andrassy's voorstel met 122 tegen 96 stemmen aangenomen. Woedend brachten de kerkvervolgers hierna het geheele ontwerp bjj de derde lezing in stemming. D.e brutaliteit werd Dr. W e c k e r 1 betaald gezet, doordat niet alleen de Katholieken, maar ook een aantal liberale Magnaten er tegen stemden. Met een meerderheid van 20 stemmen werd het ontwerp verworpen. Uit is dos de zaak. Da vjjanden der Kerk denken e: echter anders over, zjj zullea het wetsontwerp terugzenden naar de Tweede Kamer, welke de ongelukswet heeft goedgekeurd. Zjj vragen zich af hoe kannen wjj onzen zin krjjgen? Twee middelen worden daar voor genoemdhet aanstellen van eenige liberale leden der Magnateu-Kamer door keizer Frans Jozef of eene wjjziging van den census ten behoeve van de Mag naten in Zevenbergen. Tot dergeljjke middelen nemen de gods diensthaters na hun toevlucht. Is dat eer- ljjk, mogen wjj vragen? Is zoo'n doordrjj- verjj niet afschuweljjk Nog erger! De Kerk vervolgers rekenen zeker op een lafhartig toegeven van keizer Frans Jozef. Wij hopen en vertrouwen echter,dat de Kei zer van OoBtenrjjk zich niet langer zal laten gebruiken om het Hongaarsche volk in een poel van ellende te storten, ter wille van de vrjjmetselarij en het zgn Troon onder- mgnend, lawaai makend jodendom. tige dennen, tot ze bemerkte, dat de bodem weer begon te dalen. Ze hield haar paard stil en luisterde. In de verte klopte een specht luid tegen een boom, een weinig dichterbij hoorde ze het kabbelen eener beek. Neen, ze had zich niet vergist. Lang zaam wendde ze haar paard naar links en begon het steile pad af te dalen. Slechts weinige dennen hadden hier hunne wortelen in den rotsachtigen grond geslagen. Den teugel in de fijne en toch krachtige hand,reed de Barones de gevaarlijke hel ling af; dat de knecht haar niet volgde, scheen de koene rijdster niet op te merken. Eindelijk was ze gelukkig onder, dank het trouwe dier, dat zulke uitstapjes gewoon was. Het stond voor de Rot- heimsbeek, die haar kristalhelder water aan den voet van den berg voortstuwde^ Een sprong en het stond met zijne bereidster op den anderen oever, waar weer een groot woud begon. Nu eerst keek de Barones om en beschouwde met zekere voldoening den gevaarlijken weg, dien zij afgelegd had. Ook bemerkte zij nu de afwezigheid van den bediende.Reeds zette ze hetzilveren fluitje aan den mond om den knecht de plaats aan te dui den, waar ze zich bevond, doch liet het instrument weer vallen. Hij waagt toch niet me hier te volgen, dacht ze. Agnes keerde haar paard om den goeden bosch- wag te zoeken, die naar het slotpark voerde. Ze reed eenige stappen verder langs de beek en kwam aan eene kleine opene plek, in wier midden zich eene ware reuzenden verhief. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1