No. 2205.
Zondag 4 November 1894.
19de Jaargang
Eene gedachtenwisseling.
BUITENLAND.
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
Van 16 regels.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
30 Cents.
5
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond
voor 6 uur ingewacht.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére
G. L. DA UB JE 8f Co., J OHN F. J ONES,Succ., Parijs 316is Faubourg Montmartre.
Het was wel te denben, dat bjj de be
raadslagingen in de Afdeeiiogen vau de
Tweede Kamer over de Staatsbsgrootiug
voor het volgend jaar de staatkundige
gebeurtenissen, welke in het voorjaar hier
te lande zijn voorgevallen, ter sprake zou
den komen.
Bljjkens het verslag der Commissie van
Rapporteurs werd namelgk in een der
afdeelingen, naar aanleiding van de door
de Regeeting overgelegde stukken, eene
gedachtenwisseling gevoerd omtrent de
intrekking van het wetsontwerp tot rege
ling van de kiesbevoegdheid voor da Tweede
Kamer en de Provinciale Staten op 9
Maart jl. en de daarbjj gevolgde ontbin
ding der Kamer.
Die gedachtenwisseling kaa van be
lang genoemd worden iu zoover daaruit
big kt, dat het radicalisme, zoowel, dat
van de afgetreden Regeering als ieder
ander, onder welken vorm het zich ook
voordoet, een gevaar oplevert voor den
Staat, omdat het zijn voorstanders voert
tot daden, die niet overeenkomstig de
Grondwet van het land geacht kannen
worden.
Wjj zullen dit nader aantoonen. De
Minister van Binnenlandsche Zaken in
het vorig Kabinet wenschte invoering van
h6t algemeen stemrecht hier te' lande, en
de door hem aanhangig gemaakte wet zou
dan ook aan ons volk dat algemeen stem
recht, behoudous eene niets beteekenenda
uitzondering, hebben gebracht. Doch ('e
meerderheid der Kamer meende, dat zij
den Minister niet mocht tosstaan eene wet
tot stand te brengen, die in strjjd moeit
worden geacht met de Grondwet. Zetr
jaist wordt dit in het verslag van de
Commissie van Rapporteurs gezegd. Wij
lezen daar: «Noch door eene uitdrukkelijke
verklaring, noch door baar houding bad
de vorige Kamer doen blijken van eene
aan eene groote uitbreiding van het kies
recht vjjandige meening, en evenmin, dut
zjj niet wilde medegaan met een voorstel,
dat ten doel had het kiesrecht zoover
uit te breiden als deGrondwet toelaat, maar
wè', dat zij niet zoover gaan wilde a's
de Grondwet naar de meening der Regee
ring toelietvan eèn verschil over de uit
legging der Grondwet werd echter in het
rapport van den Raad van Ministers aan
H. M. de Koningin-Weduwe, Regentes,
geheel gezwegen.»
Duidelijk wordt het hier uitgesproken,
dat de vorige Regeering en wel in het
bizonder de Minister van Binnenlandsche
Zaken er eene uitlegging vau de Grond
wet op nahield, welke volstrekt niet de
ware kon heeteo, en alleen maar werd
verdedigd,omdat hetKieswetsontwerp moest
aangenomen worden.
De radicale Regeering gaf aan het
Grondwets-artikel betreffende het kiesrecht
eene bedoeling, welke er door den Wetge
ver niet in neergelegd was en er ook niet
uit gelezen kon worden, indien men niet
door bet radicalisme geheel is verblind.
Vooral om die reden zjjn wjj zulke
jjverige bekampers van het radicalisme.
Het heeft geheel gebroken met de histo
risch gevormde toestanden en de bestaande
wetten. Het schept zich voor den geest
FE UILLET ON.
Agne s.
(Vervolg.)
Zijn we hier zeker? vroeg Sahlberg. De
maan scheen zoo helder, dat ze geen licht
noodig hadden.
Ten hoogste hooren ons een paar ratten,
antwoordde Louis lachend. Hier moet de kast
staan, die ik meen, hier naast de trap. Daarin
zet ik het koffertje.
Als je het hebt, zei Sahlberg. Het kan
nog misloopen.
Het is geen kunst de juweelen mach
tig te worden, meende Louis. Me dunkt, dat
u gewetenswroegingen hebt, laten we dan de
zaak maar laten.
Verduiveld, schreeuwde Sahlberg, ge weet,
dat ik geld moet hebben.
Nu bespraken de beide mannen hun plan. Den
volgenden dag zou de familie Eotheim met Sahl
berg naar een feest gaan, waarvan men laat zou
terugkeeren. Ondertusschen zou Louis bij het
vallen van den avond den diefstal plegen. Hij
zou de ruiten indrukken, opdat men zou denken
aan inbraak van huiten. Het koffertje zou Louis
dan naar het tuinhuisje brengen, baron Sahlberg
ou ongemerkt in het tuinhuisje sluipen, de
nemen en naar het slot terugkeeren. De
den eerst aan een heler verkocht en
rwittigd worden. Het koffertje
—Niet waar, heer Direc-
een ideaal-Sfcaat en volgens dat prodact
der verbeelding moeten alle instellingen
en toestanden, zonder te letten op de ge
volgen, maar worden veranderd. De radi
calen zjjn geheel blind voor de eischen
der practjjk en willen alles dwingen naar
de theorie, welke zjj zich voorgesteld
hebben.
Men ziet het zelfs aan de vorige Re
geering, die als zoodanig toch in de eerste
plaats geroepen was om de hoogste wet
des lands, de Constitutie, zelfs na te leven.
Zjj zag uit geestdrift voor haar ideaal,
het algemeen stemrecht, de eischen van
de bestaande Grondwet geheel voorbjj, en
daarop indachtig gemaakt, wenschte zjj
haar kiesrechtontwerp niet eens zoodanig
te wjjzigen, dat het verwjjt van ongrond
wettigheid het voorstel niet meer kon
treffen.
Ziedaar de gevolgen van het radicalisme,
dat door zjjne voorstanders zoo wordt
geroemd als de eenige richting, welke het
recht en de vrjjheid dient en onafbankeljjk
van andere invloeden aitsluitend 's lands
belang op het oog heeft.
Het radicalisme van den vorigen Minister
van Binnenlandsche Zaken echter mis
kende het recht geheel. Onomwonden lezen
wjj o. a. in het verslag van de beraad
slagingen in de Afdeelingen: «Sommigen
hadden den indruk gekregeo, dat de vorige
Minister aanvankeljjk wel eenigszins sa
menwerking met de Kamer had gezocht,
maar dat bjj, al spoedig wanhopende het
met haar eens te worden, de Kieswet ni6t
langer op ernstige wjjze behandeld had,
maar het had aangelegd op de ontbinding,
op welke hjj reeds bjj zjjn optredeu het
oog had gehad, al wilde men nog niet
zoover gaan van te gewagen van eene
krjjgslist, geljjk een der jjverigste aanhan
gers van de vorige Regeering gedaan had.»
Indien deze leden van de Kamer
het rechte eind hebben, en wjj hebben
geen reden om er aan te twjjfelen, dan
bljjkt daghelder, dat de radicale Minister,
die zooveel kon spreken van het recht
van den werkman, bet er op heeft aan
gelegd de rechten van de Volksvertegen
woordigers te miskennen en aan de Grond
wet te kort te doen enkel en uitsluitend
om zjjn kiesrecht-ideaal in vervulling te
brengen.
Nog een staaltje van onvervalscht ra
dicalisme wordt in het verslag herinnerd,
waar men het in strjjd noemde met onze
constitutioneels instellingendat de
Regeering aan de indiening van een
wetsontwerp door de Kroon een motief
ontleend had om H. M. de Koningin-We
duwe, Regentes, tot Kamerontbinding te
bewegen en da Kroon te plaatsen tegen
over een naar het oordeel des Ministers
«behoudzieke meerderheid in de Staten-
Generaal.»Op die wjjze werd, meende meo,
het Hoofd van den Staat rechtstreeks
gemengd in den strjjd der partgen.
Ook wjj zjja die meening toegedaan,
maar wenscheu er nog aan toe te voegeD,
dat de indiening eener wetsvoordracht bjj
de Staten-Generaal nog volstrekt geene
instemming met zulk een ontwerp door
het Hoofd van den Staat eischt. Daaren
boven zjjn de Ministers verantwoordeljjk
en gaat het dus niet aan de Koningin-
Regentes party te laten kiezen in een
geschil tusschen Regeering en Kamer.
teur, het plan was listig beraamd die Louis is
een meester in zijn vak.
De grijze Yalentijn lachte keesck.
Verder I ze: Siegfried.
Een weinig geduld,heerDirecteur, we moe
ten een nieuw licht hebben. Hij stak weer een
kaarsje aan en ging voort
U kan begrijpen, hoe blij ik was het plan
der gauwdieven te kennen. Dadelijk was mijn
besluit genomen. Den volgenden dag bemerkte
ik, dat mijn broeder, zijne doebter en Sahl
berg uitgereden waren.
Bij bet vallen van den avond begaf ik mij
naar het tuinhuisje. Het was gesloten en ik
moest weer over de rots op het platte dak
klauteren. Ik bevond, dat de valdeur van
binnen gesloten was. \IIet was niet lastig de
deur met geweld te openen, want bet hout
was rot, doch dan zou Louis de verandering
bespeurd hebben en alles ware verloren geweest.
Dus moest ik geduld hebben. Een uur later
hoorde ik voetstappen en voorzichtig verborg
ik mij onder de bank. De trap kraakte, de
valdeur werd opengeworpen, en ik zag Louis
met zijn vaal gezicht vlak naast mij. Doch ik
lag in de schaduw en Louis zag niemand.
Tevreden ging hij weer naar beneden zonder
nu dc valdeur te sluiten. Zachtjes hoorde ik
hem de kast openen en hij verliet het huisje,
dat hij nu moest open laten. Nauwelijks was
hij weg of ik strompelde zoo gauw ik kon,
naar beneden en nam het koffertje uit de kast.
Toen ik weer op het platte dak was, hoorde
ik iemand naderen. Ik had geen tijd meer
om mij uit dc voeten te maken, en kroop du»
Doch ook daarover bekommert z ich een
echt radicaal volstrekt niet. Of deonsehend-
baarheid van de koninklijke macht wordt
aangetast en het Hoofd van den Staat
betrokken wordt in de partggeschillen,
dit is voor de radicalen volmaakt onver
schillig om de eenvoudige reden, dat zjj
niet hechten aan de bjj de Grondwet ge
waarborgde rechten en vrijheden.
Wat tegen de beschuldigingen aan bet
adres der vorige Regeeriog in het verslag
der Rapportenrs van deTweedeKamer werd
ingebracht, was naar onze meeniDg van
weinig beteekenis en volstrekt geen weder-
legging van de ernstige aanklacht, tegen
het radicalistisch streven dier Regeering
gericht.
Wjj. zullen daarbij dan ook niet uit
voerig stilstaan. Alleen wenschen wjj te
releveeven, dat door de voorstanders van
bet kiesrecht-T a k in de AfdeeliDgen
der Kamer werd beweerd, dat bet niet
aanging om te zeggen, dat de meerder
heid in het land niet ingestemd bad met
de voorstellen van het afgetreden Kabi
net. Volgens hen is toch bij de verkiezin
gen enkel gebleken van de meeningen
der tegenwoordige kiezers, zooals die thans
in de bestaande kiesdistricten zjjn ge
groepeerd.
Deze redeneering is al zeer d waas. Indien
men toch een beroep doet op de kiezers,
dan hecht men wel eenige waarde aan
hun uitspraak. Valt nu die uitspraak
anders nit dan men gedacht heeft, gaat
het dan wel aan om te zeggen, dat die
kiezers niet de meeniDg hebben vertolkt
van de meerderheid des volks?
Iodien de stembus in het voorjaar eens
beslist had ten gunste van het radicale
Kabinot, dan zouden de lofredenaars van
die Regeeriug wèl hoog hebben opgege
ven van de gewichtige beteekenis van
het votum der kiezers. Dan zou men vau
radicalen kant het beroep op het kiezers
volk hemelhoog hebben geprezen en zjjn
uitspraak als orakeltaal hebben begroet.
Ook hieruit bljjkt dus weder, dat de
radicale politiek zeer groote vorderingen
heeft gemaakt in het uitleggeu der feiten
naar eigen voordeel. Gelukkig dat al deze
kunstgrepen het radicalisme weinig suc-
cè) hebben aangebracht. Het is nu maar
te hopen, dat de tegenwoordige Regee
riog getrouw bljjft aan de begiuseleo, bjj
haar optreden gehuldigd, en dat zjj baar
voorname taak, de Kiesrechtregeling, ten
uitvoer brengt, zonder zich door de press ie
der radicalen te laten vervoeren tot daden,
welke even afkeurenswaardig zouden wezen
als die der vorige Regeering.
Spanje.
Te Madrid is eene werkstaking uitge
broken van bizonder soort. Daar hebben
dezer dagen eenige toeschouwers bij een
stierengevecht de verregaande brutaliteit
gehad,den vermaarden toreadorGr u e r r i t a,
te durven uitfluiten. Daarover ten hoogste
beleedigd en vertoornd, heeft hg de *tore-
adors en garde!» bjjeengeroepen tot een
congres van toreo's te Cordova, waarin de
Spaansche stieren be vechters zich zullen
verbinden nooit meer voor het Madridsche
publiek op te treden. De matadors van
weer onder de bank, terwijl ik mij op bet
koffertje neerlegde. Mijn hart klopte hevig, ik
wist dat, wanneer ze mij ontdekten, ik het
met den dood zou moeten bekoopen. Ik hoorde
iemand in de kast rammelen, het moest de
Baron zijn. Natuurlijk vond hij niet wat hij
zocht. Hij maakte licht aan; licht om mid
dernacht in het huisje moest wel vermoeden
wekken, indien het iemand zag. De Baron
zocht in alle hoekjes en vond niets. Daar
kwam Louis weer aansluipen, die in het slot
geene rust had.
Om den drommel, Sahlberg, riep hij
woedend, hoe durft ge nu licht aansteken.
Ik vind het koffertje niet, waar is het
vroeg Sahlberg.
Niet! herhaalde Louis ongeloovig, het
staat in de kast!
Dan zoek het, hernam Sahlberg. Daarna
boorde ik een geduchten vloek: Louis had
zeker ontdekt, dat de schat verdwenen was.
Nu volgde een vermakelijk tooneel. De eene
dief vertrouwde den anderen niet en zeker
zouden ze elkaar in de haren gevlogen zijn,
wanneer ze tijdpadden gehadPlotseling hoorde
ik ze het tuinhuisje verlaten, wellicht hadden
ze onraad bespeurd.
Ik was verwonderd, dat ze niet op het dak
kwamen. Nog eene poos wachtte ik en ging
den trap af naar beneden en vandaar in het
park. Ik was moe en bracht mijne juwee
len in dit hol in zekerheid.
De oude legde bizonderen nadruk op het
woordje //mijne//.
Ik was zeker, dat niemand in den omtrek
Se villa, Cadix, Malaga en Grenada hebben
G u e r r i t a reeds hun steun toegezegd.
Door verschil van meening onder de
Ministers over koloniale- spoorweg- en
vooral de tariefquaestie heeft het Minis
terie zjja ontslag genomen.
Rseds eenige dagen geleden hebben
eenige der ministers te kennen gegeven om
hun ontslag te zullen nemen, o. a. was
dit het geval met den heer M o r e t,
minister van Bnitenlandsche zakeo, die ten
opzichte van het handelstelsel geen genoe
gen kan nemen met de hoogbeschermoude
rechten,die dn meerderheid van het Kabinet
wilde voorgesteld zien. Het gevolg is ge
weest, dat er besloten werd, dat alle
Ministers hnn ontslag zonden nemen, om
gelegenheid te geven tot de samenstelling
van een nienw ministerie, waarmede de
Koningin-Regentes den heer S a g a s t a
heeft belast.
De Kardinaal-aartsbisschop van To
ledo, primaat van Spanje, heeft verklaard,
dat hjj Z. H. den Paus machtiging heeft
verzocht een nationaal concilie der Kerk
bjjeen te roepen.
Rusland.
De Keizer van Rnsland Alexander III
is Donderdag in den namiddag te Livadia,
omringd van zjjne Gemalin, kinderen,
verdere familieleden en betrekkingen over
leden.
Donderdag-avond te kwartier over zeven
verkondigden de kanonnen van het fort
Peter en Paal te St. Petersburg den volke,
het overljjden van den Czaar.
In de laatste dagen voor zjjn dood heeft
keizer Alexander veel geleden en de
berichten over zijn toestand waren zeer
treurig. De Czaar sliep weinig, de eetlust
werd met den dag minder en depjjnaan
de aangetaste longen kwelde hem zeer.
Hg, de machtigste vorst van Europa scheen
geduldig te zjjn in het lijden, zij ue adem
haling was hem moeiljjk, ook kon hg niet
meer liggen, zoodat van eene verkwikkende
rust door het uitstrekken des lichaams
voor hem geen sprake meer wezen koD,
daar hjj genoodzaakt was in een armstoel
zittende het beslissend nar af te wachten.
Zoo zat dan de Alleenheerscher van het
machtige Czarenrjjk, op wiens bevel meer
dan een millioen soldaten hnn leven veil
hadden, in een niterst pjjnljjk en hulpe-
loozen toestand te wachten tot de goede
God hem tot zich riep. Wat was voor
hem de machtigste vorst dezer aarde in
deze oogenblikken alle grootheid der wereld.
Geen sterveling kon hem redden, even als
den minste onder de mensehen heeft bjj
den tol des doods moeten betalen, om de
eeuwigheid in te gaan.
Czaar Alexander III van Rusland
werd den lOien Maart 1845 als tweede
zoon van keizer Alexander II te St.
Petersburg geboren en tegel jjkertjjd met
zjjn 17 maanden ouderen broeder, den
Grootvorst-troonopvolger Ni co laas op
gevoed. Na het overljjden van dezen te
Nizza op 24 April 1865, werd Aleian-
d e r op plechtige wjjze tot troonopvolger
geproclameerd. In 1866 huwde hjj met
de vroegere verloofde van zjjn overleden
ondsten broeder, prinses Dag mar van
Denemarken. Uit dit huweljjk zjja drie
zoons en twee dochters gesproten, name-
Ijjk de Czarewitch N i c o 1 a a s, geb.
18 Mei 1868; Grootvorst G e o r g e, geb.
dezen schuilhoek kent. 's Anderen daags was
er groot alarm op bet slot, een knecht had
gezien dat er van buiten eene ruit uitgeno
men was. In den tuin op eenige passen afstand
van 't gebouw lag eene ladder, waarvan, zoo
als men meende, de dieven zich bediend had
den. Ik moest lachen toen ik hoorde hoe de
heeren rechters alles onderzochten en verklaar
den. Ik wist wel, dat Louis het zich veel
gemakkelijker gemaakt had. De ladder en de
stukjes glas onder het venster waren slechts
middelen om de justitie te misleiden.
Toch hadden al die listige middelen niets
gebaat, de buit was mijn. Bij mij werd ook
huiszoeking gehouden, natuurlijk vergeefscli.
Alle nasporingen bleven zonder gevolgik
heb den schat, hij behoort mij, mij alleen.
Gij zijt dus de heler van den diefstal,
zei Siegfried ernstig, nadat de oude uitge
praat had,
Een heler mijnheer! riep Valentijn boos.
Hoe kunt ge dat zeggenIk heb verhinderd,
dat de kostbaarheden gestolen zijn en ik behield
ze, wijl het toeval mij eene kleine schadever
goeding in de hand speelde voor al het onrecht,
dat ik mijn leven lang verduurd heb. Mijne
nicht krijgt de juweelen terug, doch eerst na
mijnen dood. Mijne trotsche familie zal dan
leeren, dat een bedelaar ook iets vermaken kan.
Maar ziet gc niet in, hoe onrechtvaardig
het is, die kostbare zaken te behouden vroeg
Siegfried dringend. Ge hadt den volgenden
dag. reeds naar baron Eotheim moeten gaan
en hem alles vertellen wat ge gehoord hadt
Nu zijt ge inderdaad medeplichtige geworden
9 Mei 1871; Grootvorstin X e n i a, geb-
6 April 1875Grootvorst Mi eh ael, geb.
5 Dec. 1878; Grootvorstin 01 ga, geb.
13 Juni 1882.
De overledene Czaar besteeg na den
moordaanslag op zjjn vader op den 13n
Maart 1881, den Russischen troon. Hjj
heeft eene zeer voorzichtige staatkunde
betracht en men moet het in hem prjj-
zeo, dat hjj met zeer veel tact het Fransche
Chauvinisme heeft weerstaan en den vrede
in Europa wist te bewaren.
Steeds bedreigd door nihilistische aan
slagen en woelingen werd hjj streng ba-
waakt en hjj leefde dan ook zeer afge
zonderd.
Zjjn huiseljjk leven was zeer gelnkkig
en met zjjn Gemalin bracht hjj bg na jaar-
ljjks een bezoek aan het Dsensche Hof,
waar hij zich veiliger en rustiger ge
voelde dan in zgn eigen Rjjk, en waar
de Keizer aller Russen zjjne gelukkigste
en rustigste dagen in den kring zjjner
familie heeft doorgebracht.
Nn Czaar Alexander III is over
leden, zal zgn ondste zoon N i c o 1 a a s
Alexandrowitch, onder den naam
van Czaar N i c o I a a s II, als Keizer aller
Rassen optreden.
Het lievelings-denkbeeld van Czaar
Alexander om nog bg zgn leven het
huweljjk tnsschen den Troonopvolger en
prinses Alix vanHessen voltrokken te
zien, is niet verwezenljjkt, hoewel de Prin
ses in eene overhaaste reis te Livadia tot
dit doel eenige dagen geleden aankwam.
Renter's agent te Londen meende te weten,
dat ran eene vervroegde huweljjksslnitiug
nooit sprake is geweest. Maar, zoo vraagt
men zich af, waartoe dan al die drukte
over het te sluiten huweljjk, en de over
haaste reis der Braid naar de Krim? Door
het overljjden van den Czaar zal de vol
trekking van het hnweljjk natuurlgk na
wel geraimen tijd worden aitgesteld.
De doodstjjiing van den Czaar beeft
onder het Russische volk algemeeue ont
steltenis en rouw gebracht. De schouw
burgen en andere openbare vermakelijk
heden werden onmiddellijk gesloten en
insgeljjks werd terstond bevel gegeven tot
sluiting der koffiehuizen.
Volgens een telegram nit Livadia was
Czaar Alexander in zjjne laatste oogen
blikken bjj volle bewustzjjn. Da Keizerin
en allen, die hem lief waren bleven steeds
bjj hem. Zacht en kalm blies hg den laat-
sten adem uit.
Van het lijk nameD de kinderen en
bloedverwanten des Czaren afscheid, ge
volgd door de hofbeambten, de leden van
het keizerlgk gevolg en de paleisbedienden,
De keizerljjke vlag werd op het paleis
halfstok geheschen, onder het gebulder
der kanonnen. Kort na des Czaren dood
werd aan keizer N i c o 1 a a s II, op het
plein voor het paleis de eed van trouw
gezworen, eerst door de daar aanwezige
Grootvorsten, toen door de hofbeambten
en bedienden, militaire beambten enz.
In bet Manifest door keizer N i c o-
1 a a s II in de Regetringsbode openbaar
gemaakt, lezen wjj, na mededeeling van
bet afsterven van Czaar Alexander,
het volgende;
«Moge ons het bewustzjjq troosten,
dat onze droefheid ook de droefheid is
van ons geheele, geliefde volk. Moge het
Zoo, heer Directeur? En meent u, dat de
Baron van mij een woord geloofd kadde. Ik zou
als dief achter slot zijn gekomen en men zou
meenen, dat ik de juweelen terugbracht, omdat
ik ze niet kon verkoopen.
Ieder mensch begrijpt toch dat ge met
uwe kruk niet op de ladder kondt klimmen,
merkte Siegfried op.
Om het even, zeker ware ik gevangen
genomen, ik kon niets bewijzen en de beide
dieven hadden zeker hoog en laag gelogen.
Neen, heer Directeur, u mag me niets ver
wijten. Ik doe geen onrecht door de schat te
houden, ik denk, dat het een erfdeel van
mijn vader is. En wanneer ik in dit hol sluip
en de glanzende steenen bewonder, dan gevoel
ik mij geen bedelaar meer, dan waan ik mij
rijk, onmetelijk rijk, dan ben ik een trotschcn
baron von Eotheim. Dan spreek ik met mijne
schoone nicht, ik mag de paarlen om haren
blanken hals hangen, ik mag de gouden spel
den in hare lokken steken 'en hare teedere
vingers met de kostbare ringen sieren en dan
dunkt mij, dat ze mij zachtjes toefluistert:
Ik dank u, lieve oom!
Yalentijn begon te weenen, tranen rolden
langs zijne bleeke wangen. Siegfried had mede
lijden met den ongelukkigen man. Welk een
zonderling karakter! Welk eene liefde voor
zijne schoone nicht, die den ouden man nog
nooit vriendelijk had aangezien ze had
immers geen hart!
Ik heb u mijn woord gegeven niets te
verraden van hetgeen ge mij zeggen of toonen
zoudt, zei Siegfried na geruimen tijd gezwegen
I1EIIWI
ABONNEMENTSPRIJS.
I ill HU I.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
JTM A1N TIE NDRAtT^*
AGITE MA NON AGITATE.
19.)