No. 2205. Zondag 4 November 1894. 19de Jaargang Eene gedachtenwisseling. BUITENLAND. Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS. BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem. Van 16 regels. Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. 30 Cents. 5 Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangére G. L. DA UB JE 8f Co., J OHN F. J ONES,Succ., Parijs 316is Faubourg Montmartre. Het was wel te denben, dat bjj de be raadslagingen in de Afdeeiiogen vau de Tweede Kamer over de Staatsbsgrootiug voor het volgend jaar de staatkundige gebeurtenissen, welke in het voorjaar hier te lande zijn voorgevallen, ter sprake zou den komen. Bljjkens het verslag der Commissie van Rapporteurs werd namelgk in een der afdeelingen, naar aanleiding van de door de Regeeting overgelegde stukken, eene gedachtenwisseling gevoerd omtrent de intrekking van het wetsontwerp tot rege ling van de kiesbevoegdheid voor da Tweede Kamer en de Provinciale Staten op 9 Maart jl. en de daarbjj gevolgde ontbin ding der Kamer. Die gedachtenwisseling kaa van be lang genoemd worden iu zoover daaruit big kt, dat het radicalisme, zoowel, dat van de afgetreden Regeering als ieder ander, onder welken vorm het zich ook voordoet, een gevaar oplevert voor den Staat, omdat het zijn voorstanders voert tot daden, die niet overeenkomstig de Grondwet van het land geacht kannen worden. Wjj zullen dit nader aantoonen. De Minister van Binnenlandsche Zaken in het vorig Kabinet wenschte invoering van h6t algemeen stemrecht hier te' lande, en de door hem aanhangig gemaakte wet zou dan ook aan ons volk dat algemeen stem recht, behoudous eene niets beteekenenda uitzondering, hebben gebracht. Doch ('e meerderheid der Kamer meende, dat zij den Minister niet mocht tosstaan eene wet tot stand te brengen, die in strjjd moeit worden geacht met de Grondwet. Zetr jaist wordt dit in het verslag van de Commissie van Rapporteurs gezegd. Wij lezen daar: «Noch door eene uitdrukkelijke verklaring, noch door baar houding bad de vorige Kamer doen blijken van eene aan eene groote uitbreiding van het kies recht vjjandige meening, en evenmin, dut zjj niet wilde medegaan met een voorstel, dat ten doel had het kiesrecht zoover uit te breiden als deGrondwet toelaat, maar wè', dat zij niet zoover gaan wilde a's de Grondwet naar de meening der Regee ring toelietvan eèn verschil over de uit legging der Grondwet werd echter in het rapport van den Raad van Ministers aan H. M. de Koningin-Weduwe, Regentes, geheel gezwegen.» Duidelijk wordt het hier uitgesproken, dat de vorige Regeering en wel in het bizonder de Minister van Binnenlandsche Zaken er eene uitlegging vau de Grond wet op nahield, welke volstrekt niet de ware kon heeteo, en alleen maar werd verdedigd,omdat hetKieswetsontwerp moest aangenomen worden. De radicale Regeering gaf aan het Grondwets-artikel betreffende het kiesrecht eene bedoeling, welke er door den Wetge ver niet in neergelegd was en er ook niet uit gelezen kon worden, indien men niet door bet radicalisme geheel is verblind. Vooral om die reden zjjn wjj zulke jjverige bekampers van het radicalisme. Het heeft geheel gebroken met de histo risch gevormde toestanden en de bestaande wetten. Het schept zich voor den geest FE UILLET ON. Agne s. (Vervolg.) Zijn we hier zeker? vroeg Sahlberg. De maan scheen zoo helder, dat ze geen licht noodig hadden. Ten hoogste hooren ons een paar ratten, antwoordde Louis lachend. Hier moet de kast staan, die ik meen, hier naast de trap. Daarin zet ik het koffertje. Als je het hebt, zei Sahlberg. Het kan nog misloopen. Het is geen kunst de juweelen mach tig te worden, meende Louis. Me dunkt, dat u gewetenswroegingen hebt, laten we dan de zaak maar laten. Verduiveld, schreeuwde Sahlberg, ge weet, dat ik geld moet hebben. Nu bespraken de beide mannen hun plan. Den volgenden dag zou de familie Eotheim met Sahl berg naar een feest gaan, waarvan men laat zou terugkeeren. Ondertusschen zou Louis bij het vallen van den avond den diefstal plegen. Hij zou de ruiten indrukken, opdat men zou denken aan inbraak van huiten. Het koffertje zou Louis dan naar het tuinhuisje brengen, baron Sahlberg ou ongemerkt in het tuinhuisje sluipen, de nemen en naar het slot terugkeeren. De den eerst aan een heler verkocht en rwittigd worden. Het koffertje —Niet waar, heer Direc- een ideaal-Sfcaat en volgens dat prodact der verbeelding moeten alle instellingen en toestanden, zonder te letten op de ge volgen, maar worden veranderd. De radi calen zjjn geheel blind voor de eischen der practjjk en willen alles dwingen naar de theorie, welke zjj zich voorgesteld hebben. Men ziet het zelfs aan de vorige Re geering, die als zoodanig toch in de eerste plaats geroepen was om de hoogste wet des lands, de Constitutie, zelfs na te leven. Zjj zag uit geestdrift voor haar ideaal, het algemeen stemrecht, de eischen van de bestaande Grondwet geheel voorbjj, en daarop indachtig gemaakt, wenschte zjj haar kiesrechtontwerp niet eens zoodanig te wjjzigen, dat het verwjjt van ongrond wettigheid het voorstel niet meer kon treffen. Ziedaar de gevolgen van het radicalisme, dat door zjjne voorstanders zoo wordt geroemd als de eenige richting, welke het recht en de vrjjheid dient en onafbankeljjk van andere invloeden aitsluitend 's lands belang op het oog heeft. Het radicalisme van den vorigen Minister van Binnenlandsche Zaken echter mis kende het recht geheel. Onomwonden lezen wjj o. a. in het verslag van de beraad slagingen in de Afdeelingen: «Sommigen hadden den indruk gekregeo, dat de vorige Minister aanvankeljjk wel eenigszins sa menwerking met de Kamer had gezocht, maar dat bjj, al spoedig wanhopende het met haar eens te worden, de Kieswet ni6t langer op ernstige wjjze behandeld had, maar het had aangelegd op de ontbinding, op welke hjj reeds bjj zjjn optredeu het oog had gehad, al wilde men nog niet zoover gaan van te gewagen van eene krjjgslist, geljjk een der jjverigste aanhan gers van de vorige Regeering gedaan had.» Indien deze leden van de Kamer het rechte eind hebben, en wjj hebben geen reden om er aan te twjjfelen, dan bljjkt daghelder, dat de radicale Minister, die zooveel kon spreken van het recht van den werkman, bet er op heeft aan gelegd de rechten van de Volksvertegen woordigers te miskennen en aan de Grond wet te kort te doen enkel en uitsluitend om zjjn kiesrecht-ideaal in vervulling te brengen. Nog een staaltje van onvervalscht ra dicalisme wordt in het verslag herinnerd, waar men het in strjjd noemde met onze constitutioneels instellingendat de Regeering aan de indiening van een wetsontwerp door de Kroon een motief ontleend had om H. M. de Koningin-We duwe, Regentes, tot Kamerontbinding te bewegen en da Kroon te plaatsen tegen over een naar het oordeel des Ministers «behoudzieke meerderheid in de Staten- Generaal.»Op die wjjze werd, meende meo, het Hoofd van den Staat rechtstreeks gemengd in den strjjd der partgen. Ook wjj zjja die meening toegedaan, maar wenscheu er nog aan toe te voegeD, dat de indiening eener wetsvoordracht bjj de Staten-Generaal nog volstrekt geene instemming met zulk een ontwerp door het Hoofd van den Staat eischt. Daaren boven zjjn de Ministers verantwoordeljjk en gaat het dus niet aan de Koningin- Regentes party te laten kiezen in een geschil tusschen Regeering en Kamer. teur, het plan was listig beraamd die Louis is een meester in zijn vak. De grijze Yalentijn lachte keesck. Verder I ze: Siegfried. Een weinig geduld,heerDirecteur, we moe ten een nieuw licht hebben. Hij stak weer een kaarsje aan en ging voort U kan begrijpen, hoe blij ik was het plan der gauwdieven te kennen. Dadelijk was mijn besluit genomen. Den volgenden dag bemerkte ik, dat mijn broeder, zijne doebter en Sahl berg uitgereden waren. Bij bet vallen van den avond begaf ik mij naar het tuinhuisje. Het was gesloten en ik moest weer over de rots op het platte dak klauteren. Ik bevond, dat de valdeur van binnen gesloten was. \IIet was niet lastig de deur met geweld te openen, want bet hout was rot, doch dan zou Louis de verandering bespeurd hebben en alles ware verloren geweest. Dus moest ik geduld hebben. Een uur later hoorde ik voetstappen en voorzichtig verborg ik mij onder de bank. De trap kraakte, de valdeur werd opengeworpen, en ik zag Louis met zijn vaal gezicht vlak naast mij. Doch ik lag in de schaduw en Louis zag niemand. Tevreden ging hij weer naar beneden zonder nu dc valdeur te sluiten. Zachtjes hoorde ik hem de kast openen en hij verliet het huisje, dat hij nu moest open laten. Nauwelijks was hij weg of ik strompelde zoo gauw ik kon, naar beneden en nam het koffertje uit de kast. Toen ik weer op het platte dak was, hoorde ik iemand naderen. Ik had geen tijd meer om mij uit dc voeten te maken, en kroop du» Doch ook daarover bekommert z ich een echt radicaal volstrekt niet. Of deonsehend- baarheid van de koninklijke macht wordt aangetast en het Hoofd van den Staat betrokken wordt in de partggeschillen, dit is voor de radicalen volmaakt onver schillig om de eenvoudige reden, dat zjj niet hechten aan de bjj de Grondwet ge waarborgde rechten en vrijheden. Wat tegen de beschuldigingen aan bet adres der vorige Regeeriog in het verslag der Rapportenrs van deTweedeKamer werd ingebracht, was naar onze meeniDg van weinig beteekenis en volstrekt geen weder- legging van de ernstige aanklacht, tegen het radicalistisch streven dier Regeering gericht. Wjj. zullen daarbij dan ook niet uit voerig stilstaan. Alleen wenschen wjj te releveeven, dat door de voorstanders van bet kiesrecht-T a k in de AfdeeliDgen der Kamer werd beweerd, dat bet niet aanging om te zeggen, dat de meerder heid in het land niet ingestemd bad met de voorstellen van het afgetreden Kabi net. Volgens hen is toch bij de verkiezin gen enkel gebleken van de meeningen der tegenwoordige kiezers, zooals die thans in de bestaande kiesdistricten zjjn ge groepeerd. Deze redeneering is al zeer d waas. Indien men toch een beroep doet op de kiezers, dan hecht men wel eenige waarde aan hun uitspraak. Valt nu die uitspraak anders nit dan men gedacht heeft, gaat het dan wel aan om te zeggen, dat die kiezers niet de meeniDg hebben vertolkt van de meerderheid des volks? Iodien de stembus in het voorjaar eens beslist had ten gunste van het radicale Kabinot, dan zouden de lofredenaars van die Regeeriug wèl hoog hebben opgege ven van de gewichtige beteekenis van het votum der kiezers. Dan zou men vau radicalen kant het beroep op het kiezers volk hemelhoog hebben geprezen en zjjn uitspraak als orakeltaal hebben begroet. Ook hieruit bljjkt dus weder, dat de radicale politiek zeer groote vorderingen heeft gemaakt in het uitleggeu der feiten naar eigen voordeel. Gelukkig dat al deze kunstgrepen het radicalisme weinig suc- cè) hebben aangebracht. Het is nu maar te hopen, dat de tegenwoordige Regee riog getrouw bljjft aan de begiuseleo, bjj haar optreden gehuldigd, en dat zjj baar voorname taak, de Kiesrechtregeling, ten uitvoer brengt, zonder zich door de press ie der radicalen te laten vervoeren tot daden, welke even afkeurenswaardig zouden wezen als die der vorige Regeering. Spanje. Te Madrid is eene werkstaking uitge broken van bizonder soort. Daar hebben dezer dagen eenige toeschouwers bij een stierengevecht de verregaande brutaliteit gehad,den vermaarden toreadorGr u e r r i t a, te durven uitfluiten. Daarover ten hoogste beleedigd en vertoornd, heeft hg de *tore- adors en garde!» bjjeengeroepen tot een congres van toreo's te Cordova, waarin de Spaansche stieren be vechters zich zullen verbinden nooit meer voor het Madridsche publiek op te treden. De matadors van weer onder de bank, terwijl ik mij op bet koffertje neerlegde. Mijn hart klopte hevig, ik wist dat, wanneer ze mij ontdekten, ik het met den dood zou moeten bekoopen. Ik hoorde iemand in de kast rammelen, het moest de Baron zijn. Natuurlijk vond hij niet wat hij zocht. Hij maakte licht aan; licht om mid dernacht in het huisje moest wel vermoeden wekken, indien het iemand zag. De Baron zocht in alle hoekjes en vond niets. Daar kwam Louis weer aansluipen, die in het slot geene rust had. Om den drommel, Sahlberg, riep hij woedend, hoe durft ge nu licht aansteken. Ik vind het koffertje niet, waar is het vroeg Sahlberg. Niet! herhaalde Louis ongeloovig, het staat in de kast! Dan zoek het, hernam Sahlberg. Daarna boorde ik een geduchten vloek: Louis had zeker ontdekt, dat de schat verdwenen was. Nu volgde een vermakelijk tooneel. De eene dief vertrouwde den anderen niet en zeker zouden ze elkaar in de haren gevlogen zijn, wanneer ze tijdpadden gehadPlotseling hoorde ik ze het tuinhuisje verlaten, wellicht hadden ze onraad bespeurd. Ik was verwonderd, dat ze niet op het dak kwamen. Nog eene poos wachtte ik en ging den trap af naar beneden en vandaar in het park. Ik was moe en bracht mijne juwee len in dit hol in zekerheid. De oude legde bizonderen nadruk op het woordje //mijne//. Ik was zeker, dat niemand in den omtrek Se villa, Cadix, Malaga en Grenada hebben G u e r r i t a reeds hun steun toegezegd. Door verschil van meening onder de Ministers over koloniale- spoorweg- en vooral de tariefquaestie heeft het Minis terie zjja ontslag genomen. Rseds eenige dagen geleden hebben eenige der ministers te kennen gegeven om hun ontslag te zullen nemen, o. a. was dit het geval met den heer M o r e t, minister van Bnitenlandsche zakeo, die ten opzichte van het handelstelsel geen genoe gen kan nemen met de hoogbeschermoude rechten,die dn meerderheid van het Kabinet wilde voorgesteld zien. Het gevolg is ge weest, dat er besloten werd, dat alle Ministers hnn ontslag zonden nemen, om gelegenheid te geven tot de samenstelling van een nienw ministerie, waarmede de Koningin-Regentes den heer S a g a s t a heeft belast. De Kardinaal-aartsbisschop van To ledo, primaat van Spanje, heeft verklaard, dat hjj Z. H. den Paus machtiging heeft verzocht een nationaal concilie der Kerk bjjeen te roepen. Rusland. De Keizer van Rnsland Alexander III is Donderdag in den namiddag te Livadia, omringd van zjjne Gemalin, kinderen, verdere familieleden en betrekkingen over leden. Donderdag-avond te kwartier over zeven verkondigden de kanonnen van het fort Peter en Paal te St. Petersburg den volke, het overljjden van den Czaar. In de laatste dagen voor zjjn dood heeft keizer Alexander veel geleden en de berichten over zijn toestand waren zeer treurig. De Czaar sliep weinig, de eetlust werd met den dag minder en depjjnaan de aangetaste longen kwelde hem zeer. Hg, de machtigste vorst van Europa scheen geduldig te zjjn in het lijden, zij ue adem haling was hem moeiljjk, ook kon hg niet meer liggen, zoodat van eene verkwikkende rust door het uitstrekken des lichaams voor hem geen sprake meer wezen koD, daar hjj genoodzaakt was in een armstoel zittende het beslissend nar af te wachten. Zoo zat dan de Alleenheerscher van het machtige Czarenrjjk, op wiens bevel meer dan een millioen soldaten hnn leven veil hadden, in een niterst pjjnljjk en hulpe- loozen toestand te wachten tot de goede God hem tot zich riep. Wat was voor hem de machtigste vorst dezer aarde in deze oogenblikken alle grootheid der wereld. Geen sterveling kon hem redden, even als den minste onder de mensehen heeft bjj den tol des doods moeten betalen, om de eeuwigheid in te gaan. Czaar Alexander III van Rusland werd den lOien Maart 1845 als tweede zoon van keizer Alexander II te St. Petersburg geboren en tegel jjkertjjd met zjjn 17 maanden ouderen broeder, den Grootvorst-troonopvolger Ni co laas op gevoed. Na het overljjden van dezen te Nizza op 24 April 1865, werd Aleian- d e r op plechtige wjjze tot troonopvolger geproclameerd. In 1866 huwde hjj met de vroegere verloofde van zjjn overleden ondsten broeder, prinses Dag mar van Denemarken. Uit dit huweljjk zjja drie zoons en twee dochters gesproten, name- Ijjk de Czarewitch N i c o 1 a a s, geb. 18 Mei 1868; Grootvorst G e o r g e, geb. dezen schuilhoek kent. 's Anderen daags was er groot alarm op bet slot, een knecht had gezien dat er van buiten eene ruit uitgeno men was. In den tuin op eenige passen afstand van 't gebouw lag eene ladder, waarvan, zoo als men meende, de dieven zich bediend had den. Ik moest lachen toen ik hoorde hoe de heeren rechters alles onderzochten en verklaar den. Ik wist wel, dat Louis het zich veel gemakkelijker gemaakt had. De ladder en de stukjes glas onder het venster waren slechts middelen om de justitie te misleiden. Toch hadden al die listige middelen niets gebaat, de buit was mijn. Bij mij werd ook huiszoeking gehouden, natuurlijk vergeefscli. Alle nasporingen bleven zonder gevolgik heb den schat, hij behoort mij, mij alleen. Gij zijt dus de heler van den diefstal, zei Siegfried ernstig, nadat de oude uitge praat had, Een heler mijnheer! riep Valentijn boos. Hoe kunt ge dat zeggenIk heb verhinderd, dat de kostbaarheden gestolen zijn en ik behield ze, wijl het toeval mij eene kleine schadever goeding in de hand speelde voor al het onrecht, dat ik mijn leven lang verduurd heb. Mijne nicht krijgt de juweelen terug, doch eerst na mijnen dood. Mijne trotsche familie zal dan leeren, dat een bedelaar ook iets vermaken kan. Maar ziet gc niet in, hoe onrechtvaardig het is, die kostbare zaken te behouden vroeg Siegfried dringend. Ge hadt den volgenden dag. reeds naar baron Eotheim moeten gaan en hem alles vertellen wat ge gehoord hadt Nu zijt ge inderdaad medeplichtige geworden 9 Mei 1871; Grootvorstin X e n i a, geb- 6 April 1875Grootvorst Mi eh ael, geb. 5 Dec. 1878; Grootvorstin 01 ga, geb. 13 Juni 1882. De overledene Czaar besteeg na den moordaanslag op zjjn vader op den 13n Maart 1881, den Russischen troon. Hjj heeft eene zeer voorzichtige staatkunde betracht en men moet het in hem prjj- zeo, dat hjj met zeer veel tact het Fransche Chauvinisme heeft weerstaan en den vrede in Europa wist te bewaren. Steeds bedreigd door nihilistische aan slagen en woelingen werd hjj streng ba- waakt en hjj leefde dan ook zeer afge zonderd. Zjjn huiseljjk leven was zeer gelnkkig en met zjjn Gemalin bracht hjj bg na jaar- ljjks een bezoek aan het Dsensche Hof, waar hij zich veiliger en rustiger ge voelde dan in zgn eigen Rjjk, en waar de Keizer aller Russen zjjne gelukkigste en rustigste dagen in den kring zjjner familie heeft doorgebracht. Nn Czaar Alexander III is over leden, zal zgn ondste zoon N i c o 1 a a s Alexandrowitch, onder den naam van Czaar N i c o I a a s II, als Keizer aller Rassen optreden. Het lievelings-denkbeeld van Czaar Alexander om nog bg zgn leven het huweljjk tnsschen den Troonopvolger en prinses Alix vanHessen voltrokken te zien, is niet verwezenljjkt, hoewel de Prin ses in eene overhaaste reis te Livadia tot dit doel eenige dagen geleden aankwam. Renter's agent te Londen meende te weten, dat ran eene vervroegde huweljjksslnitiug nooit sprake is geweest. Maar, zoo vraagt men zich af, waartoe dan al die drukte over het te sluiten huweljjk, en de over haaste reis der Braid naar de Krim? Door het overljjden van den Czaar zal de vol trekking van het hnweljjk natuurlgk na wel geraimen tijd worden aitgesteld. De doodstjjiing van den Czaar beeft onder het Russische volk algemeeue ont steltenis en rouw gebracht. De schouw burgen en andere openbare vermakelijk heden werden onmiddellijk gesloten en insgeljjks werd terstond bevel gegeven tot sluiting der koffiehuizen. Volgens een telegram nit Livadia was Czaar Alexander in zjjne laatste oogen blikken bjj volle bewustzjjn. Da Keizerin en allen, die hem lief waren bleven steeds bjj hem. Zacht en kalm blies hg den laat- sten adem uit. Van het lijk nameD de kinderen en bloedverwanten des Czaren afscheid, ge volgd door de hofbeambten, de leden van het keizerlgk gevolg en de paleisbedienden, De keizerljjke vlag werd op het paleis halfstok geheschen, onder het gebulder der kanonnen. Kort na des Czaren dood werd aan keizer N i c o 1 a a s II, op het plein voor het paleis de eed van trouw gezworen, eerst door de daar aanwezige Grootvorsten, toen door de hofbeambten en bedienden, militaire beambten enz. In bet Manifest door keizer N i c o- 1 a a s II in de Regetringsbode openbaar gemaakt, lezen wjj, na mededeeling van bet afsterven van Czaar Alexander, het volgende; «Moge ons het bewustzjjq troosten, dat onze droefheid ook de droefheid is van ons geheele, geliefde volk. Moge het Zoo, heer Directeur? En meent u, dat de Baron van mij een woord geloofd kadde. Ik zou als dief achter slot zijn gekomen en men zou meenen, dat ik de juweelen terugbracht, omdat ik ze niet kon verkoopen. Ieder mensch begrijpt toch dat ge met uwe kruk niet op de ladder kondt klimmen, merkte Siegfried op. Om het even, zeker ware ik gevangen genomen, ik kon niets bewijzen en de beide dieven hadden zeker hoog en laag gelogen. Neen, heer Directeur, u mag me niets ver wijten. Ik doe geen onrecht door de schat te houden, ik denk, dat het een erfdeel van mijn vader is. En wanneer ik in dit hol sluip en de glanzende steenen bewonder, dan gevoel ik mij geen bedelaar meer, dan waan ik mij rijk, onmetelijk rijk, dan ben ik een trotschcn baron von Eotheim. Dan spreek ik met mijne schoone nicht, ik mag de paarlen om haren blanken hals hangen, ik mag de gouden spel den in hare lokken steken 'en hare teedere vingers met de kostbare ringen sieren en dan dunkt mij, dat ze mij zachtjes toefluistert: Ik dank u, lieve oom! Yalentijn begon te weenen, tranen rolden langs zijne bleeke wangen. Siegfried had mede lijden met den ongelukkigen man. Welk een zonderling karakter! Welk eene liefde voor zijne schoone nicht, die den ouden man nog nooit vriendelijk had aangezien ze had immers geen hart! Ik heb u mijn woord gegeven niets te verraden van hetgeen ge mij zeggen of toonen zoudt, zei Siegfried na geruimen tijd gezwegen I1EIIWI ABONNEMENTSPRIJS. I ill HU I. PRIJS DER ADVERTENTIEN. JTM A1N TIE NDRAtT^* AGITE MA NON AGITATE. 19.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1894 | | pagina 1