NIEUWE
m 2212
Woensdag 21 November 1884.
Militarisme.
BütTENLA^i
I9dt
Pei S maanden voor Haarlem. 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blud verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B U B E A TT: St. Janstraat Haarlem.
Van 16 regels .50 Gent»
Elke regel meer7%
Groote letter» worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Gents per advertentie Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensd ag
es Vrjda g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Redacteu r-U itgever, W. KüPPEBS.
Een onzer Kamerleden,de heerB.R.F.V a n
VI ij m e n heeft bjj de stukken van de
Staatsbegrooting eene nota gevoegd, waarin
hjj aandringt op bezuiniging, om de hooge
eindcijfers der budgetten van oorlog te
verminderen.
Hjj wjjst in die nota op de nadeelige
gevolgen van het telkens binneD kor
ten tjjd aftreden van den Minister van
Oorlog, hetgeen niet kan strekken tot
verhoogiug van onze weerkracht en die
niet geacht kan worden te zjjn in het be
lang des laods. De defensie des lands is
zeer ten nadeele van dit belang onder
worpen aan de wisselingen van den poli-
tieken barometer. Wat de eene Minister
opbouwt, breekt zjjn opvolger na zjjn op
treden onmiddellijk af.Volgens den heerV an
Vlgmeu zou de Minister van Oorlog
buiten de politiek behooren te staanhg
zou eenvoudig vakman moeten zjjn
die alleen dan zou behooren af te treden
als zjjne denkbeelden betreffende de regeling
der defensie niet de goedkeuring van de
meerderheid der Volksvertegenwoordiging
zou kunnen verwerven.
Het is een publiek geheim, zegt de heer
Van Vljjmen, dat de administratie aan
het Departement van oorlog veel te wenschea
overlaat. Getuige o. a. het feit door den
Minister van Financiën geconstateerd, dat
sedert 1888 f 1.400.000. meer is uitge
geven dan op de begrooting was toegestaan.
De Ministers, onder wier bestuur deze on
regelmatigheid plaats greep, zgn afgetreden,
en daarmee is de zaak uit!
Verder wjjst hij in zijne nota er op, dat
vooral bezuinigd kan worden bjj den inten
dance, waar te veel personeel werkzaam
is, voor te weinig werk. Ook op het
artikel kleediug van onze militairen is
veel te bespareD, indien men meer een
voud en meer goeden smaak tevens wilde
betrachten.
Het stelsel van aanschaffing van kleedicg
en uitmeting is wellicht in beginsel goed.
De tjjdgeest eischt vrjje concurrentie; het
valt echter niet te ontkennen, dat een groot
nadeel gelegen is in de onbeperkte concur
rentie, dat wil zeggendat dikwerf tot
mededinging leveranciers worden toegelaten
die noch voor zich zelven, noch voor hunne
borgen, de noodige soliditeit kunnen aan-
toonen. Bij afkeuringen worden zulke leve-
raueïera geruïaeerd, de borgen kunnen niet
betalen en het Rjjk lijdt schade. Daarom
verdient het aanbeveling bet bestaande
systeem met oordeel toe te passen door èn
FEUILLETON.
A g n e s.
Vervolg
Ja, ja riep de Barones, het is goed, wan
neer ik alles weet. Waar leerdet gij dien man
kennen
Bij den graaf Ealkenau, waar ik gouver
nante was. Ik was verloofd aan den opzichter
van den Graaf, ik had dezen man lief, ofschoon
ik vreesde voor het strenge waarheidsgevoel van
mijnen verloofde. Toen kwam de andere. Ik was
jong, lichtzinnig en schoon, ja zeer schoon, van
daag mag ik dat wel zeggen. Ik beviel den jon
gen man en dat vleide mijne ijdelkeid, om kort
te zijn, ik liet mij bepraten,
Mijn verloofde had mij gewaarschuwd. Doch
op zekeren dag betrapte hij mij op heeter daad-
Hij was buiten zich zelf van drift en leed. Ach, ik
beken het, ik had den besten, den edelsten man
verraden ver van een nietswaardige. Het was vree-
selijk toen beide mannen elkaar ontmoetten en
hij den schurk in het gezicht sloeg.
Agnes hield hare handen voor de oogen, heete
tranen rolden de blinde over de wangen.
Wat verder gebeurde, ging de blinde voort,
weet ik nietde man, die mij verleid had, ver
trok den volgenden dag, zonder iets te zeggen.
Het verblijf in het slot was mij ondraaglijk gewor
den, ik vroeg ontslag uit mijn dienst. Mijne moe
der durfde ik de waarheid niet zeggen. Ik kreeg
eene betrekking bij een der grootste fabrikanten
aan de fabrikanten èu aan borgen eisc'nen
te stellen, waaraan niet de eerste de beste
beunhaas kan voldoen.
Ook geeft de heer Van Vlijmen in
zjjne nota een woord ten beste over de fa
brikanten; zjjne meening is, dat van de
fabrikanten geëisebt moet worden eene
degeljjke fabriek binnenslands te bezitten.Het
tot hiertoe gevolgde stelsel van keuring der
goederen, acht hjj niet in 's lands belang.
Dat èa keuring èu herkeuring aan eene
permanente Commissie wordt opgedragen,
moge, al valt niets af te dingen op de
bekwaamheid of de onkreukbaarheid eener
zoodanige Commissie niet bevorderljjk
zjjo, gevallen zgn toch niet zeldzaam, dat fa-
voritisme en willekeur kunnen worden ge
constateerd.
Da heer Van Vljjmen wil officieren
van administratis onderwezen zien in ken
nis van grondstoffen in de fabrieken en
zou wenschen telken jare eene nieuwe Com
missie van keuring en wel eene gemengde
Commissie, bestaande uit officieren en bur
ger-deskundigen. Hg omschrgft de samen
stelling vau eene dusdanige Commissie en
meent dat voldoende waarborgen kunnen ge
vonden worden in de Algemeene Voor
schriften en voorbeelden uit België, Daitsch-
land en Frankrgk, hoe aldaar wordt ge
handeld.
Een ander Kamerlid, de heer Mr. L.
Haffmans, geeft den Minister van Oor
log in zgn Venloosch Weekblad eene bittere
pil te slikkeD.
Négen millioen voor nieuwe geweren. Geen
kleinigheid! En die millioeneu worden ge
vraagd op een oogenblik dat ieder over den
druk der belastingen klaagt en alle takken
van volksbestaan kwijnen. Waarljjk er be
hoort moed toe om in de gegeven omstan
digheden dezen zwaren eisch aan de Verte
genwoordiging te stellen.
Zoo iets had men allerminst van een
ministerie verwacht, dat nit den aard der
zaak en ook volgens de verklaring van
den Kabinetsformeerder vooral geroepen
is, het vraagstuk van het kiesrecht tot een
goed einde te brengen.
Maar het schjjnt wel, dat er geen minis
terie kan optreden hetwelk ons met rust
laat. 't Is om te vertwjjfelen. Toen wjj na
lang worstelen gelukkig van de legerwet
Bergansius ai waren, kwam het minis
terie Tak ons met het a'gemeen stemrecht
bestoken. En nauwelijks is dit vau de baan,
of het miuisterie-R o 11V anHouten
komt ons met negen millioen voor nieuwe
der hoofdstad, doch het geweten liet mij geen
rust. Waar is Eva? vroeg de blinde eensklaps.
De kleine is in mijne kleedkamer prentjes
kijken, antwoordde Agnes, ze kan geen kwaad, de
vensters zijn gesloten.
Magdalena knikte, en vervolgde
Toen ik daar drie maanden was, bemerkte
ik hij het eten, dat er voor een man meer gedekt
stond juist tegenover mij. Mijn nieuwe boek
houder zal met ons eten, zei de huisheer, neem
u in acht u niet in hem te verlieven, hij is een
schoon man. Ik lachte gedwongen,zulk een scherts
viel niet meer in mijn smaak. Op dit oogenblik
kwam do boekhouder binnen, ik was doodelijk
verschrikt, toen ik in hem mijn verleider herkende.
Hij praatte en lachte even vroolijk, en zeide mij
reeds te kennen. Wat gedaan Ik zag den dag nade
ren, waarop ik uit het huis zou moeten vertrekken,
wilde ik niet weggejaagd worden. En dan mijne
arme goede moeder, wat zou die van hare dochter
denken
Agnes greep Magdalena bij de hand.
Ik bid u, spreek niet verder, sprak ze met
bevende slem ik weet nu genoeg
Ik heb weldra gedaan, hernam de blinde
treurig. Ik beproefde den boekhouder aan zijn
plicht te herinneren, maar tevergeefsch Ik kreeg
tot antwoord, dat hij niet wist, wat ik bedoelde en
spotte met mij. Nu kende ik mij zelve niet meer.
Ik volgde hem overal om hem bij de eerste gele
genheid zijne slechtheid in het gezicht te werpen.
Op zekeren middag, toen de arbeiders uit de fa
briek waren, ging ik naar de fabriek om hem te
zoeken. Daar stond hij hij een stoomketel, en
scheen bezig eene kraan te onderzoeken. Zoodra j
geweren aan boord. Hebben dan de kiezers
twee maal de plagers op zjj geschoven en
andere Ministers in hunne plaats gesteld,
om ook door deze weer geplaagd te worden?
Denken de heeren soms dat de natie in
weelde baadt en dat haar leed dient aan
gedaan, uit vrees dat zjj anders weelderig
zou worden?
Stelt U gerust mjjne heereD, daarvoor
bestaat niet het minste gevaar. De natie
is big dat zg het leven heeft en verzoekt
U instantelgk, haar niet zwaarder te be
lasten.
«Maar onze geweren zgn zoo slecht
(zegt de Minister) en de nieuwe die ik wil
aanschaffen, zoo voortreffelijk.»
«Best mogelijk, Excellentie (antwoordt
de natie), maar op dit oogenblik komt het
mg niet gelegen. Zoudt (J niet eenigen tjjd
kunnen wachten? Er is toch geen haast
bjj, want minder dan ooit zgn wjj thans
blootgesteld aan het gevaar dat ons bjj de
legerwet Bergansios werd voorgespie
geld van in een oorlog tusscben Frank
rgk en Doitschland gewikkeld te worden.
De anarchisten en socialisten zgn de vjjan-
den van den dag, vjjanden die elke Staat
in eigen boezem heeft en het oorlogvoeren
t9gen andere staten doen vergeten. Maat
regelen tot haodhaving der maatschappelijke
orde zon men thans verwachten, maar niet
tot handhaving van ons onafhankeljjk volks
bestaan, dat volstrekt niet bedreigd wordt.
Inderdaad het tjjdstip is al bizonder
ongelukkig gekozen om voor ons leger
nieuwe geweren aan te vragen. Ware het
nog voor het Indische leger 1 Dat moet
belaas van zigu wapen gebruik maken en
de Minister kon met recht zeggen, dat de
zaak geen oitstel leed.
Maar ons leger? 't Is zoo goed als
zeker dat de nieuwe geweren, worden zij
aangeschaft, ongebruikt zullen bljjven tot
den tjjd waarop weer een bffer wapen is
uitgevonden en onze nieuwe geweren ver
ouderd zullen zjjo.
Want dat het nu voorgestelde geweer
het best mogelgke zou ziju en dat er geen
grooter verbeteringen meer zjjn nit te vin
den (gelijk de Minister beweert) is niet aan
te nemen. De ondervinding leert, dat vooral
op het punt der wapenen, de uitvindingen
elkaar hoe langer hoe spoediger verdringen.
Engeland.
De overstroomingen hebben in het Zuiden
van Engeland groote verwoestingen aange
richt, doordat de rivieren, tengevolge van
hij mij zag, wilde hij weg, doch ik trad hem in
den weg en er volgde een hevig tooneel, dat ik
u sparen zal. De man werd woedend en hij stiet
mij, dat ik viel. In het vallen greep ik de kraan,
ze ging open en sissend stroomde de kokende
damp in mijn gezicht.
Vreeselijk, riep Agnes.
Magdalena hoorde het niet en ging langzaam
voort
Wat de boekhouder zijnen chef over dit
voorval gezegd heeft, heb ik nooit vernomen. Ik
werd naar mijne moeder gevoerdDe brandwon
den heelden, doch het licht in mjjne oogen keer
de niet terug. Sedert woon ik bij mijne moeder
en zorg voor mijn kind zoo goed als ik kan.
Toen Magdalena zweeg ontstond eene lange
pijnlijke stilte. De kleine Eva was in de biblio
theek gegaan zonder dat Agnes het merkte.
En bekommerde hij zich niet om bet kind,
vroeg Agnes zachtjes.
Neen.
Gij en uwe moeder moest dus voor alles
zorgen Erbarmde zich niemand over u
O neen, we waren niet heelemaal verlaten,
hernam de blinde bewogen. Het is een waar
woord Wanneer de nood het grootst is, is Gods
hulp nabij.
Juist de man, dien ik zoo verongelijkt had,
ontfermde zich onzer.
Eva kwam terug loopen en vatle Magdalena
bij het kleed.
Mama een heer heeft mij gevraagd, wie
ik ben, fluisterde het kind zijne moeder toe.
De blinde streelde de lokken der kleine.
En wat heb je gezegd, Eva
de hevige regens der laatste dagen baiten
de oevers zijn getreden. In vele plaatsen is
daardoor groot nadeel aangericht. Het
Theems-dal staat gedeeltelijk onder water.
Het bekende Eton-College bjj Windsor moest
zelfs voorloopig gesloten worden.
Het spoorweg-verkeer is op enkele Ijjnen
gestaakt, daar de wegen overstroomd zgn.
Te Newberry brengen bakkers en slagers
hun waren in booten rond. Ook de brieven
bestellers varen rond en reiken in mandjes
aan lange stokken hangende, de brieven
aan. Zoo is ook de toestand te Bath en in
vele andere steden. Volgens de laatste be
richten begint echter het water overal te
valleD.
Bjj de overstroomingen zgn verscheidene
menschen verdronken. In den omtrek vau
Reading zgn 6000 menschen zonder werk
tengevolge van de overstroomingen.
Italië.
Men verwacht eene spoedige opening der
Kamers. Koning U m b e r t o zal met ko
ningin M a r g a r e t h a, die nog te Monza
vertoeven, den 28sten November, te Rome
teragkeeren. De Ministers houden vergade
ringen om te beraadslagen over den benar
den financieelen toestand, waarin het land
is gebracht en kunnen ondanks de in dit
jaar aangenomen drukkende belasting-her
vorming, er niet in slagen om het financieel
evenwicht te herstellen. De vindingrijkheid
van] den minister-president C r i 8 p i schiet
te kort, tegenover het geknoei der regee-
ringsmannen, waar de bodem der schatkist
niet te bedekken is. Zelfs door het invoeren
vao de meest mogeljjke bezuinigingen kan
men niet meer in de te kosten voorzien.
C r i s p i weet zich niet meer te redden,
hij heeft zich vastgewerkt.
En dit blgkt maar al te dnidelgk wan
neer wij den schuldenlast overzien die op
Italië drukt. In 1871 bedroegen de geza
menlijke schulden der Italiaansche gemeen
ten 757.447.989 lire.
In 1891 bedroeg dit cgfer 1.175.653.421
lire.
En dan zgu da belastingen in datzeltde
tijdsverloop toch gestegen van 162.341.722
tot 392.152.394 lire!
Hevige aardbevingen hebben groote
ontroering gebracht te Messina en te Reg-
gio. Te Messina heeft men één gedoode en
drie gewonden; in de gevangenis hebben
de gevangenen vau de gelegenheid willen
gebruik maken om geweld te plegen en te
ontvluchten. Te Reggio had men tot van
ochtend acht uur zes schaddingen gevoeld.
De hoizen te Palmi, Sominara, Sant-Eufe-
Ik weet immers niet, wie ik ben.
Maar de heer wilde weten, hoe je heette.
Op hetzelfde oogenblik weerklonken luide
mannestemmen in de bibliotheek.
Bjj den eersten klank van Siegfrieds stem be
gon Magdalena te beven.
Krampachtig vatte ze de hand van Agnes.
Om Godswil, wie spreekt daar, dat kan
hij slechts zjjn alleen hij riep ze angstig.
Dat is Rolf Siegfried, zei Agnes doodsbleek,
zou ik hem roepen
O mijn God, ja, ja, roep hem, neen
breng mij bij hem, dat ik eindelijk den last van
mijn hart kan schudden, die mij drukt.
Magdalena stond wankelend op, Agnes omvatte
haar met eene hand en met de andere wierp ze
haastig de vleugeldeur open. Een oogenblik bleef
Agnes in de deur staan, de kleine Eva stond be
deesd aan moederszijde.
Ik heb bezoek, sprak Agnes met luide, zon
derlinge stem.
De drie heeren keerden zich om en baron
Rotheim zei
Ja, we zagen zoo even een klein blond
meisje. Hij hield op, toen hij bemerkte, hoe de
dame die door Agnes ondersteund werd, naar
adem hijgde.
Waar is Rolf Siegfried vroeg ze eindelijk
fluisterend.
De Directeur, die met verbazing de groep be
schouwd had, streek met zijn hand over het voor
hoofd als wilde hij een droom verjagen Daarna
sprak hij op strengen toon Hoe komt gij hier,
Magdalena Büchner?
Wordt vervolgd.)
liRLEIHSCHi OOIIB4NT.
ABONNEMEN TSPB.IJ8
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DEB ADVEBTENTIEN.
26.)