No. 2266. Zondag 31 Maart 1895. 20ste Jaargang Pensionneering van oude werklieden. B UI T E L 4 MpT~ BUBEAU: St. Jansstraat. Haarlem. De samenzweerder. DuitscMand. Spanje. Frankrijk. Oostenrijk-Hongarije. Beieren. China en Japan- imrn (III! lit VI. ABONNEMENTSPRIJS. Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post>1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG-, DONDERDAG en ZATERD AG. Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1—6 regels. Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. 50 Cents. VL JtrMAlNXUtN DKA jfT* AGITE MA NON AGITATE. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DA UBESf Co., JOHN. F. .JONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre Het is onzen lezers bekend, dat onder motiën, waarmede de Tweede Kamer zich dezer dagen bezig houdt, er een is T"n het lid, den heer B. H. H e 1 d t, •trekkende om door de Kamer de wensche- ijjkheid te doen uitspreken van het tot •tand komen van eene regeling, waarbjj aan oude en invalide werklieden een pensioen "ordt toegekend. In de kringen der werklieden-vereeni- Ringen werd deze motie van den heer Heldt met blgdschap begroet en zelfs "«eft in de residentie dezer dagen eene ver gadering plaats gehad, uitgeschreven door den Ned. R. K. Volksbond, Patrimonium «n het Alg. Ned. Werkliedenverbond, waarin *erd besloten aan de Kamer te verzoeken "e motie van den heer H e l d t aan te ne- "ten en bij eveutneele aanneming er van e«"« zoodanige uitvoering aan de motie te geven, dat in de Staats-commissie, welke "an deze zaak zal onderzoeken, zitting z"llea verkrjjgen patroons, werklieden en hoofden van patroons- en]werklieden-ver- ««nigingen. Het toeval heeft gewild, dat deze motie *eeds nu in hehandeling is genomen. Door het overigden van den schoonvader van het kamerlid Qartogh is het wetsont werp over de veranderingen in het Wetb. Burg. Rechtsv. uitgesteld en de motie f*6 1 d t, die eerst de komende week zou be handeld worden,kwam daarvoor in de plaats. Over dit onderwerp is in den jorgaten l0d veel gesproken en geschreven, hoewel "iet gezegd kan worden, dat eerst thans hetdenkbeeld der peusionneeringvan werk- heden is ontstaan en bjj velen weerklank heeft gevonden. In vroeger jaren wQrd in ^"geland deze zaak reeds ter hand ge- "otnen, terwjjl sedert enkele jaren ook in yoitschland eene wetteljjke regeling werd '"gevoerd, waarbjj aan den ouden werk man een pensioen, zjj het ook zeer ge- r'"K, wordt toegekend. Dat deze qoaestie in hooge mate d aan dacht trekt, is natunrljjk daaraan toe te •«hrgven, dat zjj diep ingrgpt in da be- 'aande toestanden op arbeidsgebied en in 2«keren zin eene gebeele omkeering teweeg "loet brengen op sociaal terrein. In het algemeen zal de wenscheljjkheid er pensionneering van den ouden en iuva- 'den werkman door niemand worden be- Wist. Da noodzakelijkheid voor vele werk- leden om op hun ouden dag de toevlucht e nemen tot armbesturen en te hopen op hetgeen de particuliere weldadigheid voor hen wenscht af te staan, is voldoende reden °i" de wenschelgkheid te beamen van eene reg«ling, waardoor aan den werkman bjj °"derdom of ziekte eene uitkeering kan Worden gedaan. Hp zich zelf beschouwd, mag het dus een verblijdend teeken worden gewaar- eerd, dat men thans ernstige pogingen ""wendt om tot eene dusdanige regeling 6 komeD. bestaat echter eene bedenking, welke zoo grooten invloed is op de ver- «zenljjbing van veler wenschen ten aan- i'e" van dat vraagstuk, dat daardoor aan e«' wat verwachtingen de bodem wordt "ffeslsgen. FEUILLETON. (Vervolg Hij was het dus, die tot hem gesproken had, 11 bij die zekerheid maakte zich eene groote b]?"gde van den jongen man meester. In dit ver- ]J' van smart bevond zich dus iemand, die hem t e"hei iemand, die zich'zijner genoegzaam aan- °k om hem eenig levensteeken te geven. Iwan Karoskine, verstaat ge mij werd Wederom gefluisterd. Ja, antwoordde hij bijna onhoorbaar. i Dan is het goed, wij kunnen niet lui- er spreken en mogen zelfs geen beweging asen, willen wij onze cipiers niet wekken. Gij jfaagt u af wie ik ben, zekerlijk want men wordt er onherkenbaar ik zelf heb dagen achtereen onzekerheid verkeerd, of gij wel prins Karos- "e van Sterna waart. .Het is zoo, vergeef mij, maar ik herinner ,D niet u ooit gezien te hebben, sprak Iwan, le zich op de zij had gewenteld en bij het wakke lamplicht zijnen buurman aandachtig beschouwde. Gij hebt mij vroeger gezien als een blo te nd, krachtig, baardeloos jongeling. Er blijft "iets* van den man van toen over in den galei- Vf Van nu. Maar u en de uwen kan ik nooit >rgeten. Alles wat ik eenmaal geweest ben, vb it te danken gehad aan de goedheid uwer Deze bedenking heeft betrekking op het aandeel, dat den Staat in zulk eene pen sioen-regeling wordt geschonken. Tal van werklieden zjjn de meening toegedaan, dat, indien men ernstig wil, de quaestie van het optreden van den Staat in dit vraag stuk gemakkeljjk zal worden geregeld. Zjj zullen het dan ook opvatten als een bewijs van onwil der hooger geplaatsten,indien de Kamer die de motie in behandeling heeft genomen, het rechtstreeksch optreden van den Staat geheel onmogelgk maakt. Toch zouden wjj een rechtstreeksch optre den van den Staat in deze niet verdedig baar achten en wel omdat dan de Staat, voor wien de belangen van alle medebur gers geljjk moeten gelden, het belang van een enkelen stand, met voorbijgang van de andere standen, zou dienen. Wg beschouwen deze quaestie in ver band met zooveel andere, die tegenwoor dig aan de orde worden gesteld met be trekking tot den werkman, en zien er dan ook een streven in om aan den werkmans stand een nieuw voorrecht te schenken boven audere standen der samenleving. In geenen deele misgunnen wg aan den werkman de verbetering van zjjn lot, want wjj bezitten de overtuiging, dat ook op die wgze de toenemende ontaarding van den werkmansstand het best kan wor den bestreden. O ik wij zonden het toe juichen, indien ieder braaf werkman het vooruitzicht kon hebben, dat wanneer de krachten hem eenmaal begeven, hg een onbezorgden ouderdom kan genieten. Ook wjj zouden den werkman in geval vao ziekte of ouderdom gunnen, dat hjj niet te zwaar gedrukt wordt door tjjdeljjke zorgen en daardoor zijn levensgeluk werd vermeerderd. Maar dat alles zouden wjj willen zien tot stand gebracht zonder dat er sprake kan wezen van eene verzekering van Staats wege, daar in dit geval geweld wordt aangedaan aan de rechtsgelijkheid der verschillende standen. Indien de werkman verzekerd kan zjjn in zjjn ouderdom door den Staat te worden onderhonden, waar om zou dan de breede reeks van perso nen, die niet tot den werkmansstand be- hooren, maar dikwgls nog veel harder voor het dagaljjksch brood moeten arbeiden, geen recht kunnen doen gelden om ook van Staatswege pensioen te ontvangen Wjj denken bierbjj aan hen, die in dienst van particulieren administratieve betrekkin gen bekleeden. Wjj denken voorts aan kleine patroons, aan neringdoenden, aan beoefenaars der verschillende takken van wetenschap en kunst, kortom aan allen, die niet tot Jen werkmansstand behoo- ren. Da meesten van hen zjjn niet in staat zich in bun betrekking eenig fortuin te vergaderen, zoodat zjj op hun ouden dag zich in dezelfde kommervolle omstan digheden kunnen bevinden als een werk man. Treedt de Staat derhalve op uitsluitend ten gunste vao den werkman, dan is dit eene bevoorrechting van een enkelen stand, en derhalve een onrecht. Wat wordt voor gesteld als een recht tan den werkman is dus eigenljjk niets anders dan eene ongemotiveerde bevoorrechting. Er bestaat geen enkele reden, waarom de overheid wel zorg zou moeten dragen voor den ouden dag van den werkman, maar zich ouders. Yan den priester vernemende, dat er een buitengewone aanleg in mij schuilde, lieten zij mij op hunne kosten studeeren. Ik ben, of lie ver ik was advocaat Nesdorfl'. Paul Nesdorfl' 1 prevelde Karoskine, ten prooi aan eene hevige ontroering. Gij ook al hier mijn arme vriend Ik had het vaderland te lief, evengoed als gij en duizend anderen. Twee maanden geleden kwam ik hier aanik lig hier thans drie weken. - Nooit had ik durven hopen op het geluk mijne laatste levensdagen nog verhelderd te zien door de nabijheid van een vriend, mompelde Iwan, wiens hart luider begon te kloppen, dank zij deze zoo onverwachte vreugde. Gij moet niet van sterven spreken, hernam Nesdorff, nog altijd roerloos tusschen zijne harde kussens blijvende liggen. Ik ontmoette er hier, die reeds twintig jaren dit afgrijselijke leven hebben volgehoudfn en toch nooit uwe vroegere lichaamskracht hebben bezeten. God geve, dat dit het einde moge zijn Aldus voort te bestaan is erger dan de dood. Zeg dat niet. Er xs nog altijd hoop op bevrijding. Wanneer gij evenals ik reeds jaren in Siberië zult hebben doorgebracht, zult gij van heen hoop xneer spreken en evenzeer naar uw einde smachten. Nooitantwoordde de andere vol geest kracht, nooit Want zoolang ik leef zal ik alles aanwenden om te ontvluchten. Arme vriend Gij kent onzen toestand hier du» nog niet volstrekt niet zou behoeven te bekomme ren omtrent zoovele andere groepen van de samenleving, die zeker niet minder me dewerken aan haar bloei en vooruitgang. Iudien eene eventueele Staatscommissie dus mocht besluiten tot de noodzakelijk heid eener pensioen-verzekering van Staats wege, dan hopen wjj, dat zjj niet zal voorbijzien de geljjke rechten van zoove- len, die buiten den handwerksstand staan, maarl toch niet bjj machtefzjje om zich een onbezorgden ouden dag te verzekeren. Daar dit stelsel echter nog al wat be- zwarenjinjzich zal hebber), 'zouden wjj bet rationeel achten, nu de motie Heldt gewg'- zigd is aangenomen, !eene Staatscommissie werd benoemd 'met'.de bepaalde opdracht om te onderzoeken, in hoeverre het par ticulier initiatief werkzaam kan wezen tot het tot stand brengen van inrichtingen, waarbjj aan den werkman en ook aan die groepen buiten den werkmansstand, welke daaraan behoefte hebben, een pensioen bjj ouderdom en eene uitkeeriüg bjj invalidi teit kan worden gegeven. Neep, zullen de voorstanders der uitbrei ding van de Staatsbemoeiing zeggen, dat is niet mogeljjk. Het particulier initiatief is buiten machte hier iets degeljjks tot stand te brengen. Doch dan antwoorden wjj, dat het tegen deel is bewezen, In Engeland zjjn het joist de particuliere instellingen, welke in dit opzicht reeds veel zegen hebben verspreid, terwjjl daar de Staat niets meer gedaan heeft dan het uitoefenen van controle, ten einde bedriegerijen onmogelijk te maken. Het gaat daarom niet aan om maar eenvoudig aan den Staat de verplichting tot pensionneering van den ouden werk man, en van den ouden werkman alleen, op te dragen. Wjj waarschuwen in deze quaestie den Nederl. R. K. Volksbond in ziju gegeven steun aan de motie Heldt, want de opdracht is regel recht in strjjd met de rechtsgelijkheid van alle standen der samenleving en zal ons leiden tot toestanden, die moeten uitloopen op ontbinding der maatschappij en tot eene sociale revolutie, welke in haar gevol gen verschrikkelijk zal wezen. Keizer Wilhelm heeft zich geërgerd in het aanschouwen van het Duitsche vlag- geschip in de Chineesche wateren. De af beelding op last des Keizers in prent ge bracht naar eene illustratie in de Daily Graphic, is door den secretaris van staat den heer VonBöttinger rondgedeeld in den Rjjksdag. Men ziet daarop afge beeld den aanval der Japanners op Wei- bai-Wei.Bebalve de Japansche vloot, staan er ook de toen daar aanwezige oorlogs schepen der verschillende Mogendheden op, en bjj den eersten aanblik ziet men dat het Duitsche vlaggeschip zoowat het klein ste is van alle. Eigenhandig heeft de Kei zer op de prent geschreven, onder de afbeelding van het Duitsche schip: <Wat eene schande ligt hierinh De Rjjksdag heeft bjj de derde lezing der staatsbegrooting zonder beraadslaging aan de Regeering de nieuwe pantsersche pen toegestaan. De liberale bladen zeggen, dat Z.H. Twee maanden lang heb ik niet anders gedaan als hem te bestudeeren en ik heb zoo lang gezocht, tot ik een middel meen te hebben gevonden. Ik wacht slechts op mijn herstel om te beproeven of ik mij niet vergis. Het zal u slechts verzwaring van straf op den hals halen. Nu nog zijt gij slechts een mijn werker, dat wil zeggen, dat gij, ondanks onzen martelenden arbeid, ons gebrek, onze ellende, toch nog 's avonds naar uwe hut kunt weer- keeren en daar iets als eenige uren van vrijheid genieten. Zoo gij echter van hier poogt te ont komen, zal men u wederom gevangen nemen en zult ge tot straf gesleurd worden naar de kazematten van Akatonia, waar gij tot uwen dood toe zult blijven onder den grond. Zij zullen mij niet levend terugvinden. Dan zult gij van gebrek in de taïga (het Siberische bosch) omkomen. Het zij zooNooit zal ik mij, door hon ger en koude gedreven, weer aan onze beulen overleveren, zooals jaarlijks honderden zwakke lingen doen. Neen ik wil ontkomen. Zijt gij dan nog zoozeer aan degenen, die gij achterliet, gehecht Weet gij zeker, dat zij u niet vergaten, gelijk zij mij gedaan hebben Neen ik ben niet vergeten, daarvan ben ik overtuigd, sprak Nesdortf met vuur. Toen ik Polen verliet, bleef aldaar mijne vrouw achter, een kind nog bijna, zoo jong was zij maar wij hadden elkander zoo lief, dat het geen oogen- blik zelfs in mij opkwam aan hare dagelijksche gebeden voor mij te twijfelen. Een oogeublik bleven beiden in stilzwijgen ver zonken; daarna hervatte de jonge rechtsgeleerde L90 XIII de houding van het Centrum in de V 0 n Bismarc k-quaestie misbillijk!, en zg wjjzen er op, dat Z. H. prins V 0 n Bismarck niet val feliciteeren omdat de Prins op dit oogenblik een particulier persoon is. Wat weteD de V on Bis marc k-vergoders toch overal eene mouw aau te passen. Hec gescbenK van keizer W i 1 h el m, de eeresabel, heeft een gouden gevest, waarop YonBismarck's wapen is aan gebracht; de knop is versierd met des Kei zers beeltenis; op de eene zijde van de kling is gegraveerd: «Den prins V 0 n Bis marck, Hertog Van Lauenburg, ter ge legenheid van zgn voltooid 80aten levens jaar»; daarnaast bet wapen van Elzas- fjotbariugen, onder de vleugelen van den Daitschen Rjjksadelaar; op de andere zijde met Gothisehe letters de bekende woorden van den gewezen Rjjkekauselier«Wjj Duitvchers vreezen God en anders niets ter wereld.» Hetdaarbjj door den Keizer aan prins Von Bismarck geschonken cachet zjjns groot vaders is van lapus lazuli en werd door den ouden Keizer dageljjks gebruikt. De riieuwe minister-president de heer Canovas del Castillo noemt de gebeurtenissen op Cuba van zeer ernstigen aard. Hg wil de integriteit handhaven, desnoods door bet geweld der wapenen. Twee duizend man staan gereed om zich te voegen bjj de 7000 wier vertrek op handen is. Wg zullen, zeide hg, 20,000 man zenden in 6 maanden. Zoo het noo- dig bljjkt, zgn wg bereid 100,000 man naar Cuba te doen gaan om het gejpied te bezetten. M a r t i n e z-C a m p 0 s is benoemd tot Gouverneur-generaal van Cuba en gene raal Primo Ribeira tot gouverneur van Madrid. De President der republiek hoeft in het kamp te Satbonay de vaandels uitgereikt aan de voor Madagascar bestemde troe pen. Met vau aandoening trillende stem sprak de heer P a u r e, de vaandels over handigende De kleuren onzer vlag zgn bekend in Afrika, waar gjj lieden bet ontzag voor onze rechten gaat herstellen. Zg zullen de troepen herinneren aan hun plicht. Met vertrouwen verwachten wjj, dat gjj voor bet eerst op de vaandels zult doen scbrjjven een naam vol roemrijke herinneringMadagascar. Bij het daarop gevolgde dejeuner dankte de heer P a u r e den Minister van Oorlog voor de zorgen aan het leger, de hoop des vaderlands, besteed. De President bracht een dronk uit op het leger, waarin bet geheele Franscbe volk vertegenwoordigd is. De heer F a u r e werd bjj zgn vertrek door eene talrgke menigte toegejuicht. Er dreigt eene algemeene werksta king onder de arbeiders aan de Staats- lucitersfabrieken te PantiD, Aubervilliers, enz. De werkstakende lucifersfabrieksar beiders hebben de kameraden in alle staats fabrieken telegrafisch tot eene algemeene werkstaking aangespoord. Belgie. De Belgische regeering heeft 7000 man onder de wapenen geroepen, om desnoodB Iwan Karoskine, ik heb u daareven her innerd wat uwe ouders voor mij verrichtten, nooit had ik durven hopen hunne weldaad te kunnen vergelden. Nu de gelegenheid zich daar toe aanbiedt, smeek ik u mij die vreugde te schenken en niet harder te wezen dan het lot. Wat bedoelt gij stamelde de jonge Prins. Dat ik u met mij wil redden. Dat nooitIk zou uwe vlucht slechts belemmeren. Integendeel. Het bewustzijn ook voor een ander leven te waken te hebben, zou mij voor zichtiger maken. Daarbij zullen wij op onzen weg roofdieren ontmoeten, en twee bieden hun beter weerstand dan een. Wees niet roekeloos genoeg om de aangeboden vrijheid te weigeren. Neen. Het leven daarginds zou bitterder zijn nog dan hier. Ik zal Polen toch nimmer wederzien. Ben ik niet voor altijd een balling? Het vaderland zal voor u gesloten blijven, dat is waar. Doch nog in den vreemde zult gij Polen kunnen dienen, zooals ik mij voorneem tot het einde mijner levensdagen te doen. Nooit ben ik zoozeer vervuld geweest van plannen om hen, die hier gepijnigd worden, te wreken; heel de beschaafde wereld moet het weten wat hier geleden wordt. Ik zal het zoo lang en zoo luid herhalen, tot alle volkeren als éen man op staan om zich togen den dwingeland te wapenen. Mijn arme droomcr Hebben niet tallooze anderen dat te vergeefs voor u beproefd Mijne stem zal zich met meer geestkracht verhellen dan de hunne. Men zal naar mjj luis teren. Maar ook, al mocht dat levensdoel op het oogenblik geen betoovering meer hebben met geweld het oproer te onderdrukken, dat staat uit te breken in sommige nij verheids-districten. Daar organiseeren de socialisten om dat ze hun zin niet krjj- gen in zake het jan en alleiuaos kies recht, werkstakingen op elk gebied. De volksmenners gaan onverantwoor delijk door met hun opruiende taal, en drijven in koelen bloede hun volgelingen tot een stap die de grootste ellende over ben en hun gezinnen brengt, die aanlei ding kan geven tot bloedige botsingen en die allerminst de zaak van de werklieden zal bevorderen. Te Brussel werden reeds zeven socialis ten gearresteerd wegens het plegen van verzet. In de omstreken van Charleroi zgn twee "eskadrons laneiers gelegerd. De rivier de Sau heeft de Oostenrjjksche stad Agram bjjna geheel overstroomd, meer dan eeu meter water staat iu de huizen. Ia der omtrek ziet men dorpen geheel onder water, zoodat alleen de daken zicht baar zgn. In de Hongaarscbe Kamer van Al gevaardigden heeft de Minister-president verklaard, dat de Regeering haren steua niet geven kan aan het ingediende wets ontwerp betrekking hebbende op de ver eering van Kossuth's nagedachtenis, wegens de houding, door hem tegenover de Kroon aangenomen. Als een gevolg van het optreden van Daitschland's Keizer in zake het Rjjksdag- votum bjj en na bet gebeurde van jl. Za terdag, heeft de Democratische Verein tx Muuchen eene algemeene volksvergade ring uitgeschreven om de houding vast te stellen, die men heeft aan te nemen. Uit Simonoseki komt bericht, dat de toestand van Li-Huug-Chaug bevredigende vorderingen maakt. De Chiueesch-Japansche vredes-on- derhaudelingen zgn in afwachting van Li- Hung-Chang's genezing geschorst. Berichten uit Jietjao en Nanking ver melden eene nieuwe overwinning der Japanners. Zondag verscheen de Ja pansche vloot voor Haitsjore op de kust vau Kiangsoei De Japanners beschoten de omliggende forten waarna er ettelijke duizenden landden en de stellingen ver overden, ondanks het heftige verzet der ChineezeD, die 300 dooden verloren. Vooraf hadden de Japanners Haitsjon genomen. Blijkbaar hebben zg het oog op Nanking er ook op het Groote Kanaal, waarvan zjj thans slechts 70 mjjlen verwjjderd zgn. Dientengevolge heerscht er een groote paniek zoowel te Nanking alsop Formosa. Vrouwen en kinderen vluchten naar Hong kong. De Earopeanen verlaten de stad Nanking. De Onderkoning van China heeft op de tjjding der zegepraal en landing der Ja panners 7500 man troepen uitgezonden om het zegevierende voortrukkend Japansche leger tegen te honden. Onder de Japansche troepen te Port- Arthur heerscht de cholera. Een veertigtal slachtoffers der ziekte sterven per dag. herinner u dan, dat alles beter is dan het leven alhier, dat de katerga eene foltering is en dat er nog andere landen als Polen bestaan, waai gij zonneschijn en vrede, zoo dan al geen geluk kunt weervinden, waar gij weer vrij man zu zijn en de gezondheid zult terugkrijgen. Nooit zal ik er degenen weerzien, die ik liefheb. Daarover kan ik met oordcelen 5 ,n!'ar gij zult toch daarom hunne bewondering atdwm gen door uwe volharding en moed. Maar mijn beste vriend, ik ben immers zoo goed als stervend. - Men herstelt hier van het oogenbliK w, dat er weer hoop in het harte daalt. W c,s '?1C zwak als eene vrouw, Iwan Karoskinew eigei niet u als een man te betoonen. Ik zal op uwe genezing wachten maar dan ook laat 1 u mt weer los. Zeg mij ten minste op welke wijze gij uw plan denkt te wagen. Ziehier wij zullen de lonte afwachten tegen dien tijd moet gij zorg dragen, weer bij krachten te zijn en op een avond ws wij van het werk zijn teruggekeerd, zullen wij elkander op eene vooraf bepaalde plaats wedervinden. Misschien zal ik u slechts van verre weerzien, laat ons daarom afspreken, dat het aan den zoom van het boscli zal zijn, bij het kruis, dat het graf van den priester bedekt,die hier eenige jaren geleden stierf. Zoo ik u niet naderen kan, zal ik een teeken geven, dat u zal zeggen dezen avond, te tien ure. Zoo gij aarzelt te gaan, zal het m\jn verderf wezen, want ik zal niet vertrekken zonder u, Wjj zullen ons dan het boacli ui be-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1895 | | pagina 1