No. 2266.
Zondag 31 Maart 1895.
20ste Jaargang
Pensionneering van oude
werklieden.
B UI T E L 4 MpT~
BUBEAU: St. Jansstraat. Haarlem.
De samenzweerder.
DuitscMand.
Spanje.
Frankrijk.
Oostenrijk-Hongarije.
Beieren.
China en Japan-
imrn
(III! lit VI.
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post>1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt eiken DINSDAG-, DONDERDAG en ZATERD AG.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1—6 regels.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
50 Cents.
VL
JtrMAlNXUtN DKA jfT*
AGITE MA NON AGITATE.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond
voor 6 uur ingewacht.
Hoofdagenten voor het Buitenland'. Compagnie Générale de Publicité Etrangère
G. L. DA UBESf Co., JOHN. F. .JONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre
Het is onzen lezers bekend, dat onder
motiën, waarmede de Tweede Kamer
zich dezer dagen bezig houdt, er een is
T"n het lid, den heer B. H. H e 1 d t,
•trekkende om door de Kamer de wensche-
ijjkheid te doen uitspreken van het tot
•tand komen van eene regeling, waarbjj aan
oude en invalide werklieden een pensioen
"ordt toegekend.
In de kringen der werklieden-vereeni-
Ringen werd deze motie van den heer
Heldt met blgdschap begroet en zelfs
"«eft in de residentie dezer dagen eene ver
gadering plaats gehad, uitgeschreven door
den Ned. R. K. Volksbond, Patrimonium
«n het Alg. Ned. Werkliedenverbond, waarin
*erd besloten aan de Kamer te verzoeken
"e motie van den heer H e l d t aan te ne-
"ten en bij eveutneele aanneming er van
e«"« zoodanige uitvoering aan de motie te
geven, dat in de Staats-commissie, welke
"an deze zaak zal onderzoeken, zitting
z"llea verkrjjgen patroons, werklieden en
hoofden van patroons- en]werklieden-ver-
««nigingen.
Het toeval heeft gewild, dat deze motie
*eeds nu in hehandeling is genomen. Door
het overigden van den schoonvader van
het kamerlid Qartogh is het wetsont
werp over de veranderingen in het Wetb.
Burg. Rechtsv. uitgesteld en de motie
f*6 1 d t, die eerst de komende week zou be
handeld worden,kwam daarvoor in de plaats.
Over dit onderwerp is in den jorgaten
l0d veel gesproken en geschreven, hoewel
"iet gezegd kan worden, dat eerst thans
hetdenkbeeld der peusionneeringvan werk-
heden is ontstaan en bjj velen weerklank
heeft gevonden. In vroeger jaren wQrd in
^"geland deze zaak reeds ter hand ge-
"otnen, terwjjl sedert enkele jaren ook in
yoitschland eene wetteljjke regeling werd
'"gevoerd, waarbjj aan den ouden werk
man een pensioen, zjj het ook zeer ge-
r'"K, wordt toegekend.
Dat deze qoaestie in hooge mate d aan
dacht trekt, is natunrljjk daaraan toe te
•«hrgven, dat zjj diep ingrgpt in da be-
'aande toestanden op arbeidsgebied en in
2«keren zin eene gebeele omkeering teweeg
"loet brengen op sociaal terrein.
In het algemeen zal de wenscheljjkheid
er pensionneering van den ouden en iuva-
'den werkman door niemand worden be-
Wist. Da noodzakelijkheid voor vele werk-
leden om op hun ouden dag de toevlucht
e nemen tot armbesturen en te hopen op
hetgeen de particuliere weldadigheid voor
hen wenscht af te staan, is voldoende reden
°i" de wenschelgkheid te beamen van eene
reg«ling, waardoor aan den werkman bjj
°"derdom of ziekte eene uitkeering kan
Worden gedaan.
Hp zich zelf beschouwd, mag het dus
een verblijdend teeken worden gewaar-
eerd, dat men thans ernstige pogingen
""wendt om tot eene dusdanige regeling
6 komeD.
bestaat echter eene bedenking, welke
zoo grooten invloed is op de ver-
«zenljjbing van veler wenschen ten aan-
i'e" van dat vraagstuk, dat daardoor aan
e«' wat verwachtingen de bodem wordt
"ffeslsgen.
FEUILLETON.
(Vervolg
Hij was het dus, die tot hem gesproken had,
11 bij die zekerheid maakte zich eene groote
b]?"gde van den jongen man meester. In dit ver-
]J' van smart bevond zich dus iemand, die hem
t e"hei iemand, die zich'zijner genoegzaam aan-
°k om hem eenig levensteeken te geven.
Iwan Karoskine, verstaat ge mij werd
Wederom gefluisterd.
Ja, antwoordde hij bijna onhoorbaar.
i Dan is het goed, wij kunnen niet lui-
er spreken en mogen zelfs geen beweging
asen, willen wij onze cipiers niet wekken. Gij
jfaagt u af wie ik ben, zekerlijk want men wordt
er onherkenbaar ik zelf heb dagen achtereen
onzekerheid verkeerd, of gij wel prins Karos-
"e van Sterna waart.
.Het is zoo, vergeef mij, maar ik herinner
,D niet u ooit gezien te hebben, sprak Iwan,
le zich op de zij had gewenteld en bij het
wakke lamplicht zijnen buurman aandachtig
beschouwde.
Gij hebt mij vroeger gezien als een blo
te nd, krachtig, baardeloos jongeling. Er blijft
"iets* van den man van toen over in den galei-
Vf Van nu. Maar u en de uwen kan ik nooit
>rgeten. Alles wat ik eenmaal geweest ben,
vb it te danken gehad aan de goedheid uwer
Deze bedenking heeft betrekking op het
aandeel, dat den Staat in zulk eene pen
sioen-regeling wordt geschonken. Tal van
werklieden zjjn de meening toegedaan, dat,
indien men ernstig wil, de quaestie van
het optreden van den Staat in dit vraag
stuk gemakkeljjk zal worden geregeld. Zjj
zullen het dan ook opvatten als een bewijs
van onwil der hooger geplaatsten,indien de
Kamer die de motie in behandeling heeft
genomen, het rechtstreeksch optreden van
den Staat geheel onmogelgk maakt.
Toch zouden wjj een rechtstreeksch optre
den van den Staat in deze niet verdedig
baar achten en wel omdat dan de Staat,
voor wien de belangen van alle medebur
gers geljjk moeten gelden, het belang van
een enkelen stand, met voorbijgang van
de andere standen, zou dienen.
Wg beschouwen deze quaestie in ver
band met zooveel andere, die tegenwoor
dig aan de orde worden gesteld met be
trekking tot den werkman, en zien er dan
ook een streven in om aan den werkmans
stand een nieuw voorrecht te schenken
boven audere standen der samenleving.
In geenen deele misgunnen wg aan den
werkman de verbetering van zjjn lot,
want wjj bezitten de overtuiging, dat ook
op die wgze de toenemende ontaarding
van den werkmansstand het best kan wor
den bestreden. O ik wij zonden het toe
juichen, indien ieder braaf werkman het
vooruitzicht kon hebben, dat wanneer de
krachten hem eenmaal begeven, hg een
onbezorgden ouderdom kan genieten. Ook
wjj zouden den werkman in geval vao
ziekte of ouderdom gunnen, dat hjj niet
te zwaar gedrukt wordt door tjjdeljjke
zorgen en daardoor zijn levensgeluk werd
vermeerderd.
Maar dat alles zouden wjj willen zien
tot stand gebracht zonder dat er sprake
kan wezen van eene verzekering van Staats
wege, daar in dit geval geweld wordt
aangedaan aan de rechtsgelijkheid der
verschillende standen. Indien de werkman
verzekerd kan zjjn in zjjn ouderdom door
den Staat te worden onderhonden, waar
om zou dan de breede reeks van perso
nen, die niet tot den werkmansstand be-
hooren, maar dikwgls nog veel harder voor
het dagaljjksch brood moeten arbeiden,
geen recht kunnen doen gelden om ook
van Staatswege pensioen te ontvangen
Wjj denken bierbjj aan hen, die in dienst
van particulieren administratieve betrekkin
gen bekleeden. Wjj denken voorts aan
kleine patroons, aan neringdoenden, aan
beoefenaars der verschillende takken van
wetenschap en kunst, kortom aan allen,
die niet tot Jen werkmansstand behoo-
ren. Da meesten van hen zjjn niet in
staat zich in bun betrekking eenig fortuin
te vergaderen, zoodat zjj op hun ouden
dag zich in dezelfde kommervolle omstan
digheden kunnen bevinden als een werk
man.
Treedt de Staat derhalve op uitsluitend
ten gunste vao den werkman, dan is dit
eene bevoorrechting van een enkelen stand,
en derhalve een onrecht. Wat wordt voor
gesteld als een recht tan den werkman
is dus eigenljjk niets anders dan eene
ongemotiveerde bevoorrechting. Er bestaat
geen enkele reden, waarom de overheid
wel zorg zou moeten dragen voor den
ouden dag van den werkman, maar zich
ouders. Yan den priester vernemende, dat er een
buitengewone aanleg in mij schuilde, lieten zij
mij op hunne kosten studeeren. Ik ben, of lie
ver ik was advocaat Nesdorfl'.
Paul Nesdorfl' 1 prevelde Karoskine, ten
prooi aan eene hevige ontroering. Gij ook al hier
mijn arme vriend
Ik had het vaderland te lief, evengoed
als gij en duizend anderen. Twee maanden
geleden kwam ik hier aanik lig hier thans
drie weken.
- Nooit had ik durven hopen op het geluk
mijne laatste levensdagen nog verhelderd te zien
door de nabijheid van een vriend, mompelde
Iwan, wiens hart luider begon te kloppen, dank
zij deze zoo onverwachte vreugde.
Gij moet niet van sterven spreken, hernam
Nesdorff, nog altijd roerloos tusschen zijne harde
kussens blijvende liggen. Ik ontmoette er hier,
die reeds twintig jaren dit afgrijselijke leven
hebben volgehoudfn en toch nooit uwe vroegere
lichaamskracht hebben bezeten.
God geve, dat dit het einde moge zijn
Aldus voort te bestaan is erger dan de dood.
Zeg dat niet. Er xs nog altijd hoop op
bevrijding.
Wanneer gij evenals ik reeds jaren in
Siberië zult hebben doorgebracht, zult gij van
heen hoop xneer spreken en evenzeer naar uw
einde smachten.
Nooitantwoordde de andere vol geest
kracht, nooit Want zoolang ik leef zal ik alles
aanwenden om te ontvluchten.
Arme vriend Gij kent onzen toestand hier
du» nog niet
volstrekt niet zou behoeven te bekomme
ren omtrent zoovele andere groepen van
de samenleving, die zeker niet minder me
dewerken aan haar bloei en vooruitgang.
Iudien eene eventueele Staatscommissie
dus mocht besluiten tot de noodzakelijk
heid eener pensioen-verzekering van Staats
wege, dan hopen wjj, dat zjj niet zal
voorbijzien de geljjke rechten van zoove-
len, die buiten den handwerksstand staan,
maarl toch niet bjj machtefzjje om zich
een onbezorgden ouden dag te verzekeren.
Daar dit stelsel echter nog al wat be-
zwarenjinjzich zal hebber), 'zouden wjj bet
rationeel achten, nu de motie Heldt gewg'-
zigd is aangenomen, !eene Staatscommissie
werd benoemd 'met'.de bepaalde opdracht
om te onderzoeken, in hoeverre het par
ticulier initiatief werkzaam kan wezen tot
het tot stand brengen van inrichtingen,
waarbjj aan den werkman en ook aan die
groepen buiten den werkmansstand, welke
daaraan behoefte hebben, een pensioen bjj
ouderdom en eene uitkeeriüg bjj invalidi
teit kan worden gegeven.
Neep, zullen de voorstanders der uitbrei
ding van de Staatsbemoeiing zeggen, dat
is niet mogeljjk. Het particulier initiatief
is buiten machte hier iets degeljjks tot
stand te brengen.
Doch dan antwoorden wjj, dat het tegen
deel is bewezen, In Engeland zjjn het joist
de particuliere instellingen, welke in dit
opzicht reeds veel zegen hebben verspreid,
terwjjl daar de Staat niets meer gedaan
heeft dan het uitoefenen van controle, ten
einde bedriegerijen onmogelijk te maken.
Het gaat daarom niet aan om maar
eenvoudig aan den Staat de verplichting
tot pensionneering van den ouden werk
man, en van den ouden werkman alleen,
op te dragen. Wjj waarschuwen in deze
quaestie den Nederl. R. K. Volksbond
in ziju gegeven steun aan de motie
Heldt, want de opdracht is regel
recht in strjjd met de rechtsgelijkheid van
alle standen der samenleving en zal ons
leiden tot toestanden, die moeten uitloopen
op ontbinding der maatschappij en tot
eene sociale revolutie, welke in haar gevol
gen verschrikkelijk zal wezen.
Keizer Wilhelm heeft zich geërgerd
in het aanschouwen van het Duitsche vlag-
geschip in de Chineesche wateren. De af
beelding op last des Keizers in prent ge
bracht naar eene illustratie in de Daily
Graphic, is door den secretaris van staat
den heer VonBöttinger rondgedeeld
in den Rjjksdag. Men ziet daarop afge
beeld den aanval der Japanners op Wei-
bai-Wei.Bebalve de Japansche vloot, staan
er ook de toen daar aanwezige oorlogs
schepen der verschillende Mogendheden op,
en bjj den eersten aanblik ziet men dat
het Duitsche vlaggeschip zoowat het klein
ste is van alle. Eigenhandig heeft de Kei
zer op de prent geschreven, onder de
afbeelding van het Duitsche schip: <Wat
eene schande ligt hierinh
De Rjjksdag heeft bjj de derde lezing
der staatsbegrooting zonder beraadslaging
aan de Regeering de nieuwe pantsersche
pen toegestaan.
De liberale bladen zeggen, dat Z.H.
Twee maanden lang heb ik niet anders
gedaan als hem te bestudeeren en ik heb zoo
lang gezocht, tot ik een middel meen te hebben
gevonden. Ik wacht slechts op mijn herstel om
te beproeven of ik mij niet vergis.
Het zal u slechts verzwaring van straf op
den hals halen. Nu nog zijt gij slechts een mijn
werker, dat wil zeggen, dat gij, ondanks onzen
martelenden arbeid, ons gebrek, onze ellende,
toch nog 's avonds naar uwe hut kunt weer-
keeren en daar iets als eenige uren van vrijheid
genieten. Zoo gij echter van hier poogt te ont
komen, zal men u wederom gevangen nemen
en zult ge tot straf gesleurd worden naar de
kazematten van Akatonia, waar gij tot uwen dood
toe zult blijven onder den grond.
Zij zullen mij niet levend terugvinden.
Dan zult gij van gebrek in de taïga (het
Siberische bosch) omkomen.
Het zij zooNooit zal ik mij, door hon
ger en koude gedreven, weer aan onze beulen
overleveren, zooals jaarlijks honderden zwakke
lingen doen. Neen ik wil ontkomen.
Zijt gij dan nog zoozeer aan degenen, die
gij achterliet, gehecht Weet gij zeker, dat zij
u niet vergaten, gelijk zij mij gedaan hebben
Neen ik ben niet vergeten, daarvan ben
ik overtuigd, sprak Nesdortf met vuur. Toen
ik Polen verliet, bleef aldaar mijne vrouw achter,
een kind nog bijna, zoo jong was zij maar wij
hadden elkander zoo lief, dat het geen oogen-
blik zelfs in mij opkwam aan hare dagelijksche
gebeden voor mij te twijfelen.
Een oogeublik bleven beiden in stilzwijgen ver
zonken; daarna hervatte de jonge rechtsgeleerde
L90 XIII de houding van het Centrum in
de V 0 n Bismarc k-quaestie misbillijk!,
en zg wjjzen er op, dat Z. H. prins V 0 n
Bismarck niet val feliciteeren omdat
de Prins op dit oogenblik een particulier
persoon is. Wat weteD de V on Bis
marc k-vergoders toch overal eene mouw
aau te passen.
Hec gescbenK van keizer W i 1 h el m,
de eeresabel, heeft een gouden gevest,
waarop YonBismarck's wapen is aan
gebracht; de knop is versierd met des Kei
zers beeltenis; op de eene zijde van de kling
is gegraveerd: «Den prins V 0 n Bis
marck, Hertog Van Lauenburg, ter ge
legenheid van zgn voltooid 80aten levens
jaar»; daarnaast bet wapen van Elzas-
fjotbariugen, onder de vleugelen van den
Daitschen Rjjksadelaar; op de andere zijde
met Gothisehe letters de bekende woorden
van den gewezen Rjjkekauselier«Wjj
Duitvchers vreezen God en anders niets
ter wereld.»
Hetdaarbjj door den Keizer aan prins Von
Bismarck geschonken cachet zjjns groot
vaders is van lapus lazuli en werd door
den ouden Keizer dageljjks gebruikt.
De riieuwe minister-president de heer
Canovas del Castillo noemt de
gebeurtenissen op Cuba van zeer ernstigen
aard. Hg wil de integriteit handhaven,
desnoods door bet geweld der wapenen.
Twee duizend man staan gereed om zich
te voegen bjj de 7000 wier vertrek op
handen is. Wg zullen, zeide hg, 20,000
man zenden in 6 maanden. Zoo het noo-
dig bljjkt, zgn wg bereid 100,000 man
naar Cuba te doen gaan om het gejpied
te bezetten.
M a r t i n e z-C a m p 0 s is benoemd tot
Gouverneur-generaal van Cuba en gene
raal Primo Ribeira tot gouverneur
van Madrid.
De President der republiek hoeft in het
kamp te Satbonay de vaandels uitgereikt
aan de voor Madagascar bestemde troe
pen. Met vau aandoening trillende stem
sprak de heer P a u r e, de vaandels over
handigende De kleuren onzer vlag zgn
bekend in Afrika, waar gjj lieden bet
ontzag voor onze rechten gaat herstellen.
Zg zullen de troepen herinneren aan hun
plicht. Met vertrouwen verwachten wjj,
dat gjj voor bet eerst op de vaandels zult
doen scbrjjven een naam vol roemrijke
herinneringMadagascar.
Bij het daarop gevolgde dejeuner dankte
de heer P a u r e den Minister van Oorlog
voor de zorgen aan het leger, de hoop
des vaderlands, besteed. De President bracht
een dronk uit op het leger, waarin bet
geheele Franscbe volk vertegenwoordigd
is. De heer F a u r e werd bjj zgn vertrek
door eene talrgke menigte toegejuicht.
Er dreigt eene algemeene werksta
king onder de arbeiders aan de Staats-
lucitersfabrieken te PantiD, Aubervilliers,
enz. De werkstakende lucifersfabrieksar
beiders hebben de kameraden in alle staats
fabrieken telegrafisch tot eene algemeene
werkstaking aangespoord.
Belgie.
De Belgische regeering heeft 7000 man
onder de wapenen geroepen, om desnoodB
Iwan Karoskine, ik heb u daareven her
innerd wat uwe ouders voor mij verrichtten,
nooit had ik durven hopen hunne weldaad te
kunnen vergelden. Nu de gelegenheid zich daar
toe aanbiedt, smeek ik u mij die vreugde te
schenken en niet harder te wezen dan het lot.
Wat bedoelt gij stamelde de jonge Prins.
Dat ik u met mij wil redden.
Dat nooitIk zou uwe vlucht slechts
belemmeren.
Integendeel. Het bewustzijn ook voor een
ander leven te waken te hebben, zou mij voor
zichtiger maken. Daarbij zullen wij op onzen
weg roofdieren ontmoeten, en twee bieden hun
beter weerstand dan een. Wees niet roekeloos
genoeg om de aangeboden vrijheid te weigeren.
Neen. Het leven daarginds zou bitterder
zijn nog dan hier. Ik zal Polen toch nimmer
wederzien. Ben ik niet voor altijd een balling?
Het vaderland zal voor u gesloten blijven,
dat is waar. Doch nog in den vreemde zult gij
Polen kunnen dienen, zooals ik mij voorneem
tot het einde mijner levensdagen te doen. Nooit
ben ik zoozeer vervuld geweest van plannen
om hen, die hier gepijnigd worden, te wreken;
heel de beschaafde wereld moet het weten wat
hier geleden wordt. Ik zal het zoo lang en zoo
luid herhalen, tot alle volkeren als éen man op
staan om zich togen den dwingeland te wapenen.
Mijn arme droomcr Hebben niet tallooze
anderen dat te vergeefs voor u beproefd
Mijne stem zal zich met meer geestkracht
verhellen dan de hunne. Men zal naar mjj luis
teren. Maar ook, al mocht dat levensdoel op
het oogenblik geen betoovering meer hebben
met geweld het oproer te onderdrukken,
dat staat uit te breken in sommige nij
verheids-districten. Daar organiseeren de
socialisten om dat ze hun zin niet krjj-
gen in zake het jan en alleiuaos kies
recht, werkstakingen op elk gebied.
De volksmenners gaan onverantwoor
delijk door met hun opruiende taal, en
drijven in koelen bloede hun volgelingen
tot een stap die de grootste ellende over
ben en hun gezinnen brengt, die aanlei
ding kan geven tot bloedige botsingen en
die allerminst de zaak van de werklieden
zal bevorderen.
Te Brussel werden reeds zeven socialis
ten gearresteerd wegens het plegen van
verzet. In de omstreken van Charleroi
zgn twee "eskadrons laneiers gelegerd.
De rivier de Sau heeft de Oostenrjjksche
stad Agram bjjna geheel overstroomd,
meer dan eeu meter water staat iu de
huizen.
Ia der omtrek ziet men dorpen geheel
onder water, zoodat alleen de daken zicht
baar zgn.
In de Hongaarscbe Kamer van Al
gevaardigden heeft de Minister-president
verklaard, dat de Regeering haren steua
niet geven kan aan het ingediende wets
ontwerp betrekking hebbende op de ver
eering van Kossuth's nagedachtenis,
wegens de houding, door hem tegenover
de Kroon aangenomen.
Als een gevolg van het optreden van
Daitschland's Keizer in zake het Rjjksdag-
votum bjj en na bet gebeurde van jl. Za
terdag, heeft de Democratische Verein tx
Muuchen eene algemeene volksvergade
ring uitgeschreven om de houding vast te
stellen, die men heeft aan te nemen.
Uit Simonoseki komt bericht, dat de
toestand van Li-Huug-Chaug bevredigende
vorderingen maakt.
De Chiueesch-Japansche vredes-on-
derhaudelingen zgn in afwachting van Li-
Hung-Chang's genezing geschorst.
Berichten uit Jietjao en Nanking ver
melden eene nieuwe overwinning der
Japanners. Zondag verscheen de Ja
pansche vloot voor Haitsjore op de kust
vau Kiangsoei De Japanners beschoten de
omliggende forten waarna er ettelijke
duizenden landden en de stellingen ver
overden, ondanks het heftige verzet der
ChineezeD, die 300 dooden verloren. Vooraf
hadden de Japanners Haitsjon genomen.
Blijkbaar hebben zg het oog op Nanking
er ook op het Groote Kanaal, waarvan
zjj thans slechts 70 mjjlen verwjjderd zgn.
Dientengevolge heerscht er een groote
paniek zoowel te Nanking alsop Formosa.
Vrouwen en kinderen vluchten naar Hong
kong. De Earopeanen verlaten de stad
Nanking.
De Onderkoning van China heeft op de
tjjding der zegepraal en landing der Ja
panners 7500 man troepen uitgezonden om
het zegevierende voortrukkend Japansche
leger tegen te honden.
Onder de Japansche troepen te Port-
Arthur heerscht de cholera. Een veertigtal
slachtoffers der ziekte sterven per dag.
herinner u dan, dat alles beter is dan het leven
alhier, dat de katerga eene foltering is en dat
er nog andere landen als Polen bestaan, waai
gij zonneschijn en vrede, zoo dan al geen geluk
kunt weervinden, waar gij weer vrij man zu
zijn en de gezondheid zult terugkrijgen.
Nooit zal ik er degenen weerzien, die ik
liefheb.
Daarover kan ik met oordcelen 5 ,n!'ar
gij zult toch daarom hunne bewondering atdwm
gen door uwe volharding en moed.
Maar mijn beste vriend, ik ben immers
zoo goed als stervend. -
Men herstelt hier van het oogenbliK w,
dat er weer hoop in het harte daalt. W c,s '?1C
zwak als eene vrouw, Iwan Karoskinew eigei
niet u als een man te betoonen. Ik zal op uwe
genezing wachten maar dan ook laat 1 u mt
weer los.
Zeg mij ten minste op welke wijze gij uw
plan denkt te wagen.
Ziehier wij zullen de lonte afwachten
tegen dien tijd moet gij zorg dragen, weer bij
krachten te zijn en op een avond ws wij van
het werk zijn teruggekeerd, zullen wij elkander
op eene vooraf bepaalde plaats wedervinden.
Misschien zal ik u slechts van verre weerzien,
laat ons daarom afspreken, dat het aan den
zoom van het boscli zal zijn, bij het kruis, dat
het graf van den priester bedekt,die hier eenige
jaren geleden stierf. Zoo ik u niet naderen kan,
zal ik een teeken geven, dat u zal zeggen dezen
avond, te tien ure. Zoo gij aarzelt te gaan, zal het
m\jn verderf wezen, want ik zal niet vertrekken
zonder u, Wjj zullen ons dan het boacli ui be-