No. 2269.
Zondag 7 April 1895.
20ste Jaargang
Orde, ook in de Staatkunde
BUITENLAND.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
De samenzweerder.
België.
Oostenrijk-Hongarije.
China en Japan.
Italië.
Frankrijk.
II1I It II
COMMIT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Yoor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERD AG.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
irtTMAlNIiJSD
50 Cents.
7»/,
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijda g-a vond
voor 6 uur ingewacht.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère
G.L. DAUBEfy Co., JOHN. F. JONES, Succ., Parijs 31 to Faubourg Montmartre
Niemand zal kunnen betwisten, dat de
tegen woordigeRegeering een lofïelijhewerk-
zaamheid openbaart. En evenmin zal men
trachten te ontkennen, dat de Vertegen
woordiging thans ijverig met de Regeering
samenwerkt om iets goeds voor het Va
derland tot stand te brengen.
Er wordt, soms zeer terecht, geklaagd
over de geringe resultaten, welke de ar
beid van Regeering en Kamer ten bate
van het land oplevert en vaak moet na
afloop van een zittingjaar der Staten-Ge-
neraal de verzuchting worden geuit, dat
de practische resultaten van den atgeslotsn
tjjdkring zoo bitter weinig zjjo.
Tot deze klacht zal ditmaal weinig aan
leiding wezen. Tal van onderwerpen zjjn
door de Regeering ter hand genomen en
in overleg met de Staten-Generaal tot een
goed einde gebracht, terwjjl tevens nog
uitvoerige beraadslagingen zjjn gehouden
over quaestiën, die met de volkswelvaart
in het nauwste verband staan. Om niet
te uitvoerig te worden, herinneren wjj
enkel aan de behandeling der motie van
den heer Dobbelman door de Kamer,
uit welk debat is gebleken, dat tal van
Afgevaardigden de oogen hebben geopend
voor de waarachtige behoeften des volks,
al kan dit nog niet naar onze over
tuiging worden verklaard van de meer
derheid in dit Staatscollege.
Er bestaat dus alle reden voor ben,
die het wel meeneu met ons volk, om
tevreden te zjjn met den loop der zaken
op politiek gebied hier te lande, al blijft
er natuurljjk altjjd nog veel te wenschen
over. Wij mogen evenwel niet alles te
geljjk eischen en zonder dus te willen be-
hooren tot hen, die den staatkundigen
toestand rooskleurig noemen, meenen
wjj toch, dat juist de tegenwoordige kalmtf
in de politiek eene uitnemende voorwaarde
is voor practische werkzaamheid vaa Re
geering en Kamer.
Deze kalmte is echter aan sommigen
een doorn in het oog. Zij gelooven, dat
alleen die onderwerpen voor ons volk nut
kunnen hebben, welke in hooge mate de
politieke hartstochten opwekken en aan
leiding geven tot heftige debatten en ru
moerige vergaderingen.
Daarom trachten zjj nu en dan, als de
heeren Gerritsen en Heldt, zakeQ
in de Kamer ter sprake te brengen, welke
bjj uitnemendheid geschikt zjjn om de
quaestiën van den dag op te rakelen en
daaraan beschouwingen vast te knoopen,
die bjj andere staatkundige richtingen te
genspraak moeten uitlokken. Hoezeer wjj
ook gestemd zjjn voor eene goede oplossing
van de verschillende moeiljjkheden, waar
mede de handwerksstand heeft te kampen,
gelooven wjj toch, dat de bespreking van
deze zaken niet tehuis behoort in de Ver
tegenwoordiging en wel om de eenvoudige
reden, dat de beste wetteljjke regelingen
niet in Btaat zjjn om duurzame verbete
ring in de levensomstandigheden van den
werkman te brengen.
De beide door genoemde heeren voor
opgestelde zaken zjjn nu, na korte be
spreking door de Kamer, weder voor eenigeD
tjjd van de baao, totdat ze over eene poos
door hen of door anderen nogmaals als
een geschikt middel worden aangegrepen
FEUILLETON.
16.) (Vervolg.)
Gekheid riep Paul op ruwen toon, teneinde
zijne aandoening te verbergen. Gij zijt ziek ge
weest, dat spreek ik niet tegen maar wie denkt
er op uw leeftijd reeds aan heengaan
Ik draag den dood in mij om.
Gij zult volkomen herstellen in een zacht
klimaat, en zoodra wij Europa bereiken, breng
ik u naar het Zuiden over.
Neen, dat verbied ik u, antwoordde Ka-
roskine met kracht. Reeds dank ik u de vrij
heid, ik wil niets meer van u aannemen. Zoo
dra wij ons op veiligen bodem bevinden reist
gij naar Europa door en bekommert gij u nog
slechts om eene zaak uwe vrouw terug te vin
den. Ik ben door niets gehaast, niemand wacht
mij opmijne ouders kunnen zich niet meer
over mijne terugkomst verheugen, mijne zusters
zijn getrouwd of ik in Europa sterf, is om het
even, mits het slechts op vrije aarde is.
Ik zeide het u reeds, gij zijt een onver
beterlijke twijfelaar. Zal ik u bewijzen dat gij lang
ZOO onverschillig niet zijt voor een ieder, als
gij mij wei zoudt willen doen gelooven
])at zou ik wel eens willen zien, sprak
de zieke met een bitter glimlachje.
Welnu, zelfs gij zult met kunnen ontken
nen, dat gig reeds vrij wat beter zijt dan
om de Kamer weder wat nutteloozen ar
beid te geven. W{j twjjfelen er niet aan,
of het minimumloon met den maximum-
arbeidsduur en de pensionneering van werk
lieden zullen nog wel op het tapjjt worden
gebracht.
Er is evenwel nog een ander vraag
stuk, dat aan Kamer en Regeering als
eenDamocles-zwaard boven het hoofd hangt
en welks bespreking zeker nog heel wat
van den nationalen tjjd zal eischen, tot
groote schade van de volksbelangen. Dat
vraagstuk is het kiesrecht, voor hetwelk
men van deze Regeering voorstellen ver
wacht en die dan ook over eenigen tjjd bjj
de Kamer aanhangig zullen worden ge
maakt.
De kiesrecht-quaestie is niet van de baaD.
Zjj werd slechts voor kort ter zijde gesteld
om weldra weder een hinderpaal te vor
men voor een geregelden gang van zaken
op politiek gebied, Wjj bejammeren dit
ten zeerste, omdat alle arbeid en alle tijd,
die ten beste worden gelegd aan het ont
werp der vorige Regeering, nutteloos zjjn
geweest. Ook de tegenwoordige Regeering
zal weldra met haar ontwerp komen en
het aan de vuurproef van het parlemen
tair debat onderwerpen. Zal zjj beter slagen
dan haar voorgangster, en baar ODtwerp
zjj het daa ook met eenige wijzigingen,
door de Kamer zien goedgekeurd
Deze vraag kan alleen dan bevestigend
beantwoord worden, als de vooruitstre
vende leden van de Kamer niet het on
derste uit de kan willen hebben, met andere
woordenindien zij de kiesrechtuitbrei
ding niet tot hel uiterste trachten te
drjjven. Over de noodzakelijkheid der uit
breiding schijnt de groote meerderheid der
Kamer het vrjj wel eens te zjjn, ondanks
er nog zeer velen in den lande zjjn, die
het tegenwoordig kiezerscorps talrjjk ge
noeg achten. Het blgft thans echter nog
altjjd de vraag, tot hoever de uitbreiding
zal gaan.
Eu dan zouden wjj meenen, dat de voor
zichtigheid maatregelen eischt om te voor
komen, dat bij de stembos het overwicht
ten deel valt aan die groep der samen
leving, welke weinig of geen belang stelt
in een ordeljjken gang der Staatszaken.
Wij bedoelen hier niet mede, dat per se
de werkman van het kiesrecht moet wor
den nitgesloteo, want wij bezitten de
zekerheid, dat vele werklieden op uitste
kende wjjze van hun kiesrecht gebruik zul
len maken. Maar wij hebben hier het
oog op diegeneD, die de verwarring op
politiek terrein zullen benuttigen om
zich ten koste van anderen te verrijken en
daardoor de samenleving aan den rand
van den afgrond zullen brengen.
De ervaringen in andere landen, waar
bet zeer uitgebreid of algemeen kiesrecht
is ingevoerd, moeten wel tot zulk een ge
dragslijn leiden. Wjj denken hier speciaal
aan België, waar de toestanden op parle
mentair gebied op dit oogenblib hoogst
bedenkeljjk moeten heeten. Ia de Kamer
worden redevoeringen uitgesproken, zoo
revolutionnair mogelgk, en buiten de Ka
mer tracht men door straatgeweld invloed
uit te oefenen op de beslissingen der Ver
tegenwoordiging. Hierdoor is natuurlijk
van eene kalme beraadslaging over de ge
wichtige volksbelangen geen sprake meer
en moet dus de geregelde gang der zaken
gjj hier aankwaamtmaar gesteld eens voor een
oogenblik, dat gij gelijk badt en dat uw einde
nabij was, zoudt gij mij dan voor niemand op
heel het wijde wereldrond een afscheidsgroet
hebben op te dragen?
Een oogwenk bewaarde Iwan het stilzwijgen,
daarop sprak hij somber
Een afscheidsgroet nieteen laatst bevel
misschien.
Ziet gij wel
Gij vergist u, Paulde vrouw, voor wie
dat bestemd zou zijn, was mij eenmaal lief, maar
hare houding sedert mijn ballingschap heeft dat
eens zoo machtige gevoel in haat veranderd.
Toen gij daarginds te Nertchinck van wraakne-
men spraakt, heb ik u begrepen. Alleen, ik moest
bij mij zeiven erkennen, dat ik daartoe het recht
niet bezat, want niets bond ons nog aan el
kander, niets als onze liefde. Doch zoo ik op weg
mocht sterven en gij wildet haar mijne laatste
woorden overbrengen, zoudt gij eens te meer
aanspraak op mijne dankbaarheid kunnen maken.
Ik zal het doen, broeder, vertrouw daarop.
Zij was mijne bruid, ziet gij, en zij vergat
me zoo geheel en al, dat zij het kasteel mijner
ouders, het slot waar ik haar liefkreeg, aankocht
om daar groote feesten te geven zoo ik onder
weg mocht bezwijken, zult gij haar laten weten,
dat ik tot zelfs in de hel van Siberië haar ver
raad hoorde dat het mij heviger pijnigde dan
de straf der katorga of de knoetslagen mijner
beulen. Gij zult haar uit mijnen naam bevelen
Sterna weer te verlaten en elders haar zielloos
leven voort te gaan zetten. Misschien zal het
woord van een doode, die uit de mijnen ver
ten zeerste worden belemmerd.]
Door de voorstauders van het algemeen
kiesrecht in ons vaderland wordt hoog
opgegeven van da groote deugden van
ons volk. Zjj beweren, dat juist uit het
volk de groote en edele mannen, die naam
hebben gemaakt in onze geschiedenis, zjjD
voortgekomen en dat daarom alle groepen
van oos volk recht hebben om mede te
werken aan de samenstelliug der Verte
genwoordiging.
Wat ons betreft, ook wij vertrouwen
op bet volk en stemmen toe, dat de groo-
ten en edelen juist uit het volk zjjn voort
gekomen. Maar dit sluit niet uit, dat bjj
de stembus, zjj het dan ook niet in alle
streken van ons land, die elementen zicb
het meest zullen doen gelden, welke geen
grooten en edelen kunnen opleveren. De
kern onzer Datie is goed en aan haar zal
men met vertrouwen het kiesrecht kunnen
schenken, maar wat zich om die kern be
weegt, is niet altjjd even deugdzaam en
bet zal daarom de plicht der Vertegen
woordiging wezen om te zorgen, dat daar
aan het kiesrecht niet wordt verleend.
Daar het kiesrecht geen natuurrecht
kan heeten, bezit de Staat de bevoegdheid
het te outhouden aan hen, die het niet
ten nutte van de samenleving zouden uit
oefenen. Van die bevoegdheid moet gebruik
worden gemaakt. Indien valsche schaamte
of vrees voor radicale opgeblazenheid de
Vertegenwoordiging er toe leiden om hierop
geen acht te geven, dan is het aan deze
Kamer en Regeering te wjjten, wanneer
later toestanden op parlementair gebied
zjjn te betreuren, geljjk die thans elders
worden waargenomen.
Wij hopen daarom, dat de radi cale
pressie bjj de behandeling der nieuwe Kies
wet-voorstellen geen invloed zal hebbep
op Regeering en Kamer en dus van de
toekomst mag worden verwacht, dat een
ordeljjke en geregelde gang van zakeu op
politiek is gewaarborgd. Dit is toch de
noodzakeljjke voorwaarde voor wezenljj-
ken vooruitgang.
Het brutaal optreden der sociaal-de
mocraten in de Belgische Kamer, waar zij
in hun eisch tot het jan en allemaos
kiesrecht steun vinden bij de Christelijke
democraten, heeft tot een incident aan
leiding gegeven. De katholieke afgevaar
digde, de heer Helleput wendde zich
tot den socialist Defaisseaux met de
woordenbeschouw het alsof ik u een
oorveeg hab gegeven
Dat was te veel voor den socialist, er
ontstond groote verwarring, en werkelijke
oorvegen werden gegeven, de eene slag
volgde op den anderen. De boden der
Kamer moesten helpen eenige vechtende
Kamerleden tot rust te breugen. Meerdere
uitdagingen waren het gevolg van deze
scène.
De heer Helleput ontving van zjjne
vrienden de harteljjkste bewjjzeu van sym
pathie.
't Wordt een mooi boeltje in de Euro-
peesche Parlementen. Later wjj maar ge
duld hebbeo, zoodra het algemeen stem
recht overal is ingevoerd krjjgen wjj nog
rees, nog eenige kracht voor haar hebben. Zoo
niet
Welnu.
Zoo niet, dan zij haar eigen bestaan ge
vloekt en worde zij tot het graf toe vervolgd
door de onuitwischbare herinnering aan mijn
lijden.
Maar wie is zij dan mompelde Nesdorff
verschrikt door de lijkkleurige tint, die zich
over de gelaatstrekken van zijnen vriend ver
spreid had.
Gij zult haar naam dikwijls hebben ver
nomen, het is gravin Alma JPodnawska.
Paul bewaarde het stilzwijgen.
Hebt gij baar ooit gezien vroeg Iwan
thans.
Slechts éénmaal.
Wanneer was dat?
Eenige weken voor mijne inhechtenisneming.
Bij welke gelegenheid
Op een bazar ten voordeele der armen.
Herinner u uwe belofte, sprak Iwan op
gedempten toon. Dan alleen zal ik in vrede kun
nen sterven.
Reken op mij, broeder.
Veertien dagen later verlieten zij in jagers-
kleeding de gastvrije hut. De tocht liep zonder
andere voorvallen, tenzij een hevige orkaan in
de steppen, teneinde, en ten slotte hadden zij
het land van dwingelandij en ballingschap ver
laten
Op Sterna was oogenschjjnlijk maar zeer wei
nig veranderd, sedert priuses Karoskine haren
echtgenoot iu het graf was gevolgd.
meer schandalen. Dan kunnen de heeren
Afgevaardigden nog prtt hebben.
Een voorsmaak geeft ons de Belgische
Kamer, daar is ook in behandeling geno
men het socialistisch amendement strek
kende tot toekenning van het kiesrecht
aan vrouwen. De afgevaardigde Denis
houdt vol dat de vrouw geljjke capaciteit
bezit als de man; de nniversiteitsexamens
bewijzen het. Ia België staan 42.000 vrou
wen aan 't hoofd van zaken van njjver-
heid, en 211,000 werken met de handen,
terwjjl 110.000 handel drjjren. Aangezien
de gemeenteraden meer te maken hebben
met administratie daa met politiek, zou
den de vrouwen goede kiezers daarvoor zijn.
De heer D e m b 1 o n ondersteunt het
voorstel en beweert alleronbeschofst, dat
het katholicisme de vrouw beschouwt als
eene slavin. Éen concilie heeft zelfs ver
klaard dat de vroaw geen ziel heeft, zegt
deze goddelooze.
De beer N jj s s e n, antwoorde dat voor
het kiesrecht voor vrouwen de tjjd nog
niet is aangebroken. Eerst moet het Bur-
gerijjk Wetboek herzien worden en de
stuitende onbilljjkheden worden verwijderd
welke de vooruitgang der beschaving ver
oordeelt.
Te Weenen is een ministerieels crisis
uitgebroken. Prins Windischgriitz
heeft de regeling van het kiesrecht ter hand
genomen en kau het nu niet eens worden
met de Liberalen, Polen en Clerica'en, die
de regeeriugsmee'derheid van het Huis
van afgevaardigden uitmaken.
Deze Minister-President bad beloofd,
dat bjj het wetsontwerp tot uitbreiding
vau het kiesrecht vóór Paseheu zou in
dienen. Naar men te Weeuen vertelt, heeft
h jj nu echter ter kennis van keizer Frans
J o 7 e f gebracht, dat hij geen kans ziet
de beloofde hervorming tot stand te
brengen en derhalve, zoodra de begroo
ting is afgehandeld, na Paschen met zjjne
ambtgenooten zjj a ontslag zal indienen.
De stadhouder vau Boheme, graaf T h u n
wordt genoemd als de aanstaande minister-
presideDt.Het kabinet,hetwelk graaf T h u n
zal samenstellen, zal hoofdzakeljjk bestaan
uit conservatieven en clericaleo.
In dat geval zal Oostenrjjk gespaard
bljjven voor het «jan en allemans kies
recht,» waarvan de radicalen alle heil ver
wachten.
Da Japansche vredes-onderhandelaar
graaf Ito zou, wat den afstand van For
mosa betreft, reeds met LiHnngChang
tot overeenstemming zjjn gekomen.
De Keizer van China beeft L i gelast
den Mikado voor den wapenstilstand te
danken. Uit deze beweging zal deze voorts
vermindering van straf vragen voor den
persoon dia op hem schoot.
De Raasische en EngeLche regeeringen
scbjjuen te willen profiteeren vaa den oor
log tusschen China en JapaD.
De Peterburgeche Novoje Vremya wjjdt
ten minste weer een artikel aan de ver
wikkelingen in Oost-Azië en kamt tot de
slotsom, dat Rusland in elk geval een
haven moet hebben, zuidelgker dan Vla-
diwostoek, die gedurende den geheeleD
winter vrjj is vau gs. Natuurlijk is de
Aanvankelijk had Olga daar al de onde meu
bels laten staan, om, wanneer zij er 's zomers
wederkeerde, het ouderlijke huis nog geheel en
al weder te vinden gelijk zij hetzelve als bruid
verlaten had, en toen Alma het kasteel had over
genomen van Texakoiï's schulde'schers, had zij
geen meubel van plaats doen veranderen, zoo
wel om Iwau's zuster genoegen te doen, als
om hare eigen herinneringen ongeschonden te
bewaren.
Zij kwam er niet dikwijls heen, want over
dat zwijgende landgoed hing een sluier van rouw
en droefheid, maar van tijd tot tijd, als het ge
woel der wereld haar te pijnlijk werd, als zij
zich meer dan ooit vreemd gevoelde te midden
dier talloozen, die haar benijdden of belaster
den, ging zij daarheen, slechts vergezeld van
hare oude huishoudster, want zij vond er altijd
de dienstboden der familie Karoskine weder,
die dank zij baar, een onbezorgd leven genoten,
en dan zwierf zij door al die verlaten kamers
rond, of wandelde zij door de paden, waar
voorheen het vroolijk gebabbel van een talrijk
gezin had weerklonken, en nu niet meer ver
nomen werd dan het geklapwiek van eencn
vogel of het geritsel van eene slang door liet
gras.
Telkens scheen het haar toe, als gevoelde zij
zich af^oiuatter, wanneer zjj daar kwam, telkens
ook kostte liet haar grooter moeite van die plek
te scheiden, maar haar armen en zieken riepen
haar naar de Hoofdstad weer en somtijds ook
vreesde zij, dat zij zinneloos zon worden, indien
zij lang achtereen in deze eenzaamheid ver
toefde, waar alles voor haar eene herinnering was.
toestand nog niet zoo ver gevorderd, dat
er reeds sprake kan wezen van eene tus-
8chenkom8t der mogendheden. Evenwel,
zoodra het sluiten van het vredes-trac-
taat aan de orde komt, zullen Rusland
en Engeland zeker wel een woordje mee
spreken.
Rusland heeft reeds lang een begeeri-
gen blik geworpen op een deel van China
voor de ontwikkeling van Siberië en van
zijne kasten aan de Stille Zuidzee.
Japan heeft de kastanjes uit het vuur
gehaald en China verslagen, dat thans met
Aziatische langzaamheid aan het loven
en bieden is om zich op de goedkoopste
wjjze te redden.
De Italiaansche bladen bevestigen dat
het huweljjk van den Hertog Van Aosta
met prinses Helena van Orleans
in Engeland op Stouwe-House zal vol
trokken worden. Daarna gaan de Prins
en de Prinsss onmiddellijk naar Turgn
en van daar, na eenige dagen, Daar Rome,
waar de officieele voorstelling derprioses
Helena moet plaats hebben.
Z. H. de Paus heeft beslist, dat voor
de stichting van eene hoogere studie-inrich
ting voor geesteljjken, de Benedictijnen
zullen worden aangewezen.
Te dien einde is een huis aangekocht,
gelegen bjj de kerk St. Pulcheria te Rome»
Benedictijnen van verschillende congre
gaties en van verschillende nationaliteit
zullen zich daar installeeren.
Te Rome zal het Grieksche college waar
schijnlijk toevertrouwd worden aan de di
rectie der monniken van Grottaferrata.
Er worden groote feestelijkheden voor
bereid om dit jaar, ter gelegenheid van
de 25a verjaring der bres in de Porta
Pia, den 30 September te vieren om den
Paus van Rome eene nieuwe beleedigiug
aan te doen. De bankschandaal-helden
vormen onder C r i s p i het feest-comite.
Er is geen duit in de schatkist om de
ongelukkige Italianen te hulp te komeD,
die in zoovele plaatsen des lands van
honger sterven, maar dat komt er niet
op aap, voor het inrichten van mafon-
nieke feesten zal men de noodige mid
delen wel vinden.
De XlXe Siècle meldt dat het parket
van het Hof van Parjjs eene dagvaardiging
tot Co melius Herz den beruchten
Panama-jood «van beroep zieltogende»,
heeft gericht om 15 Mei te verscbjjuen.
«Men kan nu gemakkeljjk voorzien»,
zegt het blad, «dat tegen den lOden Mei
de Engelsche bladen ons zullen berichten
dat de gezondheidstoestand vaa Herz,
altjjd gevaarljjk, thans plotseling verer
gerd is.
«Na een handig pleidooi zullen de con
clusie a van den advocaat verworpen worden
en zal Cornelius zich dadelijk in cas
satie voorzien, gedurende welk tijdsverloop
hjj weer op zjjn gemak verder zal kun
nen zieltogen.»
Men herinnert zicb, dat er thans eenige
Fransche detectives te Bonrnemouth zjjn
en dat wg indertgd melding maakten van
een ingezonden stuk Fan een Engelsch
parlementslid, waarin op oogenschjjnlijk
betrouwbare verklaringen van geneesheeren
Zij was er ditmaal tegen het najaar aange
komen, op het oogenblik, dat het bosch zgne
harmonievolle tinten aannam, en meer'lan ooit
afgemat van hetgeen het leven daarbuiten haai
geschonken had, hoopte zij er e»nigo gemoet s-
rust weer te vinden.
Dit was ook aanvankelijk het geval gew ees
maar sedert eenige dagen scheen het haar oe,
als hing haar een ongeluk boven het hoo m
de lucht hing iets drukkends, iets, dat aan c en
zomer herinnerde en toch geen zomer men nas,
en haar beklemde. Zij streed er tegen, zicli zeil
van kinderachtigheid beschuldigende en maae
lange wandelingen en tochten te paart t ooi t e.
bosschen om zich te verstrooien, oc me s
mocht baten elke morgen vond haar wederom
even zwak als den vorigen dag.
Ik vrees, dat ik naar Warschau zal moe
ten wederkeeren, mompelde zjj op zekeren avond
dat zij in dé duisternis naar buiten trad, want
zij was moedig van natuur en geen nachtelijk
donker vermocht haar angst aart te jagen.
Zjj trad de slotlaan door langzaam en in ge
peins verzonken een laatste nachtvlinder flad
derde langs hare lokken en witte walmen stegen
uit de aarde op, om alles met een lijkkleed te
bedekken.
Eensklaps bleef zjj stilstaan zij had het ge-
druisch van voetstappen vernemen.
Zijt gij het, Yosoff? vroeg zjj toch ietwat
schuw, want het was een ongewoon iets hier op
dit uur iemand aan te treffen.
Een man van hooge gestalte trad op haar
toe en antwoordde met eene haar onbekende
stem