N I E M« 2325 Woensdag 2$ Augnstns 1815 20ste Jaargang Het sociale gevaar. BUITENLAMP. Nog bijtijds. België. Bulgarije. Frankrijk. ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden toot Haarlem. f 0,85 Voor de overige plaatsen hi Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummer» 0,03 Dit blad verschjjnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG. BÏÏEE4ÏÏ: St. Janstraat Haarlem. AGHTE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVEBTENTIEN. Van 16 regels .50 Cent» Elke regel meer7Vs Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie Contant. Advertentiën worden uiterljjh Maandag-, W o e u d ay ea V r jj d a g-a rond voor 6 uur ingewacht. Redacteur-U i t g e v sr, W. K. F P B R S. Tegen hooge provide worden voor dit blad in de provinciën Noord- en Zuid- Bolland, COLPORTEURS gevraagd. Het valt niet te ontkennen, dat er vele economische en politieke gebreken heerschen in de tegenwoordige maatschappij. En die gebreken vreten als een kanker om zich heen. Wil men weten, waar de kiem, de eigenlijke oorzaak van alle die gebreken Bchuilt Alle die gebreken zijn in mindere of meerdere mate terug te brengen tot den afval van het Christendom. En daarom kunnen die gebreken enkel en alleen ver beterd en verholpen worden, wanneer de maatscbappjj terugkeert tot datgene wat zjj verlaten heeft, nameljjk terugkeert tot God, die door de leden der huidige maat schappij zoo vaak wordt verloochend; te rugkeert tot de Bruid van den Christus, welke smettelooze Bruid zoo vaak wordt verguisd, vervolgd. Terug naar de KerkTerug naar de verlaten, verachte, vergoten Kerk! Ziedaar de groote oplossing, waarvan het gelak der tjjden zal afhangeD. Het gevleugeld woord van Cj prion us, in de eerste eeuwen der Kerk gesproken, bljjft nog van kracht en geldt ook in betrekkiog tot de sociale vraag: <Extra Ecdesiam nulla salus! Bui ten de Kerk geen heil De Kerbiseene groote macht; zjj staat verre boven elke maatschappelijke instelling. De Kerk is het grootste, het belangrijkste ge- deelte der maatschappij, hetwelk in zjjn geheelen bouw nog ongeschokt en niette genstaande allerlei nadoelen in vele lede maten der maatschappij, zalf nog volkomen gezond is. De Kerk heeft rechten en plichten, ont leend aan God. Zij heeft het onvervreemd bare recht en den onvervreemdbaren plicht om het heil en de redding der maatschappij ter harte te nemen. Dit heeft de diepste kenner van onzen tjjd, de tegenwoordige Pans, Z. H. Leo XIII op besliste en onbe twistbare wjjze verklaard en uitgesproken. Door niemand kan dit recht redelijkerwijze worden betwist, door niemand deze plicht op billijke wjjze aan haar worden ontno men. Want aan haar is de zedenwet toe vertrouwd, waarop het leven dar maatschap pij rust; aan hare schutsehe is het gods dienstig leven toevertrouwd, hetwelk nimmer straffeloos kan worden verlatenwant de volken, die den godsdienst den rug toekee- FEU1LLETON. 5. Vervolg.) De familie Virch beteekende weinig, 't huis had niet veel naam, en 't vermogen werd be dreigd door de verkwistende leefwijze des zoons. Het ging den ouden heer Palmer, in dit oogen- blik raar in 't hoofd. De gedachte, dat die ver kwister naar zijne dochter dong, dat de zuster zijn plan zocht te verijdelen en hij zelf machte loos was tegenover dien toestand, daar hjj 't recht der gastvrijheid eerbiedigen moest, bracht hem geheel en al in de war. Er zijn menschen in alle standen, die zich ondanks den tegenzin, welken zij inboezemen in hei huis binnendringen en zich daar als kleef kruid vasthechten. Tot dat groote aantal lieden behoort ook miss Virch en haar broeder Ed- gar. Terwijl mej. Palmer op stille, bescheiden wijze de thee bediende, lag miss Alice in haren schommelstoel en keek met volslagen onverschil ligheid naar de tafel. Van wien hebt ge uwen goudvos, dat prach tige paard gekocht, meneer Prancis, vroeg zij plotseling een geeuw onderdrukkende. Halt verschrikt wendde miss Virch zich om, ook Horatio keek met bespiedenden blik naar den aangesprokene. Zeldzame vraag kind! bemerkte Palmer verstoord. ren, nemen de verrotting in merg en been, en doodelijk venjjn in hun bloed op. Alle deelen der maatschappij hebben den plicht om te arbeiden aan de vernieuwing van het geheelmaar de Kerk, die het grootste en belangrijkste gedeelte der maat schappij vormt, bezit daartoe den aller- eersten, den allerzwaarsten plicht. Hieruit volgt echter, dat alleo, wien het iuderdaad ernst is de hernieuwing der maatschappij tot stand te brengeD, verplicht zjjn aan de Kerk hnlp te bieden, opdat zjj inderdaad in staat moge zjjn om bare grootsche taak, die het gewichtigste gedeelte der sociale vraag omvat, o. 1. de herinnering van het zedeljjke en godsdienstige christelijke leven, te vervullen. Geen nood, dat iemand daardoor zou worden verhinderd in het nastreven van zjjne eigen doeleinden, in het vervalleu vau zijne eigen taak. Allerminst. Juist daardoor wordt iedereen, zoowel het individu als elk vrjj genootschap in staat gesteld om zjjne eigen taak des te beter te vervullen. Nie mand mag echter bandelen in tegenspraak met de wetten der Kerk of hinderpalen aan de werkzaamheid der Kerk in den weg stel len. En juist dit gebeurt maar al te vaak in onzen tijd door een verkeerd begrip van recht ea plichtsvervulling. Ea jaist omdat wjj zoo vaak daartegen onze stem verhef fen, jukt daarom worden wjj veracht, ge smaad en gehoond maar niettemin houden wjj niet op steeds met immer luider Btem bovengestelde grondbeginselen ts verkondi gers. Mocht toch ons stemgeluid overal ter wereld vernomen ea aangehoord worden I Kau het worden geloochend dat de tjj den hacheljjk zjjn en als de voorteekeneu niet bedriegen, kan het onmogelijk meer langdurec, of eene algeheele verwoesting zal pniuen over puinea neerstorten. Sedert langen tijd is er wind gezaaideerlang zal de oogst der stormen beginnen. De wateren worden al hooger en hooger opgezweept en opgestuwd, de naderende zondvloed dreigt om alles te verzwelgen. Is er nog redding mogeljjk Ja, onge twijfeld, maar alleen in de Ark. Evenals in de dagen, toen geheel de wereld overdekt werd met den algemeenen watervloed, en alleen zij werden gered, die met Noë de Ark binnentraden, evenzoo zullen bjj den dreigenden zondvloed van tegenwoordig a1- leen zij gered worden, die de reddende Ark des Nieuwen Verbonds binnengaan, de Ark der Kerk, des geloofs en van den gods dienst. Is de overeenkomst niet treffend met de tjjden van nu en de tjjden van Noë Waarom zeldzaam, Sir? viel de correspon dent lachend in. Miss Alice is eene zoo koene, uitmuntende rijderes, dat haar vraag zeer natuur lijk is; het paard is mooi Geen schooner in geheel Londen, onder brak hem miss Yirgenie. Ja, denk eens vader! riep Alice, de vos van uw correspondent heeft de Londensche hee- ren ijverzuchtig gemaakt. Zeer begrijpelijk, sprak Erancis lachend, daar het paard van 't edelste ras uit de stoeterij der Koningin komt. Deze woorden, op rustigen toon gesproken, maakten een zonderlingen indruk op de aan wezigen. Sir Palmer keek hem verschrikt aan, als hadde hij eene godslastering uitgesproken. Miss Vir- genie lachte luid op over dat kostelijk grapje en Sir Horatio vergenoegde zich mei een lang gerekt: ;/Ah, ah!// terwijl de goede, oude juffrouw Palmer van ontzetting een kop thee liet over - loopen. Alleen Alice toonde op geenerlei wijze verrassing, enkel haar oog straalde een oogen- blik helderder. Ge hebt wellicht den vos van dejKoningin zeiven gekocht, Sir?// begon de Amerikaan met bijtenden spot. Dat juist niet//, hernam Francis,//ofschoon zij persoonlijk den verkoop gelast heeft.// Prachtig!// lachte Yirgenie in de handen klappende. Wat belieft miss Virch?'' voegde de cor respondent koel en afgebeten. O, ik meen maar, dat ge voortreffelijke grapjes maakt To8n dansten de volken en vierden feest en gaven zich over aan de zonden en spottan met de vermaningen, die tot hen werden gericht. Thans een koortsachtige zucht om te genieten en feest te vieren heeft schier allen aangegrepen en bemeesterd, alles wordt aangewend om aan d e zacht bevrediging en voldoening te schenken, men ontziet zich zelfs niet om tot ongeoorloofde mid delen zjjne toevlucht te nemen. Bjj velen is de arbeid in oneere geraakt, de adel van den arbeid wordt als een sehandteeken ge rekend. Men wil dansen en feestvieren. Men spot met vermaningen en terechtwijzingen. Maar o! welk eeae treurige ontgoocheling, als de vloed der wateren eenmaal, geljjk toen, boven de bergtoppen zal stjjgen, ula de aarde door gedachte kastijding zal wor den gelouterdDan helpt geeu gejammer, geen weegeklaagmaar alleen zij, die de Ark Gods zjjn binnengetreden, zollen den boog des vredes, die na den zondvloed boven de afgezwoegde en getuchtigde aarde zich welven za', aanschoawen en den groenen olgftak des vredes en der hope vol ver wachtingen mogen aanzien. Da Congo-regeering komt noogstwaar- schjjnlgk in eene zeer onaangename verhou ding met Engelaad wegens het zonder vorm vau proces fasileeren van den Engelschman Stokes. De Belgische bladen beweren, dat de Congc-regeering, wat deze quaestie betreft, in haar recht is. Reeds lang hadden de Belgische officieren gemerkt, dat da Der- wischon, die het den Congo-troepen in het Noorden en Noord-Westen zeer lastig ma ken, Winchester-ge weren bezaten. Daar zjj toch geen patronen konden krjjgen, maakte men zich daarover niet ongerust. EveDwel, bg een der jongste gevechten met de Ara bieren werden eenige negers, die tot het Congo-leger behooren, doodgeschoten en een aantal gewond. Toen de kogels nit de won den werden verwjjderd, bleek het, dat deze kogels pasten in de Wicchester-geweren, waarmede de Congo-soldaten gewapend zjjn. Een der Arabieren, die den BelgeD in handen was gevalleD, bekende, dat deze patronen hun verschaft waren door een Engelschman, die ze langs den Njjl ver voerde. De Belgen hielden toen streng toe zicht tn weldra gelukte het hun Stokes op heeterdaad te betrappen. In zjjn bezit werd gevonden eene aanziet - Wanneer hebt ge mij als grappenmaker leeren kennen, miss Virch vroeg Francis trotsch. Maar ge zult toch niet denken ons uwe woorden voor goede munt te doen aannemen, mijnheer Francis?// riep Virgenie met een be- leedigend schokschouderen. Waarom niet?// nam de Amerikaan het woord, mijnheer de correspondent zal misschien 't koninklijke hof eenen dienst bewezen hebben en zich daardoor de dankbaarheid der Koningin verworven. Mijnheer Francis schijnt mij tot een gelukskind geboren te zijn.// Werkelijk, Sir?// voegde deze er even koel bij als te voren. //Gij schijnt u spoedig een oor deel over de menschen te vormen. Wat nu den zeer benijden vos betreft//, vervolgde hij span- j nend, zoo voel ik mij enkel tegenover mijn chef, den heer Palmer verplicht, die geschiede nis mede te deelen en verzoek hem, mij heden van dien plicht te ontslaan." Gaarne,// knikte Palmer, een onderzoe kenden blik op zijn correspondent werpende, „la ten wij den vos rusten. Vertel ons integendeel iets uit het wonderland Indië, Sir Benett.// Francis blikte in spanning naar den Ameri kaan, die even onverschillig zijn onderhoud met miss Virch weer wilde aanknoopen. Ge moet weten, mijnheer Francis,// wend de zich de oude heer tot dezen, //dat Sir Be nett 't grootste gedeelte zijns levens in Indië doorbracht en dit land als het ware zijn twee de moederland mag genoemd worden. Op dit oogenblik ontmoetten de blikken der beide jongelieden elkander met eene uitdrukking ljjke hoeveelheid ivoor en andere zaken,welke bij in ruil voor de patronen had onvangen. Op staanden voet werd Stokes gelusi- leerd, en wel op grond, dat hier zich een bjjzonder geval had voorgedaan, hetwelk niet aau het oordeel van het gerechtshof te Boma behoefde onderworpen te worden. De Pall Mall Gazette, houdt op gezag van een harer speciale medewerkers voor Afrika vo!, dat de heer Stokes, voorheen als zendeling in den Congo werkzaam, on schuldig is aan het gepleegde feit, waarvoor kapitein L o t h a i r e hem liet doodschieten. Met welk een laag opzet de vroegere minister-president van Bulgarjje de heer Stamboeloff wiens gedrag wjj niet in alle opzichten hebben te verdedigen is vermoord, bljjkt maar al te dnideljjk uit de bekentenis vau den gevangen genomen po- litie-commissaris J u r uk o f f. Deze rust bewaarder heeft ce verklaring afgelegd, dat hem een der moordenaars bekend is, maar dat hg bet niet noodig achtte den moor denaar te arresteeren. Uit alles bljjkt dat het zoeken naar de moordenaars niets om het ljjf heelt en z j wel ongestraft znllen bljjven rondwandelen. Intusschen heeft de Bulgaarsche regeering den redacteur der Swoboda, het orgaan van Stam boeloff's vrieodeo, gevangen ge nomen wegens de heftige artikeien tegen vorst F e rd i n a n d in zake S t a m b o e- 1 o f f 's verantwoording. De Regeering meent door eene veroordeeling van den Redacteur den rommel in den doofpot te kunnen stoppen. Te Parjjs is een lage aanslag gepleegd tegen den bankier baron Ado lp he Roth schild waarvan zjjn vertrouweling de heer Jokovitch het slachtoffer is geworden. Een brief persoonlijk aan baron Roth schild gericht, die te Trouville vertoeft, werd door den heer Jokovitch geopend. Nauwelgks bad hjj het pennemes lus- schen de plooien van het couvert gestokeD, of men hoorde een knal, sterker dan dio van een pistoolschot. Bloedend viel de heer J o k o v i t ch tegen den grond, met ernstige wonden aan het rechteroog en de vingers vau de rechterhand. De heer Jokovitch, voorheen notaris te Metz, een man van 60 jaren, is belast met het beheer der land goederen van baron Rothschild. Eerst voor eenige dagen was bg uit Zwitserland teruggekeerd. De brieven tot het bankiers huis gericht, vierden nooit door hem ge- van bitteren haat; ieder had zijnen doodvijand herkend! Ik ben inderdaad verlangend van Sir Be nett iets van Indië te vernemen,// sprak Francis langzaam. Waart gij ook reeds daar?// vroeg Benett nalatig. Slechts korten tijd, Sir, maar een mijner beste vrienden leefde lang in Indië. Waart ge misschien ooit in Bangkok?// Ik vertoefde enkel in Rritsch-Indië,// her nam Benett, zijn thee drinkende. „Hoe heette uw Indische vriend?" Horatio Donaldson Ook een Horatio," wierp Alice rustig er tusschen. Toeval ,miss Aliceanders niets,// antwoordde Benett lachend, genoemde Horatio heb ik nooit ontmoet.// Nu sprak hij over Indische toestanden en gewoonten en ontwikkelde daarbij zulk een boeiend vertellerstalent, dat zelfs miss Alice hare trotsche ongenaakbaarheid veigat en zich aan de toovergave overgaf. Onbeweeglijk leunde de correspondent tegen den marmeren schoorsteenmantel, 't donkere oog onafgewend op den Amerikaan gevestigd. Het scheen den laatste een onbehaaglijk ge voel te zijn, want schuw en duister begluurde zjjn blik de hooge gestalte aan den schoorsteen en weldra had hij in 't vuur zij nor vertelling eene halve wending gemaakt en zich zoo aan den blik des gehaten toeschouwers onttrokken. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1895 | | pagina 1