I E U W E Woensdag 26 Februari 1896 giste Jaargang De lUcsrechtquaestie BUITENLAND. It 240! Pei S maanden voor Haarlem. i 0,85 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,10 Voor het buitenland 1,80 Afzoaderlgke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSD AG, DONDERDAG en ZAT. BUREAU: St. Janstraat Haarlem R D A G, Vaa 1—6 regels 50 Centt Elke regel meer7Vs Groote letters worden berekend naar plaatsruimte., Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant. Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, Woensdag- i V r ij d a g-a vond voor 6 uur ingewacht. Redacteur-Uitgever, W. K P P E R 8. Den 15en dezer maand werd de termijn gesloten, binnen de zoogenaamde kamer bewoners zich konden aanmelden om te worden geplaatst op de kiezerslijsten. Deze groep kiezers heeft ditmaal wel van zich doen spreken, maar niet meer io zulk een gnnstigen zin als voor enkele jaren het geval was. Het heeft namelijk de aandacht getrok ken, dat er dit jaar zoo weinig lodgers zich hebben aangemeld. In sommige plaat sen was het zelf» ergerlijk om te zien, hoe gering de belangstelling bg do bedoelde personen is. Te 's Hertogenbosch om slechts een voorbeeld te noemen, hebben zich 5 lodgers aangegeven, terwjjl toch volgens matige berekening bnu aantal 200 zoa kunnen bedragen. Ook te Aruhem en in vele andere steden van ons land hebben zich slechts een beperkt aantal lodgers aangemeld. Dit feit is karakteristiek voor de tegen woordige politieke omstandigheden. Aan de eene zijde ontmoet men de grootste lauw heid en onverschilligheid omtrent een der politieke rechten en aan den anderen kant vindt men bg enkelen, die tot nog toe »ao dat recht verstoken waren, een heftig ver langen om het te verkrjjgen. Voor den onbevooroordeelde valt hieruit te leeren,dat al dat geroep om kiesrechtnitbrei- ding eigenljjk holle klanken zjjn, waarmede men de voorstanders eener geleidelijke ont wikkeling der staatkundige toestanden vrees tracht in te boezemen, ten einde concessies te doen aan hen, wier streven het schgut te wezen het Staatsbestuur in de wetgeving op losse schroeteu te zetten. De mannen van het algemeen stemrecht trekken evenwel eene andere les nit de ge ringe belangstelling, die getoond wordt bg de tegenwoordige kiezers en bg hen, die in de gegeven omstandigheden het kiesrecht kunnen bekomen. Zg bewereD, dat het hoog tgd wordt om ander bloed in bet kiezers corps te brengen en wel door bet kiesrecht te verschaffen aan die kringen, welke be- wjjzen zullen het meer op prgs testellen, omdat zg meer oog en hart bobben voor de werkelgke belangen van het vaderland. Indien dit laatste met grond van waar heid kon worden vastgesteld, zonden de voorstanders van het algemeen stemrecht niet zoo zeer den schijn tegen zich hebben als thans het gtval is. Er zou dan iets te zeggen zjjn voor het denkbeeld om bet belang des vaderlands te stellen in handen van ben, die het met meer jjverenrauw- FE U1LLETON. Eene moeder en haar kind. 13. {Vervolg.) Ik ben een ongelukkige vader, zeide Henri terwijl liij deze woorden van een woesten blik deed vergezeld gaan de Voorzienigheid heeft mij vervloekt. Zwijg, arme dwaas, zeide de eerwaarde prester, wiens oogen zich met tranen vulden die kreet van wanhoop past slechts in den mond van hen, die God niet kennen; gij die door eene brave moeder opgevoed en onderwezen zijt, moet u boven de beproeving, boven het ongeluk weten te verheffen. Mijne moeder, zeide Damfree met krachts inspanning, voor wiens blikken gelijk in een spiegel de gslukkige dagen der kindsheid en des geloofs voorbij gingen ach mijne moeder De droefheid in dien uitroep opgesloten kun- den wij niet wedergeven. De Pastoor had den ongelukkige onder den arm genomen, en, al pratende had hij hem mede naar het dorp gevoerd. Hij vernam onder weg, dat de geneesheeren nog geen uitspraak over Jacob gedaan hadden, dat men over een paar dagen drie der beroemdste geneesheeren uit Parijs verwachtte, die een laatste onderhoud te zamen zouden hebben. Dien dag, zeide Henri, bleek van schrik, zullen wij de geheele waarheid vernemen. Zjj waren de deur der pastorie genaderd: M. gezetheid zonden behartigen en daardeor aan het tegenwoordig kiezerscorps zouden toonen, wat noodig is om de plichten je gens het vadeiland te vervollen. Doch het is niet waar, dat bg invoering van het algemeen kiesrecht naar evenre digheid de belaugstelling zou stijgen. Den eersten keer zou men natuurlijk een buiten gewoon aantal kiezers naar de stembus zien snellen, maar weldra zou de percents gewijze opkomst, indien er natuurlijk geen baiteagewone pressie werd uitgeoefend, wellicht nog lager wezen dan thans. Deze beweriog fis niet uit de lacht ge grepen, maar wordt gestaafd door hetgeen in andere lauden is waar te nemen, waar het algemeen kiesrecht werd ingevoerd en door hetgeen thans hier te lande is op te merken met betrekking tot het kiesrecht der kamerbewoners. Ook deze laatsten hoopte men bg hunne opneming in het kiezerscorps, dat zij een werkzaam deel zonden uitmaken van het kiezerstal. Doch de feiten bewgzen, dat men zich hierin schromeljjk heeft vergist en dat de aan drang om bnn het kiesrecht te geven in- dertjjd slechts voortkwam uit de zucht der radicalen naar uitbreiding van het kies recht. Dit is het aanbeeld, waarop zjj maar bg voortduring bljjven hameren, ondanks herhaaldelijk wordt bewezen, dat het kiesrecht niet gewenscht wordt door de meerderheid van hen, die het niet be zitten. Dat er bjj die niet-bezitters wel gevonden worden, die oog eu hart hebhen voor de werkeljjke belangen van ons vaderland, willen wjj niet tegenspreken. Zelfs willen wjj toegeven, dat werkelgk eene goede kiesrechtuitbreiding zon plaats hebben, in dien msD bet kiesrecht atleeu kon verschaf fen aan die werklieden, die begrjjpen, welke piichten hun daardoor worden opgelegd, doch welke Minister zon eene kieswet kun nen ontwerpeu, die enkel da geschikte kie zers naar de stembns zoa roepeu? Het groote meerendeel der niet-bezitters van het kiesrecht zou, tot kiezer gepro moveerd, niet slechts even weinig belang stelling voor dat recht toonen, maar ook bewgzen niet de capaciteiten te bezitten, die voor den kiezer noodzakelgk zjjn. De uitbreiding van het kiesrecht tot het algemeen stemrecht toe zou feiteljjk geen ander gevolg hebben dan dat het overwicht bg de stembus werd verplaatst van de tegenwoordige meerderheid der kiezers naar een soort van lieden, die zich reeds thaDS als de leiders van het volk opwerpen en die beweren het geneesmiddel voor alie Freumont deed Damfree binnen treden. Ik heb daar, zeide hij, terwijl hij een blik in zijne bibliotheek wierp, meest werken van godsdienstigen aard, een middel voor al uwe rampen, kracht voor uwe terneergeslagen ziel, hoop voor uw verscheurd hart. En onder verschillende boeken, de wijsgeerige studiën van M. Nicolas grijpende, gaf hij ze aan Henri en zeide terwijl bij hem bjj het af scheid hartelijk de hand drukte M. Damfree gij hebt te veel wereldsche goe deren bezeten en gebruikt zonder eenige dank baarheid aan Hem, die ze u geschonken had, te betoonen, stel vertrouwen in de woorden eens grijsaards, wiens grjjze haren borg zjjn voor het geen hij zegtHij, die geeft wil daarvoor dank ontvangen. Hij, die bemint, wil bemind worden, Hij, die eene gansche eeuwigheid beloont, wil dat men op aarde tracht, dat geluk waardig te worden. Gjj hebt u aan die algemeene wet wil len onttrekken en God heeft u bezochtdaar hij u door liefde niet heeft kunnen winnsn, beproeft hij kastijding. Buig u, wees onderwor pen, mjjn zoon. Op dit oogenblik mag ik u zulks zeggen, de Almachtige kan u meer weder geven, dat Hij u ontnomen heeftin alle geval zal Hij u leeren om met moed en gelatenheid het verlies van al deze goederen te dragen. Nimmer had eerwaardiger gelaat, een meer bemind hart zooveel indruk op Henri gemaakt. De woorden van den priester waren een ver zachtende balsem op de bloedende wonde zijns harten een lichtstraal van hoop blonk in de toekomst, die hem tot dusverre zoo duister had toegeschenen. Hjj dankte, in de vurigste politieke en sociale gebreken en kwalen te kenuen. Reeds thans doen die zoogenaamde lei ders hnn invloed bemerken. In verschillende pers-organen, kiezersvergaderingen en op andore wijzen trachten zij de leer ingaog te doen vinden, dat de wjjze, waarop thans de Volksvertegenwoordiging wordt samen gesteld, geen voldoenden waarborg oplevert, dat de volksbelangen op de gewenschte wijze worden behartigd. Zjj houden niet op met valsche beschuldigingen in te breugeo zoowel tegen de tegenwoordige kiezeis als tegen de gekozenen en patten zich nit in betuigingen van sympathie met den werk man, wiens gezond verstand zg prgzen en waarvan zjj zeggen alle hoop voor de toe komst te verwachten. Zjj voegen er evenwel niet aan toe, dat zjj jnist daarom den werkman zoo gaarne het kiesrecht zagen zien toegekend, omdat zg van meening zijn, dat het veel gemak kelijker zal wezen van de kiezers der toe komst iets gedaan te krggen, dat in hun geest valt, dan van de tegenwoordige kiezers. Daarop bouwen die radicale volksleiders al bnn vooruitzichten. Indien zg het tegen woordig kiezersvolk even gemakkeljjk naar bnu hand zouden konnen zetten, als zij hopen dat het geval zal wezen met den haudwerksatand, wanneer deze in zjjn ge heel tot de stembus wordt toegelaten, dan zonden zg niet zoo hard roepen om kies- rechtnitbreiding. Neen, het is uitsluitend een speculatie op de afwisselende inzichten dor groote menigte, welke de radicale leiders er toe voert om voor het kiesrecht van den werkman op te korneo. Waar de werkman tegenwoordig vraagt om het kiesrecht, ia hij opgezet door de volksleiders. Hebben dezen geen invloed, dan hoort men niets van het verlangen naar kiesrechtnitbreiding. Het gezonde verstand van den werkman zegt hem dan ook, dat hjj geen verstand heeft van Staatszaken en dat hjj beter doet met de belangen van zjjn eigen gezin te behartigen, bet overlatende aan de Staats lieden van beroep om de algemeene belangen des lands te bevorderen. Hiermede bedoelen wjj niet, dat de werkman onverschillig is voor de politieke zaken, en evenmin dat het bem niet zon aangaan, wanneer het land slecht werd geregeerd, maar wel, dat de werkman, die onbevooroordeeld is, vertrou wen stelt in bet staatkundig beleid en wel weet, dat zjjn directe tnsschenkomst weinig ten goede zon uitwerken. Eerst, wanneer er een wanbeheer gevoerd werd en zoowel bewoordingen den priester en verwijderde zich het hart vervuld met liefde en erkentelijkheid. Aan het einde der straat, wendde hij zich nog eenmaal om, om den vriend te groeten, die de Voorzienigheid hem gezonden had. M Freumont volgde hem met zjjne blikken, en de hand die hjj ten hemel ophiefzeide hem Hoop De indruk, die de woorden des priesters op Henri gemaakt hadden, was kortstondig. De eenzaamheid, de nacht, het gezicht van zijn zoon verlevendigde bij Henri de smart, die slechts een oogen blik onderbroken was geworden. De hoop is een vruchtbaar woord, wanneer het in godsdienstigen zin gebezigd wordthet klinkt onwelluidend in het menschelijk hart, dat door tegenspoeden en rampen is uitgeput. M. Damfree had zoo veel geleden, dat het langzame en zekere wsrk der genade noodig was om hem geheel te overwinnen. De hoop, zeide hij op bitteren toon, ter wijl hij over de woorden, den vorigen dag ge sproken, nadacht, zij is goed voor de kinderen, die het leven intreden of voor de grjjsaards, die het verlaten; maar voor mjj die zooveel geleden heb, wiens levensgeluk verwoest is, waar is mijne hoop? Welke gemeenschap bestaat er tusschen mjjne ellende en die Lentebloem Wat kan mij nog in het leven toelachen Welke bloemen kunnen op haar dooden stengel nog voor mjj ontluiken, welke vruchten rijp worden Alles is verwoesting, schaduw en ongeluk Hjj trad zijne kamer binnen. Daar zou men hem hebben kunnen zien, terwijl hjj werktuigeljjk de boeken opende door hem van de pastorie Regeering] als Volksvertegenwoordiging beschuldigd moesten worden van groote tekortkomingSD, zoa er misschien reden voor een interventie van de zjjde der volksklassen bestaan. Jammer genoeg hebben de radicalen op zeer enkele punten recht tot klagen en maken zjj daarvan nataurljjk een gretig gebruik. Doch dit rechtvaardigt volstrekt niet eene kiesrechtnitbreiding, waardoor Jan en alleman naar de stembus zou kunnen opgaan. Da bestaande tekortkomingen kannen enkel een prikkel opleveren voor onze tegenwoordige regeerders otn met nog meer toewjjding dan tot nu toe hnn verplich tingen ten opzichte van het vaderland te vervallen en met voortdurend acht geven op noodzakelgk gebleken veranderingen in Staatsbestuur en wetgeving, aan de verbete ring der toestanden te arbeiden. Daarom, al wat tot nn toe ten gunste der kiesrechtnitbreiding zoo ver als of nog verder dan de Grondwet toelaat, werd aangevoerd, kan ons niet overtoigen van het noodwen dige dier vermeerdering van het kiezerstal, Wg hopen daarom, dat de Kamer bjj de behandeling der voorgestelde Kiesrecht regeling zich niet door radicale theoriën zal laten leiden, maa* aene Kieswet zal tot stand brengen, welke alleen diegenen onzsr mede burgers naar de stembns zal roepen, van wie men kan verwachten,dat zg eene ordelgke en geleideljjke ontwikkeling onzer staatsinstel lingen wenscheljjk rekenen. Oostenrijk-Hongarije. Het is wel opmerkenswaardig, dat in de z. g Roomsche landen de vjjanden van Romeallerbrutaalst hnishonden. Niet alleen in Italië, maar ook in Franbrjjk en Oos tenrijk doen zjj zich meer dan ooit galden in den strjjd tegen de Katholieke Kerk, zonder dat hnn met kracht het balt, tot hiertoe en niet verder wordt toegeroepen. Geheel anders dacht er dezer dagen Dr. L a e g e r over in den Oostenrjjkschen Landdag, toen Dr. H a b e r 1, een papenhater van de eerste soort den R. K. Geesteljjken wilde ontnomen zien, wat hjj voor de Rabbi s wilde behouden, n. I. een voorrecht aan den Intelligent wahler (per sonen, die krachtens hnn vorsteljjk ambt het kiesrecht hebben) waartoe deze libe rale President der schoolcommissiën wel de Rabbi's maar niet de Katholieke geestelijk heid wilde gerekend zien. Dat was Dr. L u e g e r te veel, hjj sprong medegebrachteenige bladzijden in las, zjjne lezing onderbrak om na te denken en weder ds onderbroken zinsnede herlas, die ernstig bestu deerde en eindigde met te begrijpen. Langzamerhand groeide de belangstelling aan; de waarheid kreeg de overhand over aijn ver stand en zijn hart. Het werk, dat hij begonnen was te lezsn met afgetrokkenheid, las hjj nu met gretigheid. Gedurende de volgende dagen leefde hjj bjj zjjne boeken hij nam die van zjjne kamer mede naar den tuin, hij bestudeerde ze grondig. Hjj vond een antwoord op zijne twijfelingen, kalmte voor zijn onrust, troost voor zjjne smart en op den bodem zoowel als op de oppervlakte van al die goederen, de hoop op eene beters toe komst, op een heter leven, dat het kind, den man van rijperen leeftjjd en den grijsaard zal vereenigen, een leven waarin alle bloemen frisch en welriekend zullen zjjn, waarin de zon zich nimmer achter onweerswolken zal verschuilen, waarin de gebreken des ouderdoms zullen ver dwijnen, waarin de smarten en beproevingen onbekend zijn Een toekomstig leven van eeuwige, liefde Yan dat oogenblik dagteekende de bekeering van Henriwij zullen er al de bijzonderheden niet van volgen. De dag was aangebroken, waarop de genees heeren moesten beslissen of er eenige hoop be stond, dat de beenen van het kind zouden genezen, of dat hij altjjd gebrekkig zou bljjven Met den middagtrein kwamen drie der beroemdste geneesheeren en begaven zich naar het kasteel. Wordl vervolgd.) HS(HE C0UR4HT. ABONNEMENTSPRIJS «iliirHo AGITE MA HOW AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIEN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1896 | | pagina 1