No. 2404. Zondag 1 Maart 1896. 21ste Jaargang. Opgedrongen weldaden. BUITE^ILAftD. BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem. Eene moeder en haar kind. Oostenrij k-Hongarij e. Spanje. Engeland. Turkije. Bulgarije. Frankrijk. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85 Yoor de overige plaatsen in Nederland franco per post>1,10 Yoor het buitenland 1,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERD AG. Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS. TT-MtTMTIttimHTr AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIES. Van 16 regels. 50 Cent». Elke regel meer71li Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Advertentiën worden uiterlijk Maandag-, Woensdag- en Vrijdag-avond voor 6 uur ingewacht. Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DA UBE 8f Co. J OHNF.J ONES, Succ., Parijs 31 bis Faubourg Montmartre. Zij, die zich met den aanvang van het nieuwe kwartaal, 1 April a. s., op dit Blad abonneeren, ontvangen de gedurende deze maand verschijnende nummers GRATIS. AR Ageut voor Alkmaar op de NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT is aange steld de heer A J.J.Kübue, Boterstraat A 12, bg wien abonnenten ea adrerteu- tiëa wordeu aangenomen. Het komt voor, dat kinderen niet ge diend zyn van de weldaden, die oudereo haa willen deelachtig makeo, zoodat soms die weldaden moeten worden opgedrongen. Hiervan geldt niet het bekende spreek woord, dat opgedrongen weldaden geen weldaden meer zjjn, wait bjj bet jeug dig geslacht ontbreekt dikwjjls maar al te zeer het noodige onderscheidingsvermo gen om te beoordeelen wat als eene wei daad voor hen moet worden beschouwd en wat niet. Juist zoo wenschea de radicale volks vrienden te handelen ten opzichte van den arbeidenden slani.Zg willen aan die zoogenaamde verdrukten voorrechten en weldaden aanbieden en hnn als 'r. ware een aardsch paradjji verschaffen, d^ch de meeste werklieden zijn er zoo onver schillig onder, dat die volksvrienden soms wanhopig worden en moedeloos de taaien in den schoot willen leggen. Maar de overtuiging, dat zjj bet volk gelukkig moeten maken, staalt hunne krachten en doet hun moed herleven om den arbeider opnieuw de voorrechten aaa te bieden, waarizjj voor hem het ideaal zien. Een treffend voorbeeld kon men daarvan in de afgeloopen week te Amsterdam zien, waar de Yolksvereenigiug «DeUuioeene vergadering van werklieden had uitge schreven om eene agitatie op touw te zetten voor het algemeen kiesrecht, een der weldaden, waarvaa de radicalen alle» verwachten. De werklieden kwamen echter niet op. Men moest eonstateeren, dat het volk geheel onverschillig is voor het kies recht en deze weldaad volstrekt niet be geert. Het resultaat der vergadering was, dat men over een poosje nogmaals zou beproeven om propaganda voor deze zaak te maken. Duiielgker dan door dit geval kan wel niet worden aaog-toond, dat de werklieden van de weldaad van het alge meen kiesrecht in het geheel niet zjjn gediend. Doch de volksvrienden beweren, dat men moet te werk gaan met de arbeiders even als met onwillige kinderen en hnn dan maar het kiesrecht moet opdringen. Dj werkende stand zal dan later we! begre pen, wat bjj in dis weldaad aan zjjno radicale vrienden heeft te danken. Eene andere weldaad, die de radicalea zoo gaarne aan den werkman zouden willen verschaffen, en die ook al niet vurig wordt verlangd, is het verschaffen van voedsel, kleeding ea schoeisel aan de school gaande kinderen, wier ouders onvermogend zjjn. Deze weldaad wordt wel hier en daar door zulke ouders aanvaard, gedrongen als zjj er toe wordeu, omdat hunne kin dereu gebrek ljjden, doch er zjjn maar zeer weinig oadera aan te wjjzen, die in de verschaffing van kleeding, schoeisel en FE PILLET ON. 15. {Vervolg.) De grijze geneesheer, die doorging een wei nig ruw te zijn was zelf getroffen door de krachtsinspanning van Henri. Reken op ons, zeide hij, op onze zorgen en onze verknochtheid in alle omstandigheden. Dank u, Heeren i antwoordde Henri, getroffen over dit blijk van vriendschap en belangstelling; ik beken dat ik veel geleden heb, in het leven komen moeielijke oogenblik- ken voor. Maar het moeielijkste is voorbij; ik hoop voortaan sterk te zijn. Ik had op eene andere toekomst voor mijn urm kind gerekend. De Voorzienigheid heeft het anders beslist, en ik moet mij onderwerpen. Nog weinig tijds geleden, zou de tijding, die gü mij thans hebt medegedeeld, mij tot wanhoop hebben gevoerd; in dien tusschentijd heeft mijn hart een steun, en eene hulp gevonden; heden fleem ik, zonder te zeer beangstigd te zijn, de verplichting 0p mij om over dit arme kind te Waken, hem zeer te beminnen naar mate de Wereld hem vijandig zal zijn, hem te beschou wen als den zegen van mijn huis en van mijn Rven, hem mijne armen te openen met dezelfde v'Uhe. als die, waarmede ik hem op den dag Heer eeh°' rte >an mijn hart drukte. Ja. Mijne en 'o 'k ben nog een gelukkig vader, die 0(1 dankt. voedsel aan hunne kinderen een ideaal waardeereD. De meesten nemen de weldaad aan, omdat hun maatschappelijke toestand het eiseht, omdat zjj met smart de ellende aanschouwen waaraan hunne kinderen ten prooi zjjn. Maar vroeg men aan dezulken, of zij die weldaad werkeljjk als zoodanig waar- deeren, dan zullen zjj antwoorden, dat zij zich die vernedering laten welgevallen, wijl zij niet anders kunnen en wjjl zjj er toe genoodzaakt worden door den bitteren nood. De welgezinde arbeider, die zjjoe kinderen gebrek ziet ljjdeu, zou voel liever vau den vroegen morgen tot den laten avond in het zweet zjjn* aanschjjns wer ken, dan een aalmoes voor zjjn broost te moeten ontvangeo. Do radicalen 'zien echter in deze ver schaffing van voedsel en bleeding een middel om zich de dankbaarheid van den werkman te verwerven, en om daardoor aanspraak te kunnen maken op zijne sympathie. Om die reden bezinnen zjj allerlei ar gumenten ten einde te betoogen, dat er in die zoogenaamde weldaad voor den werkman niets vernederends ligt. Zoo be toogde dezer dagen een der radicale pers organen, dat de Comnrissiëo, die aan artne schoolgaande kinderen voedsel en kleeding wenschea te geven, eigenijjkop hetzelfde standpunt staan als de overheid, die kostalooze bewaar- ea andere scholen opent, om den arme vau den last zijner kinderen af te helpen, maar omdat het. een algemeem belang is dat het opgroeiend geslacht zoo goed mogeljjk ontwikkeld worde. Staat en Gemeente zoo leieu wjj verder doan in boginsel hetzelfde, wan neer zjj 50 en meer percenten vau de kosten der hoogere burgerscholen, gym- nasiëa en universiteiten voor hun rekening nemen, omdat andere een groot aantal ouder* niet in staat zouden zjjn hun zoons van die scholen te laten genieten of tegen lagen prjjs kost en inwoning beschikbaar stellen voor aspirant-onderwjjzers op'» Rijks kweekscholen, voor cadetten en adel borsten. Yolgens deze redeneering komt echtsr da overheid echter nog in zeer veel te kort. Indien het waar is, dat uit overwe ging vaa het algemeou belang de Staat verplicht ia te zorgen voor de opvoeding en opleiding tot verschillende betrekkin gen, dan dient da overheid even goed zorg te dragen voord# vorming van aanstaande kooplieden, winkeliers, werklieden en nog zoovele audere beroepen, welke wjj hier niet behoeven op te sommen. Wanneer toch een ieder zjjn vak goed verstaat, moet dat medewerken tot geluk van het algemeen, want de voorspoed van den enkele is voorwaarde voor den voorspoed van allen. Zoo voortgaande komt men tot de ieer van het Staatssocialisme, dat alles wenscht overgelaten te zien aan de overheid. Geen bjjzondere instellingen van onderwjjs meer, geen bjjxoudere verzorging meer van de armen, geen particulier optreden meer op welk gebied ook, maar alles Staats zorgen op ieder gebied Staatsinmenging. Wjj behoeven niet te zeggen, hoe weinig ingenomen wjj zjjn met dit streven. Reeds meermalen hebben wjj betoogd, dat het voortgaan op dezen weg moet leiden tot IX. Eene geschiedenis, hoe deze oek zij, moet wanneer zij de ondeugden en deugden der menschheid vermeldt, donkere tafereelen be vatten, bedroevend voor het oog, onbegrijpelijk voor de godvruchtige zielen, wier gewoonte het is slechts den blik op het ware en schoone te vestigen. Wij moeten een dier moeilijke oo- genblikken schetsen en in dit hoofdstuk, dat zeventien jaren v*n het leven onzer personna- ges bevat, eenigen van hunne slechte zijde') beschrijven. Jenny beminde haar zoon gelijk de zslfzueh tige zielen kunnen beminnen, dat wil zeggen, dat zij voor alles aan zich zeiven denken, alles aan zich zeiven toeschrijven, mits zulks haar genot kan verhoogen. Zcolang het lieve kind de bewondering der menigte opwekte was Mevr. Damfree er trotsch op moeder te zijn. Na het ongeluk aan Jacob overkomen, had zij wroeging en deze schonk haar moed dit verdriet ver scheidene jaren te dragen. Maar toen het kind een jongeling, vervolgens man was geworden, toen de bevalligheden der jeugd waren ver dwenen, toen er slechts een schoon en ernstig gelaat op een misvor), d lichaam was overge bleven, werd Jenny opnieuw zeer bedroefd; zij werd onophoudelijk n hare eigenl'efde gekwetst envernederd;hetzij door (ie opzettelijke spotternijen haars gelijken, hetzij dooT het medelijden harer onderboorigen; en sonder Jacob aansprakelijk te maken voor al hetgeen zij in haar hoog moed leed, moest hij er toch voor boeten. de desorganisatie van de maatschappij eu dat er eene sociale revolutie uit moet voortkomen, welke meer bloed eu tranen zal eiseheu dan eenige omwenteling ooit heeft gekost. Op bet gebied van het on derwijs hebben wjj dan ook steeds de meeDiug voorgestaaD, dat bet openbaar onderwjjs slechts eene aanvulling van het bjjzonder mag wezeD, even»!» de openbare armenzorg alleen daar behoort op te tre den, waar de krachten der particuliere armenzorg te kort komen. Het optreden van den Staat moet slechts een aanvallend karakter bezitten. Nim mer mag de overheid het werk aan de particulieren uit de banden nemen, en het bijzonder optreden tageawerken en ver lammen. Er moet een grens op elk ter rein wordeu gesteld, welke de Staat niet mag overschrjjJen, welke grens door hen, die ons land regaerea, met da uiterste zorgvuldigheid moet worden gekozen en bewaard. Dit is juist de gewichtigste werkzaamheid onzer Staatslieden in deze dagen. E enals er tjjden zjjn, dat een volk het als zjjn voornaamste taak moet beschouwen de grenzen van zjjn land te be waken,zoo moet thans de aandacht onzer regeerders zjjn gericht op de grenzeD, welke aan de Staatsberoegdheid zjjn ge steld. De radicalen streven er naar die grenzen uit te zetten, ze te overschreden en dan Slaat onbeperkte vrjjbeid te laten om naar welgevallen zijne werkzaamheid te ontplooien. Doch zjj, die in dit alles omvattend optreden een gevaar zien voor de orde en rust in het laud, moeten met nauwgezetheid het oog gericht honden op de uatuurljjke grens der Staatsbemoeiing, en in geen geval gedoogen, dat zij kunst matig wordt uitgebreid. De radicalen trachten alle grenzen, waar binnen de verschillende machten in den Staat en da samenleving zich moeten beweger), geheel te vernietigen. Zjj zoeken iu losbandigheid hun kracht, terwijl deze integendeel gelegen is in verstandige be perking. Daarom ook willen «g de kies rechtdeur geheel openhouden. Niemand behoeft volgens hen, bui ter gesloten te bljjven. Eu wat de Staatszorg op onder scheiden gebied betreft, deze mag aaa geen enkele beperking worden onderworpen. Geljjb wjj reeds zeiden, moet zulk een politiek ons voeren tot den sociaal-demo- cratïschen Staat. Ouder de leus «au te haudelen niet slechts in het algemeen be lang, maar ook ia dat van den persoon, trachten zjj hunne heillooze stellingen te verbreiden, totdat eenmaal, doch dan te laat misschien, door vele voorstanders van die theorieën zal worden ingezien, dat de radicale leiders enkel en alleen hnn eigen belang hebben trachten te dienen. Daarom hopen wjj, dat onze werklieden, bij wie voornamelpk door de radicalea propaganda wordt gemaakt, zooveel ge zond verstand zullen toonen te bezitteD, dat zjj niet luisteren naar de verleideljjke beloften van de radicalen. Yan hen toch is voor de wezenljjke verbetering van de maatschappeljjke toestanden niets te ver wachten. Integendeel werken zjj ten krach tigste aan eene geheele desorganisatie van de maatschappeljjke inrichting door het aanprjjzen en verdedigen vau allerlei noodlottige maatregelen, die onder den gchjjn van meoschenliefde of rechtvaar- Henri was door het ongeluk geleerd, tot den godsdienst wedergekeerd; het lezen en de studie waarmede hij zich buiten bezig hield, voltooiden het werk. Hij wilde aan zijn zoon den troost en de kracht schenken, die hij uit den godsdienst geput had. Daar de toestand van Jacob niet veroorloofde hem naar een opvoedingsgesticht te zenden, zoo wendde hij zich tot den bisschop, om een geleerd priester als onderwijzer voor zijn zoon, die toen negen jaar oud was. De Voorzienigheid zegende die keuze. Elie een beminnenswaardig priester kwam om gedurende tien jaren het kasteel te bewonen. Onder zijne wijze leiding verkreeg het kind met de kennis de kracht om manmoedig het krnis te dragen, dat het deri van zijn aardsch leven zou zjjn. Hij be minde teederlijk zijn leeraar, die weldra zijn vriend werd. Zoolang deze bij hem bleef, dat wil zeggen, tot zijn negentiende jaar, ging zijn leven kalm en gerust voorbij; werken en ver maak wisselden elkander af,hij had vriendschaps betrekkingen met Marcellus onderhouden, die gedeeltelijk zijne studiën en zijne ui!spaaningen deelde dierustig en kalm waren, want lichaams oefeningen zijn een gebrekkige ontzegd Het ODgeluk aan Jacob overkomen wierp zoowel toen hij kind was als toen hij man wasgewor- den eene donkere schaduw op al zjjue genietin gen, op al zijn geluk. Maar toen op negentienjarigen leeftijd zijn leeraar zich verwijderde, toen de taak des priesters was vervuld, en hij zich aan andere plichten ging wijden, toen hij den leerling en vriend, zonder meester en zonder een ander digheid en meer worden aanbevolen. En wanneer eenmaal het raderwerk onzer samenleving geheel in de war zal zjjn, dan zal de werkman in de allereerste plaats daarvan de nadeelige gevolgen on dervinden. Dan zal geen kostbaar open baar onderwjjs, noch de kleeding en voe ding vau arme werkmanskinderen iets baten. Ellende en honger staat dan voor velen te wachten, terwijl wij dan nog buiten rekening laten de verschrikkelijke onderdrukking, die uit de zoogenaamde vrijheidsliefde der radicalen zal voort vloeien. De opgedrongen weldaden der radicalen moeten daarom door den werkman worden verworpen,terwjjl wjj hem in zijn eigenbe lang aanraden ook het oor te sluiten voor de radicalislische theoritëa, die den krach- tigsten grondzuil voor alle maatschappe lijke verbetering, nameljjk den godsdienst, missen. Da Weener bevolking wordt reeds in stilte voor de verkiezing bewerkt. Ver dachtmaking, laster,misleiding enz. moeten de openbaie opinie bewerken om den door en door gerreesden Dr. L u e g e r on schadelijk te maken. Hjj zal en moet geen Burgemeester van Weenen worden zoo roepen de zwen- deljoden en vrijmetselaars iD koor. Wat zal keizer Frans Jozef doen als Dr. L u e g e r, wat zoo goed als zeker is, opnieuw wordt gekozen? Zullen de knoeierijen inHongarjje, Zjjne Apostolische Majfsteit de oogen geopend hebben? Z. M. zal thaus moeten rekenen met de gehtele R. K. partg. Dr. Lu eg er verdedigt do Katholieke zaak. Het blad van zjjn partg re Reichspost heeft tot medearbeiders Mgr. Dr. Lindner en Mgr. Scheicher, kamerheer vau Z. H. den Paus, en in den strjjd tegen de ver volger* van het Christendom staat Dr. L u e g e r en prins Aloys v a n L i c h- V e n s t e i n, iu den Rgks- en Landdag niet alleen. Yoor Weenen breekt de dag der weder geboorte aan. Er i* geen vergadering dor partg van Dr. L n e g e r, of wjj vinden er de R. K. Priesters Dr. W e n n i g e r, Dr. W e z, L a s k a en anderen. Het geldt dan ook een strijd tegen de Loge en het jodendom, de in Weenen bjjca over- beerschecde kracht. De verkiezing voor leden van den Wee ner gemeenteraad is op twee d'stricten na beslist. Met groote meerderheid heeft Dr. L u e g e r partjj de orerwinniag behaald, zoodat nu aan zjjn herkiezing tot Burge meester niet meer te twjjfelen valt. De Pauseljjke Osservatore Romano zelfs wjjst op Dr. L u e g e r 's verkiezing en hoopt, dat zoo de Btrjjder voor waarheid en recht opnieuw gekozen wordt, de Keizer aan de duidelijke wenschen der overgroote meerderheid van Weenen's bevolking zal voldoen. Op bet eiland Caba zjju kleine gevechten geleverd taascheu de opstandelingen en de regeeringitroepen, welke laatste M a- c e o's afdeeling, 4000 man sterk, uit zjjn voorwerp van genegenheid achterliet, begon Jacob al het droevige van zijn toestand te be grijpen. Hij zag eenige jonge lieden, die in den jachttijd bij hunne familiën kwamen, en die slechts over hunne reizen en over hunne vermaken spraken. De arme Jacob was een vreemdeling in dat alles; hij had niets en zou nimmer iets hebben te verhalen, hij had zelfs geen vriend, moest voor zich zelve leven, daar allen, tot zelfs zijne moeder hem met zekeren afkeer beschouwden. Het werkzame leven, dat ons aan droevige gedachten onttrekt, bestond niet voor hem. Met de jaren groeide ook de bilterheid aan; want Jacob bezat eene gevoelige ziel en was voor genegenheid zeer toegankelijk. Het was hem zelfs eene behoefte lief te heb ben en niemand trok zich zijner aan. Vijf jaren giugen in wieeden strijd voorbij. Wanneer men vier en twintig jaren oud is, rijk aan levenskracht en liefde, moet men eene groote zedelijke kracht bezitten om tot zich zeiven te zeggen, dat men nimmer bemind, nimmer nuttig, nimmer het hoofd van een huisgezin zal zijn, dat het leven in afzondering, in inspanning van den geest zal voorbij gaan. Men moet een levendig geloof, eene vaste overtuiging hebben van een ander leven, waar de liefde hier op aarde veratooten en in de geheimste schuilhoeken des harten verborgen haar hoogste toppunt zal bereiken. Jacob bezat dat geloof, de vrucht eener godsdienstige op leiding. Hij ontdekte slecht* aanGod de wonden van zijn minnend hart; hij nam deel in het verdriet van anderen en beklaagde zich niet over de ongeneeriijke wonde, die zijn leven positie hebban verdreven. Dit bericht wordt echter in twjjfël getrokken nu de verslag gevers van het oorlogstooneel geweerd wordeu. Eenige Amerikaanschejournalis ten werden zelfs door de Spanjaarden gevaDgen genomen. Zij zjjn op hun eere woord echter vrijgelaten, maar moeten onmiddellijk het eiland verlaten. Do Engelsche bladen honden zich druk bezig met den vrijbuiter Dr. Jameson die soldaatje heeft gespeeld tegen de Transvaalsche Boeren, waardoor hg de Chartered Company, die vertrouwen stelde in dezen avonturier, in eene vrij lastige positie heeft gebracht. In Engeland schjjut men er echter een soort van beschermend teehfc op na te houden voor menschen die met millioenen kunnen spelen, want reeds nu voorspelt men, dat de hoogste straf wegens samenspannen tegen een bevrienden Staat bestaat uit twee jaar. Maar Jameson is geen officier en is het nooit geweest zoodat ook deze straf niet op hem toegepast kan worden. De Directeuren der Chartered Company zgn reeds van alle rechtsvervolging ont slagen en hun handlanger zal wel een zelfde Toor hem aangename bejegening ontvangen. Inmiddels bewegen zich Dr. J a m e s o n en de zjjuen vrjjeljjk in de Engelsche hoofdstad als helden gekleed in hun grijs uniform met de rjjlaatzen, en den flambard op het hoofd, bewonderd door de Lon den aars. Het ia verechrikkelgk zooals de Chri»«j tenen in het Oosten worden vervolgd, zon der dat de Europeesche Mogendheden een baud uitsteken om den Turk zulks te beletter). Te Marsowan zgn alle Armeen- sche inwoner* die den Islam niet wilden aannemen vermoord. Niet minder dan 150 menschen werden daar nu weder op af schuwelijke wgze om wil'e van hun gods dienst om het leven gebracht. Yorst Ferdinand ontving na htt Te Deum, dat in de hoofdkerk op 's Vor sten verjaardag werd gezongen waar de Ministers en vertegenwoordigers vau Rusland, Fraukrjjk en Servië aanwezig waren, bet geheele diplomatenkorps ten paleize om zich te laten gelukwauschen. De Belgische gezant hield eene toespraak. De Sultan heeft last gegeven, twee firmans gereed te maken waarbjj Ferdi nand erkend wordt als vorst van Bul garije en benoemd wordt tot gonverneur- generaal van Oost-Roemelië. Da Sultan erkent hem dus maar als Vorst over de helft van het tegenwoordige Bulgarjje. Dat zal den Coburger tegenvallen. Msvrouw de weduwe Pasteur is een pensioen toegekend vau 25 000 frank*, al* eene nationale belooaing voor de zeer gewichtige diensten het land be wezen door wjjlen haar echtgenoot Louis 1' a s t e n r. - De President de* Republiek en me vrouw F a u r e hebben gisteren een diner verwoestte. Het was in de liefdadigheid, hjj heeft het zelf bekend, dat hij den meesten troost vond. Hjj gaf in de kerk het voorbeeld der treffendste godsvrucht; in het gebed kon hij het beste zijn geheele hart uitstorten. Eiken morgen woonde hij met zijn vader de H. Mis bij. Langen tijd nadat allen de kerk verlaten hadden, en eene diepe stilte in de heilige plaats heerschte, was hij nog in een vurig ge bed verzonken. Langzaam keerde hij naar het kasteel terug, waar niemand hem wac \tte. Tot aan het middagmaal beschikte een ieder over zijn tijd; de huiselijkheid, die zoete band die de leden eener familie moet vereenigen, was in bet huis van Damlree niet te vinden. Jenny had de gewoonten der groote wereld aangenomen; slechts op vastgestelde tjjden ver liet zij hare vertrekken. Ue ondeugden kregen de overhand bij die lichtzinnige vrouw, geene deugd kon in haar zelfzuchtig hart wortel schieten. Henri werd bloemkweeker. Die hartstocht ontvreemdde hem, zonder dat hjj het merkte, geheel van zijn huisgezin. Ik heb gezegd, zon der dat bij het bemerkte, want in waarheid, daar hij dagelijks met Jacob naar de kerk ging, na hem hartelijk omhelsd en gevraagd tc hebben hoe hij het maakte; daar hij hem dagelijks twee malen aan tafel aantrof, en men daar over allerlei dingen, van regen en zon neschijn, tot zelfs over de spijzen sprak, die men opdroeg, zou mij zeer verwonderd zjjn geweest, indien iemand hem had durven zeg gen Gij gaat met uw zoon als met een vreem deling om, en toch heeft lig den leeftjjd bereikt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1896 | | pagina 1