N I B II W E
Ne 244$
Donderdag 4 Jnni 1896
21ste Jaargang
Glorie.
BUITENLAND.
abonnemewtspbijs
Pei 8 maandea voor Haarlem. 0,85
Voor de overige plaatsen ixi Nederland fr. p. p. 1,10
Voor het buitenland 1,80
Aizonderljjke nummers 0,03
Dit blad verschijnt
eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
B IT B B A TI: St. Janstraat Haarlem.
Van 16 regels 50 Cents
Elke regel meor7Vs
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant.
Advertentiën worden niterljjk Maandag-, Woensdag-
en Y r d a g-a vond voor 6 uur ingewacht.
Redacteur-Uitgever, W. KüPPIRS.
Zij, die ziek met ingang van 1 Juli
e. h. op dit blad abonneer en, ontvangen ie num
mers welke gedurende de maand Juni verschijnen,
gratis.
Voor ruim vjjf-en-twintig jaar is er een
geweldige strjjd gestredeo tuischen twee
groote Mogendheden van Europa, een atrjjd
op leven eu dood! Het is slechts weinige
maanden geleden, dat onze aandacht met
geweld op deze tragische gebeurtenissen
andermaal werd gereetigd, toen er nameljjk
vgf-en-twintig jaren waren verloopen, sinds
die gjweldige, bloedige strjjd was gestreden.
Wat toch, zoo vragen wjj hier, wat Joch
heeft die twee groote natiën, Duitschland
en Frankrjjk, toenmaals aangezet om de
wapenen aan te gorden en ten strjjde te
trekken tegen elltander? Ongetwijfeld wer
den zjj daartoe aangedreven door degedachts
aan roem en glorie.
De glorie! Alsof het glorie was om sol
daten ter slachting te leiden. Zjj waren
jengdig, die soldaten, zjj waren schoon; in
bnune oogen fonkelde de vlam des verstand»;
geheel han wezen ademde vertrouwen op
de toekomst. Het bevel om op te trekken
werd han gegeven, en zjj zjjn opgetrokken.
Zjj zijn opgetrokken om niet meer terog
te keereo, zjj, de martelaars van hua va
derland. Hunne moeders hebben bun de
oogsn niet gesloten, bunoe vaders zjjn ge
storven zonder het graf van hnnna zonen,
voor het vaderland gesneefd, ontdekt te
hebben. Gaat een bezoek brengen aan bet
knekelhuis van Bazeilles. Onder een laag
gewelf openen zich ter rechter en ter lin
kerzijde een twaalftal vakken: aan den eenen
kant liggen de Duitichers, aan den anderen
kant de Franscben begraven. Daat liggen
zjj, broederlijk te zamen, zjj, die elkander
in den oorlog vermoord hebban. Een nauwe
doorgang scheidt hen in den vrede van
den dood, spottend zinnebeeld van de gren
zen, die hen tijdens hnn leven van elkander
scheidden.
Neen, de glorie bestaat niet bierin: de
volken in het gewoel van den atrjjd te
werpen. Zeker, de glorie kan verworven
worden in den strjjd, die geleverd wordt
voor bet heil en de eer van bet vaderland;
zelden gaat zjj over tot de veroveraars.
Het begrip van de glorie ontglipt dikwijls
aan den mensch. Maar al te vaak wordt
de ware glorie verward met de reputatie.
Ernest Hello heeft dit op juiste wjjze
aangegeven. «De glorie komt van boven,
FE FILLET ON.
De zoon van den speler.
25. (Vervolg.)
nAl sinds eenige weken en hebt er tot dusver
nog niet aan gedacht, om eens te informeeren
waar ik uithing Weet je wel, dat ik bard lust
gevoel, om je dat ernstig kwalijk te nemen
//Ik was met werf overstelpt, mijn beste Kurt,
en misschien herinner je je nog wel van vroeger,
dat ik in vele dingen wat onbeholpen ben. Onge
twijfeld drijf jij hier rond in een stroom van
genoegens,en onmogeljjk zou ik daarbij gezelschap
kunnen boude».//
//Waaneer daarachter eene halve opzegging van
onze oude vriendschap moet schuilen, dan heb
je buite» den waard, dat wil zeggen buiten
mij, gerekend. Nu ik je eenmaal gevonden heb,
kun je er zeker va* zijn dat ik je niet meer
loslaat, zelfg niet op gevaar af, van je hinderlijk
te worden. En zelfs begin ik met je al terstond
in beslag te nemen. Een uurtje minstens moet
je na zulk eene lange scheiding voor mij over
nebben."
Er lag zooveel hartelijke warmte in zijn
indringen, dat het bijna onmogelijk zou zijn
geweest om hem met neen te antwoorden, en
toen Nordenholz hem zijne toezegging gegeven
bad, ging hij dan ook met de uitdrukking van
bjjna kinderlijke vreugde voort:
//Zonder druivenbloed en bekerklank mag zulk
een gewichtig oogeablik mijns levens natuurlijk
de reputatie van beneden. De glorie is de
lichtstraal, weikou de waarheid neerschiot
op het hoof i vau den mensch, die door de
waarheid is uitverkoren. Da glorie is de
weerglaus van God, aau VVien zjj alleen
toebehoort in den eigenleken zin.»
Welk een bewonderenswaardig begrip
omvatten deze woorden: de weerglans van
God. Alzoo uwe glorie, o heiligen, o den
kers, kunstenaars, uwe glorie komt van
God en spreidt zich over de menschheid
nit, evenals de avondster haren bleeken
glaas ontvangt van de zon, om daarmede
de velden en wouden te beschjjnen.
«Vernielen wjj het afgodsbeeld van de
beerschznchtigon,» riep B o s s u e t eens in
geestdnit uit. Laat hjj, wiens voorhoofd
gewaarmerkt is met zegelmark van het
genie, onsterfelijke werken scheppen; laat
hjj, wiens verheven hart bereid is voor alle
heldendaden, zjjn leven opofferen vooreen
of ander begrip vau rechtvaardigheid of
waardigheid; maar noch bij den een noch
bjj den ander moet het gevoel bestaan om
zich boven de andere menschen te verheffen.
Vroeg of laat, of somtjjds nooit, maakt de
reputatie zich meester van het kunstwerk
cf van de heldhaftige daad; de zorg om
de reputatie te veroveren is niet vrachtbaar.
De glorie wordt niet verworven dan ten
koste van ljjden; de rsputatie kan zonder
lgden verworven worden.
De glorie is eene wezenljjkheid, zg be
staat in de verrgking van bet erfdeel der
menscbheid.Tasachen de beroemdheid, welke
het deel zjjn kan van middelmatigen en
welke voorbjjgaat, en tusschen de glorie,
die van goddeljjken oorsprong en eeuwig
is, bestaat een afgrond. Niet minder waar
is bet, dat de bsroe udheid zich vael meer
h«?cht aaQ een naam, dan de glorie. Slaat
men een blik in bet rond, dau bestaat er een
zeer moeilgbte onderscheiden schakeering.
In bet dageljjksch gewoel wordt men bjj na
onovsrwinnelgk ertoe gebracht om de val-
sche groote mannen ea de echte groote
manDen met elkaar ts verwarren; en die
zelfde moeiljjkheid doet zich voor, wan
neer men de werken en de daden van die
mannen moet waardeeren. Na verloop van
jaren, wordt dit duideljjk. Namen bljjven
bestaan, dat is waar; maar wat zeggen ze
van de menscheo? Wie denkt nog aan de
personen, die deze Daman gedragen hebben?
Wanneer men spreekt over Shakes
peare, dan denkt men allesn aan het
werk van dien dichter. Daar bestaan an
dere groote nameo, die nog minder van
den mensch zeggen, en zelfs het bestaan
van Homerus wordt betwist. Een of aD.
niet voorbijgaanmaar ik gevoel me veel te
plechtig om het hart, dan dat ik je n* het een
•f ander wijnhuis zou willen binnensleepen,
waar een dozjjn onverschillige menschen iemand
het woord van de lippen nemen. Tot aan de
woning van mjjn ouden heer is maar een minuut
of tien, en daar zijn wjj in mjjne zoogenaamde
studeerkamer zoo ongestoord als zaten wij moe
derziel alleen midden in de Sahara, alleen, dat
wjj het daar, maar ik hoop, niet zoo droog
zullen hebben.//
Ds kapitein had hier *iets tegen in te brengen
en zoo legden zjj, in de vroolijkste stemming
over hun oude herinneringen pratende, den weg
af raar het deftige; op eene villa gelijkende
huis in de Thiergartenstrasse, welks ijzeren hek,
dat den voortuin afsloot,luitenantVon Hedmondt
voor zijn vriend opende.
«Een zonderling nestje, niet waar?// zeide hjj,
daarbjj, doelende op den eigenaardigen stjjl van
het klein gebouw. //Mijn vader heeft het zich
naar zjjn eigen denkbeelden laten inrichten.toen
hjj voor twee jaar zijn ontslag nam als
regeeringsraad en naar Berljjn trok. Je zult het,
hoop ik, op het oogenblik af beschouwen, alsof
je zelf daarin thuis waart.*
Reeds de vestibule e* het trappenhuis der
villa verrieden in hunne even smaakvolle als
prachtige inrichting, dan rijkdom der bewoners
en toen kapitein Von Nordenhols en zijn bege
leider de op de beneden verdie pi» g gelegen en
met heerljjke schilderijen versierde eetzaal door
schreden, zeide Kurt, terwjjl hjj op een groote
glazen deur wees
«Je waart vroeger zoo'n groote botanicus,
der Grieksch standbeeld brengt ons in ver
voering en geestdrift; maar wie bekommert
zich over deu persoon van Phidias of
Praxyteles, die deze besltenis in he t
marmer beeft uitgehouwen? Wandel rond
in een mnsenm: daar hangen prachtige
schilderstukken, waaroader geen enkele
naam staat vermeld. Dat is de laatste uiting
van de verhevene, naamlooze kunst.
Wie herinnert zich den bescheiden ge
leerde, die de eerste stappen gezet heeft op
de groote en hooge ladder der wetenschap?
De muren van zjjn stadeer vertrek, de vak
ken van de boekerjjen hebben niet eens de
herinneriug aan hem bewaard.
Neem nu eens den redenaar: voor zjjne
machtige stem hebben de volkssoharen ge
sidderd, geljjk de bruinen der boomen voor
den machtigen adem der stormorkanen.
Volken, die door vreea of moedeloosheid
werden neergedrukt, zjjn wederom met moed
en kloekheid vervuld geworden. Hoewel
overwonnen, zjjn zjj toch overwinnaars ge
bleven. Hoewel verzwakt, zjjn zjj toch we
derom door nieuwe kracht gestaald gewor
den. Daar, waar het recht geschonden was,
traden de redenaars op en zjj voerden het
woord en de onweerstaanbare macht van
het woord heeft gezegepraald. Wie heeft na
verloop van drie eeuwen een jaist begrip
van de mannen, die den naam van Ber
ry e r en van O'C o n n e 1 gedragen heb
ben.
En wie zal zeggen, hoevelen van hen,
wier werken met de aareooi van glorie zjjn
omkranst, overladen zijn geworden met ver
achting, met smaad, met hoon en onver
schilligheid? Indien die groots mannen we
der op aarde verschenen, zjj zonden het
knnnen getnigen. Voor sommigen slaat het
nor der gerechtigheid, maar vau eene sar
castische gerechtigheid, welke bestaat in
het oprichten van monumenten.
Ziedaar de glorie! Zjj drjjft over de
menschheid, geljjk een wolk van arbeid en
smart. Maar gelukkig degenen, die aan den
hoogmoed ontsnappen en aan alle menschen
het voordeel brengen van die glorie, welke
voortkomt van God.
Italië.
De Os8erveitore Romano deelt mede dat de
H. Vader, bewogen met het lot der ltali-
aaosche gevangenen in Afrika,tot den Negos
het verzoek heeft gericht om den gevange
nen de vrjj beid terug te geven. De apostoli-
sche vicaris der Kopten, mgr. C y r i 11 u s
Hellmuth, interesseert het je soms om een blik
te werpen in onzen wintertuin. Dat is de bij
zondere liefhebberjj van mjjn ouden heer, sinds
het gebrek aan ambtsbezigheden hem gedwongen
heeft naar andere bezigheden te zoeken
De toestemming van den kapitein voor
ziende had hjj reeds de deur geopend, vsn
welke eenige treden afvoerden in de met
glas overdekte en met een eigenaardig, zwa
re, vochtig warme lucht gevulde ruimte. In
verrukking gebracht door den selsilderachtigen
chaos van de zeldzaamst gevormde tropische
gewassen, die zich daar a»n zjjn kennersoog
aanbood, deed Nordenholz eenige stappen op
het met kiezel bedekte pad, doch plotseling
bleef hjj in de hoogste verrassing als aan den
grond genageld staan, toen hij de slanke jonge
dame in het oog kreeg, wier gestalte tot dus
ver door een groep breedbladerige palmen ver
borgen was gebleven.
„Juffrouw Isa!// kwam het onwillekeurig van
zjjne lippen, en het was hem,als wilde hjj haar
in eene opwelling van vreugde zijn hand toe
steken, geljjk dat onder vrienden of goede be
kenden gebruikelijk is.
Doch ongetwijfeld moest hjj al terstond tot
andere gedachten zjjn gekomen want in plaats
van met een vertrouweljjken handslag begroette
hjj haar slechts met eene respeetueuze buiging,
en liet op zjjn eersten uitroep op een verander
den, vreemderen toon volgen
„Het is een zonderling toeval, mejuffrouw,
dat ik ten tweeden male het ongeluk heb, u
zoo onceremonieus in uwe eenzaamheid te storen.
Ditmaal echter bid ik n mij genadig te rechten,
Macarins, brengt het ackrjjren dei
Pauaen, iu warme termen vervat, over.
i. De Osservatore brengt hierbjj in herinne
ring, dat M e n e 1 i k den Pana anno 1878
gelnk wenschte met zjjn troonsbestijging en
later, bjj het goudeD prieaterfeeit, aan Zjjne
Heiligheid Abeasinische werken ten ge
schenke zond.
Ooste nrijk-Hongar jje.
De liberale Weener pers krjjt ach en
wee en de Neue Freie Preete en Wiener
Allg. Zeitmg, klagen in hnnne bescheiden
heid, dat de intellectneale richting
verloren gaat, na Dr. Lueger feiteljjk
in de hoofdstaf het beft der Regeeriog in
handen heeft en voor de delegatiën (de ver
tegenwoordigers der beide rjjkahelften, die
over de gemeeoachappeljjke belangen be
raadslagen), welke io de volgende maand
bjjeenkomeu drie anti-liberalen gekozen zjjn,
waaronder de bekende anti-semiet Dr.
G e is m a n n.
Ook naar Moravië is de Christeljjke be
weging overgeslagen. Daar heeft zich eene
Katholieke volkspartjj gevormd geheel in
deu t>-ant van die van baron D i P a n 1 i
in Neder-Oostanrgk.
Als in alle landea van Oostenrjjk de
Katholieke partjj sich aldus organiseert ia
er veel van haar te verwachten, doch daartoe
is bet op de esrste plaats noodig, dat er
een eind kome aan de ongelukkige ver
deeldheid der Katholieken, die thana in die
groeptn gesplitst optreden: de conservatie
ven onder graaf Hohenwart, de volks-
partjj onder baron D i P a n 1 i en de anti-
semietisohe, of Chriateljjk-sociale groep on
der dr. L neger en prins Li echts n-
s t b i n, gezwegen nog van de talrjjke
Katholieke elementen, die in de ond-Oze-
chiache, de Poolsche en andere partjjen ver
spreid liggen.
Dat is de font ook der Honganrache
Katholieken, die daela bjj de nationale
partjj van graaf A p p o n y i, deels bjj de
Katholieke volkspartij der gravan Z i o h y
en Esterhazy zjjn aangesloten.
Zonder de eenheid, waarop paus Leo
steeds aandringt, znllen de Oostenrjjksche
en Hongsarsohe Katholieken, trots alle
agitatie, nooit de eindoverwinning, ten
minste geene duurzame, behalen.
KeizerFransJozef heeft in ant
woord op de toespraken der Presidenten
van de Oostenrjjksche en Hongaarsche de
legatie gesproken in zeer vredelievenden zin.
Alles is rooskleurig. Oostenrjjk geniet de
vriendschap der Mogendheden. Iu het Oosten
want als vreemdeling in dit huis moet ik alle
verantwoordelijkheid op de schouders van mjjn
vriend werpen.//
Hjj had zeer wel bemerkt, dat Isa een kleur
tot aehter de ooren had gekregen, en dat hare
schoone trekken een oogenblik allerzonderlingst
hadden gesehitterd, doch hjj dacht er niet aan,
om deze onmiskenbare kenteekenen van innerljjke
beweging aan zjjne onverwachte verschjjning toe
te schrijven. Naast hem immers stond Kurt Von
Hedmondt, die in zjjne frissche jeugdigheid en
zjjn kranige uniform begoochelend genoeg op
het oog van het jonge meisje moest werken,
waarom zou hij dan ook nog lang gezocht
hebben *aar eene verklaring van Isa's blozen?
En de luitenant zelf beschouwde de verraste
met zulk eene onmiskenbare verrukking,dat men
ook zonder bjjzondere menschenkennis wel raden
moest van welken aard zjjne gevoelens jegens de
jonge dames waren.
„Je bent dus al bekend met mjjn nichtje,
Hellmuth riep hij op zjjn beminneljjk vroo-
Ijjken toon. „Je bent toch soms niet dezelfde
kapitein, van wiens heldendaden bjj het groote
oproer in Tannwald de muren van dit hui»
reeds te verhalen weten Hemel, dat zou inder
daad het kostelijkste toeval zjjn, dat de wereld
geschiedenis ooit had aansohouwd. Zeg eens,
Isa, is hjj het, of is hjj het niet?"
«Maar Kurt//, zeide het jonge meisje zachtjes,
en met eene smeekende uitdrukking,terwjjl zjj het
hoofd in bekoorljjke verlegenheid op een der plan
ten neerboog.
(Werdt vervolgd.)
HUIUEIISIIIE (OfllUT.
AGITE MA ÏTON AGITATE.
PBIJS DEB ADVEBTENTIE»