No. 2446.
Zondag 44 Juni 4896
24 ste Jaargang
agite ma non agitate.
Wat zullen zij er mede d«en
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
PRIJS DER ADVERTBNTIEN.
Zï, die zieh met ingang van 1 Juli
k. op dit blad abonneeren, ontvangen ie num-
mere welke gedurende de maand Juni verschijnen,
gratis.
Oostenrijk-Hongarije.
Frankrijk.
Italië.
Engeland
Spanje.
Per 3 maanden voor Haarlemf 0,85
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,10
Voor het buitenland 1,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt eiken DINSDAG, DONDERDAG en ZATERD AG.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
50 Cents.
VI,
Van 16 regel».
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Advertentiën worden uiterljjk Maandag-, Woensdag- en Vrjjdag-avond
voor 6 uur ingewacht.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publiciti Etrangire
G. L. DA ÜBE Co. JOHN., F. JONES, Succ., Parijs 316t's Faubourg Montmartre.
«Wat zullen zjj er mede doen Die
'faag rjjst velen voor den geest, wanneer
zÖ denken aan het stemrecht, dat binnen
torter of langer tjjd zal worden geschon
ken aan de duizenden in ons land, die
*ich geen flauw denkbeeld kuonen vor
ken van de wjjse, waarop de Vertegen
woordiging des volks baar taak heeft te
tervnllen en die toch geroepen zullen
Worden de mannen te helpen verkiezen,
die deel van dat Staatslichaam uitmaken.
Geeft men het kind een mes in handen,
dan bestaat de mogelijkheid, dat het
daarvan een goed gebrnik zal maken,
naaar veel grooter is de waarschjjnlflk-
beid, dat het kind sich er mede verwondt
®n dan te laat bemerkt, dat het met dat
gevaarlijk werktuig niet lan omgaan.
Hoewel de vergelijking niet in alle
opzichten doorgaat, is sjj toch in hoofd
taak waar. Duizenden in ons land zjjn
oit politiek oogpunt niets meer daQ kin
deren. Zjj hebben slechts een vage voor
stelling van de beteekenis onzer staats
instellingen en spreken met kinderljjke
onwetendheid van de taak dergeneD, die
geroepen zjjn de landsbelangen te be
hartigen.
En wat het kiesrecht aangaat, een
varkeerd gebruik er van strekt slechts
Ji®n nadeele van hen, die het uitoefenden.
Zjjn de mannen, die door de keizers
Werden geroepen om over de laudzaken
to oordeelen, niet bekwaam of geschikt
hun veelomvattende functie naar bebooren
k vervullen, de gevolgen hiervan zullen
Worden gedragen door de kiezers-zelven.
In de orertniging dus, dat bjj de in
voering van een bjjna algemeen kies
recht velen zich geen rekenschap zollen
hunnen vormen van de functie, die hun
aj« kiezer wordt opgedragen, kan het
'iet ander», of de vraag«Wat zullen
*9 er mede doen dringt zich op den
Voorgrond.
Reeds nn dient hierop een antwoord
gogeven te worden. Als het eenmaal zoover
"t dat de nieuwe kiezers zich gereed moe
ien houden om hnn kiesplicht te ver»
vollen, dan is het te Iaat om naar een
*otwoord te zoeken. Dan toch zullen de
gvoote volksmisleiders, zjj, die het hardst
hunnen schreeuwen, die het brutaslst zjjn
eo die het hoogst opgeven van huD liefde
Voor den minderen man, de overhand krjj-
gen en hst tegenwicht voor hun verder-
Mjjke denkbeelden tal niet krachtig ge-
Ooeg zjjn om dezen te neutraliieeren of
geheel krachteloos te maken.
Blgkt dos de noodzakelijkheid om reeds
|oaas te denken aan de duizenden, die,
hoewel politiek onmondig, toch worden
geroepen om hnn stem in het stembnf-
'ied te doen hooren, het kan niet ontkend
borden, dat het voor de ware leiders de»
Volks een hoogst moeiljjke taak is do
•taatkundige opleiding dier talloos velen
10 korten tjjd te voltooien.
En toch, hoe moeieljjk ook, mag, om
®r wille van odb volk zelf, hiermede niet
*orden gedraald, want in dit geval zou
FEUILLETON.
De zoon van den speler.
{Vervolg.)
*9.
ÏWr waren behalve een plompe mahoniehou-
«chrjjftafel van een niet te bepalen ouder-
°ttt en een ijzeren brandkast van een alle
jilting gebiedenden omvangslecht» een
erSchoten ripsen sofa en eenige gewone rieten
aanwezig.
Een hier en daar gestopt, versleten tapijt
edekte den vloer en tegen de wanden hingen
paar geëneadreerde fotografieën van de
eo«dkoop,te soort.
Ee vrijheer Von Nordenholz moest zeker dit
evtrek wel niet voor de eerste maal betreden
jjj' ben, want in zijne trekken vertoonde zich
ets van die verwondering, welke anders be-
onvermijdelijk geweest ware. Zonder
een antwoord van den heer Klingenberg
rist Wac^ten> het hij zich op een van de
en stoelen neervallen en nam eene sigarette
zjjn koker.
*k v6 ^unt u natnnrlijk wel denken, waarom
"S, r kom, oude vriend//, opende hij op een
bijna schertsenden toon, die niettemin
nie. geheel ongedwongen klonk, het gesprek.
„Men pleegt zich toch niet zondsr harde nood-
zakelijkheJ.. in het hol van den leeuw te be
wegend
Manheer K-Ukmberg lachte, en men kon
xich werkelijk cea onschuldiger, goediger
de mogelijkheid nist tij a uitgesloten, dat
ons land zon worden geworpen in de
armen van het radicalisme. Wil men dit
verhoeden, dan behoort reeds nn een
aanvang gemaakt te worden met een
soort van staatkundige opleiding, bestemd
voor hen, dia in de naaste toekomst tot
kiezer zullen worden gepromoveerd.
De radicalen van allerlei nuances hebben
dit reeds lang begrepen. Hoewel hnn
wjjse om het volk politiek te ontwikkelen
niet als voorbeeld stellend», mag niet uit het
oog worden verloren, dat zjj reeds gerui-
men tjjd bezig zjjn dea onontwikkelde te
bewerkeD, ten einde van hem een willig
werktuig bjj de verkiesingen te maken.
De radicalen hebben schoone program
ma's opgemaakt, naar welks verwezen
lijking door den Staat, volgens hen, moet
worden gestreefd. Zjj hebben aan het volk
den Staat voorgesteld als een almachtig
orgaan, dat de verplichting heeft om de
meest overdreven eischen op het gebied
van het sociale leven in vervulling te
brengen. Toorts hebben de radicalen aan
de werklieden gonden hergen beloofd,
wanneer zjj eenmaal de macht zullen
hebben verworven en de tegenwoordige
«kapitalivche maatschappjj» zal zjjn ver
nietigd.
Gretig is door velen de dwaalleer van
hst radicalisme ingezogen. Het is zoo aan
lokkelijk om van de sobjjnbaar afhanke
lijke positie van thans te komen tot een
toestand, waarin msn heer en meester zal
wezen en waarin patroon» en werkgevers
de hevelen zullen hebben af te wachten
van de tegenwoordige werknemers. Zoo
laat het zich dos gemakbeljjk begrijpen, dat
tal van onkundigen zich laten wjjsmaken,
dat elke maatschappelijke verbetering
onder de tegenwoordige staatkundige toe
standen wordt tegengehouden door hen,
die nu het roer in handen hebben.
In hoofdzaak zjjn dit de denkbeelden,
welke de basis vormen van het politieke
onderwijs, dat door de radicalen wordt
verschaft. Hoog opgevat kan men het
niet noemen. H»t eigenbelang vormt er
den grondtoon van. Ieder hoog beginsel
wordt daarin geheel gemist. Alles con
centreert zich in een voorspiegeling van
betere levensomstandigheden, voortsprui
tende uit minder werk en hoogei loon.
Ea als allereerst vereischte om daartoe
te komen, noemen de radicalen natuur
lijk de verkiezing in de Volksvertegen
woordiging van mannen van onverdacht
radicale gezindheid. Is men eenmaal zoo
ver, dan zullen de andere zaken wel van
zelf komen.
Tegenover zulk drjjren, dat door ons
werktljjk niet te sterk is voorgesteld,
behoort iets auders.en beters gesteld tewor-
den. Da Naderlandscbe werkman is te goed
om hem geheel te laten bederven door
de radicale dwaalleer, die niets dan teleur
stelling en ontevredenheid moet wekken.
Zjjne oogen bebooren geopend te worden,
voor de gevaren, die het h«m te ver-
leenen kiesrecht voor hem zelf kan op
leveren. Hjj mag niet in den duister
rondtasten, waoneer zjjn stem wordt
geëischt tot medewerking aan het vormen
der Vertegenwoordiging, want dan wordt
hjj zeker een prooi van het radicalisme.
De omstandigheden eischen het derhalve
dat onze Staatslieden in korte, doch hei-
lachen d»nken dan het zijne.//Uitstekend, Baron
uitstekend! Grappig als altijd. Ik zie er ook
precie» net uit als een leeuw, niet waar?//
„Wanneer ik er belang bij bad, om dat
beeld vast te houden, dan zou ik u immer»
ook kunnen zeggen, dat er onschuldig uitziende
roofdieren zijn, doch ik ben niet hier gekomen
om u vleierijen te zeggen, maardoch komaan
anders zjjt gjj zoo onbegrijpelijk niet uitgevallen,
kom mjj een weinig ter hulp//.
Ehrenfried Klingenberg vouwde de wel
doorroede handen boven het witte vest, en
draaide langzaam de korte duimen om elkan
der.
„Hoe zou ik u ter hulp kunnen komen,
Baron, aangezien ik toch niet alwetend ben?
Of zou mijnheer d» Baron som» de buitenge-
woone beminnelijkheid hebben gehad, om hier
te komen om dat kleine wi»»»ïtje, d»t toch
eer»t over acht dageD vervalt? I)at zou mij in
dat geval een buitengewoon g«noegen doen
wanttegenover een ouden bekenden kan men
vrij uit»prekenik bevind mij bij den «lechten
g»ng der zaken juist in verlegenheid om con
tanten.
De vrijheer had een sigaar aangestoken en
blies den eerbiedwaardigen juwelier tamelijk
ongegeneerd een paar dikks rookwolken in bet
gezicht,
„Eh bien, ik zie aldu», dat we elkaar begre
pen, want met de verzekering, dat ge geen
geld hadt, zijn wij immer» nog altijd aange-
vangeD. Dat bet in men bedoeling aou liggen,
om den wissel acht dagen voor den vervaldag
te betalen, kunt ge toch zeker zelf» wel niet
dere termen voor de politiek oumondigen
de beteekenis en de gevolgen uiteenzetten,
die het hnn te verleenen kiesrecht bezit.
Geen onvervulbare beloften, geen vleitaal
en ook geen speculatie op toekomstigen
staan mag hierbjj in het spel komen.
Alleen de znivere waarheid, gegrond op
de hoogste beginselen, waarvan zoowel
ervaren Staatslieden als de kinderen in
de politiek dienen uit te gaan, moet richt
snoer wezen bjj deze onderwjjzing.
Men zal ons misschien van radicalen
kant veiwjjteD, wat wjj zooeven van de
radicalen hebben gezegd, nl. dat ook wjj de
toekomstige kiezers willen zien «bewerkt.»
Welnn, in zulk een «bewerken» waar-
deeren wjj met het oog op de toekomstige
kiesrechtuitbreiding den eenigen weg om
ons land van den ondergang te redden.
Indien eenmaal is beslist, dat in bree
der kring dan vroeger de Keuze der leden
voor de Vertegenwoordiging moet plaats
hebben, dan meeDen wjj, dat Diet ver
zuimd mag worden om de aanstaande
kiezers voor te bereiden voor hnn roeping.
Allerminst willen wjj het aantal «poli
tieke tinnegieters» trachten te vermeer
deren, want van hen zjjn er reeds genoeg
te vindeD. Maar wel wenschen wjj, dat
de meest elementaire begrippen omtrent
de bemoeiingen van onze Volksvertegen
woordiging worden medegedeeld aan die
aanstaande kiezers, die hiervan onkundig
zjjn.
Het kan niet voldoends worden geacht,
dat de kiezers den geest raeenen te ken
nen, waarin door hun afgevaardigden zal
worden opgetreden. Zjj moetan eenigszins
besef hebben van de beteekenis der Ver
tegenwoordiging om te kunnen beoordee-
len, of het radicale streven dan wel dat
der tegenovergestelde richting aan het
vaderland heil kan sohenken. Zjj worden
voor die keuze gesteld en moeten daarover
zelfstandig kunnen oordeelen. Dit is de
eiscb, die aan de toekomst- kieztrs behoort
te worden gesteld.
Om in bjjzonderheden aan tegeveD,op
welke wjjze die opleiding der kiezers moet
ingericht worden, achten wjj minder op
onsen weg gelegen. Hst was uitsluitend
onze bedoeling om in het licht te stellen,
dat men er voor moet waken, dat de
kiezers, bjj invoering van een uitgebreid
kiesrecht, worden overrompeld door het
radicalisme. De meerderheid van ons volk
wil hiervan niet weten, zoo min in theorie
als practjjk. Maar er zjjn duizenden, die
grljjk wjj reeds zeiden geroepen zollen
worden om te oordeelen, tsrwjjl hun daar
voor de noodige wetenschap ontbreekt. En
daar voor de behartiging eener zaak niets
zoo noodlottig i» als onkunde, dringen
wjj ten sterkste bjj allen, die hierop in
vloed kannen uitoefenen, er op aan, dat zjj
samenwerken tot het vestigsn van die
begrippen bjj ons volk, welker toepassing
kan strekken tot handhaving der begin
selen van recht en orde in de samen
leving.
Tot znlk een ontwikkeling moet het
kiezersvolk worden gebracht. Dat het
zoover nog niet is gekomen, hebbeD wjj
steeds betoogd, doch nu allengs meer de
waarscbjjnljjkheid zich voordoet dat het
kiesrecht zeer belangrjjk zal worden uit
gebreid, treedt de noodzakelijkheid der
staatkundige ontwikkeling onzer natie
gelooren,want iet» dergeljjks i» volgen» mjjme
overtuiging wel nooit op aarde voorgekomen.
Wjj moeten integendeel nog eens voor drie
maanden prolongeeren.//
Mjjnkeer Klingenberg boe»tte en de beide
duimen staakten plotseling bun werkzaamheid.
„Prolongeeren?Voor drie maand prolongeeren?
het spijt mij eter mjjnheer de Baron, doch dit
maal is het helaa» totaal onmogelijk.
Nordenholz scheen de afwjjzing niet zeer
ernstig op te nemen.
//Kom, mjjn oude vriend, denkt ge, dat ik
daar nu wat van gelosf? Natuurljjk, dat ik u
dien dienst goed betalen zal.//
„Spreek niet van betalen, Baron, «ven al»of
ik een woekeraar ware. Het zal toch zeker uw
bedoeling wel niet wezen om een eerljjk man
te krenken, wijl hij het uit aangeboren goed
hartigheid niet over zich heeft kunnen verkrij
gen om u een dienst te weigeren. Of heb ik
maar een penning meer van u geiomen dan
vjjf procent?*
„Neen, dat i» zoo. Doch ik zou u met alle
genoegen tien af twaalf gegsven hebben, wan
neer ik het bedrag van mijn wistel steeds in
contanten had ontvangen. Zevenduizend mark
moe»t het diamanten collier waard zjjn, waar
mede ge mjj "voor een halt jaar uit de verle
genheid reddet, maar ik geef u mijn woord,
dat h»t mjj ontzettend veel moaite gekost heeft
om het voor de helft kwjjt te raken.//
„Oo," zeide mjjnheer Klingenberg met
de uitdrukking van zjjn innig leedwezen. „Het
doet mjj waarlijk leed om dat te hooreD,Baron
Maar hoe kan ik er verantwoordelijk voor zjjn
helderder aan den dag.
Daarop meenden wjj te moeten wjjzea
eu deze overweging gaf ons dan ook de
vraag in de pen: «Wat zullen zjj er
mede doen
Uit vertrouwbare bron verneemt de
Neue Freie Pressedat de Minister van
Baitenlandsche Zaken de vertrouweljjke
mededeeling heeft ontvangen, dat de Czaar
in het eind van Aagastus of ia 't begin
van September een bezoek aan Keizer
Frans Jozef zal brengen.
Jules Sitnou wordt heden op het
kerkhof van Montmartre begraven. Keiztr
Wilhelm heeft bevolen, dat graaf
Münster te Par jjs, een krans van roode
en witte rozeD, met breed rouwfloer»
omwonden, op de ljjkbaar namens Z. M.
zal nederleggen.
Koning M e n e 1 i k van Abessynië is
genogen de gevangene Italianen allen in
vrjjheid te stellen. Hjj eischt echter van
Italië volkomen beschouwd ts wordeu als
etn onafhankeljjk vorst.
De Zwitsersche ingenieur II g moet
volgens de Indépendance Beige retds belast
zjjn, om uit naam der Italiaansche regee
ring aan koning M e n e 1 i k de verzeke
ring te geren, dat Italië van elk protec
toraat over Abessynië afziet.
Te Palermo hebben 200 aoarchisten
onder de muren der gevangenis een
betooging gehouden. Zjj riepenLeve de
anarchie! Twintig van de heeren zjjn bjj
den kraag gevat en achter slot gebracht.
Duitsonland.
De Daitsche pers heeft het nog altjjd
seer druk met hetgeen prins L u d w i g
van Btieran te Moskon hseft gezegd, zoo
druk zelfs, alsof het weltjjn van het
Duitsche rjjk er van afhing en elk oogen-
blik de vernietiging der Duitsche eenheid
zou kunnen worden verwacht.
De eaak heeft echter niet veel te bedoi-
den. Men kan zich er een juist denkbeeld
van vormen. Nadat prins He i n r i c h in
korte woorden het «hocb» op den Czaar
had uitgebracht, verzocht hjj den voor
zitter vau de tafel, een toost op den Dait-
schen Keizer van hem over te nemen,
deze was daarop niet voorbereid, liet zich
overhalen en sprak tosn over de hooge eer,
welke de vereeniging deelachtig werd
door het bezoek van den vertegenwoor
diger des Keizers en gebruikte daarbjj de
ODgelakkige uitdrukking alsof de Prinsen
in het gevolg van den broeder des Keizers
verrchenen waren. Die nitdrnkking wss
prins Lu d wig van Beierente kras. Hjj
achtte een openljjke verbetering noodig.
Prins H i n r i c h en de overige vor
stelijke personen hebben daarna met prins
Lodwig vriendschappelijk aangestooten
en dat zjj allen samen ODgeveer 10 minuten
later het feest verlieten was van te voren
bepaald.
Prins L u d w i g van Beieren, staat er
voor bekend, dat wanneer een redenaar in
tjju tegenwoordigheid scbeeve voorstel
lingen geeft, hjj er van verzekerd mag zjjn,
dat ge iet» zoo ver onder de waarde verkoopt.»
„Ik maak u daar ook volstrekt geen verwijt
van, en ik «prak er «lecht» over, wjjl ik in
nw uit»talka«t, acht daten later, een colliar
zag, hetwelk verduiveld veel geleek op dat,
wat ik van u gekregen had. Zou het weer door
het een of ander toeval zjjn weg naar u terug
gevonden hebben?„
„Juweelen wi*»elen zoo vaak van bezitter
als baar geld, Baroo,// antwoordde Klingenberg
diplomatisch. „Wanneer ge me echter voor een
bedrieger mocht houden
De vrijheer achtte het bljjkbaar niet raad
zaam om den juwelier ernstig te vertoornen.
„Geen haar van mijn hoofd, dat eraan denkt
mjjn waarde vriend// haastte hjj zich te verze
keren. „En daarenboven het dient tot niet»,
om over gedane zaken te «preken. Met betrek
king tot den wisiel zou ik u wel een kleine
•chikking willen voorstellen. Gjj betaalt er
mjj nog duizend thaler bjj en ik geef u daar
voor een acceptatie voor een bedrag, dat ge
zelf bepalen kunt.//
„Dat i» natuurljjk maar een «chert», Baron.
Toe, dos mjj het genoegen en zeg, dat het een
grap is.„
„Maar ik denk cr nu in de verste verte niet
aan om te schertsen. En ik hoop toch, dat ge
me voor zulk hhgatel niet eerst zult laten
•ocbatten en smeeken.//
„Een bagatel? Noemt ge tienduizend marlt
een bagatel, mjjn waarde mjjnheer? tk heb u
immer* reeds gezegd, dat ik om contanten ver
legen zit. Maar zelfs al had ik, het, of kon
ik het mij wellicht voor weinig moeite besoi- j
dat de Prins dadeljjk opataat om ze te
weerleggen, zooals te Moskon dan ook is
geschied.
Verscheidene Zuid-Duitsche bladen
verheugen ziek terwjjl de Noord-Duitsche
afkeuren dat prins L u d w i g van
Beieren in da Duitsche club te Moskou,
toen de President hem en de andere
Vorsten daar begroette als «hst gevolg»
van prins H e i n r i c h van Pruisen,
als vertegenwoordiger van den grootsteu
staat van Midden-Duitschlaad een: «tot
hiertoe en niet verder» gesproken heeft.
Het verwondert die bladen dat prms
Hein rich na prins Lud wig's
protest de zaal heeft verlaten zonder het
misverstand te hebben opgelost en de
positie der Bondsvoriten te erkennen. En
dat al de andere Vorsten met prins
H e i n r i c h meegingen, is, vinden zjj,
onbegrjjpeljjk. Zq hadden juist de meeste
reden, zieh bjj Prins L n d w i g aan te
«luiten en hem toe te joicbeD.
De Zaid-en Noord-Duitschs pers is op
dit punt van Duitschê-ténheid nog al
verdeeld.
Ts Halle was da socinal-deraocra-
tiiche dagbladredacteurFritsKunert
eandidaat gestald voor den Rjjkidag.
De verkiezing heeft plaats op deu 30en.
Maar gisteren ontving Kunert da uit-
noodiging om zich den 18 jn naar de
gevangenis te begereD, waar bjj drie
maanden moet doorbrengen wegens ma
jesteitsschennis,
Jl. Woensdag heeft de minister Cham
berlain bjj eea feestmaaltjjd, gehouden
door Afgevaardigden der Eogelsehe Kamtr
van Koophandel, eau rede uitgesproken en
o. a. gezegdDe toekomst van Eogeland
hangt hoofdzakeljjk af van de Eogelsehe
bevolking, die aan gene zjjde der zee leeft.
Onze landgenoot» verlaten ons steeds
meer in grooten gatale om zich naar ver
verwjjderde landen te begeven. Wjj hopen
dat de strekan, waarheen zjj zich begeven,
even Engelsch zjjn, als die welkt zjj ver
laten en dat xjj zelf onze gemeenschappe
lijke aspiratiën bewaren voor de grootheid
van het Britsche volk.
De zaak van Dr. J a m e s o n en zjjn
metgezellen is gisteren opnieuw in be
handeling genomen in de Bowstreet te
Londen. Natnurlijk verwacht men een op
de laDge haan schuiven.
De oorlog op Cuba kost den Spanjaarden
niet alleen schatten van geld, maar ver
scheidene menschenleveDS gasn er mede
te loor. Ook de opstandelingen ljjdeu
zware verliezen.
Volgens de officieels Spaansche statis
tieken, komt het verlies aan dooden en
gewonden, aan de zjjden der insurgentec,
sedert het uitbreken der revolutie, op
14 Feb., 1895, tot op 31 Dee., 1895,
hierop neerGedooden 26 officieren
en 1,190 manschappen gewonden, 868
gevangen genomen 4 officieren en 218
man. Gedurende de vier eerste maanden
van 1896, wordt gerapporteerd als volgt
GedoodeD, 37 officieren en 1,618 man
gevangen genomen, 12 officieren en 310,
behalve 13 officieren en 670 meo, die
sich vrjjwillig overgaven in banden der
gen, d«n nog zouden wjj eenmaal een grena
moeten trekken, Baron. Ik heb groot vertrou
wen in het woord van een edelman, maar een
woord is bjj slot van rekening nog geen ze
kerheid, en hoe innig het mjj spjjt, dat ik
gedwongen bem het te zegge*zonder voldoende
zekerheid leen ik u geen nieuwe gelden,noch
prolongeer ik den wissel.//
„Watblief. Ge zoudt er soms in ernst over
kunnen denken, om mjj wegens dien wissel te
laten vervolgen?//
„Ik zou genoopt zijn om ham in andere
handen te gevsn, Baron en ik zou alsdan geen
macht meer hebben over datgeen, wat verder
gebeuren zou.„
Er was steeds dezelfde goedige vriendelijk
heid in zjjne trekken en in den too* zijner
«tem doch de Baron kende vermoedelijk zjjn
handelsvriend goed genoeg om te gevoelen, dat
de bedreiging daarom niet minder ernstig op
te vatten wa». Hjj staarde een poos op het
afgeloopen tapjjt en zeide eindeljjk, zjjn toe
nemende opwinding nog steeds met eeuig
succes achter ee* aangenomen onverschilligheid
verbergende:
„Ik weet niet goed, wat ge onder eea vol
doende zekerheid verstaat. Doch ik geloof wel
dat ge omtrent de zekerheid van uw geld geruit
kunt zfn, wanneer ik u zeg, dat ik na rerloop
van vier weken waarichjjnljjk over het zesvou
dige van dat bedrag zal kunnen beschikken.,,
„Het doet mjj om uwentwil genoegen zulks
te hooren, Baron. Zeker sen erfenisje is
het niet?//
{Wtrdt virvtlgi.)