N I E II
QagBladvoor *3toorè~ en oCuió-eJCollanó.
K
Amsterdamsche brieven.
Uoogere politiek?
No. 2525
Zaterdag 7 November 189 6
21 ste Jaargang
BUITENLAND.
in.
Te VIL LET ON,
De wraak van den jood.
Amerika.
Duitschland.
HUELMSfHICiïiUÏT.
ABONNEMEN TSPBJJtJ
Pei 8 maanden voor Haarlem. 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fi p. p. 1,40
Voor het buitenland 2,80
Afzonderlgke nummers0,03
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
B O1 EB A tl: St. Janstraat Haarlem
.IK NAi'N111ND
AGITE MA. NOU AGITATE.
PBIJ8 DEB ADVEBTENTIEN.
Van 16 regels .50 Cent»
Elke regel meer7V*
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 2b Cents per advertentie k Contant.
R e d c t e u r-Uit g e v er, W. KÜPP8R8.
Bsbalve de armoede des lichaam?, die in
deze groote wereldstad spreekt uit de gelaats
trekken «ao zoovele kinderen, die zetelt op
hnn blauwbleek» wangen, licbt uit hunne
schuw blikkende oogen, kruipt langs hunne
vermagerde ternauwernood bedekte lede
maten, is er eene tweede, erger nog misschien
maar zich minder uitwendig toouend.
Het is de armoede des g.estes, vaak gepaard
gaande met die des lichaam3, vooral dan
wanneer de lichamelijke armoe ie tot oor
zaak heeft eigen schuld drankmisbruik of
iets dergeljjk». Ea hoe vele kinderen in deze
groote stad lijden aan die armoede des
geestes door eigen schald, somtjjds, door
de schuld der ouder?, vaak, door de schuld
der omstandigheden ot door de onmacht
dargenen, die zv aan die armoede zoo gaarne
zouden willen onttrekken, meer dan men
oppervlakkig meeut.
Maar, zal men zeggen, de wet gebiedt
tocb, dat in elke gemeente voldoende gele
genheid zal gegeven worden tot bet ont
vangen vau gewoon lager onderwgs en nu
moge bet gebeuren, dat in kleiue of ver
armde gemeenten, of in plaatsen, waar
bekrompen gemeenteraadsleden het hooge
belang van goed onderwjjs niet genoegzaam
beseffen, die verplichting niet ia behoorlijke
mate wordt nagekomeD, maar in groote
steden, in Amsterdam, is men tocb waarlijk
niet karig in bet verstrekken der noodtge
gelden t9n behoeve vaa het ouderwij* en
waar daar de geest, het verstand der kin
deren niet behoorljjk outwikkeld wordt, is
het toob zeker de schuld der ouders ot der
kinderen zelveD.
Oppervlakkig beschouwd is deze bewerïog
in het algemeen waar, maar, welk katho
liek, welk geloovig Christen zal durven be
weren, dat het onderwijs bjjdeWet gege
ven, voldoet om de armoede des geestes te
doen verdwflceo, wie zal kunnen volhouden
dat bet onderwas zooder Godsoianst in staat
ia geest en bart het voedsel, dat den mensch
sterken moet in den strijd des levens, dat
hem stamde kan honden op de paden, die
hij begasn moet om te komen tot zjjne
bestemming: eene gelukkige eeuwigheid.
Om dat voedsel te verschaffen zjjn andere
scholen DOodig, een ander onderwjjs. Scho
len,waaraan onderwijzers werker,die de leer-
24.
Vervolg.)
Haar vertrouwen zou niet beschaamd worden,
hij naderde reeds om ze te icdden, op het
oogenblik dat de nood het hoogst was geklommen
en nergens uitkomst scheen te dagen.
Een oogenblik dacht Mr. Leeman met afschuw
aan Van Balen, die zjjn dochter had willen
verkoopen aan den jood, aan Willem en Frans,
die er bij Lucie op hadden aangedrongen, dat
zjj om hen te redden, het offer van zich zelf
zou breDgen. Maar spoedig bedaarde zijn toorn
en maakte plaats voor zijn medelijden. Ze waren
eer te beklagen dan te veroordeelenhet lijden
had hen harteloos gemaaktmaar als ze uit de
macht van den jood verlost waren, zou hun
goede natuur weer boven komen.
//Vandaag moet Van Praag komen om het
antwoord, ik zal zoigen, dat ik hem voor ben,"
mompelde de advocaat, //en dan zal hij op eene
andere plaats antwoord krijgen. Gelukkig, dat
ik naar huis ben gekomen, want daardoor kan
ik Lucie het groote verdriet besparen, dat haar
vader den jood h-t jawoord gaf, en Va„ Balen
de schande, njjn kind aan zoo'nellendeling over
te leveren."
Mei haastigen tred begaf de advocaat zich nu
naar de woning van Van Balen. In een paar
woorden deelde bjj aan Trees de toedracht der
zaak mee. //Goddanklispelde de trouwe
lingen niet alleen tot nuttige burgsrs van
de niaatsehippjj wilhn opleideD, muar huu
mede den weg willen wijzen, die naar het
Hemelsch Sion voert, een onderwijs,
dat het Ge oof tot grondslag, de leer der
Kerk tot richtsnoer heeft.
Eu om in voldoende mate dat onderwjjs
te kunnen geven, om dergeljjke scholen in
voldoenden getale op te richten en te onder
houden, om die onderwjjzers in genoegzame
hoeveelheid te kunnen aanstellen en be
koorlijk te kunnen salarieeren, daarvoor
schieten, helaas, op zoo vele plaatsen eu in
de groote steden vooral, de krachten van
hen, die het zoo gaarue zouden willen doen,
vaak te kort en voor zoo vele kinderen voegt
zich daardoor de armoede des pesetas bij
dien des lichaam?. Deze laatste nu wordt
spoediger bewerkt en wekt het medeljjden op
dat weldra gereed is om te helpen, de
earste, de armoede van den geest, wordt
zoo vaak over het hoofd gezien.
Goddank, er zgn er vsleD, die een open
oog habben voor die behoeften van bet
katholieke volk ea die geven met milde hand,
bnn geld, tn hunne geestesgaven om katho
lieke scholen te stichten. Wanueer meu
ziet, wat in de laatste jaren te Amste'davn
en el Iers voor het katocliek ouderwijs is
gedaan,staat men bewonderend stil eu vraagt
zich zetveu af, vau waar al deze gaven
kwamen. En tocb, schieten de krachten te
kort, toch zjju de scholen te klein, toch is
haar getal te gering en burnen de kinderen
van zoo velen onzer katholieke geloofsge-
nooten niet het onderwjjs ontvangen, dat zjj
noodig hebben en lgden armoede naar den
gtest.
Gij, die zoo gaarne helpt om den nood des
licbaams te lenigen, bedenkt, dat de geeste
lijke werken van barmhartigheid nog kooger
bij God staan aangeschreven, en gjj, die
Boms niet weet, hoe gg uwe rgbdommen be
hoorlek zult beleggen en rentegeveud maken,
leen er een gedeelte vau aan den Vader der
armen door mildelijk bjj te dragen tot hQt
stichten en onderhonden der katholieke
scholen, tot het lenigen van de armoede des
geestes. Bij, die de kinderen lot zich iiap
zal U honoerdvoodige rei t?n geven bier
en hiernamaals
De rentenier \aa Friedrichsrnh heeft er
pleizLr it>, dat de onthullingen van de
dienstbode, /.ik vreesde al het ergste. Straks
zou hij komen, en ik weet met Lucie geen
hemèlschen raad
//Stel haar gerust, maar eerst moet ik mjjnbeer
Van Balen spreken."
In de kamer gekomen, beschouwde hij een
oogenblik met innig medelijden den man, een
maal vol levenslust en wilskracht, thans een
machtelooze, gebroken trjjsaard. Voor Van Balen,
zoowel als voer Lucie, waren het dagen van
marteling geweest. Ondanks al de drogredenen,
waardoor hij zich gerust zocht te stellen en zich
diets poogde te maken, dat een huwelijk met
Van Praag ook in het welbegrepen belang van
Lucie zelf was, kon hij toch de stem van zijn gewe
ten niet peheel tot zwijgen brengen.Hij poogde ze
te smoren, maar telkens deed ze haar waar
schuwenden klank hooren Hij miste evenwel
den moed om zelf de gevolgen van zijn misslag
te dragen, hij kon er niet toe besluiten, alles,
zelfs armoede en gebrek, te verkiezen boven de
schande, boven het verzaken van zijn plicht als
vader en Christen. In zijn verblindheid dacht
hij, dat hij zich door het huwelijk van zijn
dochter met den jood zou rehabilitecren, dat
hij dan weer vrank en vrij het hoofd zou kunnen
opheffen.
Ook zijne zoons stelden bij hemen Lucie alle
pogingen in het werk, opdat zij het voorstel van
Van Praag zou aannemen. Het denkbeeld, dat
de jood hun zwager zou worden, stuitte hen
niet tegen den borst. Zij beschouwden het al
leen als eene geldelijke zaak; overwegingen vau
hoogeren aard kwamen bij hen niet in aanmer
king. Indien Van Praag hun vijand werd, hadden
Hamburger Nachrichten flink opgeld doen.
Hjj laat zich voikomen op de hoogte bon
den en lachend hoort hij de beschuldigin
gen aan hem naar het hoofd geworpen.
Hetgeen de oud-kanselier dezer dagen zeide:
«Ik had wel verwacht, dat de steen dieu de
Jlamb. Nachr. in den eeudensloot wierp,
eeu luid gekwaak zou doen outstaan, maar
dat het zoo erg zou woideD, verrast mg
tocb,» en op de bedreiging,dat hg in rech
ten zou kunnen vervolgd worden, ant
woordde Yon Bismarck sarcastisch:
«Wat mg bstreit, heb ik er niets op te-
ge?, dat ze mij zoo'u drama'iscb einde
willen bezorgeD,» is bjj eene bespreking
over de hoogere politiek wel der moeite
waard nog eens in herinnering te brengen.
Oudertusscheo komt men met n.enwe
onthullingen aandragen. De Neue Freie
Pres.ie vertelt dat Von Bismarck om
streeks 1875 iu Varzin zjjude uit de Krim
een eigenbaudigen brief kreeg van czaar
Alexander II. Dsaiu vroeg de Czaar
of Duitschland zich kalm zou houden als
Rusland, om zga naar oorlog dorstend
leger tevreden te stellen, Oostenrjjk in Ga-
licië aanviel. Piins Von Bismarck
antwoordde niet, maar stunrde den brief
met een van z ebzelf erbg aan kdter W i 1-
helm. Toen er nog eens een brief uit
Rusland kwam, st.l'e Von Bismarck
den Keizer zeifs voor, den Duitschen ge
zant ia Petersburg terug te roepen. Door
dizs houding van Duhsch'aod weid een
aanval vap Rusland op Oosteurjjb voor
komen, en RüsLni's oo-logszucht werd ge-
gekoeld aan Turkjje.
Eort daarna sloot Rasland met Oosten
rijk het verdiag van Reichstadt en ver
langde dat Ooslenrjjk het voor Duitichland
geheim zou honden. Maar Oostenrjjk ver
wittigde Duitscbliud van het verdrag, on
der anderen uit dankbaarheid voor het
verjjdelen van Rusland'» vroegere oorlogs
zuchtige plannen.
Verder bewtert de Neue Freie Preset
dat de outhuhiogen van de Hamburger
Nachrichten oog nut zullen siicttsn in al
lerlei cp/.icbt. De ot thull ngm moeten,
meent zjj, i/druk maken op den Czaar, die
heel veel leest, en misschien ook op den
Duitschm Keizer. Haar is zelfs al verteld
dat de indruk in Rasland en Daitscblard
nog sterker is dan in Ooslenrgk. Da ont-
hollii gen znlleo, besluit zjj, eene gunstige
uitwerking hebben en le deu tot een nieuwe
zij alles van hem te vreezen; werd hij hun
schoonbroeder, dan zou hij hen daarentegen aan
geld helpen, om aan hun neigingen te kunnen
voldoen.
Van Balen was voor hun aandrang en voor
zijn eigen drogredenen gezwicht. AÏ verzette
Lucie zich ook, al verwierp zij met verontwaar
diging de gedachte aan een huwelijk met den
jood, hij zou dezen de gevraagde toezegging geven.
//Mijnheer Van Balen,// begon de advocaat, //wat
ik u te zeggen heb, is van het hoogste belang!//
De toon, waarop Mr. Leeman sprak, was zoo
ernstig, dat Van t'alcn onwillekeurig de oogen
op den spreker vestigde, al antwoordd-* hij niet.
//i'e jood, die zich bij u heeft weten in te
dringen,// vervolgde de rechtsgeleerde, die uw
volle vertrouwen heeft weten te verwerven, is
de grootste schurk, dien ik keD, maar zijn groot
ste schurkenstreek is, dat hij de hand durft vra
gen van uw dochter."
//Als het (loei van uw komst enkel is, mij
dat te komen zeggen, verzoek ik u onmiddellijk
heen te gaas. Niemand heeft het recht zich
daarmee te bemoeien, aan niemand ben ik
daarover verantwoording schuldig," antwoordde
Van Balen geraakt.
//Ik vraag daarover ook geen verantwoording,//
hernam de advocaat, //ik wilde u alleen maar
zeggen, wie Van Praag is, dan zal u zelf
„Bespaar je die rnoei'e, ze zou toch ver
geefs zijn.//
//Ik betwijfel het, mjjnheer Van Balen. Maar
laat mij uitspreken en bereid u voor, iets te
vernemen, dat u ongetwijfeld geweldig zal aan
pakken."
toenadering tusschen de drie Mogend
heden.
Het bericht dat'deCzaar door keizer
Wilhelm zou zjin teruggehouden om een
bezoek te brengen aan Von Bismarck,
waardoor aden oudenin gramschap is ont
stoken, wordt door de Reichsanzeiger een
verzinsel genoemd.
De regeeringsgezinde bladeu, zooals de
Post en het Berliner Tageblalt, pogen het te
laten voorkomen alsof dat tendentiëuse ver
zinsel uit Bismarck 's koker komtmaar
naar 'c schgnt is de straks genoemde bewe
ring, die hier groot opzien heeft gebaard, in
de boitealandsche pers verspreid nit het
kamp van Von Bismarck 's vjjanden.
Er zon dus weer eene liefelglce staatkundige
intrige in 'c spel ego.
Zoo'n knoeiboel heet in bet laatst der
19e eeuw ehoogere politiekGeen wonder
dat de wereld in alle standen en rangen vol
is van bedrog en haichelarjj.
De presidentsverkiezing vsd Mc. K i n 1 e y
heeft over hetalgeme9n in de Vereenigde
Staten tot aitbarsting van vrengde geleid.
Allerwege werden volksliederen aangeheven,
er werd muziek sremaakt en vele huizen
waren te New-York geïllumineerd. Des
avonds werden verlichte ballons opgelaten
met den naam van Mc. K i n 1 e y er op.
Niet overgl was men zoo vrooljjk, want
te Lsmington in Kentucky werd op meer
dan twintig plaatsen hevig gevochten, eerst
met vu'sten en vervolgens met revolvers
waa/bg dooden vielen. Te Philadelphia werd
bjj eene vechtpa'tjj met revolvers een man
neergeschoten, te St. L o u i s is een demo
craat door een republikeinscb verkiezings
agent doodeljjk gewond. Ook te Wilford in
Alabama brak een hevige twist nitwaarbjj
drie negers werden gedood en een vierde
ernstig gewond.
Prins V o n Bismarck, die de uitwer
king der <onthulluigen> heeft vergeleken bjj
bet werpen van een steen in een vjjver
met eenden en het hevig gekwaak, dat als
dan ontstaat, heeft ook nog gezegdMen
Van Balen keek den advocaat verwonderd aan.
Hij begreep, dat Leeman er ontstemd over was,
dat Lucie met een ander zou trouwen, maar
zijne woorden bleven hem een raadsel.
//U herinnert zich nog wel den jood Ilartog,//
zei de advocaat.
Van Balen knikte 'met het hoofd, maar be
greep er hoe langer hoe minder van. Wat had
die er mee temaken? Waartoe rakelde Leeman
die oude geschiedenis weer op, waaraan hij in
geen jaren meer gedacht had Hartog had zich
voor vijf jaren van kant gemaakt, doch in welk
verband stond dit met Van Praag
«Welnu, Van Praag is de zoon van Hartog,//
vervolgde de rechtsgeleerde, //ik heb daarvan
de onweerlegbare bewijzen.//
Van Balen sprong van zijn stoel op „De
zoon van Hartog, zeg je? En je hebt daarvan
onweerlegbare bewijzen Maar dat kan niet,//
vervolgde hij hoofdschuddend, //onmogeljjk."
„Toch is het zoo, doch er is meer en erger.
Ware hij alleen de zoon van Hartog, dan zou
de justitie hem niet veel kunnen doen.//
„De justitie 1" vroeg Van Balen met klim
mende verbazing. "Wat heeft hij dan misdreven?//
vU begrijpt, dat Hartog zeer op uw vader
was gebeten, die bem had ontmaskerd. Welnu,
de moord
Van Balen schudde Mr. Leeman bjj zjjn arm.
"Heeft Hartog dien bedreven?» vroeg hij inde
grootste opgewondenheid.
//De vader niet, de zoon, Van Praag," ant
woordde de advocaat.
Wordt vervolgd\