N I E U W li QagBlaö voor effiooró- m SCuió-dCollanó. Onderwijs No. 2531 Zaterdag 14 November 1896 21ste Jaargang BUITEHLA'^D. De wraak van den jood. Italië. Duitschland. België. ABOXraSMENTSfBJ <3 U Pei 3 maanden voor Haarlem. 1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland £r p. p. 1,40 Voor het buitenland 2,80 Afaonderlgke nummer»0,03 Dit blad verschijnt dagelijks, bebalve Zon- en Feestdagen. B UBB AU: 8t. Janstraat Haarlem AGITE MA NOW AGIPATE. PBIJS DEB ADVEBTEIfTIEK Van 16 regels 50 Centt Elke regel meerT1/» Groote letter» worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant. R e d a c t e n r-Uit g e v er, W. K P P E! R S. Jules Simon, voor de mannen der openbare school een alleszins onwraakbaar getuige, beweerde eenmaal, dat het verleden nooit geheel steift voor den mensch «bg kan bet wel vergeten,» zoo seide hg, «maar het blgtt hem altijd bjj.» H Wanneer deze praemis geen verdere ver dediging behoelt en wjj voegen er als nrnor bp, dat de indrukken der school bjj het feiad zoo diep gaan, dat zjj vottr den volwas eu mensch bet ouuitwiscbbaar verleden vor men, en ook dtze stelling blgft onaange vochten, dan moeten wjj de conclusie aan nemen, dat de indrukken der school nooit geheel stei ven voor dea mensch, dat hjj ze wel kan vergeten, maar dat zj) hem altgd bjj big ven. Uit deze conclusie willen wjj geen wapen smeden tegen de openbare school, doch wjj willen ze alleen aannemen als den grond voor de volgende beweringen en daaruit noodzakelgk voortvloeiende waarschuwing. Tus8cheu de volstrekt atheïitische school en de scholen waar God en godsdienst worden hooggthonden, slaat de openbare school, wier vormende kracht zich richt op het bjj brengen van alle Chritteljjke en maat schappelijke dengden. Openbare scholen, die beantwoordeo aaa dit doel, dat ieder onderwjjzer volgens de wet zelf moet trachten te treffen, znllen toch wtl geen neatrale scholen kunnen zjjn, in dien zin, dat de begrippen van God en godsdienst met angstvallige zorg worden vermeden. De openbare onderwjjzer, die werkzaam is op eene school met leerlingen van ver schillenden godsdienst, kan werkzaam zjjn aan de maatschappelijke vorming van alle leerlingen, maar kan hjj aan hen de Chris- teljjke deagden leeren Zie d:t is eene vraag waarop het antwoord bezwaarlijk bevesti gend kan zjjn. Alleen deze opmerking zij voldoende. Iedere godsdienst heelt zgn eigene moraal, zijn eigen opvatting van zedeljjkheid in dea ruimeren zin van het woord. Maar willen wjj dan onze kinderen niet alleen in de catechismus en in het huisgezin, maar ook in de school, waar zjj zooveel uren vao den dag doorbrengen, onderwjjzen in de zedelter onzer H. Kerk, dan kan dat toch niet ge beuren op scholen, waar kinderen van ver schillende gezindten bjjeen zjjp. Wg nemen FEUILLETON 30. (Vervolg.) „Had ik maar naar je geluisterd, kind, dan zou het nooit zoover gekomen zijn,» zei bij wel eens, als hem de herinnering aan het treurige verleden overviel. „Och vader, laat dat nu maar rusten,# ant woordde Lucïe dan, «we zijn nu immers ge lukkig. Waartoe telkens die oude herinneringen weer op te halen?// //Omdat ik weet, dat ik toen mijn plicht niet gedaan heb, en die gedachte mij pijnigt,// hernam Van Balen. Lucie sloot hem haastig met haar hand den mond. //Als u daar weer over begint, bedroeft u mij, vader, en dat wil u toch niet?// «Je bent een engel, Lucie, en ik zou je wel altijd naast mij willen houden. Maar,// en er kwam even een glimlachje op zijne trekken, «ik begrijp, dat ik je spoedig zal moeten missen. Het zal me zwaar vallen, Lucie, daaraan ge woon te worden Het jonge meisje kleurde, sloeg de oogen neer, maar zweeg. «Doch één grooten troost heb ik,// vervolgde Van Balen, //dat je de vrouw wordt van een zoo uitstekend man als mr. Leeman. Eeuwige dankbaarheid ben ik hem schuldig, en nu ben ik gelukkig, dat ik die althans eenigermate kan afdoen, door hem bet kostbaarste af te staan wat ik bezit." aan, dat het kind op zulk eane school niets verkeerds leert, bouwende op de edele over tuiging des onderwjjzer», maar dan bomt toch in elk geval een deel der opvoeling aiet tot zgn recht. Er wordt te weinig gegeven, het voor naamste wordt het kind onthouden. Da idpe waarvoor wjj strijden is voorwaar uiet opgesloten in het onschuldig epitheton «openbaar» dit kao en moet iederen lezer duideijjk zjjn. Wjj willen onze kinderen ook op de school, ja vooral op de school, zoo dikwgls de gelegenheid zich daar voordoet, onderrichten in de zedeljjke leerstellingen van ons Roomsche geloof. Dat is eeue onmo gelijkheid op eene school, waar kinderen van verschillende gezindten bjjeen zjj a derbs've moeten wjj, zoo mogeljjk, onze kinderen zenden Daar eene school, waar en onder- wjjzers en kiuderen allen katholiek zgn, 't zg eene openbare, 't zjj eene bjjzondere. Hier echter mogen en moeten wg streng zgn in onze eischen. Onze eigen oudervin- dmg heeft ons geleerd, dat er katholieke onderwjjzers zjjc, over wis eea lichte bries van liberalisme en van verkapt socialisme is been gewaaid. Wjj gelooven met, dat bjj de meeaten van bei deze vrjjziunige opvatting van grondwaarheden steunt op overtaigiag endatzjj daarom dingen leeren, die den toets eener streug godsdienstige krinek niet kannen doorstaan. Aan hunne onderrichting ontbreekt echter het vuur der ionige ziele- oveitniging en het gunstige resultaat zal daardoor voor de kleinen al zeer gering zgn. Neen, onze kinderen moeten leeren van hen, die hunnen godsdienst liefhebbea en dtzd zgn gelukkig velen, zoo bjjzondere als openbare ooderwjjzers. En thans ten slot te. lader het zjjne. Waar rechten zgn, zgn ook verplichtingen, en omgbkeerd. Wg zagan, wat de ouders met recht van den katboli- Ken onderwjjzer moch ten eischen en wat d za verplicht was te geven. Het omgekeerde is dikwjjls, hoe men bet moog' ontkennen, een vrome wensch. Ds onehrtvjjzer heeft recht op den steun van overheid en ouders, wordt die steun bem niet onthouden, dan, maar ook dan al'é.n kan men hem eischen stellen die op eeue goed georginiseerde inricht ng van onder wijs onmisbaar zgn. Waar ontm cht van daze zjjde oorzaak is, dat de onderwjjzer dien steun most missen, vervalt het recht dien te eischen, maar scbaudeljjk ware het en Naarmate bij sprak werd de heer Van Balen meer aangedaan en toen hij ophield, schitterden een paar tranen in zijne oogen. Lucie sloeg haar arm om zijn hals en kuste hem hartelijk, diep getroffen doar zijn ontroering, maar toch blij, dat hij zooveel van haar hield, dat hij thans weer de liefhebbende vader van vroeger was geworden. Een weinig later kwam mr. Leeman, thans weer opgeruimd, vroolijk, gelukkig, dat hjj eindelijk na zooveel moeite en strgd den schat had verworven, die voor hem grooter waarde bezat dan alles ter wereld. Van Balen had nu niet meer gesproken van fortuin, nu hem de schillen van de oogen wa ren gevallen, had hjj ingezien, dat een edel en trouw hart, dat een christelijk gemoed en deugd kostbaarder zijn dan geld, en een veel hechter, ja de eenige waarborg voor het ware en blij vende geluk, dat eene flauwe afstraling is van de zaligheid des hemels. De advocaat hoefde thans dan ook geen moeite te doen om da land van Lucie tc verwerven, ze behoorde hem toe door zjjn trouw, door zijne standvastigheid, ze was de prijs van de vastberadenheid en doortastendheid die hij aan den dag had gelegd, om de snoode oogmerken van den jood te ontmaskeren. Men zou moeilijk hebben kunnen zeggen, wie van de drie het gelukkigst was: Van Balen, die zijn gemoedsrust had weergevonden en niet langer onder geldeljjke zorgen gebukt ging; Lucie, die haar vad r weer opgeruimd zag eu eene blijde toekomst te gemoet ging aan de zjjde van mr. Leeman; de advocaat zelf, die onrechtvaardig veel van hem te vragen en weinig of niets te geven. De Koning van Abbessyuië, zoo schrgft de Rimeicsche corresponded vaa de Times, zou reeds laag op verzoek van Z. H. L e o XIII, de Itaiiaansche krijgsgevan genen in vigaeid hebben gesteld, manr toen Koning M e n e 1 i k, het bericht van het in beslag nemen van de Doeliuijk door de Ita lianen vernam, ontstak lig in toorn, ver scheurde d n brief waarin| bg de invrgbeids- stelliDg beval ei schreef een anderen voor den Paos, die de Vorst aan den Gezant van L. H. M ;r. M a c a r i o overhandigde. «Ik was, zoo schrgft koning Meaelik aas den Pan», geneigd, dadeljjk het verzoek vao Uwe Heiligheid toe te staau, maar de houdiDg der Italmausche regeeiing wil den vrede uLt, zjj zet al hare vijandelijkheden voort, zij noodzaakt mg eenigen waarborg in de gevangenen te behoaden. Men e lik brengt ia herinnering dat de oorlog niet door tem begonnen is, en bg rekent zich als kooiag ea vader van zjjn volk verplicht, de invrgheiIsteliiug der krijgsgevangenen tot geschikter tgi uit te stelleD. Toch spreekt hg de hoop uit dat de stem vau den oppersten priester, die de vader van alle christenen is, voor de rechtvaardige zaak der onafhankelijkheid vao het Abbes- syaische volk zal opgaan, en het oogenblik zal verhaasten waarop de Italiaansche ge vangenen aan hun gezinnen teruggegeven hunnen worden. M e n e 1 i k verklaart, niets verzuimd te hebben wat den toestand der krijgsgevangenen raar mogelijkheid kon verbeteren. Het Duitsche Centrum zal in den Rjjka- dag eene interpellatie indienen over de ont hullingen van de LIamburger Nachrichten. Graaf Hompesch,de aanvoerder van bet Centrum zal in eene radevoering de inter pellatie bjj den Rgksdag iuleiden. Zij zal drie punten betreffen ot het Duitscn-Rus- sisch verdrag tot 1890 heeft bestaan zoo ja, waarom het niet hernieuwd is, en welke uitwerking de laatste mededseliugen hebben zijn zoo lang in stilte gekoesterden wensch weidia in vervulling zou zien gaan. Ook op Willem en Frans had het gebeurde een gunstigen invloed uitgeoefend en een vol komen ommekeer bij ben teweeggebracht. Toen ze wisten, wie de man was, aaa wiens leiband zij zoo lang hadden geloopen, die hen tot het kwaad verleid, die in een woord hun booze geest was geweest, kwam hun jong gemoed in opstand. Het was voor hen een geweldige, maar heilzame schok, die hun de oogen opende voor het hellende vlak, waarop ze zich bevonden. Zij zagen thans klaar en duidelijk in, welk een onbeduidend leven ze tot dusver hadden geleid en met een slag was bij hen het vaste plan gerijpt voortaan man te zijn en moedig den strijd te aaovaarden met het wapen der deugd en het sch ld dor energie. Zij hadden het mannelijk voorbeeld van mr. Leeman en het beschamende van Lucie voor oogen, die beiden in de vervulling van hun plicht, in de beoefening vun het goede hun geluk hadden gezocht en gevonden, en dit Voorbeeld was hun een machtige prikkel, om ook daarin alleen voortaan het geluk te willen vinden. Trees eindelijk, de trouwe ziel, die lief en leed had gedeeld, was met de minst gelukkige. Zjj had haar aandeel gehad in hot lijden, zij kreeg nu ook haar deel in de vreugde, die allen thans smaakten. Alleen liet zjj er zich wel een beetje op voorstaan, dat zjj door de ontdekking van het medaillon eigenlijk de aan leiding was geweest, dat Van Praag was ont maskerd. „Was ik er niet aohter gekomen, dat gehad op de positie van Daifschland ia hef Drievoudig Verbond. Vermoedelijk zn staatssecretaris Von Marsehall zich ertoe beperken, te antwoorden met een lof lied op het Drievoudig Verbond ea daarby onthullingen als de Hamburgsclie afkeuren, maar overigens geljjk de Post zich behoed zaam uitdrukt, «aan de staatkunde van Voa Bismarck ten volle recht laten weder varen.» In de conse.vatieve regeeriogsgezinde kringen beerscht gedeelte!jjk matige bljjd- schap over de tactiek van het Centrum, daa men er vooral beiorgd is voor een uitge breider fchandaal. Di moordiaaar Brüsewitz is er met een betrekkeljjk lichte straf afgekomen. Deze officier is veroordeeld tot 6 jaar vesting straf en ontslag uit den militairen dienst, omdat bjj te Karlsrnhe in een koffiehuis een burger doodstak. Men verwacht, dat rear terecht in den Rgksdag hiervan gebraik zal gemaakt wor den om een aanval te ondernemen tegen den militairen geest die steeds meer bet Daitsche volk doordringt, en tevens, dat hst geheim houden van het verhoor en de ver oordeeling van den luitenaot zal worden gebruikt als middel, om op spoedige be handeling der wjjzigingen van bet militaire strafrecht en op openbaarbe d der militaire rechtspraak aan te dringen. De Koning heeft het ontslag van den minister van oorlog Brassine aange nomen. De minister van spoorwegen V a c- d e n p e e r e b o o m zal de portefeuille van oorlog tjjdeljjk beheeren. Natuurljjk worden neis opvolgers ge noemd. Eerst zou G r e i n d 1, die te Namen het bevel voert, tot minister benoemd wor den. Doch de generaal sprak bet beslist tegen. Nu worden de heer Jlelleputte en generaal Bonrlard genoemd. Naar wg vernemen is generaal B o u 1 a r d tegoo de onmiddellijke iuvoering van den persoonlijken dienstplicht. De Generaal mort gezegd hebben de plattelandsbevolking is overal tegaü algemeenen dienstplicht, omdat zg bang voor den dienst is. Langzamer- haud zouden de boeren evenwel wennen aan bet denkbeeld hun zonen naar de kazernes te moeten staren, maar zoo plot seling kan dit niet gaan. de jood de zoon van Hartog wa», dan had dc advocaat misschien nog lang kunnen zoeken,// zei ze nogal eens. Deze voldoening werd Trees van harte gegund. Twee belangrijke gebeurtenissen zouden nu nog plaats hebben het huweljjk van mr. Leeman met Lucie en de doop van Roosje. Men was overeengekomen, dat beide op een dag zoude geschieden. De jonge advocaat en de dochter vanVan Balen vormden een mooi paar: hij met zijn mannelijke houding het beeld der kracht, zij, schuchter eu blozend, dat der bevalligheid. De heer Van Balen was overgelukkig, al viel het hem hard, van zijn kind afstand te moeten doen en voortaan haar vriendelijk gezichtje te moeten missen. Hij zou haar niet meer om zich heen zien, bedrijvig en bezorgd, hjj zou dea zilveren klank h&rer stem niet meer hooren.... Het zou wel eenzaam om hem heen worden... Maar als betrapte hjj zich op eene uiting van egoïsme, schudde hij het hoofd. Hjj was ver wonderd, dat hjj nu nog zelfzuchtig kon zjjn, Het zou wel beteren, troostte hjj zich, en als Lucie kinleren kreeg, zou hij a's verjongd weer opleven, Toch pinkte hij heimeljjk een traan weg, want voor geen geld van de wereld zou hij gewild hebben, dat Lucie die op dezen ge lukkigen dag zag. (Slot volgt.) <St 9

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1896 | | pagina 1