NIEU W E e HbagBlaó voor <3ïooró- on Suió-éCoUanó. Is dit geen straf? N§. 2574 Vrijdag 8 Januari 1897 22ste Jaargang BUITENLAND. Een bereikt doel. Turkije. Bulgarije. Spanje. Italië. JDuitschland. ABONHEMENTSPBJJij Pei 8 maanden voor Haarlem. t 1510 Voor de overige plaatsen in Nederland ir p. p. 1,40 Voor het buitenland 2,80 Afzonderlijke nummer* 0,03 Dit blad verschijnt dagelijks, bebalve Zon- en Feestdagen. B U B E A U: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA HOW AGITATE. PBIJS DEB ADVEBTEHTIEW Van 16 regels 50 Cents Elke regel meer71A Groote letters worden berekend naar pl&atsrnimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Redscteur-Uitgever, W. KüPPETlS. Wjj hebben er reeds op gewezen, hoe koel het hnweljjk van den Kroonprins van Italië, met prinses Helena Van Monte negro is afgeloopen. Deze echtverbintenis, die voor goed een einde stelt aan de stappen door het Quiri naal gedaan om voor den erfgenaam van den Piëmonteeschen Koning een levens gezellin te viudea, moet ia Humberts siel een pjjulgkea indruk, eer zeer wran gen nasmaak bobben nagelaten. Ia 1870 hebben de Groote Mogendheden van Europa het hoofd gebogen voor het voldongen feit, of beter en juister gezegd, voor de voltrokken misdaad. En toch hebben de Vorsten eu Hoofden van Staten er niet toe kunnen besluiten een schoonzoon aan te nemm nit het vroeger zoo beroemde hais van Savoya gesproten, baroend door zjjn oadueil, zgae beidea eu hedtgea van welesr, doch thans onteerd door eene gru weldaad van onrechtvaardigheid en opstand tegen het heiligste wat er bestaat, die tien lange eeuwen van roem en glorie ver sombert en verduistert. Na aan zoovele Europeesche hoven vruch teloos naar eene Kroonprinses te hebben uitgezien, die voor Italië in de huidige droevige omstandigheden een bgzouderen luister en hooggewenschten staan zoude hebben opgeleverd, is koning Humbert eiodelgk wel verplicht geweest zjjn toe'lucht te nemen naar hef Balkausche schiereiland, waar hg eene prinses gevonden heeft, wier vader over ongeveer 300,000 bergbewoners regeert. «Hnweljjk uit liefde!» zegden de ofScieele en officieuse organen der Italiaansche pers, die op deze wgze de bloedende wonde wil den verheelen, welke zoo aan den hoogmoed van een regeerend Vorst is toegebracht, die onder zgne voorouders mede op de edelste helden kau wjjzen, welke de ge schiedenis heeft opgeleverd. Niemand heeft zich echter door deze woorden bg den neus laten nemen, i'. En deze armzalige huwelijksplechtigheid werd niet opgeluisterd door de aanwezigheid van een dier vorstelgke reizigers, welke men in onze dagen schier overai ontmoet, maar die geen lust gevoelen om naar Rome te gaan, wanneer de Koning van Piëmont daar in het geroofde Quirinaal vertoeft en regeert. FEUILLETON, 6. Vervolg //De trein is op een coupé //Niet rooken// nu geheel gevuld eu het geheelde heel weinig of ik had aiet wee kunnen gaan,// zeide hij, terwijl hij zjjne bagage rondom rangschikte. //Nu, hoe gaat het, mooie kleine, nog altijd even onwillig?* begon de afschuwelijke man weer. //Nog altjjd even trotsch Denkt ge wellicht, dat ik u nist ken. Ik heb u vandaag op straat gadegeslagen, toen ge met den koopman Muller in gesprek waart. Dat noem ik een levendig onderhoud 1 Een goeds klant van mijne firma, die Muller. Hjj was later zeer slecht geluimd •n verschoof de voorgenomen bestelling tot een volgenden keer, ofschoon hij mij enkel daartoe had laten komen. Ja, zoo gaat het met ons, arme handelsreizigers, wij gijn de bliksemafleiders voor dem toorn onzer vrienden en dikwijls ook voor ondeugende kinderen,// voegde hij er met •en hatelijk gebarenspel bij. //Ge vaat zeker naar de residentie om daar een dienst te zieken, hé Zou ik u de behulpzame hand kuDDen bieden. Ik ben uwe onderdanigste dienaar, en volstrekt niet wraakgierig,// grinnikt» hij plotseling. //Als u niet aanstonds zwijgt en uwe sigaar weg doet, zal ik er bij den conducteur bezwaar tegen maken,// zeide de plotseling uit haren «laap opgewekte klein» jodin. U ziet immers, dat de jonge dame volstrekt Zoo handelen zelfs de ketterscha en schis matieke gekroonde hoofden. .^Droevige ervaring voor koning Hum- bert, welke bg zich zeker heden niet meer ontveinzen zal. Welsprekende samenloop van omstan digheden! Da eenige ware luister der feesten is geweest de intrede der Montenegrgnsche Prinses in da Roomsche kerk, wier ge vangen en toch zoo gevierd hoofd Hum- bert in de nabijheid op saoode wgze hoont eu beleedigt! 't Was een ander schouwspe', dat er onlangs werd geleverd, toau het jubelfeest des Heiligen Vaders werd ga/ierd! Toen kwamen Volkeren eu Prinsen, on- geloovigen zalfs en barbaren, in treffende eendtacht, de hulde van hun eerbied en hunne liefde aan de voeten van den Vorst zonder troon, van dien Koning zonder boninkrjjk, nede/1 zggeu. Toen heeft Ita'.ië's rooverkouing zeker wel begrepiD, dat op dan Panselgkea troon, op snoode en hoogst onrechtvaardige wijze van zijae wereldlijks macht beroofd, eene Majesteit zetelt, eene macht door de wereld erzend; grooter en vee! omvangrijker dau de zgae, omdat zg het goddelga merkteeken draagt en door het licht des hemels in Ijjden en heiligheid beschenen wordt. Doch thans heeft men kunuen zien, dat het niet voldoende is door generaals en hovelingen omriagd te zgo, dat het zelfs niet baat door Duitscbland en Oostenrijk in het Drievoudig Verbond te zijn opge nomen hoe weinig echter Italië's rol in deze verbintenis te bateekeaen heeft, hebben de laatste dagen duidelijk genoeg bewezen om het onrecht uit te wissehen dat den Piëmonteeschen Koning eene vreem de kroon op het hoofd plaatsta. Aan de zgde vau '«-Pansen majesteit verbleekt elke andere, on de majesteit, die de vracht was der msdaal, is niet bjj machte in bare onmiidellgka nabijheid,voor af al het hatelijke van haren oorsprong te verbergen. De wereld, die echter niet zeer nauw gezet is in hare politieke rechtsbegrippen, aarzelt om in hare nabijheid te treden. Sinds een kwart eenw hebben aan Italië de straffen niet ontbroken, doch men zou zeggen, dat het tot nu toe weigert deze waarschuwingen en lessen in te zien. Daar om te meer wellioht volgen de vernede ringen en rampspoeden elkander zoo snel op. geen lust beeft, om met u in gesprek te treden. Ds oude heer en ik willen slapen, en dulden geene stoornis. „Kijk kijk, daar begint nog een sijsje te zingen; op mjjn woord, een mooi stemmetje van die spruit uit het volk van Israël,// de onuitstaan bare mensch begon luid te lachen. //Het rooken kuilt g» mij verbieden, maar het spreken niet, bovendien zeg ik volstrekt niets tot u.// //Dat zou u ook weinig batenmaar u moogt de medereizigers niet lastig vallen.// *Dat gaat u volstrekt niet aan, vrouw Izaak, Jacob, Abraham. Deze dame heeft heel gaarne, dat ik mjj een weinig met haar onderhoud, en, terloops gezegd, we zijn oude kennissen.// //Uwe driestheid gaat alle perken te buiten,// zeide Manon verontwaardigd. „Mijnheer, als u niet dadelijk op betamelijkenafstand van mij gaat zitten eu ophoudt metjzulke gesprekken, dan// *Nu dan Waarlijk de vrouwen zouden mij nog driftig maken. De vreemdeling schudde van het lachen, en dan herhaalde hij //Dan zou u nog eens iets minder aangenaams kunnen overkomen,,, voegde Manou er met vlam- menden blik bjj. „Nog eens, ha ba dat kau ik slecht gelooven. Ge moest me dankbaar zijn, schoon kind, dat ik mij over u wil ontfermen de jongelieden uit Mullers winkel, hebban mjj verteld, dat ge een arme wees zijt.// „Zoo, hebt ge naar mij geïnformeerd?// //Natuurlijk, ik moet immers weten, met wie de hooggeachte heer Muller op straat zulk een druk gesprek voerde. Hij sloeg geen acht op mij,, Moge Italië de goddelijke lankmoedig heid niet tot het uiterste drijven! Want den dag, dat er eea einde zal gekomen zjja aan Gods barmhartigöeil, zal de straf- feade arm zjjner rechtvaardigheid zwaarder dan ooit nederkomen. De Tarkschc Mioister van Baitenland- scbe Zaken heeft bekend gemaakt, dat alle nog gevangen zittende Armeniërs in vrjj- heid zjjn gesteld. De Sultan heeft na stellig geweigerd ve/lof te geveo tot het iuljjveu van buiten landers bg de gendarmerie op Creta. De ministerraad had gewild dat de Soltan het verlof zoa verleenen. De Mogendheden zul len zeker protesteeren. Niettegenstaande het gevoerde proces en de veroordeeling van ee n paar z. g. mede plichtigen aan den moord op den heer Stam boelof is da werkelgke moorde naar nog niet ontdekt. N i s j k o f, die als getnige ia het proces tegen de moor denaars van S t a m b o a 1 o f opgeroepen was, maar niet verscheen, heett no den officier van justitie te Sofia gtohreven dat hg bereid was, het geheim van den moord te onthullen als er maatregelen voor zön veil gtaeid genomen worden. Uit zgn brief is op tj maken dat hjj Natsjewits en de politie beschuldigt en dat hjj ten gevolge van bedreig ngen Bnlgarjje verlaten heeft. De Spaaneche bevelhebber generaal We y- 1 e r is woedend geworden op de Journa listen, die zgn onbeleidvolle leidiug op Cuba gecritiseerd en de kcoeiergeo in de leger- adminivtratie in het licht hebben gesteld. Om zgn werk aan het publiek te outtrek- keu heeft da dappere? Generaal verboden iets over den opstand te publiceeren. De Correspondenten van de voornaamste Ma- diidnche bladen Herald, Imparcial en Cor- respondenzia zijn dan ook teruggeroepen en het publiek zal zich voortaan tevreden moeien stellen met niet altgd te vertrouwen op officieele berichten. Naar de New- York Herald verneemt Doch op mij u groet, toen ik hem voorbijgiug. Derhalve moest ge toch wel een beetje inschik kelijker zijn, nu ik weet, dat ge eene wees zijt, zonder onderkomen, en die in de wereld gaat om een stuk brood te verdienen.. //Bij bet volgende station wordt ge stellig zon der veel omslag aan de deur gezet, dat beloof ik u,v beet de verstoorde jodin hem toe. //Luister eens, geachte vrouw Abraham., n //Ik heet niet Abraham.// //Nu, wat doet uw naam ook ter zake, ver eerde vrouw benjamin. Laat mij u even een paar woordjes zeggen...,// //Gij hebt. mij niets te zeggen.// //En ik u met, wel echter deze jongedame.// »Ik heb met u niets uit te staan,// weerde Manon hem verontwaardigd af. Des te meer heb ik u te zengen, ik stel zeer veel belang in u, en wil gaarne alles voor u doen, wees toch niet altijd even boos.// Met den doortrapten, spitsvondigen kerel kon den de beide vrouwen niet klaar komen. De ouae heer, die tot nu gezwegen had, kuchte en richtte zieh op. //Ha ha nu komt de oude er ook nog bij riep de vreemdeling spottend. Die dame heelt u herhaaldelijk te kennen ge geven, dat ze met u niets te doen wil hebben, respecteer deze verklaring, of wel ik doe bjj het naaste station aangifte van uw vlegelachtig gedrag.// //Maar oudje, waarom maakt ge u zoo warm Houd toch je gemak, je laagt daar net zoo mooi in uw hoekje, u stoor ik stellig niet.// De trein hield reed* stil, hij had een klein is da bemanaiag van het Cubaanschs vrjj- buitersschip Commodore, dat vermoedelijk door verraad is vergaan, niet gered, gelijk eerst werd gemeld. Er moeten 16 opvarenden zgn verdronken. Het stoomschip Adriatico met het eerste transport soldaten aan boord uit Afrika te ruggekeerd, is te Napels aapgekomen. On telbaar waren de nitdrakkingea van vrengde en gelnk bij het wederzien hunner be trekkingen. Moeders en vaders zochten naar hnn zoons, anderen eea broeder. De meeste soldaten hadden eene herinnering uit hnn gevangenschap meegebrachtlansen, apen schilden, shawls, stoffen, dierhuiden, alsof zg van een wetenschappelijke ontdekkings reis thnis kwamen. Eerst is hun te Napels onderkomen bezorgd en binnenkort zal i»der naar zjjn woonplaats mogen gaan, om daar in de lange winteravonden van het onder- vondene te vertellen. De Adriatico had een 200 soldaten aan boord, de overigen volgen in afdeelingen van gelijke grootte. De Prins van Heiningen heeft van keizer Wilhelm de opdracht ontvangen zich naar Hamberg te begeven, om zich op de hoogte te stellen van dsn toestand. Te Berlijn, waar het dsnk zg ven voort durende r regen in den nacht van jl. Don derdag (St. Silvester) rustiger was dan in vroegers jaren' bjj den overgang van oud tot nieuwjaar, zgn toen tooh nog 230 personen in hechtenis genomen wegens straatschendergea en 88 wegens dronken schap en vechten. Ernstigs dingen zgn echter niet voorgekomen; ook het indrukken van «kachelpijpen», een gewons aardigheid op dian avond, kwam minder voor dan vroeger. Keizer Wilhelm heeft eec dagorder nitgevaardigd in zake het tweegevecht der officieren eu de uitbreiding van de be voegdheden der Raden van Eer. Ik wil, zegt de Keizer, dat het tweege vecht onder mjjn officieren beter dan tot heden het geval was, voorkomen zal worden. Ve/der wordt aangegeven, dat aan den Raad van Eer onmiddellgk het bestaan van een ernstig geschil moet worden mede gedeeld. Na moodeling en schriftelijk on derzoek beslist die Raad dan, dat of de partijen hnn eer onaangetast moeten achten station bereikt. Maar hoe de heer endejoodsche vrouw ook naar buiten keken, de conducteur liet zich nergens zien en de trein stopte nauwe lijks eene minuut. //Spoedig krijgen wij een langer oponthoud en dienen wij ons beklag in over het onaangenam» reisgezelschap,// trachtte de oude man Manon te troosten. Deze keek hem dankbaar aan, en knikt» hem zachtjes toe. De woordenstroom van den vreemdeling ver minderde niethij ging voort, met den drie reizigers allerlei hatelijkheden te zeggen, tot bet op bet naaste station der joodsche vrouw gelukte, een spoorbeambte te ontdekken, die den onbe- schaamden man, welke niet jong meer scheen te zijn, van coupé deed veranderen. Het duurde geruimen tijd, eer de achterblij ven den de opgewondenheid overmeesterd hadden, maar later werd huDne rust door niets meer verstoord. Terwijl de beide medereizigers gerest voortsluimerden, zat Manon bewegingloos, in diep nadenken, gezonken. Op den ingeslagen weg kon ze zoo niet voortgaan, zij moest hooger op, daarheen, waar al haar veredeld gevoel en al haar verlangen, haar heen riepen. Maar was het niet een al te gewaagde stap Hij braeht haar in sferen en kringen, waar zij niet thuis behoorde. //Te huis.'' Waar was ze dan eigen lijk thuis P Op welken trap der maatschappij behoorde zij dan te staa Boven den laagsten verhieven haar geest en ontwikkeling, ook boven den middelbaren gevoelde zij zich verheven, dat had ze zooeven ervaren. Waar anders was dus hare plaats dan onder de voorname lieden Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1897 | | pagina 1