N I E U W E
QagBlaó voor tXooró- en Suió'Xollanó.
Rottordamsche Brieven,
No, 2602
Woensdag 10 Februari 1897
22ste Jaargang.
~"B U IT E N L A N D.
ui.
Een bereikt doel.
Frankrijk.
IRLEMSmtpmiT.
A.BONHEMEB TSPK j J»j
Pei 3 maanden toot Haarlem. 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fr p. p. 1,40
Voor het buitenland 2,80
Afzonderlijke nummer» 0,03
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zod- en Feestdagen.
BUBBAII: St. Janstraat Haarlem.
AGITB MA NOU AGITATE.
PHIJS DEB ADVEBTENTIEN.
Van 16 regels50",Cents
ïïlke regel meer7%
Ghroote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie Contant.
Redacteur-Uitgever, W. KüPPBRS.
Als in Juni a. s. da Rotterdamsche Ka
tholieken door hnuue euorme opkomst aan
de stembus geen schitterende figaur slaan,
zal dit zeker niet het gevolg zjja van den
geringen jjver, waarmee men getracht heeft
tot zoo grandose uitkomst te geraken. Dezo
week, van Maandag tot en met Zaterdag,
honden iederen avond ia zeven verschillende
lokalen der stad Delftshaven niet mede-
gerekend commission zitting tot bet
geven van alle mogelijke inlichtingen,
welk# de nieuwe kiezers van nut kunnen
zjjn. 't Ie nu maar te hopen, datdeheeren
't drnk zullen krijgen, dan hebben ze ten
minste voldoening van wat ze in 't belang
der goede zaak ondernomen hebbeD. De
aspirant-kiezers mogen wel big zjjn, dat
men 't hun zoo gemakkeljjk maakt, ze be
hoeven zich het hoofd niet te breken met
de kwestie, of ze al of niet kiesgerechtigd
zjjnze hebben zich maar doodeenvoudig
big de commissie aan te melden en dan komt
de zaak vanzelf in orde.
Men zon zoo zeggen hoe is 't mogeljjk,
dat er bg verkiezingen nog zooveel kiezers
moedwillig thuisblgvenAl» wjj dames
het recht hadden om ter stembus op te
gaan, zouden wjj ons de kaas niet van de
boterham laten eten Enfin, zoover is 't
nog niet. Of't ook goed zon zjjn als 't zoover
kwam
Met schrik bemerk ik, dat ik daar zooals
vanzelf op gevaarlijk terrein gekomen ben
de dames-lezeressen van de Nieuwe Naar-
lemsche Courant mochten me eens gaan
honden voor een lid van decVereeniging tot
behartiging van de belangen dor vrouw.» Op
den naam afgaande, mocht de een of
andere argeloozejonge joffer eens meenen,
dat deze vereeniging zich ten doel stelt het
bevorderen en tot stand brengen van
engagementen dit nn is volstrekt niet het
geval. Lnister maar even naar wat er op
de laatstgehouden vergadering is verhandeld,
dan zult n wel «hooger» gedachten van haar
streven krggen De spreker van den avond
Dr. S. R. S t e i n m e t z, bad betover de
ziekten der maatschappij. Deze heer be
toogde, dat men, om een misdadiger te
worden d. i. een soort van zieke, oioel u
weten aanleg moet hebben, juist zooals
b. v. om voor schilder, dichter of musicus
FEUILLETON
S6. Vervolg).
Bruteck was geene vreesaebtige natuur en
bezat eene groote tegenwoordighcd van geest
daardoor bad hij door geene enkele beweging
verraden, dat hij ontwaakt was, maar door de
kalf gesloten oogleden keek bij naar de spook
gestalte, die onder de portière stond, die de
slaapkamer van hat studear vert rek scheidde; een
sshrikwskkend gelaat, mat bleake verwroigen
trekken, stond onbeweeglijk en staarde naar
zijne legerstede. In da linkerhand droeg zij ten
brandende kaara, de rechter hield zij de plooien
van het gordjjn vast.
/'Wie is dat*? was zjjn» esrste gedachte, zijn
scherpe blik zeide hem aanstonds, dat hij met
eene vermomming te doen had. Hij had eene
zachte bewegiug gemaakt, maar wilde zij
zich laten beschouwen? De verschijning week
niet; zij bleef rustig op dezelfde plaats. Hij
sloeg ze beel nauwkeurig gade, en bemerkte,
dat er van snder het lange slapende laken dat
haar omhulde, witte gestikte onderkleederen te
voorschjjn kwamen. Om het hoofd had zjj een
grooten witten linnen doek geknoopt »n nu als
een bliksemstraal drong het door de ledematen
van Bruneck, bij het matte licht der kaars za"
hjj onder hat witt» hoofddeksel een zacht ge"
flonker zichtbaar worden ein hand d«
band van Manon lag eronder verborgen.
te worden opgeleid. Deze aan let? is veelal
het gevolg van erfeljjkheid, alweer net als
bg alle andere soorten van talenten
immers dan zegt men ook 't heeft er toch
al jong ingezeten, dat heeft de jongen van
z'o vader geërfd, die was ook zoo knap
in de muziek
Men zoekt «genezing» voor deze maat
schappelijke «ziekte» door verschillende
middelen als dwangvermaning, voorschrift,
straf.
Doch deze middelen falen volgens Dr.
S., de arme zieken vinlen er geen baat
bij. Wat dan? Als men eens, terwjjl 't
zieke individu nog heel jong is, iedere aanlei
ding tot verleiding, tot misdrjjf ait den weg
raimde? Dit middel voni spreker niet kwaad
maar 't echte, 't radicaal-genezende, dat zou
door Dr. S. zgne aandachtig toeluisterende
hoorderessen na eens aan de hand doen!
Wil men den mensch tot verbet i ring
voeren, dan moet men in hem de overtui
ging doen wortelschieten dat hijeen
cel is!
Een cal? De dames zetten groote
oogen van verbazing. Welzeker dames, niets
meer of minder danaeen cel; een cel uit
het groote zenuwstelsel, dat men de samen
leving noemt. Als ze dat maar eerst goed
vatten, de hooge beteekenis van het cet-
ziju, dan is radicale genecing 't nimmer
uitblijvend gevolg.
Wanneer dus op 'n mooien dag de eene
goede bekende eens tot de aadere zegt:
m'n lieve mensch, denk toch onder alle
omstandigheden aan je celle-waardigheid,
tracht die toch hoog te houden! dan ge
schiedt dit met da beste bedoelingen en
znlk eene vermaning zal niet nalaten indrnk
te maken. Ik dacht er allerminst dadeljjk
aan, toen ik in een onzer liberale bladen,
eene bier verschijnende conrant, welke
voornamelijk onder de kleine burgerjj en
den werkmansstand hare lezers telt een
artikeltje las, waarin het volgende betoogd
werd
«Er zouden lang zooveel dronkaards etc.
niet in de maatschappij gevonden wofdeD,
als men er in tijdg toe overging, - terwjjl
het kwaad dor slechts in beginsel aan
wezig was znlke lai in een krankzin
nigengesticht te plaatsen. Met een voor
beeld wordt dit opgehelderd
Een gehuwd man in de kracht van zijn
leven is in den laatsten tjjd enkele buiten
sporigheden gaan doen hjj drinkt soms
Deze gedachte trof hem als een bliksemschicht
hij kon slechts dat eene woord denken en roe
pen: «Manon! Hij wilde opspringen en haar
vragen, hoe zij tot dat onwaardige spel kon
komen daar viel het gordijn en rondom was
alles in diepe duisternis gehuld. //Onmogelijk!//
riep hij wrevelig uit en sprong op. //Onmoge
lijk, zij kan het niet geweest zijn, zij is niet
in staat tot zulke lage, bacdelooze daad.// Half
aangekleed snelde hij met de ontstoken kaars
naar buiten en hier zag hij Hanna eidderend
en bevend in den gang staan. Zij had zeker
aan zijne deur willen kloppen, onuitsprekelijke
angst lag op haar gelaat.
//Daarheen, naar boven is zij gevlucht 1 lk
stond, in de deur van rojjne kamer, toen zij
mjj voorbij snelde toen zij in de kromming
van de trap verdween, keerde zij nog eens het
hoofd om,« fluisterde ze gejaagd haren heer in
het oor. "En ik hoorde heel duidelijk hoe
boven de houten grendel werd voor de deur
geschoven. O, het is afschuwelijk, zullen wij
ze vervolgen?"
»Ne»n."
//Dan zullen we toch tenminste boven de
planken dichtspijkeren, zoo goed, dat er zelfs
nog geene muis door kan."
//Dat zal voorloopig evenmin gebeuren, tot
dat wf) er achter komen, wie deze nachtelijk»
wandelingen doet. l ok moet u er nog niet over
spreken."
//Ik zou zwijgen en de bewoners niet voor
het dreigende gevaar waarschuwen, als de on
dergang van een huis wordt aangekondigd en
de huisgeesten, die in hunne rust gestoord
te vee!, laat ziGh, zelfs in het bjjzgn vau
vronwen en kinderen, op esne wgze oit,
die verre van geoorloofd is, leeft te kost
baar, verwaarloost in meerdere of mindere
mate zijne pliohten jagens zjjne hnisgenoo-
ten, jegens de maatschappij en brengt zoo
doende jammer en ellende over zjjn gezin.
Als zijne betrekkingen zich nu afvragen,
wat daarvan wel de oorzaak kan zjjo,
tot welke conclusie komen ze dan Wel,
dan zijn die menschen onnooeel genoeg
om te denken, dat het misbruik maken
van storken drank, wat 't begin was van
't geen er volgde, ook de oorzaak van
alles is 1 En ais 't dan met zoo iemand
tot eene nitbarsting komt, b-v. wanneer bij
in een vlaag van dronkenschap het huisraad
stok slaat, dan is men alweer onverstandig
genoeg om te zeggen «ocb, was bg maar
niet begonnen met zoo nu en dan wat
meer te drinken, dan wel goed voor hem
was, dan zou 't nooit zoover met hem
gekomen zjjnTegea zoo'n verkeerd in
zicht in den stand van zaken nu, komt
de schrijver van het artikel op.
Niet het noodlottig drankmisbruik, maar
krankzinnigheid is de oorzaak, daar zit
het in. Zoo spoedig de man begon met wel
eens een glaasje te veel te gebruiken, had
men moetea inzien, dat hij op weg was
om krankzinnig te worden, hem in een ge
sticht moeten doen opnamen, 't Zal dus
nu maar zaak worden met bekwamen spoed
aan 't bouwen vau krankzinnigengestich
ten te gaan; zoodoende zal ia 't vervolg ook
de politie de moeite worden bespaard, derge
lijke «krankzinnigen» in haar hoede en voor
zoolang de «aanval» duurt in verzekerde
bewaring te nemea, een pretje, dat haar
hier te Rotterdam nogal eens ten deel valt.
Toen ik dit gelezen had, daeht ik dadeljjk
aan de remedie van Dr. Steinmetz.
Zon die, tjjdig aangewend, hier geen goede
diensten kannen bewgzen?
Hierait bljjkt al weer dat we ook van
eene vergadering eener vrouwen-vereeni-
ging heel wat wijsheid mee naar hnis
kannen nemen, al heeft ze dan ook veelal
een «enigszins geëmancipeerd tintje. Zou 't
daaraan ik bedoel aan de steeds toe
nemende emancipatie te wjjtea zjjn, dat
de beeren over 't algemeen zooveel minaer
galant zjjn dan vroeger Als we daar onze
moeders en grootmoeders eens over booren,
dan moet het voorheen toch een anderen
tjjd geweest zjjn
werden, rondwaren, dan zou ik nog moeten
zwijgen?"
//ja! Wat er ook gebeure. Bekommer u niet
verder over dat sluipende wezen. Ik en ik
alleen zal de verschijning trashten op het spoor
te komen. Vooral tegenover moeder moogt ge
u geen woord daarover laten ontvallen. Nu,
goeden nacht!"
Hij sloot de deur zijner kamer, schoof echter
den grendel er niet voor; of Hanna ook al
luisterde of niet, zij hoorde niets.
Manon was door eene hevige verkoudheid ge
dwongen geweest acht dagenjhet bed te houden,
Lucie Von Stamm speelde bij deze gelegen
heid de ziekenverpleegster; eindelijk week de
leelijke koorts en ze kon eene kleine wande
ling doen, waarnaar ze zoo eindeloos had ver
langd, teneinde het vallende loover onder hare
voeten te doen ruiscien 1 Zij schreed gearmd
met Lucie over de stadspromenad» en bekeek
nadenkende het verwelkte gebladerte der hoornen.
Waar zou zij zich bevinden, als het loover
weder frisch uitbotte? Deze vraag hield haar
gemoed bezig. Waarheen zou het lot haar
voeren?
//Het is u zeer aangenaam, dat u nu weer
beter is waarom moest die aanral van
zwakte u ook zoo hevig aangrijpen?" babbelde
Lucie.
"Daaraan leed ik reeds meermalen in
den laatsten tijd heb ik te veel nagedacht."
//Üoe u dat toch niet maar nu gaat u
overmorgen heel stellig mee naar Charlotten-
hof naar Leoeadie Bruneck.
Ik haast me nog eens uitdrnkkeljjk de
verklaring af te*leggen, dat ik gezegd heb:
over 't algemeen. Er zjjn natuurlijk loffelgke
uitzonderingen en die zjjn gelnkkig niet
zeldzaam. Maar wat zeggen de dames-leze
ressen dezer courant wel van't geval, 'twelk
zich in dese stad van alt jjd-haast-hebbende
handelsmenscben heeft voorgedaan en dat
thans aan een streng onderzoek wordt
onderworpen, nam. dat een kantoorbediende
zich in zóo krasse bewoordingen tegenover
de dame, die met de bediening van het
telefoontoestel belast was, heeft uitgelaten,
dat deze zich genoodzaakt heeft gezieD,
den directenr met een en ander in kennis
te stellen? Kunnen deze meisjes dan soms
alle roependen geljjk te woord staan of
moet vooral in eens stad, waar van de
telefoon zoo drnk gebruik wordt gemaakt
de een niet na den ander bediend worden
Ik zon niet gaarne de ergerlgke beleedi-
gingen en hoogst onvoegzame uitdrukkin
gen willen herhaleo, die dat ongeduldig
heerschap de dame toeriep, maar zijn de
dames-lezeressen dazer courant het niet met
mjj eens, dat ook de emancipatie heeft
rnedeg werkt om dergelgke onbeschaamd
heden tegenover dames tot de mogeljjkheden
te doen bshooren Mjj dankt van wel en
hiermede hoop ik ma tevens te hebben
gezuiverd van de verdenking, die men wel
licht tegen mjj had kannen opvattenvan
naar iets als vrouwen-kiesrecht heenleidende
sympathieëa te koesteren.
Yoor kort heeft het Hof der Ssine uit
spraak gedaan over eenige jongelieden, die
op Socialistische wgze een bezoek brachten
bij 't Kamerlid V a i 11 a n t (een Socialist).
Deze bezorgden hem dan de onaangename
verrassing, als goede aanhangers der anti
kapitalistische school, de Socialistische
denkbeelden over het mjjn en djjn op hem
toe te passen. Y a i 11 a n t hing deze aan
doch had ze zelf niet io toepassing gebracht.
Zjj vonden in zjjne nog niet genaturali
seerde villa juweeien en effecten. De be
zoekers namen er mee; de politie pakte
hen dan als gewone dieven op, de rechter
veroordeelde hen als zoodanig.
En Vaillant? Deze getuigde niet tegen
hen (volgens de booze wereld, dat men een
loopje met hem nemen zou).
Zij i» eene vriendin van mijne oudste zuster
en bijna even lieftallig als hare mosder. Het
rijtuig is reeds besteld en ik kan u niet leg
gen, hoezeer ik mij op dit uitstapje verheug.
Niet waar, u gaat mee?//
»Ik hoop het.//
//Madame Wullbradt meende, dat de rit te
vermoeiend zoude zjjn voor men Amy barstte
bijna uit in tranen, toen ik haar beslist tegen
sprak. Gelukkig hebben we in freule Von
Huber een voortrefielijken bliksemafleider.
"Er heerschte altijd eene gespannen ver
houding tusschen deze twee dames. Dikwijls is
de stomme strijd, dien deze twee met elkan
der voeren, uiterst vermakelijk. O, sedert acht
dagen leven we compleet op voet van oorlog.
Madame ziet zeer nadenkend uit en sehjjnt
zeer doortastende maatregelen te willen nesten;
met Emmv Von Huber is een zeer woelig ele
ment gekomen te midden van hare anders zoo
vriendelijke «chaar. Freule Von Huber heeft de
heele bestaande orde overhoop gegooid! Zjj
ontwikkelde andere gedachten, die volgens haar
veel beter zijn en handelt tamelijk eigenmach
tig tegenover de goede, respectabele dame. Ik
geloof, dat onze directrice het plan heelt op
gevat deze brekespel weg te zenden.//
"Maakt zjj 't dan werkeljjk zoo bont?"
"Ja, al te bont maar daar zie ik juist
mjjn broeder met den assessor Buchhall aan
komen, zullen wij hen uit den weg gaan?//
(Wordt vervolgd.)