NIEUWE
ïïagBlaó voor iSltlooró'-en Suió-^Collanó.
Het Arbeiders-Vraagstuk.
No. 2645
Vrijdag 2 April 1897
22ste Jaargang
BUITENLAND.
Van 16 regels 50 Cents
Elke regel meer 7^
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant.
België.
Duitschland.
Engeland.
Rusland.
Griekenland.
BRUT.
ABONNEMENTSPRIJS
Pei 8 maanden yoor Haarlem.
Voor de overige plaatsen in Nederland £r p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlyke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BÜESAïï: St. Janstraat Haarlem.
1,10
1,40
2,80
0,03
AGITE MA WON AGITATE.
FBIJS DEB. ADVERTENTIBN.
Kedaoteur-Uitgever, W. KüPPEBS.
Het kau misschien verwondering wek
ken, indien wij zeggen dat de schoonste
sociale lofrede op de Katholieke Kerk in
de 18e eeuw is voortgekomen uit den mond
van den goddeloozen Voltaire. Twee ge
voelens, die altijd samengaan, kenmerken
het moderne ongeloof: de haat tegen God
en de minachting van het volk. In brutale
bewoordingen riep de goddelooze Vol
taire op zekeren dag uit, da,t het Katho
licisme de godsdienst was van daglooners
en dienstknechten.
Door deze spottende woorden te uiten,
meende hij het Katholicisme te berooven
van zijne waardigheid en, volgens zijne
geliefkoosde uitdrukking, in het slyk te
verstikken.
Ongetwijfeld vermoedde hij niet, dat hp
met deze woorden aan de Kerk een ge
tuigenis gegeven had, hetwelk haar beste
en meest aangrijpende glorie uitmaakt.
Van den Christus af, die allen tot zieh
riep die belast en beladen warenvan
den wereldapostel, Sint Paulus af, die al
bedelend gevaarvolle tochten ondernam,
om zelf aan de behoeftige Christenen de
aalmoezen te brengen, welke hp verzameld
had; tot Z. H. Leo XIII toe, wiens stem
heeft weerklonken ten einde te protesteeren,
zooals hij het zelf uitdrukt, tegen de on-
menschelpke meesters, «die den ontelbaren
proletariërs een slavenjuk op de schouders
leggen.is het de weergalooze eer van
de Katholieke Kerk, dat zij in elk tijdperk
van haar bestaan met moederlijke kracht
de rechten heeft verdedigd van hen, die
hare bevoorrechte kinderen zijn, de rech
ten heeft verdedigd van den arme en van
den werkman.
Ja, indien het Christendom ophield bij
uitstek de godsdienst van den werkman
to zijn, dan zou het zijn karakter verloo
chenen en in zijne goddelijke zending te
kort schieten.
De moeielpke arbeid des levens, het lij
den en de rampen dezer aarde, de maat
schappelijke ongelijkheden zijn even zoo
vele wonden, door de zonde onzer eerste
ouders toegebracht aan de menschelijke
natuur. Deze smartelijke wonden heeft de
goddelijke Voorzienigheid tpdens dit aard-
sche leven wel niet gsiieel en al willen gene-
FBU1LLSTON
Het verlaten kind,
door L. e. O.
4.
«Hoe kunt gij zoo iets vragen?// antwoordde
Fnts in hare plaats. //Zij beet Popje en anders
zegt zjj niets. Wilt gij het kind hier houden,
mijnheer Koorn, totdat de lieden gevonden wor
den, aan wie het toebehoort?//
Maar mjjnheer Koorn was slechts matig ge
sticht door dit aanbod. Hij drukte de pen wat
vaster achter het oor en zeide//met dien last
wil ik mij nu liever niet beladen. Er moest zich
eens niemand aanmelden wie weet, welke
landloopers dat kind achtergelaten hebb .n en
dan zat ik er mee te kijken.//
//Schaam je toch, mijnheer Koorn," riep Die-
pendaal. //Ik ga dadelijk je vrouw roepen die
zal je wel tot meer menscheljjke gedachten bren
gen. Neem bel kind maar aan op mijne verant
woording. Als er niemand komt om haar op te
eischen. zal ik de kosten harer opvoeding wel
betalen 1
„Wel, mjjnheer de Baron, dan heeft de kleine
al dadelijk een tweeden vader, behalve Frits.
Allemaal mijn vader, zooals het in de Regiments-
doohter staat. Maar neem mij niet kwalijk, de
rechte weg is toch wel, dat wij de politie met
het vo rval in kennis stellen. Ga met dat schreeu
wertje maar eerst daarheen, Frits."
Frits nam het kind, dat nu niet meer tot rust
te brengen was, op deu arm en droeg het in
zen; maar toch is het Christendom belast
om deze pijnlijke wonden te verzachten,
door de olie en den wijn der barmhartig
heid, op het voorbeeld van den goeden
Samaritaan, in die wonden te gieten. Zoo
lang er op deze wereld een arme zijn zal,
die in het zweet zijns aanschijns zijn da-
gelijksch brood moet verdienenzoolang
er menschen leven zullen, wier levenspad
met beproevingen en rampen is bezaaid;
zoolang zal de Kerk, bewust van hare
hooge zending, trachten om het levenslot
der menschen te verbeteren en hen deel
achtig te maken aan de tijdelijke welda
den der verlossing.
De Kerk beoefent de liefde onder aller
lei vormen, zoowel door hare verschillende
instellingen als door hare waarschuwingen
en raadgevingen.
Wat al bedriegelijke dwalingen, mis
bruik makend van de kracht der woorden,
verschalken en misleiden de goede trouw
van den werkman ten nadeele van zijn
welstand! Wat al verlokkende utopieën,
die voorwenden de zaak van den werkman
te dienen, dreigen zijn levenslot nog druk
kender te makenWelnu, de Kerk wendt
met den grootsten ijver alle pigingen aan
om den werkman aan deze dreigende ge
varen te onttrekken.
Vraagt het aan den groote n Opper
priester, die tegenwoordig de Kerk bestuurt
en die zoo terecht de Paus der werklieden
genoemd wordt; vraagt hem, wat voor
hem de eerste beweegreden was om zijne
veroordeeling uit te spreken over het
socialisme; en Leo XIII zal u antwoorden,
dat vóór alles het belang van den arme,
de toekomst van den werkman hem den
mond geopend heelt.
De volksmenners van onzen tijd hebben
de onbeschaamdheid om u het collectivisme
voor te stellen als het algemeene genees
middel, dat een einde maken moet aan
het lijden der arbeidende klasse. Maar
de Kerk, zij bemint den werkman met
eene te zuivere en onbaatzuchtige liefde
om hem te vleien met heillooze verlangens
en weuschen, waarvan zij reeds bij voor
baat de noodlottige gevolgen heeft inge
zien. Toegerust met eene ondervinding
van achttien lange eeuwen, bezield met
eene oprechte, moederlijke liefde, die enkel
en alleen het geluk harer kinderen ver
langt, roept zij ons door den mond des
Pausen toe: Pas op, o werklieden, past
huis. De officieren, die zagen, dat de zaak
nu een heel prozaïschen keer nam, begonnen
er spoedig minder belang in te stellen. Koorn
echter liep zelfs naar den Burgemeeder om te
zorgen, dat de last, die hem op het punt stond
op den hals geschoven te worden, van hem werd
afgenomen. De Burgemeester schudde bet hoofd en
was van meening, dat men voorloopig het kind
moest besteden bij brave menschen en bet beste
misschien bij den Boschmolenaar. De ouders of
bloedverwanten van het kind, die het waarschijn
lijk verloren hadden, zouden zeker nasporingen
doen vooral in de streek waar het kind verloren
geraakt was, en misschien waren zij reeds aan
den Boscbmolen geweest om na te vragen. Ze
ker was het het raadzaamste het kind weder
mede te geven met den knaap, die het gevon
den had met een schrijver van ambtswege, het
kind voorloopig te verzorgen tegen vergoeding
der te maken kosten. In ieder geval zoude eene
oproeping geplaatst worden in het weekblad en
in de omstreken een onderzoek worden ingesteld.
//Is het een boerenkind naar zijne kleeding
te oordeelen?// vroeg de Burgemeester.
Koorn wist daarover nog niets te vertellen en
uitte de verdenking, dat het kind door eene
landloopster was achtergelaten.
//Dan moest zij het ges olen hebben! Haar
eigen kind kan het dan niet zijn. Denk maar
eens na, heer zwager," antwoordde de Burge
meester. „Welke moeder zoude in staat zijn,
haar kind in het woud te verlaten, op gevaar
af, dat het zal verhongeren of ellendig omko -
men." Neen, mijn waarde Koorn, dat houd ik
voor onmogeljjk U
op! Het socialisme is een vergiftigde
beker, die gevuld is met een verlokkende
drank. Op den dag, waarop gij uwe
lippen aan dezen beker zult zetten, zult
gij daaruit den dood drinken, terwijl gij
meendet daaruit het leven te zullen putten.
Gij zoekt naar vrijheid en rijkdom en gij
ontmoet niets anders dan diepe ellende en
willekeur zonder wederga.
Het collectivisme is een medaille, waar
van de volksmenners alleen de verlokkende
zijde laten zien; maar de Kerk, zy toont
ook de keerzijde. Hoort, wat Leo XIII
heett gezegd: «Ten einde het kwaad te
genezen, beweren de socialisten, dat alle
eigendom van private goederen moet wor
den afgeschaft, dat de goederen van ieder
afzonderlijk gemeenschappelijk goed van
allen moeten worden en dat het beheer
daarvan moet worden opgedragen aan den
Staatmaar dergelijke leer zal onraogelyk
een einde kunnen maken aan den strijd,
zij zal onrecht plegen aan den werkman
indien zij in beoefening wordt gebracht.
Zij zal geen ander gevolg hebben dan den
toestand der werklieden nog onzekerder te
maki'i, doordat zij aan hen de vrije be
schikking over hun werkloon ontneemt en
door het feit zelf hun ook alle hoop en alle
mogelijkheid ontneemt om hun erfdeel te
vergrooten en hun toestand te verbeteren
In het Belgische leger zal men proeven
nemen met opvouwbare rijwielen. Twintig
man (karabiniers) met een kapitein en
twee luitenants zullen een maand lang
toeren door heel België en niet vaker dan
één dag van elke week Brussel aaudoen.
Op dezen tocht zullen de verschillende
typen van opvouwbare rijwielen worden
beproefd, üe manschappen zullen in de
volledige marsehtenue, met geweer enz,
rijden.
Keizer Wilhelm heeft dadelijk na
zijn terugkomst uit Weimar, den staats
secretaris van Bui'enlandsche Zaken Von
Marschall bij zich ontboden. Gisteren
had de Keizer een langdurig onderhoud
met den Rijkskanselier en den minister
„Het moest ook onmogelijk zijn-,// zeide de
koopman, //maar wij in ons gemoedelijk stadje
hebben geen begrip van de diepte, waarin som
mige menschen gezonken zijn!//
//Welnu, wij zullen ook in deze zaak onzen
plicht doen,// gaf de Burgemeester tot bescheid.
//Uit de maan kan het kind niet in het bosch
gevallen zijn. A's het niet uit deze streek is,
moet de moeder, om wie het altijd schreeuwt,
zich toch hier of daar vertoond hebben.//
II.
Achter de kleine verheffing van den grond,
waarop de vervallen boschkapel stond, daalde
het woud langzamerhand en zeer zacht glooiend
af. In vele kronkelingen werd het doorsneden
door eene beek, de Molenbeek geheeten, naar
den molen, dien zij in beweging bracht. Was
het hoogere gedeelte van het woud van eene
indrukwekkende schoonheid, door de hoóge en
statige olmen en beuken, die steeds en over
al eene trotsche verschijning zijnhet lagere ge
deelte, waardoor de beek stroomde, bezat een
liefelijke aantrekkelijke schoonhei;', die iedereen
verraste, welke die streek voor het eerst zag.
Behalve zij, die er geboren en opgegroeid waren,
kwamen er echter weioigen om die landstreek
te beschouwen en te bewonderen en voor de
inboorlingen had zij hare aantrekkelijkheid ver
loren. Het lagere gedeelte was slechts een uur
lang, maar op deze kleine, uitgebreidheid bood
het eene rijke afwisseling van bekoorlijke land
schapjes aan.Prozaïscbe gemeederen kunnen de in
druk niet begrijpen, dien de r.atuur vaak te
Hollmann. Al die gesprekken brengt
men in verband met den ernstigeu toe
stand in het Oosten.
Er loopen geruchten dat de Duitsche
vloot nu heusch zal worden teruggeroe
pen uit de Grieksche wateren.
De Engelsche Regeering heeft bevelen
naar Malta gezonden om het daar in gar
nizoen zijnde bataljon Welsh Fusileers ter
sterkte van 600 man, onverwijld gereed te
i houden om onmiddellijk te worden inge
scheept naar het eiland Kreta.
Uit Kaapstad (Zuid-Afrika) wordt ge
meld, dat de Engelsche vloot in de Simons-
baai bevel heeft gekregen zeeklaar te
wezen op den lOen April. Admiraal Raw-
son, die een bezoek brengt aan den Rand
is onmiddellijk terug ontboden.
De legerafdeelingen te Odessa, Twer en
Warschau hebben bevel gekregen zich
marschvaardig te maken en de garde te
St. Petersburg zal als reserve naar War
schau gezonden worden.
Waarom de troepen dit bevel ontvingen
en tegen wien ze moeten oprukken, weet
niemand en toch kan een ieder begrijpen,
dat de Russen gereed willen staan als de
erfenis van den Sultan te verdeelen valt.
Het geheele land is gelijk aan eene ka
zerne, de bevolking is, om ons zoo uit te
drukken, strijdvaardig. Ten hoogste opge
wonden over het onrecht, dat de zes
groote Mogendheden het land der Helle
nen aandoen, verlangen oud en jong naar
het uur waarop de oorlog met de Turken
een aanvang zal nemen.
Ook op het eiland Kreta syn de aldaar
gelegerde Grieken nog steeds vol vuur.
Kolonel Vassos heeft Koning George
een rapport gezonden, dat met groot ge
vaar door een ofiicier in eene kleine boot
werd overgebracht. De kolonel rappor
teert dat het moreel en de tucht der
troepen boven allen lof verheven zijn, en
dat hij nog voor geruimen tijd van alles
genoeg heeft. Hij hangt een treurig tafe
reel op van den toestand op het eiland;
er zyn gezinnen die veertien dagen lang
weeg brengt met de eenvoudigste middelen.
Eene verzakking van het dalniet steil, niet
diep; beuken en altijd maar beuken; eene beek,
die niet vreeselijk schuimt, geen waterval vormt,
en wat groen grasland, wat is daarvan nu te
maken? En tocb, het zijn maar zeven tonen,
waarmede de kunstenaar de verrukkelijkste har
monieën schept en een tooverwereldj ontsluit! Wie
een oog had voor de natuur kon in dezestreek
bij iedere wending der blik een nieuw afgeslo
ten tooneel bewonderen, en van den jongen
Diependaal hadden zijne kameraden een weinig
spottend verteld, dat hjj, toen hij den Boschmo
len voor het eerst zag, van bewondering de teu
gels had laten vallen en daardoor zelf bijna van
zijn vurig paard gevallen was. Maar de Bosch
molen was dan ook beslist het mooiste punt
van de vallei. Men zag ze niet, voor men er
geheel dicht bij kwam, al hoorde men sinds
lang het klepperen der raderen. Het dal maakte
hier eene sterke wending en vormde een ketel,
door zacht glooiende wanden van allerlei vorm
en gestalte ingesloten. Dicht aan den rand, waar
de bodem weder vlak en breed begon te worden,
en de beek nog in hare enge bedding was be
sloten, lag de molen, met haar dubbel stel ra
deren. Een paar gebouwtjes voor den landbouw
bestemd, sloten er zich bij aan. Alles zag «r
zindelijk en net en nog nieuw uit. Een kleine
tuin lag er bij.
Wcrdt vervolgd.)