No. 2647.
Maandag 5 April 897
22ste Jaargang
HDag6laó voor <3ïoorè* on 3/uió-óCollanó
AANEENSLUITING.
BUITENLAND.
BU R E AU: St. Jansstraat. Haarlem.
K.
Het verlaten kind,
Amerika
Duitschland.
Zwitserland.
Frankrijk.
Engeland.
Italië.
Turkije.
Onlusten in het Oosten.
(si! HI IT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor d? overige plaatsen in Nederland franco per post
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
i 1,10
1,40
2,80
0,03
F.
Nog korten tijd, en de oude Volksver
tegenwoordiging heelt afgedaan. Zij moet
gehoorzamen aan de natuurwet, dat alles
zjjn tijd heeft en na zijn taak verricht
te hebben, moet wijken, voor hetgeen
volgt, voor het nieuwe.
Zullen wij het heengaan dier oude
Kamer betreuren? Zullen wij haar wel
licht terugwenschen?
Op die vragen kan nog geen antwoord
worden gegeven, omdat het onzeker is,
wat de nieuwe parlementaire periode zal
brengen. Vol verwachting staren de voor
mannen der verschillende politieke rich
tingen in de nog omsluierde toekomst
en maken reeds gissingen omtrent de
resultaten van den aanstaanden verkie
zingstijd, doch zoolang deze kamp niet
is beslist, doet men verstandig zich niet
te rooskleurige of sombere voorstellingen
te maken van de nieuwe staatkundige aera.
Allereerst dient het oog gericht te
worden op den komenden strijd, die zeer
zeker hevig zal zjjn en meer dan ooit
te voren in ons vaderland de hartstochten
in beweging zal brengen. Naast het
betoon van beginselvastheid en energie
zal uien gewis voorbeelden van beginsel
verloochening en ontrouw moeten aan
schouwen. Hopen wij voor de eer van
ons volk, dat vooral aan onze zijde geen
onedele motieven worden aangevoerd en
geen booze hartstochten worden opgewekt!
In een der politieke strjjdkampen heeft
het: «Te wapen!» reeds weerklonken.
De liberale organen bevatten j.l. Donderdag
een door \ele liberalen uit het geheele land
geteekend stuk, waarin werd opgewekt
tot «aaneensluiting».
Dat was een wapenkreet, die zeker zjjn
uitwerking niet zal missen. Op de ge
wone snoevende wjjze brengen de onder
teekenaars van dat stuk het verleden
der liberale staatkunde in herinnering
om daarna te wjjzen op de bel iften,
welke in dat verleden zouden zjjn beslo
ten. Het zou ons niet moeilijk vallen
te be wjjzen, dat op dat verleden heel wat
is af te dingen en dat juist het verleden
van de liberale richting de noodzakelijk
heid deed geboren worden van het ont
staan van andere partgen, welker voor
standers in de voortzetting der liberale
politiek een gevaar zien voor land en volk.
Maar wjj achten het onnoodig thans
te treden in eene beschouwing der liberale
politiek, zoomin van het verledene als
van de toekomst. Dat wjj ons gelukkig
mogen rekenen op staatkundig terrein te
bezitten eene goed aaneengesloten keur
bende, die een vast omljjnde beginsel
verklaring heeft geformuleerd, welke in
oprechtheid, degeljjkheid en uitvoerbaar
heid het verre wint van de vage libera
listische theorieën, is in onze oogen de
beste veroordeeling van de politiek, die
zoo lange jaren in ons land toongevend
is geweest en de hoofdoorzaak moet
genoemd worden van de talrijke geb-eken,
die thans aan onze wetgeving en aan de
inrichting van het Staatsbestuur kleven.
FEV1LLBTON
door L. e. O.
6.
De vrouw had niet het minste de gedachte
gehad, welke bjj haar verweet dat wist hjj
ook wel en zjjn verwijt was volstrekt niet ern
stig gemeend, want hjj lachte met de andere
helft van het gezicht, zooals zjjue vrooljjke na
tuur dat meebracht. Zij gat hem geen antwoord
maar nam het kind, dat zich weder tegen Fr'ts
aandrong, op haren arm eu liefkoosde het. De
kleine liet nu alles met zich doen zij was in
de stad met spjjs en drauk verzadigd geworden
en scheen zich te hebben getroost maar zij
bleef zwijgen.
«Doe maar geen moeite, vrouw,'/ zeide Frits.
«Als zij niet wil, spreekt zij geen woord, al
slaat ge haar dood
«Je hebt ze toch niet geslagen, deugniet
vroeg de vrouw.
Het soheen dat Frits geen zuiver geweten
had «Vraag haar maarantwoordde hij, maar
zorgde niet al te dicht in de nabjjheid der
molenaarsvrouw te blijven. Dan vertelde hjj
alles, w at hjj reeds aan zjjn baas, dien hij onder
weggetroffen had,had medegedeeld. De molenaar
las den brief van den Burgemeester, die hem
verzocht, het kind voorloopig in zjjn huis op
te nemen, aan zijne vrouw voor. Zjj keek haar
man aan en dan eens weder naar de kleine,
die vermoeid het hoofdje aan hare borst liet
Ondanks het fiasco van het liberalisme
zullen zich ook ditmaal velen onder zjjn
vaan scharen en al moge de verdeeldheid
van den laatsten tjjd enkelen van de partij
hebben vervreemd, nu de leuze: «Aan
eensluiting» is vernomen, zullen de kleine
grieven worden vergeten en zal men trach
ten de liberale veste te behouden en te
versterken.
Laat dit voor ons eene waarschuwing
wezen om ons eveneens aan te gorden
tot den strjjd die komt en niet minder
pal te staan bij de verdediging onzer
heiligste beginselen. Het is eene goede
zaak, waarvoor wij strijden zullen, eene
zaak, die niet slechts het algemeen va-
derlandsch belang geldt, maar ook onze
persoonlijke belangen, onze Kerk, ons
huisgezin, onzen werkkring. Reeds te lang
hebben wjj ons moeten voegen naar de
liberale instellingen en zijn wij geregeerd
volgens liberale wetten door liberale per
sonen, die onze wenschen miskennen en
onze rechtmatige verlangens veronacht
zamen. Behalen de liberalen weder de
overwinning, dan zal het parlementaire
tjjdperk, dat wij tegengaan, slechts eene
voortzetting wezen van het tegenwoordige
en moeten wjj ons opnieuw aan de libe
rale opperheerschap pij onderwerpen.
De Katholieken kunnen dat verhoeden,
indien zjj slechts zonder bijoogmerken
tronw deelnemen aan den komenden strjjd.
Wjj vleien er ons niet mede, dat de mo-
geljjkheid zou bestaan om in de nieuwe
Kamer een Katholieke meerderheid te bren
gen. Dat zou eene overschatting wezen
van eigen kracht, maar wel zjjn wij in
staat in de Kamer een zoo groot aantal
plaatsen te bezetten, dat meer dan thans
rekening met ons moet worden gehouden.
Dan zulleD de liberalen niet geheel eigen
machtig kunnen optreden en alleen naar
eigen inzichten kunnen handelen.
Maar om dit succes te bereiken, moeten
de kiezers zich op een algemeen stand
punt kunnen plaatsen wat betreft de
bevrediging van persoonljjke wenschen. Wjj
hoorden in den laatsten tjjd meermalen,
dat door sommige maatschappeljjke groe
pen het steunen van een candidaat af
hankelijk werd gesteld van zijn zienswijze
omtrent het bijzonder belang, dat deze
groep had vereenigd. Om hiervan slechts
éen voorbeeld te noemen, wjjzen wjj er
op, dat de openbare onderwjjzers zich
hebben verbonden bjj de aanstaande ver
kiezingen slechts aan die candidaten steun
te verleenen die hen willen helpen in
hun streven naar het verkrijgen van een
pensioenfonds voor h .in weduwen en wee -
zen. Hoe nuttig en noodzakelijk men zulk
een fonds ook kan noemen, wij zijn van
meening, dat deze quaestie niet bjj de
algemeene verkiezingen ter sprake mag
komen. Dit is eene zaak van particulier
belang en heeft niets te maken met de
richting, in welke het Staatsbestuur voor
het vervolg moet worden voortgezet.
Zoo zijn er nog zooveel andere bjjzon-
dere belangen, welke men gaarne van
Regeeringswege zag bevredigd en die men
zal trachten bjj de aanstaande verkiezin
gen voorop te stellen. Het is te wenschen
rusten en maak'e daarna nog eenige beden
kingen, vooral hierover, dat de Burgemeester
haar, zonder eerst te vragen, iets oplegde, waar
toe zjj volstrekt niet verplicht was.
«Wat praat je toch Greta,» vroeg haar man.
«Wil je kaatsebal spelen met h^ kleine ding
en het weder naar deu Burgemeester terug
zenden
De vrouw antwoordde niet, maar bracht het
kind naar hare kamer, waar zjj het voorloopig
in haar bed legde en er bij bleef tot het sliep.
Zoo was dan het verlaten kind in de «Bosch
molen» in zekerheid gebracht en het was maar
de vraag of niemand het zoude komen opvor
deren, of dat de nasporingen der politie vruch
teloos zouden zjjn? De kleeding der kleine,
die de vrouw dadeljjk bad onderzocht, maakte
het eerste al dadeljjk zeer twijfelachtig. Uit
een der dorpen in de buurt of uit een der
hutten in het woud was bet niet afkomstig;
de kleeding was wel grof, maar op eene ma
nier gemaakt, zooals men in de buurt niet
gewoon was. Zjj ontdekte zelfs een zjjden lin',
wel wat verschoten, waarmede het haar opge
bonden was geweest en het linnen van het
hemdje was fjjner dan het hare. Dat was geen
kind van eene boerin, het behoorde aau eene
vrouw uit eene andere volksklasse, hetzij eene
landloopster of niet. «Man,» riep zjj, //dat kind
hebben wjj ons op den bals gebaald en zullen
wij er op houden I«
oe maar niet, alsof je er mee in je maag
zit, Gieta,« zeide hjj en gaf haar lachend een
slag op den schouder, «je ziet immers het kind
al aan, als een geschenk van den hemel.»
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels. 50 Cents.
Elke regel meer7Ht»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Con taat.
Hoojdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale Publicité Etrangère
G L. DA UBE 4- Co. JOHNF.JONESSucc., Pans Slbis Faubourg Montmartrt
AGITE MA NON AGITATE.
dat aan onzen kant hieraan niet wordt
medegedaan. Het program der Katholieke
Kamerleden bevat, naar onze zeer stellige
meening, meer dan voldoende om in de
eerste jaren t6 dienen - als het ideaal,
welker verwezenljjking moet worden na
gestreefd. Wie meer verlangt, vraagt in
onze oogen te veel en heeft geen recht
om het tot stand komen dier onvervul
bare wenschen te verlangen.
Bovendien leiden al die buitensporige
eischen de aandacht van de hoofdzaak af!
Door het oog te richten op allerlei klein
geestige en bekrompen wenschen, welke
zich hoofdzakelijk beperken tot lotsver
betering van enkelen ten nadeele van ve
len, vergeet men de eerste eischen voor
een verstandig bestuur des lands en waar
dan aan den eenen kant kleine voordee-
len zouden worden behaald, zou men aan
de andere zijde groote nadeelen teweeg
brengen.
Voor onze kiezers klinke dan ook het
signaal «aaneensluiting» krachtig en luide,
en verkondige het, dat trouw aan ons
vaandel voor allen de schoonste resulta
ten moet opleveren. Tegenover het oude
liberalisme, zoowel als tegenover den
wassenden stroom van radicalisme en so
cialisme, houden wjj stand als getrouwe
zonen der Kerk, die, sterk door hun ge
loof en hun liefde, onze eeuwenoude en
beproefde beginselen met fierheid en man
nenmoed verdedigen.
Dan za', indien wjj bjj de verkiezingen
overwinningen bevechten, dit de heerlijke
belooning voor onze toewjjding zjjn, eu
waar wjj de nederlaag ljjden, zullen wij
ons kunnen troosten met de gedachte,
voor de goede zaak te hebben gedaan wat
in ons vermogen stond.
Te Guadalajara in New-Mexico is dezer
dagen een man gestorven, die den eer-
biedwaardigen leeftjjd had bereikt van
154 jaren.
Jesus Campreche was in 1742 in
Spanje geboren e i hjj kwam in de Ver-
eenigde Staten op 24jarigen leeftijd. Hjj
woonde op zjjn ouden dag in bij zijnen
achter-achter-kleinzoon en had in zjjn
bezit afschriften van het kerkeljjke register
uit Valadolid, Spanje, waarin de datum
van zijne geboorte en van zijnen doop
werd aangegeven. Campreche was
tot het laatste toe in het volle bezit
zjjner geestvermogens. Hjj verhaalde dik
wijls gebeurtenissen, die hij had bjjge-
woond uit de vorige eeuw. Een priester
uit de gemeente, waar hij ter kerk ging,
en die nu 86 jaar oud is, zegt dat hij
Champreche als een oud man kende
toen hij nog een jongen was.
De oude heer Von Bismarck heeft
zijn 82ste verjaardag gevierd in tamelijk
goeden doen, wat zjjn gezondheid betreft,
«Nu, wjj kuonen het niet weder in het bosch
terugbrengen,» antwoordde zjj. «Als Christenen
zeker zjjn wij reeds verplicht voor het onschul
dige wurm te zorgen. Al heeft het misschien
eene slechte moeder gehad, dat kan bet kind
toch niet helpen!»
«Juist zoo! Wie weet, hoe dat alles terecht
komt. Men moet geen kwaad van de mensoheD
denken, vrouw, wanneer men het niet zeker
weet I»
«Je zult eerst eens met den heer pastoor
moeten gaan spreken. Het kind is misschien
niet eens gedoopt en «popje» kan het toch
niet heeten, tot wjj het groot gebracht hebbe
«Aha! Je denkt dus, het kind groot te
brengen?» lachte de molenaar. //Nu als ze
gojd groeit en u da weldaad met dankbaarheid
vergeldt, kan je ze als kind aannemen en haar
den molen nala'en. Frits kan dan later doen,
geljjk ik gedaan heb.»
«Je bent niet wjjs, man,» zeide de mole
naarster, maar moest toch innerlijk lachen
om zijne vergaande plannen.
De molen behoorde parochiaal onder het dorp,
dat aan den anderen kant van het dal lag.
Zoo haast de molenaar den volgenden dag tjjd
had, maakte hjj zich op weg om met den heer
pastoor te gaan praten over de kleine, die op
zoo wonderbare wijze in hun huis was gekomen.
Hjj vond den herder in zijn tuin, zjjn brevier
biddend.
«Hé, mjjn beste Klaassen, riep hij uit, toen
hij den molenaar zijn pnëel zag naderen. «Wat
voert u hierheen? Ik zie u zelden in mijne
pastorie.»
Hij ontving van keizer Wilhel m eene
harteljjke felicitatie en van de «getrou
wen» uit Jever de traditioneele kievits-
eieren, vergezeld van het volgende versje:
«De Welt ward old, de Tied vergeiht,
Dankbarkeit aber un Trö besteiht
So schickt veel Gliiekwiinsch mit Hart, un Hand
Ok hiit' de Getreunen van Jeverland.»
Te Heidelberg is met groote feestelijk
heid het Bismarclc- Denkmil onthuld.
Heerlijk zacht weder doet de sneeuw
op de bergen zeer snel smelten, zoodat,
op verschillende plaatsen het land over
stroomt. Er is aanzienlijke schade aan
gericht; veel vee is verdronken, geleidingen
en spoorwegen zijn beschadigd, en in
sommige huizen staat het water tot aan
de eerste verdieping. Op enkele bergen
hebben groote steenafscbuivingen plaats.
Van den berg Convers stortte een massa
van 500 kubieke meter naar beneden.
Eene fabriek wordt er ernstig bedreigd,
de gebouwen zijn reeds ontruimd.
Van de schipbreukelingen der veron
gelukte Ville de Saint Nazaire zijn zes
tien man van de equipage gered waaron
der de kapitein Joseph Nicolaï. Een
Engelsch stoomschip heeft de veronge
lukte schepelingen in deerniswaardigen
toestand opgenomen en aan land gebracht.
Onder de zestien geredden waren twaalf
negers.
De goede lieden hebben in de sloep,
nadat het schip gezonken was, de grootste
ellende uitgestaan. Een cycloon heeft ze
overvallen, en afgeslagen van de andere
booten. Honger en vooral dorst teister
den de ongelukkigen, die hallucinatiën
en vizioenen kregen. Zeven zijn krank
zinnig geworden en gestorven, negen zijn
doodgevroren. De kapitein had de weinige
scheepsbeschuit in rantsoenen verdeeld,
en de zeilen ingehaald, om die als dek
king te gebruiken.
De akeligste gewaarwording hadden zij
gehad van het voorbijvaren van een schip,
dat geweigerd zon hebben hnlp te bieden.
Toen eindelijk een reddingsboot hen op
nam, waren zij volslagen uitgeput en was
d9 kapitein de eenige, die zijn verstand
nog bij elkander had. De vreugde over
het zien van de naderende boot maakte
een der negers zoo opgewonden, dat hjj
te water sprong en verdronk.
Tegelijkertijd dat zij te Havre arriveer
den, zijn te Hamburg eveneens vier ge
redde schipbreukelingen aangekomen,
waaronder de kapitein Jacquenau. Van
dezen zal men moeten vernemen, of het
feit van de weigering der hulp waar is,
dan wel ook eene hallucinatie van de
schepelingen is geweest.
De verhouding tusschen Engeland en
de Zuid Afrikaansche Republiek wordt
bij den dag meer gespannen.
De Engelsche Regeering schjjnt beslist
«Ik maak het u niet gaarne lastig, mijnheer
pastoor," antwoordde de molenaar. »U hebt
toch werk genoeg In de kerk zal mjjnheer de
pastoor mjj echter niet gemist hebben.»
De pastoor reikte hem de hand m t dien
vriendelijken lach, die hem eigen was gewor
den en hem slechts zeer zelden verliet. «Gij
zijt nog een man van den %uden stempel,
vriend Klaassen Zeg maar, wat gij op het ge
moed hebt of waarmede ik u van dienst kan
zijn?»
«Op het hart heb ik niets mijnheer de pas
toor, maar wjj hebben ons een kind op den
hals gehaald, dat mijn Frits in het bosch heeft
gevonden het was verdwaald of achtergelaten,
en volgens het verlangen van den Burgemeester,
hebben wij het in huiopgenomen. Heeft mijn
heer de pastoor er reeds iets van vernomen?
«Zeker waarde vriend Klaassen. Het is eene
wonderbare geschiedenis. Nog geen half uur
geleden heb ik den Burgemeester uit de stad
bij me gehad. Alle nasporingen waren tot
nog toe te vergeefsch. Slechts een enkele
lichtstraal valt te constateeren maar datbetee-
kent nog niet veel. De schaapherder van
Siereaberg heeft voor enkele dagen eene vrouw
met een kind in de omstreken van het kasteel
zien ronddwalen. Het was echter in de sche
mering en van bet uitzicht der vrouw had hij
niet veel kunnen vertellen, zoodat van alle
bloedverwanten, die de kleine bljjkbaar hebben
achtergelaten, niets bekend is.
«Goed mjjnbeer de pastoor. Misschien wordt
bij ben eenmaal bet geweten wakker en komen
zjj te voorschijn. Ondeitusschen zullen mjjn
vijandig tegen de Transvaal te willen
optreden, sommige bladen zetten zelfs de
Regeering aan tot een gewelddadig optre
den tegen de Bóeren-Republiek. De Globe
spoort den Minister Chamberlain aan
om krachtig op te treden nu de nutte
loosheid is gebleken van de «Snaviter in
mode» politiek. Het is duideljjk, zegt
het blad, dat de regelen der diplomatie
weinig uitwerken met personen als de
heer Kruger en wij beleedigen onze
natie en onze kolonisten door te trachten,
om van de TransvaOsche Regeering onze
rechten te verkrijgen door argumenten.
De Globe wil de kracht van de Boeren,
die zich zeer natuurljjk tegen de Engelsche
overheerschingsmanie wapenen, gebroken
zien. Het blad meent dat de Regeering
der Transvaal de Conventie geschonden
heeft en wil dat Engeland desnoods met
geweld van wapenen, vast moet houden
aan de rechten, welke aan Bcitsche on
derdanen door de Conventie worden ver
leend.
Het vereenigde koninkrijk Italië levert
in onze dagen niet veel goeds. De boel
is totaal bedorven, meer en meer wordt
geklaagd over de onveiligheid, vooral in
den omtrek van Rome. Gevallen van
straatroof komen zelfs binnen Rome bij
herhaling voor.
Wat echter nog niet onder de vele
schandalen is dagewesenvalt nu te ver
melden. In de gemeente San Paulo is
de burgemeester, een tot dusver algemeen
geacht man, in hechtenis genomen wegens
een roofaanval op een rijken landeigenaar
uit den omtrek. Kan het nog ellendiger
En dan smaadt en hoont men onbe
schaamd het zegenrijk bestuur der Pausen,
thans vervangen door eene bende for
tuinzoekers van allerlei soort. GeeD
fatsoenlijk man durft zich meer zonder
bescherming huiten Rome te wagen.
In verschillende moskeën te Konstan-
tinopel zjjn plakkaten uitgevaardigd van
5 Jong-Turken, waarin de Muzelmannen
tot opstand worden aangezet.
De toestand op het eiland Kreta blijft on
zeker en wordt bij den dag ellendiger. De
Kretenzers beschermen hun geboortegrond tegen
over den Turk, worden uitgeplunderd en ont
vangen van de Europeesche machten niets an
kiers dan schoppen en trappen. Attaqueeren zij
de Turken dan vliegen heu de bommen der
Europeesche oorlogsschepen om de ooren.
Griekenland, dat de Kretenzers als stamver
wanten ter hulp is gesneld, wordt in alles ge
dwarsboomd door de Internationale vloot en
He zes Groote Mogendheden beletten de Be-
geeriag te Athene elke onderhandeling met de
Porte omtrent de Kretasche-quaestie.
Het denkbeeld van de Porte om rechts-
streeks met Griekenland te onderhandelen door
prins Karatheodorry pasja naar Athene
te zënden, is naar men zegt ook al door de
inlriges der Mogendheden opgegeven.
De Mogendheden voeren niets of bijna
niets uit. Nu beet het weer dat zij onderhan
delen met het terugtrekken der Turksche troe-
vrouw en ik als goede christenen voor het kind
zorgen. Wjj hebben immers zelf geen kinderen.»
«Dat is zeer braat van u gehandeld,// zeide-
de pastoor en drukte den molenaar nogmaals
de hand.
«Het is immers een meisje?"
«Esn meisje, ja, van een jaar of drie, vier.
Zjj praat heel verstandig, nu ze een beetje
vertrouwen begint te krjjgen; maar vertelt ook
allerlei wartaal, waaruit men niet wjjs kan
worden.»
//Zeker allerlei verwarde herinneringen,"
zeide de pastoor. «Wartaal, natuurlijk, voortge
bracht door de kinderljjke verbeelding. Ik zal
u zelf eens komen bezoeken, vriend Klaassen
en met het kind praten.»
«Doe dat, mjjnheer de pastoor. «Maar uit
het meisje zult gij niet veel uitkrjjgen. Tegen
over vreemden is zjj zeer geslotendan helpt
noch bidden noch dreigen. Frits kan nog het
beste met haar omgaan."
«FritsOver dien knaap moet ik eens met
u praten, vriend Klaassen. Die heeft wat stren
ger tucht noodig!»
«Daaraan ontbreekt bet niet,» antwoordde
de molenaar.
«Daarover praten wjj wel eens nader. Nu
verder over het kind!»
«Ja, eerwaarde, daarvoor ben ik ook hier
gekomen. Wat moeten wij met den naam be
ginnen? Het kind schijnt niet eens een naam
te hebben. Als men naar baar naam vraagt ant
woordt zij«Popje.» Dat kan toch geen christe
lijke naam zjjn, mijnheer de pastoor.»
Wordt vervolgd