NIEUWE
QagBlaè voor <3Tooró- on Stuiè-éCollanè.
Dr. Schaepman te Rotterdam.
No. 2685
Donderdag 20 Mei 1897.
22ste Jaargang
BUITENLAND,
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
1,10
c 1,40
0.03
Van 1—6 regels50 Cents
Elke regel meer71/»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Eed a c t e ur-U i t g e v e r, W. KiiPPERS.
Zondag heeft de Afdeeling Rotterdam
van den Ned. B. K. Volksbond feest gevierd
ter herdenking van den dag, waarop de
Encycliek Rerun Novarum van Z. H. Leo
XIII de wereld werd ingezonden.
De Rotterdamsche Volksbond had Dr.
Schaepman uitgenoodigd dit feest op
te luisteren en de gevierde redenaar was
gekomen om aan het verlangen der leden
van den Bond te voldoen.
Tegen den middag nam het feest eer
aanvang. De leden trokken met ontrolde
vaandels in optocht naar de groote zaal
van het Verbooplokaal, waar de buste
van Z. H. den Paus en HH. MM. Neêr-
lands Koninginnen op het tooneel te midden
van groen, bloemen en vlaggendoek waren
geplaatst.
Nadat het fanfarekorps eenige nummers
had ten beste gegeven, heerschte in de
zaal, eene feestvreugde, die luide zich
uitte in donderende applaus, toen Dr.
Schaepman binnentrad.
De Voorzitter, de heer Van Rijswjjk
riep Dr. Schaepman het welkom toe.
Hij noemde den dag van het Rerum Novarum-
feest een der gelukkigste dagen voor de
Afdeeling van den Volksbond en bood
Dr. Schaepman, als groot katholiek
Nederlander, als dichter en als staatsman,
het eere-lidmaatschap der Vereeniging aan.
Dr. Schaepman nam het eere-lid
maatschap der Rotterdamsche Afdeeling
van den Ned. R. K. Volksbond met vreugde
aan, hjj zou thans niet meer als vreemde,
maar als lid, zij het als eere-lid der Ver
eeniging optredenhij hoopte een goed wer
kend lid te zjjn, al was het soms ook
iets uit de verte.
In een van gloed tintelende improvisa
tie schetste daarna de gevierde Redenaar
het Encycliekfeest. Hij begon, zegt de
N. Rolt. Ct., met eraan te herinneren, dat
de verjaardag van Paus Leo XIII juist
viel op den herdenkingsdag van Leo den
Groote, die eens de poorten van Rome
verdedigde tegen de benden der Hunnen.
Hjj deed dit als priester, die gelooft in
de eeuwige gerechtigheid, die gerechtigheid,
die haren grond vindt in het geloof aan God.
Wij hebben, zegt spr., ook in onze dagen
weer te kampen tegen Hunnen. Ze doen
zich voor in den vorm van een streven
FBU1LLBTON
Het Gezin van den Dokter.
9 Vervolg
Ongeveer vier jaar geleden was de dokter
'g avonds bij een zieke geroepen, die hem geheel
onbekend was.
Dit was Dahlen, die zich kermend op zjjn
leger omwendde. Een ernstige en pijnlijke ziekte
ha l zün krachtig lichaam aangepakt. Met hel
denmoed droeg hij zijn smarten, doch bezwoer
den arts hem te redden, hij kon, hij mocht niet
sterven. Het gelukte Fromann werkelijk zjjn
patiënt te behouden, en in dien tijd maakte hjj
nader kennis met hem, zonder echter meer over
zjjn doen en laten te weten te komen als de
oude man kwjjt wilde zjjn.
Tjjdens de ziekte maar vooral tjjdens het lang
zaam herstel was de noodzakelijkheid gebleken
van een zorgvuldige verpleging, zoowel bij dag
als bjj nacht.
De oude huishoudster had dit aanvankelijk
op zich genomen, doch was natuurlijk niet in
staat dozen plicht alleen te vervullen. Dahlen
weigerde hardnekkig de hulp eener vreemde zelfs
die eener liefdezuster, wat den dokter op de
gedachte bracht, dat de wonderlijke, wel wat
gierige oude heer tegen de noodzakelijke kosten
opzag. Daarom bracht hij Adèle mede, die in
de familie den naam had een opofferende zie
kenverpleegster te zjjn, en zich ook altjjd gaarne
voor de moeieljjke taak bereid verklaarde.
Dahlen voelde zich tot het zeventienjarige
om de gerechtigheid tegen te werken, of
wel om hun «gerechtigheid» in te voeren.
Ze willen den persoonlijken eigendom af
schaffen en de huisgezinnen vaneen scheuren.
Maar zjj hebben thans weer een Leo
gevonden. Leo XIII staat thans weer op
zjjn post, om hen van de poorten der
heilige stad, d. i. de katholieke maatschap
pij, terug te wijzen en hun toe te roepen
«tot hiertoe en niet verder.»
Leo XIII heeft de kwalen van onzen
tjjd begrepen. Hij heeft ze doorpeild; hij
heeft de ijzeren wet van vraag en aanbod
aangehaald en aangeklaagd, en in zijn
Encycliek ons den weg aangewezen om
uit die kwalen te geraken.
Paus Leo heeft de hebzucht en de
zelfzucht der rjjken veroordeeld en hun
gezegd, hoe hun rijkdom slechts is een
pand, dat zij naar de wetten der gerech
tigheid moeten bestierendat de arbeiders
geen slaven zijn doch allen kinderen van
éénen Vader.
De zonde der menschen heeft de onge
rechtigheid in de wereld gebracht, en de
verschrikkelijke ongelijkheid in 't leven
geroepen; en het is niet zoozeer die on
gelijkheid, die treft, maar méér nog de
stootende, hardvochtige wijze, waarop die
ongelijkheid aan den dag komt.
Aan de armen heeft hij gezegd, dat ze
hun plichten moeten kennen en vervullen.
Ze zijn geen slaven, maar onderdanen.
Hun arbeid moet hun wel verre van een
last, een genoegen zijn, en de wel-vervulde
plicht geeft hun het recht op steun en
bescherming van koning of meester. Maar
dan ook moeten zij niet droomen van de
afschaffing van den persoonlijken eigendom
of dergelijke, doch hun plichten als on
derdanen behoorlijk vervullen.
Zóó heeft Leo XIII den 15 April '91
tot de wereld gesproken, en den weg der
gerechtigheid en van den vrede aangewe
zen. De wereld heeft die boodschap ver
staan en gemaakt tot een levend en vrucht
baar woord. De verschillende uitingen van
sociaal leven hebben zich thans op dien
weg naar de gerechtigheid vereenigd, on
der orde en tucht. De lang gewenschte
éénheid is thans gekomen, welke, grenzen
en taal in aanmerking genomen, een ont
zettende macht vormen, één als de strijders
in willen en weten ei denken. Thans
kunnen Atilla en Heuserik komen,
zij zullen een burcht vinden, waarvan ze
meisje bijzonder aangetrokken, en liet zich ge
willig door haar verplegen. Spoedig ontstond er
eene innige genegenheid tusschen den ouden
zonderling en het jonge meisje, die ook na de
genezing voort bleef duren, en in den loop der
jaren steeds inniger werd. Adèle bracht gansche
uren bij haar ouden vriend door, en bewonderde
gaarne de kostbare verzamelingen op natuurkun
dig gebied, die hjj in zjjn lang leven op zijn
vele reizen bjjeen gebrach t had. Om hem ge
noegen te doen leerde zjj schaken, speelde met
hem of las hem wat voor en ging zelfs met hem
wandelen. Haar zusters plaagden haar met ode
verovering/r die zjj gedaan had, en Bertha ver
wonderde er zich steeds over dat zjj met den
zonderlingen man praten kon, daar zjj zelfs geen
tien woorden in een uur uit hem kon halen.
Maar Adèle lachte met dit alles en verzekerde
dat zij van haar ouden vriend meer geleerd had
als vroeger op school.
Het was op grond van deze vriendschap dat
de dokter zich na de verpletterende mededeeling,
die hjj zooeven ontvangen had, eerst tot Dahlen
begaf, die Adèle als een kind liefhad.
Zwjjgend hoorde Dahlen den dokter aan, slechts
nu en dan knikte hjj met het hoofd, en las
toen opmerkzaam den brief van den jongen
officier.
//Nu, wat zegt u van dat alles met deze
woorden verbrak eindeljjk de dokter het zwijgen.
«Wel, ik moet u zeggen, dat ik vooreerst niet
geloof, dat Adèle's verloofde zjjn geld aan de
speeltafel verloren heeft.
//Dat was ook mijn eerste gedachte. Misschien
is het maar een voorwendsel omdat Adèle geen
nog niet één steen kunnen verwinnen
We zijn sterk niet alleen ter verdedi
ging, maar ook om uit te gaan in de
wereld en daar te brengen bet woord van
den vrede en de gerechtigheid.
Dat heeft de Paus Leo XIII zoover
gebracht; wij zjjn hem daarvoor dank
baar, en roepen hem vooral op dezen
dag, zelfbewust toeGij zjjt de vorst, gij
zijt de Petrus, op u is de kerk gebouwd
en tegen uwe machten vermag de heele
wereld niets
Het enthusiasme, dat deze woorden te
weeg bracht, laat zich begrijpen. Uit dui
zenden monden barstte een luid applaus
los, om Dr. Schaepman dank te betui
gen voor de opluistering door zijn bezie
lend woord aan de feest vergadering gegeven.
België.
Eene niet onaardige verrassing is den
echtgenooten Sanders te Cureghem ge
bracht. Verleden jaar werd bjj hen in
braak en diefstal gepleegd. Onder het
gestolene bevonden zich ook eenige effecten,
alle pogingen om ze terug te vinden bleven
vruchteloos, ze werden dan ook als ver
loren beschouwd, tot Vrjjdag, toen een
werkman in Zondagskleeren aan hunne
woning kwam bellen en de vrouw een
doos overhandigde, die zij toen den man
was vertrokken, met de grootste voorzich
tigheid opende. De doos bevatte de ge
stolen obligaties.
Frankrijk.
Met groote plechtigheid wordt heden
de groote klok, die de Czaar van Rusland
aan het Fransche volk heeft geschonken,
in de parochie van Saint Jean l'Evangé-
liste te Chatellerault ingezegend. De Czaar
zal vertegenwoordigd zjjn door zjjn aide de
camp generaal baron Freederiksz. De
President van de Fransche republiek woont
de plechtigheid bij. De klok zal den
naam ontvangen van Alexander Nico-
laas. De doop wordt verricht door kar
dinaal L e c o t, aartsbisschop van Bordeaux.
Het lot tan den balling. De Hertog
van Orleans, die de begrafenis vau zjjn oom
den HeTtog van Aumale op Franschen bodem
niet heeft kunnen bijwonen en aan de grens van
zijn vaderland afscheid moest nemen van het
vermogen bezit," riep de dokter handenwrin
gend uit.
//Moet dan het noodlot altjjd de arme wees
vervolgen
Hij hield plotseling op. Dahlen, die op een
stok gesteund door de kamer strompelde, bleef
met een ruk voor hem staan. Zjjn oogen schoten
vuur en blikten van onder de witte wenkbrau
wen den dokter uitvorschend aan.
//Wat zegt u daar? Arme wees?//
//Och, ik versprak me, doe alsof u niets ge
hoord heeft.//
//Ik heb het meisje lief als mjjn eigen kind
zeg mjj alles wat u van haar weet!//
//Ik verzoek u dringend mij niets hieromtrent
te vragen, ik mag u het niet vertellen.//
//Het is dus niet uw kind? Wiens kind dan?//
onderbrak hem Dahlen snel.
De oude man stiet deze vragen met bevende
stem uit en scheen zoo ontroerd, dat de dokter
hem verbaasd van ter zijde beschouwde. Zou
hjj antwoorden hij had zijn geheim nu toch
reeds half verraden. Dahlen was een man, dien
men vertrouwen kon, en bovendien minde hjj
Adèle alsof hjj baar vader was.
De oude zette zjjn wandeling door de kamer
voort.
//Goed.... goed.... U wilt het mjj niet zeggen,*
mompelde hjj, //maar daar is een middel om
het toch te weten te komen Wjj leven in een
goed geordende maatschappjj met politie en be
dienaren. Ik heb het kind lief, en ik wil weten
wie zij is.//
//Gjj zjjt een stjjfhoofd, lieve vriend, die steeds
zjjn zin moet hebben, doch met uw politie zoudt
ljjk, heeft over zjjn afwezigheid bjj de begrafenis
het navolgende aan een zjjner vrienden ge
schreven
//Nooit is de hardheid van de ballingschap
mij zoo smartelijk geweest. Hier aan de grens
van Frankrijk gekomen, kon ik het overschot
van mijn geliefden oom, dat te Dreux zal rusten,
niet verder begeleiden evenmin als dat der
Hertogin van Alen/jon.
Op geen dezer beide graven, op geen enkele
der graven van de slachtoffers, die Parjjs be
weent, mag ik nederknielen, omdat zjj zich
bevinden op Franschen grond!
Beklaagt mij
De Hertogin van Orleans zal althans mor
gen te Dreux in mjjn naam bidden.//
Spanje.
De opstand van het eiland Cuba en de
Pillippijnsche eilanden hebhen niet alleen
aan Spanje schatten geld gekost, [maar
ook zijn door het vuur der opstandelingen
gedood: 1 generaal, 12 hoofdofficieren, 107
subalterne officieren en 1707 soldaten. Aan
ziekten zjjn bezweken1 generaal, 30
hoofdofficieren, 287 subalterne officieren
en 10.475 soldaten.
By deze slachtoffers moeten nog gevoegd
worden die van gewone ziekten en onge
lukken; van hen, die door deze oorzaken
het leven lieten, wordt alleen, voor zoover
de officieren betreft, het getal opgegeven
(2 generaals, 24 hoofd- en 89 subalterne
officieren), maar men kan het geheele
aantal veilig op nog 10,000 man schatten.
Men komt alzoo tot een totaal verlies
van 20 a 22,000 man welk cijfer vrjj nabij
komt aan dat der opstandelingen, die bjj
de verschillende ontmoetingen met de
Spaansche troepen sneuvelden, welker aan
tal ongeveer 20,500 zou bedragen.
Engeland.
Het feest van koningin Victoria dat
te Londen wordt gevierd, zal in luister en
pracht alles wat op dat gebied tot heden
is vertoond, overtreffen.
Op 22 Juni zal een gala-optocht worden
gehouden, waaraan de vorstelijke personen
die naar Londen zullen komen,deelnemen.
Zoover nu reeds bekend zal Pruisen
vertegenwoordigd worden door Prins A 1-
brecht van Pruisen, Regent van
Brunswijk, met een groot gevolg, Beieren
door Prins Robrecht, Saksen door Prins
Friedrich August, Wurtemberg door
Hertog A lb recht, 's Konings neef.
ge alleen alom bekend maken, dat Adèle niet
mjjn dochter is, meer niet.
//Maar wiens dochter dan drong de oude
heer ongeduldig aan.
//Nu goed, omdat gij Adèle's beste vriend
zjjt, wil ik het u vertellen,// hernam de dokter
//doch alleen op voorwaarde dat ge nooit iets
aan het arme kind zult laten merken n
//Weet zjj er zelf niet» van?// viel Dahlen
haastig in.
//Neen, zjj weet niet beter of zjj is ons eigen
kind.
//En hoe heeten haar ouders?
//Haar moeder was een verre bloedverwant
van mjj, die getrouwd was met een zekeren
Honing. Maar wat seheelt u
//Niets, niets, ga door,// stiet de oude met
moeite uit, en liet zieh steunend in een stoel
vallen. Zjjn hoofd zonk op de borst, en zoo ge
steund op zjjn stok, hoorde hjj zonder zich te
bewegen de geschiedenis van het verweesde kind
en haar ouders aan.
Toen de dokter zjjn verhaal ten einde had,
stond de oude man op en zette zwjjgend zjjne
onrustige wandeling voort. Zjjn verweerd akelig
gezicht scheen in die korte oogenblikken wel
tien jaar ouder te zijn geworden. Eindeljjk trad
hjj op zjjn gast toe, en drukte hem krachtig
de hand.
//Gjj zjjt een flink edelmoedig menseh, vriend
Dokter, ik heb u onrecht aangedaan
De dokter was bewogen. Zoo iets had hjj nog
nooit, uit den mond van zjjn norschen, zwjjgen-
den vriend gehoord.
Wordt vervolgd.)
IUUIUHS(HE KinillT.
ABONNEMENTSPRIJS
i i
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.