N I B W E HE)ag6lad voor eSfSoorè- on SEuió-eJCollanó. Een groot man. No, 2717 Donderdag 1 Juli 1897. 22ste Jaargang BUITEN LAIN D, ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p. Voor het buitenland Afzonderlijke nummers Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. B U b;e AU: St. Janstraat Haarlem. /1,10 <1,40 <2,80 <0.03 PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1—6 regels Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. 50 Cent. 71/s AGITE MA NON AGITATE. Redaeteur-Uitgever, W. KüPPERS. Nu Mgr. Seb. Kneipp, de beroemde waterdokter, het tijdelijke met het eeuwige heeft verwisseld, wordt alom de roem ver kondigd van dezen eenvoudigen priester, die èn door zijn groote geleerdheid èn door zjjn liefdevol optreden onder de menachen zeer veel goeds heeft tot stand gebraeht. Met hem is in onze verlichte eeuw een man van beteekenis van het wereldtooneel verdwenen, doch zijn werken blijven ge tuigenis afleggen van menschelijke kracht. Het Venloosch Weekblad zegt zeer terecht, dat de denkbeelden en daden van Mgr. Kneipp blijven voortleven en een onuit- wischbaren indruk achterlaten op het nage slacht. De ziel van zjjn leven wordt ver eeuwigd en werkt mede tot de vorming en het licht van zjjn geest blijft schijnen voor de volgende geslachten. Hetgeen Mgr. Kneipp heeft tot stand gebracht is een reuzenwerk, als men eenigs- zins met zjjne levensgeschiedenis is bekend. Hij, de arme weverszoon, werd den 17 Mei 1821 te Stephansried, een klein ge hucht van de Beiersche parochie Ottobeu- ren geboren. Als een bewjjs, dat hij in zijne jeugd nooit weelde heeft gekend, kan dienen, dat zijne moeder bjj gelegenheid zjjner eerste H. Communie hem een jasje sneed uit haar bruidskleed, en zijn vader hem zijn hoed gaf, dien deze droeg als lid der burgerwacht. Op elfjarigen leeftijd zette zijn vader hem aan het weefgetouw en na eenige maanden moest hij reeds dagelijks vijf ellen linnen weven. Maar terwijl hjj de schietspoel tusschen de draden der schering deed gigden en zijne voeten op de pedalen trappelden, had hij maar een wensch, éene heilige ambitie: hij wilde priester worden. Waar hjj ook aanklopte om tot zijn doel te komen, overal vond hij tegenkanting inplaats van steun. Toen hij eindeljjk een edelen man had gevon den, die hem in zjjn edel pogen wilde FEUILLETON Beschuldigd. 20. (Vervolg.) Jarilot fronste de wenkbrauwen, hjj hield niet van dat zich beroepen op dooden, die na tuurlijk niet konden antwoorden. En, vervolgde Jacques, nu zou ik voor eenige ellendige bankbiljetten op eens al zjjn goedheid, al zjjn edelmoedigheid, al zijn tee- derheid vergeten en een laaghartig moordenaar worden. Neen, indien dit mogelijk ware, zou ik de ellendigste, de laagste booswicht zjjn; hier, mjjn- heer, leg uwe hand op mijn hart en voel hoe het klopt. O, het dreigt te bersten van smart over zulk een afschuwelijke verdenking. En hjj greep de hand van Jarilot en drukte ze hevig tegen zjjne borst. Maar neen! riep hij thans op smeekenden toon, gjj weet wel, dat ik dezen diefstal, dezen moord niet kan begaan hebben. Het is alles een droom, een vreeseljjke nachtmerrie Zie toch, hoe ik ljjd, ik smeek u, maak een eind aan deze foltering. O God, ik voel, dat ik krank zinnig zal worden. Jarilot antwoordde niet, hjj maakte zwjjgend zjjne hand uit die van Jacques Moulin los en gaf zjjn agenten een wenk. Deze voerden den ongelukkige weg. Waar brengt gjj mij heen, vroeg hjj angstig, Ik verzoek u, hen te volgensprak Ja rilot. steunen, verzett'en zijne ouders zich tegen de uitvoering van zijn plan. Nu vatte hij het besluit op penning voor penning te besparen, tot dat hij eene kleine som had om in den vreemde te gaan. Na drie jaren harden arbeid en zuinig spa ren had hij al de benoodigdheden van een student en 100 gulden. Hij zou weldra zijn 21ste jaar intreden en den wandelstok ter hand kunnen nemen. Maar zie, op zijn ge boortedag brandt de ouderlijke woning tot den grond toe af. Met moeite redd'en de bewoners het eigen lijf, en na drie jaren sparens en harden arbeid had Sebasti- aan, <de oude student» zoo als hij zich zelf noemde, niets dan een oud hemd en eene grove linnen broek. Er moest nu harder gewerkt worden dan anders. Den heelen zomer sliep hij geen enkelen nacht op een bed. Terwijl hij stee- nen aandroegen kalkmortel maakte, droom de hij enkel van brevier en missaal. Toen het huis klaar was, verliet hjj met zijn we verszakboekje zijne geboorteplaats. Eindelijk vond hjj in den eerw. heer kapelaan M e r c k 1 e een vriend, die hem in de studie hielp. Twee jaren werkte en studeerde S e- bastiaan bij h6m. In het college te Augsburg vorderde hij zoo veel van zijne krachten, dat hij, die op 18-jarigen leeftijd 150 kilo droeg zonder een gezicht te ver trekken, nauwelijks op zjjne beenen kon staan. Te Munchen, in 't groot seminarie werd zijn toestand nog erger. Een militaire dokter, die medelijden had met den armen student, bezocht hem 95 maal. Edoch zon der gevolg. Eindeljjk ten einde raad, paste de doodzieke student Kneipp de water kuur op zich zeiven toe. Tot verbazing van zijne medestudenten, den dokter en van allen, die hem in zijne ziekte gekend had den, was de borstljjder na eenige weken geheel hersteld. Op 31-jarigen leeftijd werd S. K n e i p p op den 25 Augustus 1852 tot priester gewjjd. De wensch en de droom zgner jeugd was vervuld. Hjj was priester. God had hem verhoord. Naar de gevangenis! kreet hij, ge voert me naar de gevangenis als een ellendige mis dadiger maar wat moet er dan van mjjne on- gelukkige moeder, wat moet er dan van mijne I zuster worden, die slag zal haar dooden. Ach mijnheer, laat mij toch vrij, ik ben toch on schuldig. Het is waar, ge zjjt in uw recht, alles pleit tegen mij, maar ik ben het slachtoffer van een noodlot, of van een helschen toeleg, en ik zweer het u bjj alles wat heilig is, bij de grijze haren mijner moeder, ik ben onschuldig. Toen Jacques Moulin weggevoerd was, en de commissaris met Savignol alleen waren achtergebleven, zagen ze elkander een oogenblik zwijgend aan. Parbleuriep de laatste, voor mij is die jonge man niet schuldig. Bah, antwoordde Jarilot, ik heb wel schurken gezien, die er honderdmaal onnoozeler uitzagen dan hjj. Ik ook, maar deze is van een geheel an der genre, dat is mijn idée. En de gevonden sleutel Welnu, liij heeft immers gezegd, dat ze hem behendig ontnomen is. Het gewone praatje, die redeneering houdt geen steek. Och, er loopen genoeg zakkenrollers in zwarten rok, geloof me, er zijn Boscos genoeg, zoowel in de salons, als in de kroegen ik weet wat ik weet. Wat meent ge? Dat is mjjn geheim. Een geheim Ja. De priester wilde zich enkel aan zjjn geesteljjk ambt wijden. De omstandigheden echter zjjn vaak sterker dan wjj. De aan drang om hulp was zoo sterk, dat zjjn goed hart geen weerstand kon bieden. De rech- terljjke macht werkte hem aanvankeljjk in zijn liefdedienst tegen. Eindeljjk liet zjj den barmhartigen Samaritaan begaan zonder dat hjj van de geleerde, geneeskundige fa culteit het waarmerk van arts of doctor had ontvangen. Als geesteljjke was hij een goede herder voor allen. Als menschenvriend was hjj on vermoeid. Zjjne opoffering kende geeue grenzen. De goedhartige priester, die zon der van de minste baat- of hebzucht be schuldigd te worden millioenen kon bezit ten, is geenszins rijk gestorven. Mgr. Kneipp was, als het ware de menschgeworden liefdadigheid, een toon beeld voor de geneesheeren en de geeste- ljjkheid. Zeer indrukwekkend was dan ook de begrafenis van dezen vriend der ljjdende menschheid, terwjjl een standbeeld zal wor- den opgericht dat het nageslacht zal wijzen op de verheven deugden en groote ge leerdheid van Wörishofen's pastoor. Duitschland. De rentenier van Friedrichsruhe schijnt weder op het tooneel te verschijnen, nu de rijkskanselier YonHohenlohe hem een officieel bezoek heeft gebracht, dat vier uur duurde. Nadat prins Von Bismarck en prins Yon Hohenlohe, de dingen besproken hadden, werd een rijtoer gemaakt. De beide Kanseliers reden, vergezeld door de heeren Von Wilmowski, Von Bu- low en Von Rantzau gedurende 11/3 uur uit. In het voorste rjjtuig zaten de prin sen YonHohenlohe en Von Bismarck, in het tweede de heeren Yon W i 1 m o s- ki, Von Bulow en Von Rantzau. Prins Von Hohenlohe keerde te 5 u. 20 met zijn gevolg te Berlijn terug. De gezondheidstoestand van prins Von Bis marck was uitstekend. Tegenover mij, uw chef? Ja, tegeDOvei u, mijn chef P ge weet wel, dat ik er niet van houd, de zaken vooruit te loopen. Nu, mjj goed, bewaar uw geheim en han del naar welgevallen, ik verlaat me op u. Wees gerust, chef, ge zult uog fraaier dingen zien. Des te beter, wat Jacques Moulin betreft, de uitslag van zijne confrontatie met Baptistin zal over zjjn lot beslissen, en ons met zekerheid doen weten, of hjj al dan niet schuldig is. In het kabinet van den heer Bertin bevonden zich reeds Maurice, de markies de Montgerbois en de oude Baptistin. De commissaris zette zich in de fauteuil van den heer Bertin, en zocht een oogenblik in zijne portefeuille, welker inhoud reeds vrij om vangrijk was geworden, daarna wees hij Baptis tin een stoel aan en zeide: Kom hier eens bij mij zitten, mijn vriend. De oude man richtte zich bevend op en naderde met wankelende schreden den commissaris, waarna hij op den stoel voor dezen plaats nam. Zijt ge bereid, opnieuw de verklaring te bevestigen, welke gjj ieeds hebt afgelegd en welke woordeljjk in het door u onderteekende rapport is opgenomen? Ja, mijnheer de commissaris, Goed, laat Moulin binnenkomen, beval Jarilot een agent. Jacques Moulin verscheen onder geleide van Savignol, die hem op zachten toon moed in sprak. Baptistin, riep de jonge man, zoodra hjj Keizer Wilhelm heeft opruiming in het Duitsche leger gehouden. Niet min der dan 15 generaals zijn gepensionneerd, dat zijn er nu al 30 binnen drie maanden, die door jeugdige krachten zijn vervangen. Van de 15 generaals die nu op zwart zaad zijn gezet, waren 6 benoemd in 1894, 6 in 1895 en 3 eerst in 1896. Deze hee ren hebben niet veel pleizier gehad van hun hooge betrekking. Engeland. De feesten der Koningin worden nog steeds voortgezet. In de tuinen van Buckingbam-Palace heeft koningin Victoria haar gasten een Garden-partij aangeboden die buitengewoon schitterend is geslaagd. Eenige duizenden gasten, waaronder alle buitenlandsche vorsten, de admiraals, de gewone en buitengewone gezanten met hun gevolg en de koloniale ministers woonden het feest bij. De Koningin kwam kort na vijf uur uit het paleis en ging den tuin binnen. Zij liet zich in haar rijtuigje, door twee paarden getrokken, naar verschillende punten van het terrein brengen, waar zij de voornaamste barer gasten bij zich ont bood, en zich vroolijk met hen onderhield. Zjj scheen zeer welvarend en zeer opgewekt. Frankrijk. Te Lyon leven de aannemers in de bouw vakken in een zeer onaangenameD tijd, nu eene algemeene werkstaking is uitgebroken. Gelukkig doen niet alle werklieden mee, namen zij allen aan de beweging deel, dan zou de slaking 20.000 personen omvatten. Een. krachtig optreden der werkgevers is veel arbeiders die trouw bleven ten goede gekomen, daar de opruiers ontslagen zijn. Rusland. De handelsgeest der Russische kooplie den te Warschau heeft iets nieuws be dacht. Eenige der voornaamste handeldrij- venden hebben bij het Russische ministerie van financiën een verzoek ingediend om verlof om bij eiken trein op den Siberi- schen spoorweg een waggon te laten in richten als winkel of liever bazar ten einde bij elk oponthoud handel te drijven aan de stations. Mocht het verzoek worden toege staan, dan zullen deze waggonwinkels ze ker een eigenaardig gezicht opleveren en den Siberischen spoorweg tot iets heel bjj- zonders maken. den ouden dienaar gewaar werd. Fa, eindeljjk hjj heeft mjj gezien, hier, gisteravond, hij zal ons zeggen, wat er gebeurd is, en ge zult moe ten erkennen dat ik onschuldig ben. Toen de oudedestem van Jacques hoorde, richtte hjj het hoofd op en hem de hand toe stekende, riep hij Ach, mjjnheer Jacques, welk een ongeluk. Ja, mijn goede Baptistin, maar ge weet nog niet alles. Bjj dit vreeselijk onheil komt nog een ander, niet minder verschrikkeljjk Maar wat dan nog? Ge weet, waarde vriend, dat niemand ter wereld den heer Bertin meer liefhad, meer ver eerde dan ik. O, zeker. Ge weet, hoe ik hem geheel was toege wijd. Zoo hij mjjn leven gevraagd had, zou ik het hem gewillig opgeofferd hebben. Dat weet ik. Welnu, denk eens, waarvan men mij be schuldigt, men beschuldigt mjj, den heer Bertin gisteravond te hebben bestolen en gedood I Verstaat ge, hem te hebben gedood. Bestolenl... gedood!... gijl... riep de oude buiten zich zeiven van verontwaardiging. Gij, mijnheer Jacques, den heer Bertin te hebben gedood... Wie is de ellendeling, die zoo iets durft te veronderstellen. De justitie, sprak Jarilot op plechtigen toon. (Wordt vervolgd.) HiAMEMSClIE COBftilT.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1897 | | pagina 1