NIEUWE
Politiek.
No. 2736
Vrijdag 23^ Juli 1897.
22ste Jaargang.
BUITENLAND,
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor liet buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BU BE A TT: St. Janstraat Haarlem.
/1,10
«1,40
«2,80
«0.03
Van 16 regels50 Cent.
Elke regel meer7'/9
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Redacteu r-U itgever, W. KüPPERS.
Daar zijn menschen, die het maar niet
goed kunnen verduwen, dat de Katholie
ken medestrijden in het strijdperk, hetwelk
«politiek» genoemd wordt. En dan die
Katholieke geestelijkheidNeen, die moest
zich zeker buiten de «politiek» houden!!
Neen, de Katholieke geestelijkheid vooral
moest zich veel voorzichtiger en kloeker
betoonen, waar het vraagstukken van zui
ver politieken aard goldTusschen
twee haakjes gezegd, kennen wjj maar
heel, heel weinig vraagstukken van poli
ken aard, die enkel en alleen en louter
een zuiver politieke kleur hebben.
Maar gaan we verder: Onder de men
schen, die bovengenoemde redeneeringen
ten beste geven, bevinden zich personen
van allerlei schakeering.
De liberalen staan natuurlijk in het
eerste en voorste gelid, dan volgen zij,
die het naast verwant zijn aan het libe
ralisme. Maar ook bevinden zich onder
dezulken lieden, die nog niet gebroken
hebben met het Christendom, die nog een
positief Christendom belijden en nog vast
houden aan de H. Schrift, ja zelfs die de
H. Schrift, te pas of te onpas, gebruiken
om hunne redeneeringen kracht bij te
zetten en als 't ware door het woord Gods
te staven en te bekrachtigen en te beze
gelen.
Tot dezulken dan zeggen wij allereerst
er staan in diezelfde H. Schrift de vol
gende vermaningen, waarop wjj hier uwe
aandacht willen vestigen. Die vermaningen
luiden: «Wees een man.» «Staat vast
in het geloof, handelt op mannelijke wijze,
en weest sterk.» «Niemand ontsteekt
een licht en plaatst het onder de koren
maat.»
Welnu, is het Katholieke geloof niet
een licht, dat wij moeten laten schijnen
voor de menschen? Kan het eene ruanne-
ljjke en stoutmoedige handelwjjze genoemd
worden, wanneer wjj tehuis of in een eng
FMUlLLMTOJt
Beschuldigd.
(Vervolg.)
Neen, stel u gerust, Jacquesalles wat
onze goede dokter Molonguet voorschrijft, kan
ik haar verschaffen.
En vindt ze er baat bij
O zeker, zjj ljjdt veel minder en slaapt
gerust, maar waartoe haalt ge u al die zwarig
heden in het hoofd.
Dat komt, ziet ge, omdat ik alleen in
gedachten met u leet, omdat ik voortdurend
mjjne arme moeder en mjjne lieve zuster voor
den geest heb. Ach, wanneer ons een onge
luk treft, vreest men onophoudeljjk, dat een
tweede volgen zal. Maar nu, alle droeve ge
dachten ter zijde, mijn lieve zuster verzekert mij
dat alles naar wensch gaat en dus, mag ik niet
langer twijfelen, want zij zal mij toch niet mis
leiden. O, dan zou de twijfel nog vieeselijker zijn
dan de werkelijkheid.
Maar Jacques, waartoe zulke sombere ge
dachten.
Ge zult mjj toch niet misleiden, niet waarP
als ge gebrek hadt, zoudt ge het mjj toch zeg
gen, mama heeft toch immers alles wat zij noo-
dig heeft
Wel zeker, broerlief, ik zeg het u immers.
Maar is het wel waar Zie mjj eens goed
aan
Ach 1 hoe zwaar viel het haar, voor haar broeder
besloten kring een groot kruisteeken slaan
vóór en na den maaltjjd, maar bij alle
andere gelegenheden het ternauwernood
wagen een klein kruisje in het knoopsgat
van onze jas te vertoonen, d. w. z. open-
ljjk uit te komen voor onze katholieke
overtuiging en openljjk onze katholieke
rechten en belangen te verdedigen?
Wjj, Katholieken, mogen het woord van
den Psalmist niet verwringen en ver
draaien dat woord van den Psalmist, het
welk de apostel Paulus in den naam van
alle Christenen herhaalt, als hjj zegt: Wij
geloovenen daarom spreken wij. Of zou
dat woord in den tegenwoordigen tjjd ge
heel en al omgekeerd moeten worden en
aldus moeten luiden: «Ik geloof, en daar
om zwjjg ik, daarom buig ik in stilte het
hoofd.»
Zouden de Katholieken het zich moeten
laten welgevallen, wanneer de vjjanden
van het geloof openlijk verklaren: wjj
zjjn ongeloovig en daarom hebben wjj het
recht om het grootste woord te voeren en
de Katholieken als paria's te behandelen;
en de Katholieken moeten daarbjj eenvoudig
den mond dicht houden!
Koning David beroemt er zich op«Van
Uwe getuigenissen, o God, heb ik voor
het aanschijn der koningen en mij daarvoor
niet geschaamd.» En zouden wjj, Ka
tholieken, ons dan eenvoudig een slot voor
den mond laten hangen, wanneer in de
wetgeving van den Staat politieke water
koninkjes de rechten der Katholieken wil
len verkrachten en verdrukken
Neen, duizendmaal neenZulk eene voor
zichtigheid of kloekheid is in onze oogen
niets anders dan lafhartige menschenvrees,
welke op hemeltergende wjjze het woord
van den wereld-apostel tegenspreekt: Gij
zijt voor een duren prijs gekocht en niet de
slaaf der menschen
Daar zjjn menschen, die ozoo bevreesd
zjjn, dat de Katholieken zich met de po
litiek inlaten. Maar wjj stellen hun de
vraagZjjn wij het, die ons met de poli-
de waarheid te verbergen, te meer daar zij ge
woon was in alles openhartig te zijn, zij trachtte
hem echter te overtuigen, door hem het laatste
recept van den dokter te laten zien, dat zjj bij
zich gestoken had om bij den apotheker te
do,en gereed maken.
Ziet ge wel, sprak ze, dat ik u niet be
drieg, en dat ge volkomen gerust kunt zjjn.
Mama krjjgt al wat ze noolig heeft.
Toen Jacques met het recept, dat Zezette uit
haar tascbje had gebaald, tevens de borduur
werkjes bemerkte, riep hjj uit
Bé, wat hebt ge daar, borduurwerk hebt
gij dat met uw lieve vingertjes gemaakt
Ja, antwoordde ze min of meer verlegen,
dat is mjjn werk.
En waarom draagt ge dat bij u, wat gaat
ge daarmee doen
O, niets, het was in mijn taschje, en ik
heb verzuimd het er uit te nemen.
Het arme kind had de grootste moeite hare
ontroering te verbergen. Zjj bloosde alsof zjj op
eenig misdrijf betrapt werd.
Jacques nam een van de handwerkjes en riep:
maar dat is waarlijk een meesterstuk, geen
koningin kan het fraaier hebben.
Ja, is het niet lief?
Ge zjjt wezenljjk eene kunstenares.
Zou zulk werk duur zjjn
Duur, dat zou ik denken, zulke handen
arbeid is tegenwoordig zeer zeldzaam.
De arme. jongen vermoedde de droevige waar
heid niethet werk van zijn zuster prijzende,
kwam het hem niet in de gedachte, dat zij dat
gene, wat hjj voor louter tijdverdrijf hield, tot
tiek bemoeien, of is het niet veeleer de
politiek, die zich met ons bemoeit? -
De gewichtigste vraagstukken, die met
onze godsdienstige en burgerlijke vrijheid,
met de opvoeding van onze kinderen, met
de handhaving van het Katholiek geloof
in onze familiën, op de innigste wijze zijn
verbondendergelijke vraagstukken mo
gen door de vijanden der Kerk in de pers,
in vergaderingen en vereenigingen, vrije
lijk worden besproken en beslist, zonder
dat wij het recht zouden mogen opeischen
van daarover een woordje te mogen mee
spreken Wij zouden dat alles maar stil
zwijgend moeten laten geschieden en ons
als heloten moeten laten behandelen in
ons eigen land!
Ja maar, zoo zeggen sommigen, de Kerk,
het Rijk Gods, is niet van deze wereld
Heelgoed, maar al is de Kerk niet
van deze wereld, al heeft de Kerk de zen
ding om ons uit dit aardsche tranendal
naar den Hemel te voerendesniettemin
bestaat die Kerk toch in de wereld en is
zij geroepen om in deze wereld te arbei
den, haren heilzamen invloed op deze
wereld uit te oefenen.
De Kerk heeft hare uitwendige en open
bare inrichtingen, die met de menschelijke
inrichtingen verschillende beroepsplichten
te vervullen hebben. De Kerk ontvouwt
hare werkzaamheid in den tijd en in de
ruimte dezer aarde, en het is Gods wil
dat zij zulks doet in vrijheid en onafhan
kelijkheid.
Wij weten het wel, dat men ons immer
en immer wederom het woord tegemoet
voer-t: «Geeft den Keizer (den Staat), wat
den Keizer (den Staat) toekomt.» En vooral
zegt men dit nadrukkelijk, wanneer het
de schoolquaestie geldt.
Maar wanneer de Keizer of de Staat
zich iets aanmatigtwat hem in het
minste niet toekomt; wanneer hij het hei
ligdom der Kerk binnendringt; wanneer
hij de aangeboren en eeuwig onveranderlijke
rechten der ouders met voeten treedt en ver
een beroep, eene broodwinning ging maken.
En zjj, bemoedigd door den lof, dien liaar
broeder baar toezwaaide, voelde hare hoop her
leven. Hij had haar werk schoon gevonden, zulk
werk was zeldzaam en werd goed betaald, had
hjj gezegdongetwijfeld zou zjj er spoedig be
stelling op krijgen. Ze zou dus geld verdienen,
haar beurs zou gevuld blijven, en voor hare
zieke moeder, zou zij steeds de noodige genees-
en versterkende middelen kunnen koopen, het
zou hun aan niets ontbreken.
Haar werk was een artikel van weelde, maar
daarvoor was Parijs juist de plaats.
Bemoedigd en vol vertrouwen op de toekomst,
nam ze van haren broeder afscheid en verliet
de gevangenis.
Volgens gewoonte ontmoette ze André Naugy,
den jongen advocaat, en onder vriendschappeljjk
gekeuvel liet zjj hem haar werk zien.
Evenals haar broeder prees ook hjj de fraaie
kanten, die hij, zonder zich een bevoegd beoor-
deelaar te verklaren, van bewonderenswaardige
fijnheid en sierljjkheid noemde.
Zoudt ge denken, vroeg ze hem mïf, dat
ik daarmee werk zou vinden
Misschienik zou het u niet kunnen
zeggen ik hoop intusschen, dat ge slagen moogt,
en bjj wien gaat ge ze aanbieden
Dat weet ik nog nietik ga naar de ma-
gazjjnen op de boulevards.
Zal ik u een paar adressen geren
Gaarne, daar zoudt ge mij eenen grooten
dienst mee bewijzen.
André Naugy schreef twee of drie namen op
een blaadje, dat hjj uit zjjn zakboekje scheurde
trapt, wanneer hij een katholieken vader en
eene katholieke moeder volgens zjjne wetten
dwingen wil om hunne kinderen naar gods-
dienstlooze scholen te zenden, al is het slechts
voor korten tjjd; kortom, wanneer de
Staat onder een of ander voorwendsel,
welk dan ook, het geweten geweld aan
doet en onderdrukt, dan hebben wij volko
men het recht, tegen dit geweld, tegen die
rechtsverkrachting onze stem te verheffen
en protest aan te teekenen; dan hebben
wij ook het recht om geen enkel middel
onbeproefd te laten, ten einde zulk mis
dadig ingrijpen in onze heiligste rechten
te verhinderen.
Ja, wij gaan nog verder en verklaren
openlijkWij hebben dan niet alleen het
recht, maar ook den plicht om langs wet-
telijken weg den Staat te wijzen op zijne
onrechtvaardigheid en naar het voorbeeld
van den Verlosser hem te vragen: «Waar
om slaat gij mij?»
Voorwaar, wij Katholieken, wij laten
onder geen enkel voorwendsel ons het
recht ontnemen om naar best vermogen
het apostolisch woord in beoefening te
brengenWij geloovenen daarom spreken wij
Italië.
Te Como is een aanvang gemaakt met
een groot schandaal-proces tegen de fail
liete Bank van Como, de bankinstelling
Lu rag hi, Er ra Co. en hun mede
plichtigen, die talrijke Italianen voor mil-
lioenen hebben benadeeld. De openbare
aanklager heeft 102 getuigen gedagvaard
de verdediging 115 32 advocaten treden
in deze zaak op.
Op Sicilië te Milazzo zal een stand
beeld worden ODthuld van Garribaldi,
omdat dit beruchte roodhemd daar 36 jaren
geleden een einde hielp maken aan het be
wind der Bourbons. De ex-premier van
Italië Cr is pi, zal bij de fonthulling eene
redevoering uitspreken.
Frankrijk.
De Panama-schurk C orne li n s Her z,
die indertijd Frankrijk wegens zijn schelm
en stelde het Zezette ter hand.
Ziehier, sprak hij, deze kan ik u aanbe
velen, inmiddels zal ik eens met eene tante van
mij spreken, die veel verstand van danushand-
werken heeftwellicht kan zjj u behulpzaam
zijn.
Odank mjjnheer, harteljjk dank en vrjj-
moedig reikte ze hem de hand dit was de
eerste maal, dat ze zich zoo vertiouweljjk te
genover een jongen man gedroeg, maar daar hjj
haar zoo welwillend zjjn hulp aanbood, vond
ze geen beter middel om hem hare erkentelijk
heid te bewjjzen, te meer, daar die hulp zich
ook tot haren broeder en hare moeder uitstrekte.
En onze jonge advocaat toen hij het
fijne, blanke handje in de zjjne nam en harte
lijk drukte, sidderde hjj en een vluchtige blos
bedekte zijn gelaat.
Met nauw bedwongen ontroering zeide hjj het
meisje vaarwel.
Na eene korte wandeling was Zezette op den
boulevard des Italiens aangekomenze hield
voor een der magazijnen die André Naugy haar
had aangewezen, stil, en liep eenige malen heen
en weder alvorens te durven binnengaan.
De moed ontzonk haar en weer klonk haar
het misschienvan André in de ooren. Zou ze
hier werk vinden P Intusschen was hetgeen ze
hier voor de ramen uitgestald zag, veel minder
waard, dan wat zij toonen kon.
Dit gaf haar weer moed, ze opende de deur
en trad binnen.
(Wordt vervolgd
imitimsm
Hfragêlaó voor <3f!ooró- on &uió-<Xollanè.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DEB ADVEBTENTIEN.
38.