No. 2768.
Maandag 30 Augustus 1897
22sle Jaargang,
Ëagêlaó voor tfflooró- an Sniió-dCollanó
Een radicaal voorstel.
B I T E i\ L A i\ D.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
50 Cents.
7 V
Wij wenschen dit voorop te stellen,
waai- wjj even ter sprake meenen te moeten
brengen een artikel in de liberale Arn-
hemsehe Ct., waarbjj aanmerking wordt
gemaakt op het verkeer tusschen Kroon
en Kabinet, met andere woordenop de
wijze, waarop H. M. de Koningin-Regentes
met Haar raadslieden, de Ministers, 's lands
zaken bespreekt.
Beschuldigd.
Frankrijk.
Turkije.
Transvaal.
Japan.
1IEUWE H44REEH8EHE mm
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het buitenland 2,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
RIJS DER ADVERTENTIE».
Van 16 regels.
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Con tant.
"jflTMAINIJUB&DBATT»
AGITE MA NON AGITATE
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etrangh*
G. L. DA UBE Co. JOHNF. JONES Succ., Payts 31 it's Faubourg Montmartre
Tndien zich een"feit van stagnatie in
het raderwerk onzer Staatshuishouding
heeft voorgedaan, ligt htt voor de hand,
dat de oorzaken daarvan worden nage-
gann en de middelen worden opgespoord
om eene herhaling er van te voorkomen.
Dan laten zjj, die op dat gebied recht
van medespreken hebben, hun gedachten
gaan over ?dit gebrek, en Regeering en
Volksvertegenwoordiging trachten eene
regeling tot stand te brengen, waarbij
de fouten van vorige organisaties zijn ver
meden.
Deze algemeene regel is tot nog toe
bijna zonder uitzondering op alle bijzon
dere gevallen.jtoegepast, indien zich na
tuurlijk geen omstandigheden voordeden,
welke eene andere regeling dan de be
staande minder wenschelijk zouden maken.
Het betoog van de Arnh. Ct. komt in
het kort, hierop neer, dat het verkeer
over de publieke zaak van de Kroon met
de raadslieden der Kroon thans onvo'-
doende moet genoemd worden De weke-
ljjkscbe audiënties jjn de eenige gelegen
heden, waarin de verantwoordelijke Minis
ters met den Vorst, in casu de Koning'n-
Regentes, over de publieke zaak kunnen
raadplegen. Zjj leggen dan ieder op den
hem aangewezen dag hunne voordrachten
en voorstellen ter onderteekening voor;
de schriftelij fee toelichting daartoe aan
vullende en verduidelijkende door monde
linge mededeelingen.
Het blad geeft ten slotte als middel
tot verbetering van dien toestand aan
om den directeur van het Kabinet der
Koningin met behoud van zijn tegenwoor
dige functiën op te nemen in het Ministerie,
daarmede optredende en aitredende en
daarmede homogeen. Dan zou, volgens
de Arnh. Ct., tusschen de Kioon en Haar
raadslieden meer samenwerking, meer
overeenstemming, meer vertrouwen ont
staan dan in de tegenwoordige regeling,
zelfs met de beste bedoelingen, te ver
krijgen zijn.
Waar ook wjj meenen ons gevoelen in
deze te mogen doen kennen, p'aatsenwjj
op den voorgrond, dat de door de Arnh.
Ft U1LLMTON.
70.
Vervolg.)
Wjj zullen hier eens een dag uitrusten,
ze:de hij tot Firmin, want waarljjk, voor een
zeeman is zulk een reis te paard wel het erg-
•te, wat hem overkomen kan.
Den volgenden dag echter, begaven onze
vrienden zich reeds op verkenning uit, en,
niet wetende, tot wien zich te wenden, richiten
ZÜ hunne schreden allereerst naar het stadhuis,
waar zjj ontvangen werden door een ouden
bevervanger, die, voor zijn vak ongeschikt we
gens eene verlamming, door het stadsbestuur
'net het bijhouden van registers was belast.
De kapitein deelde deze man in weinige woor
den het doel van hun bezoek mede.
Na eenige oogenblikken in zjjn boek te heb
ben gezocht, las hjj
De markias Graston de Montgerbois.
Dat is hij, sprak Firmin.
Alle duivels, wij zjjn er, liet de kapitein
cr opgetogen op volgen.
De schrjjver 1, verder
Ui florin intrek -nomen in het hotel r/Abra-
7l'u 'nr/, .wee dagen lat - vertrokken zon-
er dat men weet waailiec. cnna ran «oianige
*ndere reizigers, zaken van waarde, ei an den
°telhouder geld gestolen te hebben.
Bravo, bravo! riep de kapitein en klapte
banden van vreugde.
bravo? vroeg Firmin verwonderd.
Ct. opgeworpen quaestie wel degelijk ook
van belaDg is voor ons geheele vo'k,
daar het hoogste gezag in den Staat
in handen is gelegd van de Vorstin, die
ons regeert en wie door alle staatkundige
richtingen de grootste lof wordt gebracht
voor de wijze, waarop Zij Haar gewich
tige en moeilijke taak vervult. Vooral
omdat onze Koninginnen telkens blijken
geven van Haar verlangen om in per
se onlijke aanraking te komen met ver
schillende standen en kringen der samen
leving, omdat Zij volkomen bekend willen
wezen met de nooden en behoeften van
ons volk en herhaaldelijk toonen te willen
doen wat in Haar vermogen is om het
welzijn Harer onderdanen te bevorderen,
komt het ons voor, dat het bovenbedoelde
vraagstuk niet slechts als een theoretische
strjjdvraag beschouwd moet worden, maar
wel degelijk als eene zaak van practisch
belang, ieders aandacht ten volle waardig.
En dan stellen wij, in verband met den in
den aanvang door ons medegedeelden regel,
de vraag, ot het aan AeArnh. Ct. bekend is,
dat de tegenwoordige wjjze van behande
ling der Staatszaken door de Kroon met
Haar raadslieden aanleiding heeft gegeven
tot bijzondere opmerkingen of tot het
uitspreken der wenschelijkheid, dat het
verkeer tusschen Kroon en Ka' inet een
ander karakter verkrjjge?
Wij verwachten hierop geen bevestigend
antwoord. Het verkeer tusschen Kroon en
Kabii.et is uit den aard der zaak geheim,
maar indien het door een der betrokken
Ministers onvoldoende werd geacht, of
iudien andere, onverantwoordelijke raads
lieden der Kroon een ongewenschten in
vloed zouden trachten uit te oefenen op
's lands zaken, dan zou zulks niet geheim
bljjven, omdat in een dergelijk geval de
bedoelde Minister als eerlijk man verplicht
zou wezen zijne portefeuille ter beschik
king van de Kroon te stellen. En daar
zulks in de jongste tientallen van jaren niet
is voorgekomen, moet worden geconclu
deerd, dat de door de Arnh. Ct. gewenschte
uitbreiding van het persoonlijk verkeer
tusschen de Kroon en Haar verantwoor
delijke raadslieden geen grond vindt in
de feiten.
Men heeft hier dus slechts te doen met
een streven om iets nieuws op het tapjjt
te brengen. Doch wij gelooven daartegen
te moeten waarschuwen. De Arnh. Ct.
zegt terecht, dat het Hoold van den Staat
in alle opzichten boven de partijen moet
staan en daardoor kunnen beslissen oi de
door Zijn verantwoordelijke raadslieden
Hem voorgedragen maatregelen werke-
Zeker, bravo 1 die schurk, die dief is nie
mand anders dan onze Parjjsche markies, dan
Boscö.
Juist, vervolgde de schrjjver, luister slechts
verder. De diefstal werd eerst een paar dagen
na het vertrek van den zoogenaamden markies
de Montgerbois ontdekt en hiervan door den
hotelhouder aangifte gedaan.
Bij eene huiszoeking in de kamer, welke
de gast bewoond had, vond men onder ver
scheidene papieren ook een paspoort, op den
naam van Pierre Mulot, bijgenaamd Boseo,
magnetiseur.
De naam Montgerbois bleek dus slechts
een aangenomene te zjjn men stelde onmid
dellijk pogingen in het werk om den dief te
a htervolgen en in handen te krjjgec, doch
men kon zijn spoor niet ontdekken. Daarente-
tegen werd door een bevervanger in een bosch
in de riebting van Christiansa een lijk gevon
den, ten deele door de wilde di' ren verslonden
en volkomen onherkenbaar.
Volgens het gebruik in de prairiën groef
de bevervanger een kuil, waarin bij het over
schot van het lichaam begroef.
Zou men die plek kunnen terugvinden
vroeg de kapiteinbij wien een vreeselijk ver
moeden opkwam.
Het is bij den tienden boom in de rich
ting van den Blauwen steen.
De Blauwe steen P
- Ja, dat ia een herkenniogsteeken voor ons,
het is een blok marmer, dat l«ter zal moeten
dienen tot versiering van een fontein op het
marktplein onzer stad.
lijk strekken tot bevordering van het ge
meen belang des lands of wel een exclu
sief karakter van partijdigheid dragen.
Welnu, gelooft[de Arnh. Ct. dat dit hooge
standpunt, waarop het de Kroon stelt,
gemakkelijker zal zijn te handhaven,
wanneer de Kabinetsdirecteur, die veel
meer in den persoonlijken dienst van den
Vorst staat dan in dienst van het land,
homogeen behoort te zijn met de staat
kunde van het Ministerie en tegelijk met
de Ministers moet aftreden?
Immers neen. Er bes'aat integendeel
veel reden om dan te vreezen, dat de Kroon
meer aandacht zal schenken aan de eischen
der toevallig bovendrijvende staatkundige
richting dan aan de wenschen der min
derheden.
Indien de directeur van het Kabinet
In dit streven zal het genoemde blad
natuurlijk krachtigen steun ontvangen
van de ultra-radicale en socialistische rich
tingen, die in? het algemeen belang elke
beperking van bet Koninklijk gezag toejui
chen. Maar zeer beslist moet het streven
der Arnh. Ct. bestrijding vinden bij allon,
die in het Koninklijk gezag en in de
onafhankelijkheid van dat gezag van staat
kundige stroomingen een waarborg zien
voor de handhaving van de rechten en
vrijheden des volks.
Wjj verwachten dan ook, dat nu in het
volgend jaar het Koninklijk gezag in han
den zal worden gelegd van de om Haar
gaven en talenten zoo geprezen koningin
W i 1 h e 1 m i n a, door onze Regeering
evenmin als door onze Volksvertegenwoor
diging eene poging zal worden gewaagd
deel uitmaakt van het Ministerie, hee" om Haar onafhankelijkheid te beperken
door Haar als 't ware onder voogdij te
plaatsen van telkens afwisselende Minis
ters, die hunne hooge functie slechts voor
een beperkt aantal jaren vervallen en uit
politiek oogpunt op hun beurt volstrekt
niet onafhankelijk zjju.
zyn betrekking geen zin meer, omdat hjj
dan overbodig zou worden. Hij zou dan
niet meer wezen een officieel raadsman
der Kroon, maar slechts de mond, waar
mede het Ministerie zich onderhield met
de Kroon.
Hieruit blijkt, dat al ware de noodzake
lijkheid gebleken der uitbreiding van het
persoonlijk verkeer tusschen de Kroon en
Haar raadslieden, het door de Arnh. Ct.
aangeprezen middel tot verbetering eiger
zou wezen dan de kwaal. De directeur
van het Kabinet zou slechts tot taak heb
ben op het oordeel der Kroon van 's lands
zaken een part jjdigen invloed uit te oefenen.
Eene ernstige Waarschuwing tegen der
gelijke ongevraagde hervormingsplannen
achten wij dan ook niet te onpas. Het
heeft er allen schijn van, of bedoeld blad
in de meeniDg verk» ert, dat de Kroon thans
te groote onafhankelijkheid bezit bij de
beoorJeeling van de beslissingen, die zij
heeft te nemen. En nu wordt wel te kennen
gegeven, dat in de bestaande regeling op
dit punt de mogelijkheid niet is buiten
gesloten, dat niet-verantwoordelijke raads
lieden der Kroon een verkeerden invloed
zouden kunnen uitoefenen, maar het blad
weet toch zeer goed, dat in zulk een ge
val omniddelljjk een storm van verontwaar
diging, in de liberale en radi< ale kringen
vooral, zou opgaan, waardoor dergelijke
fe ten eigenlijk hoogst onwaarschijnlijk
a.oeten geacht worden.
De Arnh. Ct. wenscht dus in den grond
der zaak het onafhankelijk standpunt der
Kroon, dat het blad schjjnbaar verdedigt,
te beperken door aan de Kroon een 'par
tijdig raadsman toe te voegen, die homo
geen is met de tjjdeljjk bovendrijvende
richting van de Regeering.
Kunt ge ons daarheen breDgen?
Gaarne zou ik aau uw verlangen voldoen,
maar mijne verlamming belet mij, zulk een
tocht te ondernemen.
Dau kunt ge ons zeker wel een gids be-
bezorgen P
Met genoegengelief slechts een oogen-
blik te wachten
En een he'der, die juist met een kudde ossen
voorbjj kwam, aanroepende, vroeg hjj hem
Weet gjj, waar de Blauwe steen is?
Dat hangt er yan af, waarom.
Om er deze heeren heen te geleiden.
Wat is er mee te verdienen
Twee dollars? zei tie kapitein.
Vooruit dan maar, ik moet toch dien
kant op. En zonder zich verder om het gezel
schap te bekommeren, dat aan zjjn geleide was
toevertouwd, riep hjj zjja|hond, en toog op
w.g, gevolgd door den kapitein en Firmin,
beiden in angstige verwachting omtrent den
uitslag van hun ontdekkingstocht.
Na een langen en moeielijken weg te hebben
afgel.'gd, wees hun gids hun een grooten
rotsblok.
Ziedaar de Blauwe steen
En nu de tiende boom sprak de kapi
tein. Hier wachtte hen echter een groote te
leurstelling alle boomen in de rondte waren
gekapt, om bjj den bouw van de stad te die
nen en zoover het oog reikte, zag mea niets
dun struikgewas.
De beide vrienden zagen etkinder aan.
boom I riep de kapitein, er
yn hier m het geheel geen boomen hoe wil
In de Fransche Republiek is men over
het stijgen der graanprijzen en de daaruit
voortvloeiende verb - ogde broodprjjten zeer
ontevreden.
De Parjjsche gemeenteraad en de Pro
vinciale raad der Seine hebben zich tot
den minister-president Mé line gewend
met het verzoek, de douanerechten te wil
len verminderen, wanneer het bljjkt, dat
de tegenwoordige verhooging niet een
gevolg is van speculatie.
Daar echter in geheel Europa de graan
prijzen zijn gestegen, zal de Minister der
Fransche Republiek aau de verhoogde
broodprijzen niets kunnen veranderen.
Spanje.
In het land der Spanjaarden ziet het
er niet rooskleurig uit. 's Lands finan
ciën zijn leeljjk in de war, de bodem der
schatkist is door den opstand op Cuba
en el Iers leeds lang te zien en de onte
vredenheid onder het volk neemt met den
dag toe. Het kookt er onder de verschil
lende politieke partijen.
De Carlisten-boofdman Don Carlos
heeft zelfs openlijk verklaardhet is niet
uit welwillendheid tegenover de Koningin-
Regentes, dat ik geen opstand proclameer,
doch alleen uit eerbied voor den toestand,
welke thans in Spanje bestaat,
Hjj zal geen druppel bloed vergieten
voor hy niet zeker is van de overwinning
zijner zaak.
Te Konstantinopel zal een groot welda-
die oude domkop dan, dat wjj den tienden
zullen vinden.
De Amerikaan echter begreep hunne be
doeling en vroeg
Wat zoeken de heeren
De tiende boom, ezel! riep de kapitein.
Doch Firmin, bedaarder dan zjjn makker,
beduidde den herder het doel van hunnen tocht
en wat zij hier hoopten te vinden.
Een lijk antwoordde deze, dat zal niet
gemakkeljjk gaan op deze uitgestrekte vlakte,
maar ik weet raad. Hector, zoek I
Dj hond, eén leeljjk, mager dier, maar met
verstandige oogen, en uitmuntend afgericht,
begon onmiddellijk den omtrek snuffelend te
doorkruisen. Eensklaps stond hjj stilhet hart
der beide mannen klopte bjjna hoorbaar.
Zou het daar zijn Neen, de hond ging
verder, dooh na nog eenige malen te hebben
rondgeloopen, kwam hjj op dezelfde plek terug,
snoof de lucht io, blafte eindeljjk en begon
ten slotte in de aarde te wroeten.
Hier is het, sprak zjjn meester.
Met hun drieën togen zjj aan het werk om
de aarde te verwijderen, de kapitein hiertoe
gebruik makende van een door hem medege
nomen schop, die hij met al de kracht van
zjjne stevige armen hanteerde, terwjjl Firmin
de uitgegraven aarde rondom ophoopte.
Plotseling stootte de schop op iets hards.
Castillac bracht het aan het lichtFirmin
bukte om het op te rapen, en uitte oen kreet.
Het was een doodabeeu. f
Dezo vondst schonk hnn nieuwe kracht om
het onderzoek voort te zotton. I
digheidsfeest gegeven worden ten bate van
de Turksche gewonden in den Grieksch-
Turksehen oorlog.
De Duitsche Keizer heeft er eene groote
hoeveelheid porselein uit Berlijn heenge
zonden, waarmede de Turken ten hoogste
zjjn ingenomen.
In een gesprek met de Ambassa-
ders der Europeesche Mogendheden, heeft
Tewfik-Pacha geklaagd over het
nadeel dat Turkije ondervindt van het op
schorten der vredesonderhandelingen met
Griekenland. De Porte wil den vrede, maar
bij moet ook eenigszins aannemelijk zijn.
In de wijken Pera, Psamatia en Galata
te Konstantinopel wordt voortdurend jacht
gemaakt op de Armeniërs. Tien hunner
zijn weer aangehouden. Zij hebben de ver
schrikkelijkste folteringen ondergaanhun
ne nagels werden uitgerukt en hunne voet
zolen werden uiet gloeiende ijzers verbrand;
zij werden bovendien gegeeseld totdat zij
het bewustzijn verloren. Verscheidene ge-
folterden zjjn bezweken.
Dinsdag-nacht verliet de Turksche stoom
boot Akkisch de haren van Konstantinopel
met honderd Armeniërs. Het schip kwam
Woensdag-avond met de bemanning, sa
mengesteld uit de gewone beulen van den
Sultan, alleen terug. Al de gevangenen
waren in de zee van Marmora geworpen.
En dat alles heeft plaats onder de oogen
der Europeesche Gezanten!
De Engelschen willen nog maar altjjd
hun suzereiniteit over de Znid-Afrikaan-
sche Republiek doen gelden. De minister
van Koloniën Chamberlain wil dan
ook niets weten om het hangend geschil
aan een scheidsgerecht te onderwerpen.
In den Transvaalschen Volksraad heeft
President K r u g e r het bestaan van het
recht dat Engeland wil doen gelden be
twist, aangezien er in de overeenkomst
van 1884 van geene suzereiniteit spraak
is. Hij voegde erbij dat hjj die suzerei
niteit niet zal erkennen en dat Engeland
enkel het recht heeft, zich binnen een
tjjdsverloop van 10 maanden te verzetten
tegen de verdragen, die tusschen Trans
vaal en vreemde landen zouden gesloten
worden.
De beschaving in Japan is niet van zoo
jongen datum als velen denken. In de
achtste eeuw bestond er reeds eene uni
versiteit, waar zedeleer, geschiedenis,
rechtswetenschap en wiskunde onderwezen
werden. Men had er ook leerstoelen voor
astronomie en meteorologie en eene afzon-
ljjke school voor geneeskunde.
De bronnen der Japanscte beschaving
waren lndië, China en Korea, en de be
volking moet toen reeds een hoogen trap
van ontwikkeling bereikt hebben. In de
zeventiende eeuw drong met onze voor
vaderen de Westersche beschaving het
eerst in Japan door. De tegenwoordige
Botanische Tuin en de Keizerljjke Aca
demie werden in 1681 gesticht. Ver
schillende Japansche professors maakten
Daar het inmiddels avond was geworden en
de duisternis hen belette hun treurigen arbeid
te voltooien, had de herder in den omtrek een
aantal doode takken te za,nen geraapt en in
brand gestoken.
Bjj den rossen gloed van het brandende hout
groeven zjj verder en vonden spoedig een aan
tal doodsbeenderen, door den bevervanger' die
het lijk gevonden had, bjjeen gelegd, bjj het
overschot van het lichaam.
Geen enkele aanwjjziug echter, wiens ljjk
het wezen kon, niets dan doodsbeenderen.
Is dat alles wat er van mjjn armen mees
ter is overgebleven, jammerde Firmin.
Aangenomen, dat hjj het is, antwoordde
de kapitein.
Hoe zullen we dat dan te weten komen?
Door het hoofd het litteeken, ge
zoudt dit zelfs aan het doodshoofd herkennen,
hebt ge immers gezegd
Na lang zoeken en graven kwam eindeljjk
ook het hoofd te voorschjjn het was echter
met eeD zoo dikke laag vochtige aarde bedekt
dat het bjjna eene vormelooze massa geleek. De
kapitein nam zjjn mes, verwjjderde de aarde,
en weldra was het hoofd van alles ontdaan,
daarna gleed hjj met den vioger voorzichtig
langs het voorhoofd, hield bij den linkerslaap
stil, en sprak met innige overtuiging
Hjj is het, ziehier het litteeken.
Firmin nam liet doodshoofd in tie baud,
betas tie en bezag overmen» de plek, cn prevelde:
Arme jongeil
Daarop logde hy liet hoofd bjj de andere
beenderen, knielde bjj het graf van zjjn onge -