NI Kü W E
HbagBlaó voor cSftooró- on Suió-^Collanó.
Eene laffe vertooning.
binnenland!
No 2794
Woensdag 29 (September 1897.
22ste Jaargang.
B OlTEJi LA,ndT~
7'/.
Frankrijk.
Duitschland.
Is zij schuldig?
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem .ƒ1,10
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Voor het buitenland2,80
Afzonderlijke nummers0.03
Dit blad verschjjnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cent.
Elke regel meer
AGITE MA NON AGITATE.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dieastaanbi ngen 25 Cents per advertentie a Contant.
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Er zit iets bespottelijks in de toepassing
van de wetten die het duel verbieden. Men
heeft niet de minste achting voor de wet
ten behelzende bet verbod om te duelleeren.
Zjj, die 's lands wetten moeten handhaven
en een voorbeeld van trouwe plichtsbe
trachting moeten geven, zjjn omtrent de wet
op het duel, maar al te dikwjjls de grootste
wetschenners.
Het geval, dat zich nu heeft voorgedaan
in Oostenrijk, waar zelfs een Minister-pre
sident graaf Badeni wegens een persoon
lijke beleediging in het parlement hem aan
gedaan, heeft geduelleerd, ondanks de wet
die het tweegevecht verbiedt, stelt immers
de wet op het duel in een bespottelijk dag
licht.
Zeker werd graaf B a d e n i, als minister
president door den afgevaardigde Wolff
beleedigi toen deze hem ophelderingen
vroeg over het in't geheim rondsluipen van
vermomde politie-agenten als bedienden in
het Huis, met den Minister toe te roepen
«Als waar is wat wordt gezegd dan is bet
een schoftenstreek, mynheer de Graaf!»
Dat was den Graaf te kras, nu kende
de eerste Staatsman geen wetten meer.
Graaf B a d e n i liet den heer W o 1 f f
uitdagen door den korpscommandant graaf
Hexküll en den chef van diens genera-
len staf, kolonel R e s c h. De afgevaardigde
Wolff, wees als zyn getuigen aan: zijn
mede-afgevaardigden dr. L e m i s c h en dr.
Sylvester. Als wapen werd het pistool
gekozen en bepaald werd dat driemaal zou
worden geschoten op vjjftien pas. Beide
stryders vuurden te geljjker tijd. De kogel
vap den heer Wolff trof graaf B a d e n i
boven den wortel van de rechterhand,
drong door langs den onderarm en een
deel van den bovenarm en bleef in het
vleesch steken. Hoogstwaarschijnlijk 2al
eene verlamming van den arm het gevolg
zyn van deze duelwoede. Graaf B a d e n i
had zyn tegenstander niet geraakt. Het
FEUILLETON.
Beschuldigd.
96. {Slot.)
Ja antwoordde hjj, zjj is gered, kom mee.
Daarop begaf het drietal zich naar het salon
waar ze, volgens afspraak van den dokter met
den kapitein, op een gegeven teeken binnen
traden.
Jacques, riep Jeanne, Jacques, waar zjjt
ge
Jeanne, antwoordde hjj en snelde op haar
toe. Beeds breidde ze de armen uit, om hem
aan hare borst te drukken, toen ze echter plot
seling terugweek, hem met angstig vragenden
blik aanzag en eindelijk stamelde
Jacques, zjjt gjj het
O, God, ze herkent mjj niet, riep hjj vol
wanhoop uit.
■Was hjj het werkeljjk, de schoone jongeling
van vroeger, en zooals hjj in hare gedachte was
bljjven voortleven. Die andere was jong en hjj,
die thans voor haar stond, was bijna een grjjs-
aard, door maandenlang verdriet was zjjn haar
in de gevangenis vergrijsd en zjjne trekken ver
magerd en verouderd.
Jacques, herhaalde zjj, zjjt gjj het werke
ljjk, kom hier, laat mjj u eens goed aanzien,
ja waarljjk, dat iB hjj, ja, het zjjn uwe oogen,
gjj zjjt het, Jacques, mjjn geliefde
En met den uitroepJacques, Jeanne, vielen
ze in elkanders armen.
Ja, Jeanne, lieve Jeanne, ik ben het, ik
duel werd gestaakt en graaf Badeni
naar zyn paleis gebracht, waar de kogel
werd uitgesneden. Uit het onderzoek van
de wond bleek dat de beenderen van den
arm niet gekwetst waren.
Na den afloop van het gevecht reikten
beide tegenstanders elkander de hand, de
Minister gaf de niet gekwetste linker, en
de laffe comedie was afgespeeld.
De eer van twee moordenaars, die el
kaar naar het leven stonden, was gered.
Kan men zich een laffer vertooning denken?
En dan stelt men nog belang in het
lot van zulke menschen o. a. liet keizer
Franz Jozef van Oostenryk zijn innige
en vriendschappelijke deelneming betuigen
aan een zijner eerste Staatsdienaren die
's lands wetten met voeten had getreden
en zich verlaagd had om een moorde
naar te worden. Ook de voorzitter van de
Kamer Dr. Kathrein is aan den gewon
den graaf Badeni, die den heer Wolff
heeft gedwongen om zoo mogelijk een
moord te plegen, in persoon zyn deelne
ming gaan betuigen.
Wy zyn het volkomen eens met de
Neue Freie Fr esse in deze duel-quaestie,
waar het blad de uitdaging van graaf
Badeni ten sterkste veroordeeld met de
woorden
«Wie zich zelf boven de wet stelt, heeft
moreel het recht verloren om van anderen
achting voor de wet te eischen.»
De Fransche Journalisten onder het va
derschap van Emile Arnaud te Parys,
hebben een Association Internationale des
Journalistesamis de la pairs gesticht.
Men is waarschynlyk uitgegaan van het
denkbeeld, dat veel oorlogen door de pers
in het aamijn worden geroepen, een bond
dus van Journalisten zal minstens even
veel voordeel stichten tot het behoud van
den vrede als die van de Europeesche
Staatslieden.
De stichting van den vredesbond is op
ben weer gekomen, om u niet meer te verlaten.
Jeanne antwoordde niet
Jeanne, boort ge niet, ik ben het, uw
Jacques ditn ge zoo lang tevergeefs gewacht
hebt, Jeanne antwoord dan toch.
Zonder teeken van leven bleef haar hoofd op
zjjn schouder rusten.
Dood I riep hjj wanhopig. O, mjjn God,
Jeanne is dood.
Voorzichtig legden Maurice en André de be -
wustelooze op de sofa. Jacques knielde bij haar
neder, en terwijl hjj het gelaat met de handen
bedekte, jammerde hjj
Dood 1 dood zoo veel te hebben
geleden en haar thans weder te zien om ha^r
dadelijk weer te verliezen. O, dat is te veel,
dat is te wreed.
Maar waarom mjj dan niet weerhouden, als
mjjne tegenwoordig ïeid haar moest dooden
Wanneer ze mjj niet gezien had, zou ze thans
nog leven zon ze nog gelukkig zjjn in
haar zoeten waanzin en ik mjj tevreden gesteld
hebben Maar thans is ze dood he
laas dood 1
De dokter vatte Jacques bjj den arm, en
sprak
Houd toch op met uw gejammer. Dood,
zjj is evenmin dood als gjj, men sterft niet van
geluk. Ze heeft het zich alleen een weinig te
veel aangetrokken. Zie, ze opent de oogen
weder.
Werkeljjk opende Jeanne de oogen, en zag
half verbjjsterd om zich heen, vervolgens sprak
zjj met zachte welluidende stem, als in een droom:
De bloemen zjjn alle wit ze
'/eer eigenaardige wijze gevierd met eeD
dejeuner te Parijs in het café «Beaujolais»,
immers er bestaat geen vreedzamer wijze
van doen dan gezamenlijk ontbijten, maar
buitendien is er een voorloopigcomité be
noemd om de statuten te ontwerpen, die
later aan het oordeel van eene algemeene
vergadering van de leden zullen worden
onderworpen.
De lieer F ran 90 is Coppéedie
elf weken het bed heeft moeten houden na
eene pijnlijke operatie, die hij voor den twee
den keer heelt moeten ondergaan, is weer
genoegzaam hersteld om zijne werkzaam
heden te verrichten. Gelurenrle zjjne ziekte
schreef hij geregeld zijn wekelijksch arti
kel voor een der Parijsche bladen. Fran
cois Coppée is 54 jaar oud.
De doop van den nieuwen kru'ser le
klasse Fürst Bismarck te Kiel wordt als
eene hulde beschouwt aan den grijzen ex-
rijkskanselier van het Duitsche rijk.
Niemand minder dan prins Hei n rich,
de broeder des Keizers, haalde de lamilie
van den heer V on Bis m ar ck aan den in
gang van het feestterrein af. (Y 0 n B i s -
marekzelf kon niet verschijnen). Natuur
lijk waren ministers en allerlei andere hoo-
gere personnages reeds aanwezig toen prins
fie in rich de zoons, dochter, schoondoch
ters en schoonzoon, graaf R a n t z a u bin
nenleidde.
De vrouw van Wilhelm Von Bis
marck volbracht den doop onder het ge
bruikelijke stukslaan van een flesch cham
pagne tegen den boeg en het uitspreken
van de woorden: «In naam des keizers doop
ik U lürst Bismarck».
Na afloop van de plechtigheid ging
prins Heinrich met de leden der fami
lie Von Bismarck dejeuneeren.
Drukte over onze socialistische afgevaardigden.
Het zjjn de heeren Mr. Troelstra, Van
Kol en Van derZwaag, waarover de bla
den zich bjjna eiken dag bezig houden. Geen
onzer afgevaardigden wordt zoo druk besproken
dan deze heeren. Onze grootste mannen worden
doodgezwegen en de gekozen socialisten genieten
de eer in al hun doen en laten beoordeeld te
worden.
Zjj vormen geen groep in de Tweede Kamer;
hebben hun bruidskleed aan voor de vo
gels, die ze lief hebbeneven als ik voor
Jacques mjjn beminde O, hij zal sposdig
weer komen Neen hjj is niet schuldig
Jacques kom
O mjjn God! nog waanzinnig, riep de jonge
man. Daarop hief ze met zoet melodieuse stem
haar oude lied aan
Un arret d'injustice enz
Na de laatste woorden uitte ze een gil en
viel achterover.
Gered 1 riep de dokter. Gered 1 thans is zjj
de uwe.
Een oogenblik later cpe,jde Jeanne opnieuw
de oogen, loosde een diepen zucht en richtte
zich glimlachend op.
Jacques 1 riep ze, en barstte daarop in een
luid snikken uit.
Gered herhaalde de dokter, de proef is
volkomen geslaagd, thans staat niets meer uw
geluk in den weg.
EINDE
1.
Eene golvende menschenzee bewoog zich in
de ruime kunsthallen, welke een aieraaad der
residentie D. uitmaakten. Een vreemdeling zou
gemeend hebben, dat een geestdriftige kunstzin
de inwoners gelokt had naar de zalen, waar het
penseel zijne triumfen vierde. En toch waren het
enkel de luttele zonnestralen, die tooeven den
morgennevel doorboorden, welke de menschen
tot eenige verfrissching aanzetten, Zoo waren
Mr. Troelstra en Van Kol trekken een
Ijjntje, Van derZwaag staat op zich zelf,
geheel alleen staat ook do sociaal-demo
cratische fractie die door den heer Troelstra
en Van Kol wordt gevormd. Deze twee plegen
gemeenschappelijk overleg. Van der Zwaag
nam deel aan de audiëntie bij onze Koninginnen
en aan de plechtige Kameropening.de twee an
deren bekommerden er zich niet over.
Het zal spoedig bljjken in de Kamerzittingen
wat de socialisten in hun mars hebben om het
Nederlandsche volk gelukkig te maken. Nu
althans heefc hun verkiezing tot Kamerleden
dit voordeel, dat zij gedwongen worden niet
tegenover eene onwetende volksmassa, maar te
genover de meest ontwikkelden hun theorieën
te verkondigen. Van zoo iets ku nen we nog
pleizier hebben.
Met verwjjzing naar achterstaande advertentie
voldoen wij gaarne aan het verzoek van Rjjks-
wege tot ons gericht, om het navolgende aan
onze lezers bekend te maken:
BEPALINGEN.
BETREFFENDE
liet gebruik van den interconununalen tele-
phoondienst.
Artikel 1. Hij, die tot het voeren van een
intercommunaal telephoongesprek wordt toege
laten, is bevoegd, zich gedurende drie minuten
met den geroepene te onderhouden. Wtnscht
hjj na verloop van drie minuten het gesprek
voort te zetten, dan wordt dit toegelaten ge
durende een nieuwen termijn van drie minuten
Na zes minuten mag het gespn k, telkens voor
drie minuten, alleen voortgezet worden indien
zich geene andere personen tot het voeren van
een gesprek hebben aangemeld.
Artikel 2. De gesprekken worden in volgorde
van aanmelding gevoerd.
De volgorde wordt echter 0 derbroken voor
gesprekken, waaraan recht van voorrang wordt
toegekend.
Artikel 3. Indien aan eene oproeping tot het
voeren van een gesprek binnen twee minuten
geen gehoor is gegeven, wordt de verbinding op
geheven.
Artikel 4 Aansluiting van plaatselijke tele-
phoonnetten aan intercommunale Rijkstelephoon-
bureelen geschiedt op de voorwaarden, welke in
de concession voor den aanleg en de exploitatie
van plaatselijke telepboonnetten zjjn opgenomen,
en met inachtneming van de vco schriften, door
den Minifter van Waterstaat, Mandelen Nijverheid
in het belang van de intercommunale telephoon-
gcmeenschap noodig geacht.
Artikel. 5. Behalve de in artikel 4 bedoelde
plaatselijke telephoonnetten, kunnen ook afzon-
derlgke psrceeleu met het naastbjjgelogen in
tercommunaal Rijkstelephooubureel verbonden
velen de vrjje natuur gaan bewonderen, maar
hadden even spoedig een veilig toevluchtsoord
gezocht in de gastvrjje, warme zalen, waar juist
eene schilderjjen-tentoonstelliDg plaats vond. Bo
vendien had men hier het voorrecht, te bewon
deren en bewonderd te worden, eene omstandig-
h.id, welke steeds voor de wereldkinderen een
zekere bekoorljjkheid bezit.
OnJer degenen, die pratend en lachend door-
eenwarrelden, bevond zich ook een iewat oud-
achtig beer, in generaalsuniform. Hjj lette niet
op de luidruchtige menigte rondom zich, doch
ging langzaam langs de tentoongestelde doeken,
om nu en dan voor een meesterwerk te blijven
staan. Het was hem aan te zien, dat hij met
volle teugen het verheffende kunstschoon ge
noot.
Eensklaps echter wendde hjj zjjne blikken
af van een tafereel, dat hem meer dan anderen
scheen aan te trekken, en onwillekeurig be
schouwde hjj het jonge meisje, dat als geboeid
door de kleurenmengeling naast hem stond. Zjj
was een aantrekkelijke slanke meisjesfiguur, in
eenvoudige kleedij. Hare gelaatstrekken konden
niet schoon genoemd worden edoch, er blonk
iets in hare oogen, dat haar iets beminneljjks
gaf. Voor alles evenwel werd men getroffen door
hare ranke berallige leest, Geheel verdiept in
de beschouwing van het paneel vóór haar, stond
zij daar onbewegelijk, de bewonderende blikken
geriqht op de schilderjj. Eindelijk, als kostte
het baar moeite van het doek te scheiden, haalde
zjj diep adem, en maakte aanstalten verder te
gaan.
Wordt vervolgd.)