N I E TJ W E Het militairisme. No 2842 Donderdag 25 November 1897. 22ste Jaargang. BI IT EN LAND. 50 Cent 77» Een onecht Testament. Frankrijk. Turkije. België DaitscMand. Spanje. Engeland. WagBlaó voor <Mooró- on &uió ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem 1,10 Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenland2,80 Afzonderlijke nummers0.03 Dit blad verschijnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen. BUEEAU: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. AGITE MA NOTÜ AGITATE. Redacteur-Uitgever, W. KüPPEES. Onze militaire grootheden zijn niet te vreden met het gemakkelijk en weelderig leven, dat zij thans genieten van de kleine veertig millioen gulden die jaarlijks in ons klein landje aan het militairisme ten offer worden gebracht. En dit niet alleen, maar dreigen voortdurend met den persoon leken en algemeenen dienstplicht, waar door de uitgaven voor militaire doeleinden nog aanmerkelijk zullen klimmen. Een ding moest eigenlijk verwondering wekken, zegt het Kanton Oosterhoutn.l., dat, terwjjl ons volk van nature anti-mili- tairistisch is, terwijl verreweg de meeste kiezers het individueel buitensporig vinden dat zoo ongehoord veel geld aan militaire doeleinden besteed wordt, maar zoo wei nig Afgevaardigden doordrongen blijken van de onafwijsbare noodzakelijkheid, dat aan een toestand, zoo in hooge mate anti-na tionaal hoe eer hoe beter een einde diende te worden gemaakt. In de afdeelingsverslagen der Staats- begrooting (hoofdstuk Oorlog) lezen wij nu Wel, dat er door enkele Afgevaardigden geprutteld wordt tegen de bedenkeljjke op drijving der uitgaven voor de defensie, die zij met het oog op den toestand onzer fi nanciën allerminst gerechtvaardigd achtten. Men vindt het bar zooveel geld aan mili taire werken te besteden, men schudt het hoofd en de begrooting van Oorlog gaat er weer van door. In de Tweede Kamer hebben enkele Af gevaardigden den moed om tegen de steeds klimmende oorlogsbudgetten te protesteeren, daar het geld beter kan besteed worden voor dringende verbeteringen op sociaal gebied. De groote meerderheid steunt den Minister, die dit weet, en zich niet bekreunt om de protesten van enkelen. Onlangs nog werd er op gewezen, dat Uit eene vergelijking met andere landen bljjkt, dat, in verhouding tot de getalsterkte van ons leger, de kosten daarvan te hoog FE U1LLETOK. 2. {Vervolg.) Een lang mager persoon, in eenigszins schrale en niet zeer nette kleeding, trad het voorplein op. Hjj had de armen vol beladen met pakjes van allerlei soort en grootte en een kleine knaap Volgde hem met eene groote mand. //Lieve hemel, zeide Sparks, terwijl hij de teugels vallen liet, //is daar Shady Eggs met. Hoe komt hjj nu zoo laat! De menschen moe ten wat beter oppassen.// //Hoe jjselijk lastig 1// zeide de meid der ♦Plaats," die zelve zooveel tijd in de stad ver spild had, dat zjj den eersten vrachtrijder was Uiisgeloopen, en gevaar geloopen had van ook Uiet den visch voor den tweeden te laat te komen. Intusschen was Shady Eggs naderbij gekomen. "Ik verheug mjj, M. Sparks, dat ge nog hier 2$t j wees zoo goed deze artikelen te bergen. Jong menscb, vervolgde hij tot den knaap met de mand, //gjj kunt heengaan hier is eene klei de belooning voor uwe moeite.# De jongen vertrok zjjn mond tot een grijns, ®tak de belooning in den zak, en de mand, enz. *erden nu zoo goed mogelijk in de huifkar geplaatst. De juffrouw van de „Plaats* hield uiet op haar misnoegen dobr schouderophalen fe kennen te gevenieder pakje dat in den *Bgen werd gebracht, benam haar iets van de *uimte die zjj voor hare kleeding behoefde, en zgn. Speciaal werd daarbjj op België en Zwitserland gewezen, kleine landen evenals het onze, en ook werd daar tegen ingebracht, dat ons kader de uitgaven voor het leger zoo doen stjjgen. Indien men nu nog ge zegd had, dat de hooge bezoldigingen en pensioenen van onze hooid- en opperofficie- reu een der oorzaken zijn van het hooge eindcijfer, dan zouden wij daar niets tegen hebben in te brengen maar ons kader, dat toch waarlijk niet in weelde zwelgt, als de schuld voor te stellen van onze bui tensporige oorlogsbegrooting, gaat onzes inziens toch een beetje te ver. Het vermakelpkste van alles want ernstige zaken hebben gewoonlijk toch ook een vermakeljjken kant was, dat door verscheiden leden (in vollen ernst!) aan gedrongen werd op de benoeming eener Staatscommissie tot het instellen van een onderzoek, of bezuinigingen op het budget van oorlog aan te brengen waren. Naar den bekenden weg te vragen, noe men wij onzin. Er moet bezuinigd worden, dus geen nieuwe militaire dwangmaatrege len de bevolking op de schouders gelegd onze financieele draagkracht is reeds te hoog opgevoerd en waar sociale hervor mingen, dringend noodig zijn, kan van de jaarlijks te geven veertig millioen gulden voor het militairisme wel wat bezuinigd worden. Wil men.de welvaart van ons volk bevor derlijk zjjn, dan binde men het geen Pruisisch dwanggareel aan, waartoe het militairisme ons voeren wil, indien dit monster niet bij tijds wordt afgewezen. Strijden wij tegen de invoering van den persoonlijken dienst plicht, want geven wij de plaatsvervanging prjjs, dan volgt met zekerheid de alge- meene dienstplicht met al zijn lasten. Dan zou het wel eens kunnen gebeuren, dat in plaats van veertig millioen gulden, tach tig millioen gulden den belasting betalenden burgers uit den zak werd geklopt en wjj vragen met recht of dit volgens het gewe ten mag. er was even veel azjjn in hare trekken als bier in die van Sparks. „Indien gij van zins waart mede te gaan Mr. Eggs, is 't wel jammer, dat gij niet wat meer haast hebt gemaakt,# zeide zjj scherp. #'t Is jammer. Ik zit. 't Kan niet beter,# ant woordde hjj op zachtmoedigen toon, terwijl hij zjjne lange beenen zoo goed mogeljjk, zonder overlast voor anderen, trachtte uit te strekken- „Er is nooit iemand die twist zoekt met Mr. Eggs,# kwam de voerman bevredigend tusschen- beiden. De dienstmaagd keek gramstorig, maar Shady dankte voor zjjue hoffelijkheid met een vriendeljjken glimlach. Zjj waren buiten de stad gekomen, en reden op eenen redelijken draf langs den fraaien straatweg, aan weerszjjden met liefelijk groene heggen beplant, en heerljjke ak kers en weiden rondom en voor hen uit, toen zjj weder halt moesten houden. Een reiziger, die, op een mjjlpaal zittende, hunne komst scheen af te wachten, stond op, toen zjj naderden, en riep »Is er nog plaats Sparks zette een twijfelachtig gezichtde dienstmeid zeide „neen#, maar Shady, gaf, met een vriendeljjken blik, te kennen, dat er, met een weinig inschikkelijkheid nog wel een plaats je te vinden zou zjjn. Al de tegenwoordigen, uiteenomen zjj die zich verzet had, schenen ge willig om ruimte te maken. Zjj namen hunne pakjes op hun schoot en schoven een weinig dichter tjj elkander. //Hoe verschrikkeljjk lomp//, zeide de vertoornde dienstmaagd. //Ik kan niet meer bij mjj nemen dan ditdit pakje moet op de bank bljjven liggen.# Te Parijs heeft de onlangs opgerichte «patriottische stuclenten-vereeniging» Zon dag-namiddag eene vergadering belegd waar geprotesteerd is tegen de «intriges van het Dr ey f u s-syndicaat.» Verscheidene sprekers traden op voor een duizendtal hooiders. Openlijk verklaarden deze sprekers, dat de Senator Scheurer- Kestner en Mathieu Dreyfus op gezag van Joseph de Reinach en an deren handelden. Ten slotte werd eene motie aangenomen, waarbij de Regeeriog wo/dt uitgenoodigd «energieke maatregelen te nemen.» Sultan Abdul-H amid heeft het nu weer te kwaad gekregen met de Europee- sche Mogendheden. Rusland plaagt hem met de nog onbetaalde oorlogsschatting Oostenrijk vroeg gewelddadig voldoening en dreigde met een bombardement en nu komen ze gezamenlijk den Sultan de erken ning afdwingen, dat Kreta autonomie moet worden toegestaan. Indien de Sultan nu niet heel spoedig aan den wil der Mogend heden gevolg geeft, zullen zij een maritie me demonstratie houden inde üardanellen en Konstantinopel blokkeeren. Te Brussel is Zondag een Katholieke Journalistenbond tot stand gekomen. In de vergadering gehouden in een der zalen van het Hotel de la Postwaren een 40- tal journalisten uit Brussel en de provin ciën bijeen. De gewezen hoofdredacteur van het Journal de Bruxelles, de heer Dechamps, was met de leiding belast bijgestaan door de heeren M a 11 ié, van de Courrier de Bruxelles en G i 11 e, van het Journal de Bruxelles. Na eene breedvoerige discussie werd een reglement ontworpen. De Bond zal bestaan uit werkelijke journalisten,dagbladschrijvers van beroep, verder medewerkers, voor wel ke dit beroep slechts een bijzaak is, en eereleden. In eene volgende vergadering wordt het Bestuur gekozen. Na afloop vereenigde zich de heeren aan een allergezelligst diner. //Vergun mij het voor u vaat te houden, mejuffrouw," zeide de onverstoorbare Shady en terwjjl hij het van haar overnam, zoo voor zichtig alsof het een zuigeling ware, plaatste hjj het op zijn knieën en omvatte het met zijne armen. Het was inderdaad een zeer broos voorwerp,, in een papier gewikkeld, zag 't er uit als een licht-bruine wolk, cn was voorzien van eene gedrukte verklaring, dat het kwam uit het be roemde modemagazijn van Mrs. Davy. „Het is de hoed van onze keukenmeid.// ver waardigde zich de meid te zeggen, maar achtte het overigens niet noodig Shady verder te be danken. Shady blikte liefdevol op zijnen kost baren last neder, alsof eerder de heele huifkar met haren inhoud zoude te loor gaan, dan het hem toevertrouwde pand het minst leed zou geschieden en de vreemdeling was als passagier opgenomen. Het was geen moeilijke taak de verschillende karakters zijner medepassagiers te doorgronden. Op aangezichten, vermagerd door zwaren arbeid cn gebronsd door de zon, stonden voornamelijk huiselijke zorgen te lezen en de gedachten die hunne ziel bezig hielden waren misschien wel het meest of de voor oud gekochte schoenen aan Tommy zouden passen of hoe het Elisa in haren nieuwen dienst wel zoude bevallen. Eenigen maakten van de gelegenheid gebruik om de zaken het dorp betreffende te bespreken, terwijl anderen rustig sliepen, niettegenstaande het schokken der kar. Zooals zjj daar zaten, sloeg hij hen opmerkzaam gade, en vestigde toen zijne scherpe grijze oogen op Shady. Hij De woorden door keizer Wilhelm bij de beëediging der recruten gesproken: «Hij die geen goed Christen is, is geen braaf menscb, noch een flink Pruisisch soldaat, en kan op geen enkele wijze de plichten vervullen die van een soldaat in het Pruisische leger worden geëischt,» heb ben de hartstochten in beweging gebracht en groote opschudding teweeg gebracht in het Dmtsche Rijk, want wordt gezegd: «Al leen een Christen kan een goed soldaat en een goed vaderlander zijn» dan is een Jood of een ongeloovige buiten gesloten. De Frank f. Ztg. vraagt, waartoe het dient de Joden en ongeloovigen den eed te doen afleggen als men vooruit over tuigd is, dat zij dien eed niet honden kun nen, daar zij toch niet in staat zijn «brave menschen en goede soldaten te worden.» De Voss. Ztg. wijst op Turken, Magya- ren, Hindoes en zelfs Heidenen, die «brave menschen en goede dappere soldaten» ge worden zijn en vraagt of er op dit keizerlijk woord niet ielsaf te dingen valt. Men wil in den Rijksdag den Minister interpelleeren over de woorden des Keizers. De Minister van Oorlog generaal C o r r e a heeft in den Ministerraad verslag uitge bracht over de woorden met den ontslagen bevelhebber van het eiland Cuba, generaal W e y 1 e r gesproken. Die belooft K eft de besluiten der Regeering te eerbiedigen. De Ministerraad keurde de ontwerpen van autonomie voor Cuba en Poi torico goed, maar de qnaestie der douanerechten werd tot morgen uitgesteld, om aau de gedele geerden uit Catalonië gelegenheid te geven, aan Sagasta de bezwaren die zij daartegen hebben mede te deelen. Nu de anarchisten uit het land ge dreven zijuen de toestand in Barcelona weder normaal te noemen is, zal de Koningin- Regentes het besluit teekeuen, waarbij de staat van beleg voor die stad wordt op geheven. Nu een overzicht kan gegeven worden van den verschrikkelijken brand in de City te Londen, is de schadepost te groot op gegeven er is verbrand voor l'/4 millioen pd. st. waarvan Ys millioen niet door as- kon zich niet weerhouden te glimlachen, toen hjj den ernst opmerkte waarmede deze voor zjjnen last zorg droeg. Zich fot den voerman wendende, begon hij hem te ondervragen over de hen omringende voorwerpen. Geen gebouw ontging hem hij wilde alles wetenen John was zoo mededeelzaam als een weetgierige slechts wenschen kon. //Dat gebouw daar in de verte, tusschen de boomen,* zeide de vreemdeling; „het ziet er goed uit wat is dat "Wat! daarginder? Wel, dat is de Dew mijn heer, wij zullen er komen het is een der plaatsen waar ik ophoud.// //Do Dew zeide de vreemdeling. //De Dew, mijnheer;// viel Shady in, meteen blik van goedhartig medeljjden over Sparks on kunde, „Parkers Dew, zoo als het gewoon lijk maar ten onrechte genoemd wordt Dit laatste voegde hjj er met plechtigen nadruk bjj. „En wat is de eigenljjke naam vroeg de vreemdeling. Shady zag rondom zich met een beteekenis- vollen blik, die zijne zelfvoldoening te kennen gaf en antwoordde eenigszins trotsch„Par Giace de Dieu, mijnheer, dat-, gelijk gjj weet indien gij, zooals ik veronder.-tel, metdeFran- sche taal bekend zjjt, wil zeggen, „door Gods genade.// De vreemdeling knikte toestemmend. „Oorspionkeljjk, mjjnheer,# ging Shady voort,' „werd het door Willem den Veroveraar aan den stamvader van de familie De la Mar geschon ken, in wier bezit het sedert gebleven is." Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1897 | | pagina 1