N I E
E
Eenstemmigheid op
sociaal gebied.
No 2852
Dinsdag 7 December 1897,
22ste Jaargang
77»
Een onecht Testament.
kfragSlaó voor <ofëooró~ on
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor bet buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
/1,10
«1,40
«2,80
«0.03
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
50 Ceni,
Van 16 regels
Elke regel meer
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
AGITE MA NON AGITATE.
Redacteu r-TJ itgever, W. K P P E R S.
Zelden is in de Tweede Kamer een zoo
groote eenstemmigheid gebleken als ditmaal
bjj de behandeling der Staatsbegrootiug voor
het volgend jaar. Ja, er zijn wel enkele aan
merkingen gemaakt en de Ministers hadden
Nel eenige harde nooten te kraken, maar over
de verlangens en wenschen voor de toe
komst werd al zeer weinig verschil van ge
voelen openbaar.
Meu hoorde de Limburgsche afgevaar
digden, Dr. Nolens en de heer T r uy e n,
dezelfde verlangens uitspreken als de sociaal
democratische Kamerleden. Soms was men
too eensgezind, dat de heer Van Kol,
de bekende socialistische afgevaardigde
▼erklaarde met genoegen Dr. Nolens te
hebben hooren spreken, en hem dank be
tuigde voor de gevoelens, die hg had ver
tolkt.
Toch spreekt het van zelf, dat die een
stemmigheid slechts in schjjn bestaat. Wij
Neten te goed, dat Dr. Nolens onmoge
lijk denzeltden weg kan bewaudelen als de
sociaal-democrateü, die hem zoo bewon
derden en bewierookten. Al is voor het
oogenblik hun punt van uitgang hetzelfde,
niet lang zal het duren of de wegen schei
den zich en de eensgezinden van thans wor
den de meest principieele tegenstanders.
Die gelijkgezindheid vond haar grond
in de gemeenschappelijke overtuiging, door
de verschillende sprekers in de Kamer ver
tolkt, dat de tegenwoordige Regeering in
hoofdzaak werkzaam zal moeten zijn tot
verbetering van sociale misstanden, en zij
althans voornamelijk een Regeering van
■ociale rechtvaardigheid behoort te wezen.
Zoowel de genoemde Limburgsche afge
vaardigden als die van andere richtingen
betoogden zulks, natuurlijk ieder op zijn
manier en ook op verschillende gronden.
De beer Van Kol bjj voorbeeld trachtte
aantetoonen, dat het volk ontevreden is
Diet zijn toestand. Het wil meer loon voor
Hinder arbe'd. Het wenscht meerdere vruch
ten en minder smart. De belastingdruk
moet verplaatst worden op de schouders
van den rijke, ten einde de armen te kun-
hen helpen. De groote overmacht der be
tters moet worden gebroken, totdat het
persoonljjk bezit in handen der gemeen
schap zal zjjn overgegaan. De eenige leus
FE UILL E T O N.
13
{Vervolg.)
Te midden van de genoemde «ombere voor
werpen waren de zwakke stralen der lantaarn,
die Shady weder had opgetrokken van weinig
nut.
Ik heb nog nooit een fraaier uitwerking der
duisternis gezien, r zeide de vreemdeling ff maar
i* er geen mogelijkheid om een weinig daglicht
hier in te laten Ik zou het verkieselijker vindon
®enige dier boeken bij het licht der zon dan
bjj dat van deze lantaarn te lezen.//
Shady wees hem aan, dat de hooge en kleine
Vensters met luiken gesloten waren.
'Daarmede,// zeide zjjn metgezel, terwijl hij
het oog op een biblioteek-ladder liet vallen,
"kan ik er wel bijkomen indien ik eens een
luik open maakte, zou ik het naderhand weder
fcenaakkelijk kunnen toe doen mag ik P//
Shady aarzelde. //Het zou zoo veel tjjd kosten
hjj had reeds te veel van zjjne bezigheden ver
ruimd sir Valany zou hem kunnen noodig
hebben,» hjj vergat er echter zjjne overtuiging
hjj te voegen, dat Mrs. Gillies hem erg zoude
doorhalen, indien hjj er niet op den bepaalden
bjd ware om het middagmaal binnen !e bren
gen eeu dienst die hjj gewoon was te ver
lichten.
"Laat mjj maar alleeB,// zeide de vreemdeling,
"Vertrouw mjj den sleutel toe, of sluit mjj op
is hier veel, dat ik gaarne wilde onderzoe
van het volk zal dan ook wordenVoor
de bezittende, of voor de arbeidende klasse.
Die spreker noemt het een socialen mis
stand, dat men nog niet is gekomen tot
de opheffing van het privaat bezit en dat
er nog altijd klassen en standen bestaan,
meer- en minder gegoeden, rijken en armen,
gelukkigen en ongelukkigen. Zjjn streven
en dat zijuer medestanders is dus om een
sociale rechtvaardigheid in het leven te
roepen, die in de oogen van ons de grootste
onrechtvaardigheid zou moeten heeten.
Maar hierover werd in de Kamer weinig
gesproken. Het hoofdpunt der redevoerin
gen was bierin gelegen, dat men ontevre
den is met den bestaanden toestand. Over
het hoe en over het waarheen hoorde men
al heel weinig. Er moet verandering, ver
betering komen, dat is de hoofdzaak.
Ook Dr. Nolens wees op de misstan
den op sociaal gebied. Vooral bij den ar
beid in verschillende strekeu van ons land
openbaren zich die misstanden en spreker
gelooft, dat behalve de particuliere be
moeiingen en die der Kerk, ook de Staat
in deze heeft mede te spreken. Hjj noemde
de Encycliek Rerum Novarum de Grond
wet voor alle wetteD, die de regeling van
het sociale vraagstuk beoogen en vroeg
niet naar de gronden, waarop men de mee
ning baseert, dat de arbeiders geholpen
moeten worden, maar drong aan op ge
meenschappelijke samenwerking.
Zeer juist heeft deze spreker het stand
punt geschetst, dat in onze dagen door
ieder afgevaardigde behoort ingenomen te
worden. Men moet streven naar eensge
zinde samenwerking, naar overeenstemming
en overleg, om gemeenschappelijk te doen
wat voor den arbeider noodig is.
Wij willen niet de meening verkondi
gen, dat de werkman in onze dagen ver
trapt en mishandeld wordt, dat bij slechts
het middel is om het kapitaal der rijken te
vermeerderen en als loon daarvoor niet
meer geniet dan bij noodig heeft om niet
van honger te sterven. Dit standpunt, hoe-
wet het door de socialisten wordt verdedigd,
noemen wij valsch en onwaar. In vele op
zichten heeft de arbeider van dezen tijd
reden tot dankbaarheid, indien hij zjjn lot
vergelijkt met dat van werklieden uit vroe
gere perioden. Maar toch mag de werkman
aanspraak maken op het ontvangen van
die voordeelen en het verkrijgen van die
rechten waardoor zijn toestand verbeterd
ken, kom terug zoodra gjj wilt of kunteen uur
of een paar uur zullen mü voldoende zjjn.//
Een nieuwe strjjd verhief zich in Shady's
gemoed zoo ongastvrij te zjjn om hem tusschen
papier en perkament op te sluiten, op eenen
tjjd dat zjjn eigen eetlust hem herinnerde, dat
de natuur voedsel van anderen aard eischte,
atuiite hem tegen den borsttoch zag hjj in dat
het verre weg het beste was zich op deze
wjjze van hem fe verzekeren. Na eene kleine
pauze zeide hjj, dat hjj zoude terugkeeren zoo
spoedig als bet maar mogeljjk was, en, na de
deur van buiten gesloten te hebben, kwam bjj
in cenigszins zenuwachtigen toestand bjj de
huishoudster. Gelukkig ontving hjj door bet
verlengde bezoek vau Br. Cruden geen berisping
over zjjn langdurige afwezigheid.
//Ik ben bljjde dat gij komt, zeide Mrs.
Gillies „de dokter heeft van daag veel te ver
tellen en Eobinson heeft al dien tjjd zijn paard
moeten houden, zoodat er niemand is om een
mes schoon te maken, voor het weinige dat wjj
te snjjden hebben.// Shady begon bedaard de
messen bjjeen te zoeken, voornemens zijnde zich
met dat gedeelte van Robinson's taak te belas
ten, toen dokter Cruden en Miss de la Mark,
in een druk gesprek gewikkeld, de plaats over
staken en bon aan den ingang ontmoette. In
een oogenblik van zwakheid liet hjj de messen
zoo ongemerkt mogelijk in zijn zak glijden, en
boog zich zeer eerbiedig tot dat zij voorbjj waren.
Maar op hetzelfde oogenblia keerde de dokter
zich eensklaps om, zeggende //He, daar is Higgs;
hjj is juist onze man.'
//Hoe ik hem kon vergeten?» zeide Marjory.
wordt en zjjue levensomstandigheden ver
aangenaamd, zonder dat daaruit nadeel
voor anderen voortkomt.
Die rechten en voordeelen worden h*m
soms misgund, niet uit afgunst, maar vaak
uit vrees, dat de werkman door het ge
nieten er van met minder lust zijn eenvou
dige taak zou volvoeren of dat hij zich
op gelijke lijn zou stellen met hen, die hem
zijn werk verschaffen.
Die vrees noemen wij echter ijdel, indien
men in het oog houdt, dat ook op sociaal
gebied de rechtvaardigheid en de waarheid
zullen zegevieren. Waar men moedwillig
den werkraau onthoudt, wat hem rechtens
zijn mensch-zjjn toekomt, pleegt men een
daad van willekeur, welke wrauge vruchten
moet afwerpen.
En om er nu voor te waken, dat de
sociale gerechtigheid werkelijk dien naam
kan dragen en niet de een boven den an
der wordt bevoordeeld, om dus een toestand
van gelijkheid, voor zooveel die mogelijk
is, in het leven te roepen, schijnt het on
vermijdelijk, dat de Staat zich met deze
taak inlaat. Niet dus om zelf te handelen,
niet om zelf op te treden als uitdeeler van
giften aan den arbeider, maar als organi-
sateur, als regelaar moet de Staat op so
ciaal gebied laten gelden, hetgeen ook in
overeenstemming is met den geest der bo
ven aangehaalde Encycliek.
Wij moeten dus niet alles van den Staat
verwachten en zelfs niet eens eischen dat
het de Staat zal wezen, die in de eerste
plaats als sociaal hervormer optreedt, maar
den Staat be.chouwen als het orgaan, dat
op de meest practische wijze do weldaden
vaai het rechtvaardigheidsbeginsel op so
ciaal gebied weet te verdeel en.
Doch op dit standpunt staande, heeft
men te vragen, of de Staat hiertoe wel
bjj machte is. Het is heel gemakkelijk te
zeggen, dat de overheid dit en dat heeft
te doen, maar men kan de macht van den
Staat wel overschatten. Eu hiertoe komt
men zoo licht. Wij hebben steeds gestre
den tegen de noodelooze uitbreiding der
Staatsbemoeiing, omdat wij het persoon
lijk optreden meer waardeerden, doch wij
aarzelen ook om maar alles op de schou
ders van den Staat te schuiven, omdat wjj
de overtuiging bezitten, dat daaruit een
omkeering in de Staatshuishouding moet
geboren worden, die ons den socialistischen
Staat zal brengen.
»Higgs,// zeide de dokter, //ik moet u eens
afzonderlijk spreken wjj kunnen hier immers
niet gezien of gehoord worden, vervolgde bjj
rondziende,
//Niemand kan o. s hier gadeslaan,// zeide
Higgs, terwijl hij opnieuw eene diepe buiging
maakte.
Hier dan,» zeide de dokter, terwijl hij op een
oud kruis wees, dat boven op een breeden
trap geplaatst was, 'laat ons hier gaan zitten,//
en nadat hij Miss de la Mark op de hoogste
trede had do^n plaats nemen, en zich zalven
naast haar nedergezet, wees hij Shady eene
lagere trede, en verzocht hom. te gaan zitten.
Shady verkoos liever te bljjven staan, om twee
redenen ten eerste, dat het hem weinig minder
dan hoog verraad toescheen om in zulk gezel
schap te gaan zitten ten tweede, dat hij be
vreesd was voor de ongelegenheid welk zjjn
zak met den tegenwoordigen inhoud, hem zoude
verschaffen.
Gij moet dichter bjj komen,» zeide de dokter,
//zelfs de vogelen des hemels mogen het niet
hooren, hetgeen wij te zeggen hebben.»
»De bibliotheek, dokter Cruden,» zeide Mar
jory, //zullen wjj iu de bibliotheek gaan F»
Üoe ongelukkig 1 Gedurende de vele jaren
dat Shady Higgs bibliothecaris w,:s geweest,
had hjj nimmer een bevel zijn post betreffende
ontvangen, dat bij niet met de giootste vreugde
bad volbracht. Nu deinsde hjj terug on zag
Marjory bijna met twijfelenden blik aan, omdat
zjj de oorzaak was van den ueteligen toestand
waarin hjj verkeerde. Maar de dokter sloeg geen
acht op zijne blikken, 'Voorzeker, de biblio
Want moet alles van den Staat komen,
dan moet deze er de middelen toe bezit
ten, en is eenmaal beslist, dat de Staat
deze of gene zaak zal uitvoeren, dan be-
hoo_t men hem de middelen daartoe te
geven. Het gevolg zal dus zijn, dat het
particulier initiatief verdwijnt en alles in
handen der gemeenschap zal geraken.
Zoover zjjn wij echter nog niet, maar
om zelfs de b scheiden eischen te vervul
len, die op dit oogenblik van den Staat
worden verwacht, bezit deze niet de noodige
middelen. Hierop werd zeer terecht door
den heer T r u ye n gewezen. Ook hij achtte
het verkeerd, dat aan de verbetering der
sociale toestanden hier te lande nog niets
is gedaan en dat het buitenland ons in
vele opzichten voor is. Maar hij wenschte
dat in onze Staatshuishouding de zuinig
heid meer werd betracht. Dan kunnen de
middelen wel gevonden worden om de recht
vaardigheid uit sociaal oogpunt toe te
passen.
Dit was een zeer practische raad. Er zijn
zaken, waarop niet bezuinigd mag worden.
Maar er zijn ook vele overbodige uitgaven.
Die moeten achterwege worden gelaten. En
dan noemde hij nog een middel, dat juist
in het buitenland vzoo goed heeft gewerkt:
de toepassing vau het j.roteetionistisch be
ginsel. Indien deze richting werd gevolgd,
zou ons vaderland indirect worden bevoor
deeld door een herleving der nijverheid en
direct zouden de baten gevonden worden,
om tal vau maatregelen op sociaal gebied
in te voeren, waarvoor men thans terug
deinst op grond van geldeljjke onmacht.
Het betoog van den heer Truyen was
misschien wel het meest praktische van
alle redevoeringen die bij de behandeling
der Begrooting werden gehouden. Mocht
zjjn advies door onze Regeering ter harte
worden genomen, wjj zjjn er zeker van, dat
het tot een eensgezind handelen op sociaal
gebied zon kunnen komen. Thans verwach
ten wij echter weinig heil van de bemoeiin
gen der Regeering ten bate van de werk
lieden. Indien wjj ons niet bedriegen, zul
len er meer groote woorden door haar
worden gesproken, dan groote daden ver
richt, en zal de thans bestaande eenstem
migheid, spoediger dan men verwacht heeft,
zich oplossen in een partijstrjjd zon Ier eenig
resultaat voor het landsbelang.
o
theek,// zeide hij, //daar zjjn wjj veilig buiten
allen twijfel.," en na Marjory van de trap af
geholpen te hebben, bracht hjj haar met vlugge
schreden heen, terwjjl Shady besluiteloos volg
de. Toen bjj de deur opende, verwachtte hij
onmiddellijk de stem des vreemdelings hem
welkom te hooren heeten: maar alles was stil,
en het schijnsel der lantaarn deed nergens eene
menscheljjke gedaante ontdekken. Geen der lui
ken scheen opengemaakt te zijn en toen Shady
zjjne. onrustige blikken in de verste hoeken der
zaal, waar de duisternis het dichtste wus, lief
doordringen, was hjj even verwonderd als verlicht
niets dan eene ledige ruimte te zien. //Hjj moet
hier zjjn, dacht bij bij zich zeiven maar waar?//
„Zoo, zoo, Higgs,ff zeide de dokter,//gjj houdt
er licht op na in uwe geliefkoosde schuilplaats:
ik wenschte, dat ik vooronderstellen kon dat zjj
ook van stof gereinigd washoe het zjj, wjj
zjjn hier veilig. Gjj moet mjj eenige vragen
beantwoorden. Gjj hebt eene grootmoeder
//Zacht wat,// zeide Shady rondziende
//Wel, ik ben niet voornemens iets kwaads
van haar te zeggen, zeide de dokter, dus be
hoeft gij niet bang te zjjn, c at zjj komen zal.
Waar is zjj
Shady zag hein aan met eene uitdrukking van
onnoozcle verbazing.
„Mijne grootmoedor Elisabeth vroeg hij.
//Ja gewoonlijk Bet Eggs genaamd,// z^'de de
dokter.
Wordt vertol yd.)