NIEUWE kDagSlaó voor Snelschrift. iVo 2860 Donderdag 16 December 1897. 22ste Jaargang, B 0 I T E N L A N D. Een onecht Testament. Spanje. België. Duifgchland. 1EHS( ABONNEME N TSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p. Voor het buitenland Afzonderlijke nummers Dit blad verschijnt dagelijksbehalve Zon- en .Feestdagen. BUBEAÏÏSt. Janstraat Haarlem. 1,10 «1,40 «2,80 «0.03 PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1G regels50 Cent Elke regel meer7y9 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. AGITE MA NON AGITATE. Redacteu r-TJ itgever, W. KüPPERS. De stenografie was in de dagen van C i- Cero een door velen uitgeoefende kunst, en van de eerste dagen der Christenheid af bad ook de Kerk haar eigene snelschrij vers, die de acta der martelaren opteeken- den, de vragen en antwoorden, gedaan en gegeven door den heidenschen rechter en den christen bloedgetuige. De besprekingen van theologische onderwerpen door de Bis schoppen, de verhandelingen van geweste lijke en algemeene Conciliën, de openbare disputen, ja zelfs de predicatiën in de ka thedralen en andere hoofdkerken werden bijgehouden door daartoe aangewezen snel schrijvers zulk een stenograaf, gelijk de Grieken hem noemden, heette bij de Ro meinen of Latijnen een notaris. Hoe de snelschrijfkunst dier dagen eigen lijk beoefend werd, d. w. z. op welk stel sel zij berustte en welke teekens zij ge bruikte, is ons onbekend, wijl de bewaard gebleven manuscripten natuurlijk den vol len tekst behelzen en de aanteekeningen der snelschrijvers verdwenen zijn. Dit staat echter vast dat de stenografen van dien tijd er vlug mee voortkonden; daar zij b. v. den bijzonder rap sprekenden St. Chrysos- tomus, die altoos onder den indruk van het oogenblik zijn leerredenen en redevoe ringen hield, van den tekst zijner predi catiën gedurig afweek en tal van onver wachte beelden en vergelijkingen door zijn discours vlocht, gemakkelijk konden bij houden en tevens zeer stipt de incidenten aangeven, welke de redevoering kenmerkten zoo b. v. langdurig geju:ch, teekenen van verbazing, van opgetogenheid enz. De eerw. heer John Freeland, die eene doorwrochte studie heeft ge maakt van hetgeeu hij noemt de snelschrijfkunst in de Christelijke Kerk, deelt aangaande de werkzaamheid der stenografen van die da gen tal van curieuse bijzonderheden mede, die grootendeels op de kanselredenen of homiliën en andere discoursen der Kerk vaders, Augustinus, St. Basilius, St. Cy- rillus, St. Chrysostomus, St. Gregorius van Nazianze en andere leeraars der Kerk be trekking hebben. Het blijkt, dat ook Origenes zijne voor de vuist gesprokene, in het openbaar ge houden redevoeringen door snelschrijvers liet opteekenën, zelfs nog op hoogen leef- tjjd want de aanteekening, die wij daar in V1LLETON. 21 F er volg.) «Mjjn lieve heer, neen, neen,zeide de dokter op smeekenden tooD, terwijl bij het bevel trachtte te weerhouden. «Wel man, doe u zeiven toch de schande niet aan die arme dieren near huis te laten rjjden de barmhartige is goed voor zjjn vee.// «Maar ik moet nog heden terug,// riep de dokter. //Welnu dan, spant gjj er den schimmel voor als de dokter klaar is, Een onzer knapen kan de uwen morgen terug brengen zij zullen van nacht met wegloopen ik sta er voor in dat zjj voor heden genoeg gedaan hebben. «En ga dan nu zitten, vertel mij uwe geschie denis en neem een glas wijn Jobson zegt dat hjj voortreffelijk is, maar ik kan hem niet aan 't drinken krjjgen.// De dokter onderwierp zich wanhopig, daar er niets aan te doen was, en hjj gevoelde dat bet niet mogelijk was om het getjj te doen bedaren hij nam alzoo stilzwijgend plaats, met smartelijke gevoelens vervuld, en gaf weinig acht op mr. Jobson, die met zjjn rug naar bet licht zat, zoodat zjjn aangezicht in het duister bleef. Deze omstandigheid, de verande ring in zijne kleeding, en niet de minste ge dachte hebbende hem daar te zien, in verband met de gemoedsbeweging waarin hij verkeerde maakten dat de dokter den vreemdeling niet dadeljjk herkende. omtrent vinden, vermeldt hem als een grijs aard van bij de 70 jaar. Augustinus spreekt zoo duidelijk moge lijk van de notarissen die hunne noteerin gen houden; hij schrijft of liever spreekt o. a.: «Hetgeen wij nu zeggen wordtopgeteekend door de notarissen der Kerk, gelijk gij ziet, en ook uwe uitingen zullen worden geno teerd. Mijn woord enuwe uitroepingen ver stuiven dus niet. Wij spreken niet alleen, bet zijn ook handelingen, kerkelijke daden, eccle- siastica gesta; ik wenseh dus dit alles be vestigd te hebben in zooverre menschen het bevestigen kunnen.» En 36 malen riep het volk: «Geloofd zij God, geprezen zij Christus onze Heer, lang leve Augusti nus, hoorthoort Gregorius de Groote zegt uitdrukke lijk dat sommigen zijner homiliën door de snelschrijvers werden gerelateerd, ut lo- gutbar ita excepta est. En toen hij de voor rede schreef van zijn sermonen naar aan leiding van teksten uit Ezechjël, liet hij de gedurende 8 jaar opzettelijk bewaarde handschriften der stenografen zorgvuldig opzoeken en verzamelen. Toen Augustinus te Carthago tegen de Donatisten optrad, had hij vier snelschrij vers ten zijueu dienste, gelijk ook de spre kers der Donatisten over een gelijk getal stenografen beschikten. Het buiten wach tende publiek was zoo gretig om het ge sprokene te kennen, dat er andere snel schrijvers gereed zaten om de teekens van het vlugschrift over te brengen in gewoon letterschrift, in apices evidentesen deze co- piën werden, nadat zij door de 7 aanwezige Bisschoppen onderteekend waren, aan het publiek uitgereikt. Er was nog geen boekdrukkunst doch er werd in die dagen veel gelezen de aanteekeningen der stenografen werden honderden, duizenden malen overgeschreven en menigeen bezat eene kleine bibliotheek van dergelijke manuscripten. Keeren wij een oogenblik tot de confe rentie te Carthago terug. De kettersche bisschoppen der Donatisten vielen Augustinus gedurig in de rede, waarna bij hen verzocht geduld te oefenen totdat hij uitgesproken hadzij konden dan ant woorden zooveel en zoolang zij wilden. De Donatisten gaven ten bescheid, dat zij niet alles konden onthouden wat hij sprak en dus niet gevolgelijk zouden kunnen repli- //Alzoo is Blootwortb weder aan den gang geweest, niet waar «Wel ik ben bljjde dat men het voornemen heeft hem zijn afscheid te geven, maar gij zult het nimmer gedaan krijgen. Het beste dat er voor sir Valany kon gedaan worden, zou zijn bankroet te gaan en hem naar Amerika te zen den hij zou het daar beter hebben, zoowel als zjjn geheel huisgezin, dan op dat treurige oude landgoed, het is hoe langer hoe meer vermin derd sedert hjj er op is.« „Kom, kom,// zeide de dokter, terwjjl hjj een blik op den vreemdeling.wierp, het is hier noch de tijd noch de plaats om zulke oude grieven op te halen.// „De tjjd niet Wel, heeft misschien de schrale kost die hij gebruikt hem gehinderd, en zijn geweten onrustig gemaakt, en heeft hij toen om u gezonden om mij te halen ten einde hem tot bedaren te brengen Ik zeg u, het is de rechte tjjd. En wat de plaats betreft, het is eene zeer goede, en de eenige om zulk een onaangenaam onderwerp dragelijk te maken; begin dus maar. Wenk maar niet naar Jobson(„ voegde hij er lachend bjj //hjj mag wel weten wat de geheele wereld weet.„ Boos op den Squire te worden, dat was on mogelijk, al maakte hjj het soms ook nog zoo erg hjj droeg altjjd zorg niemands gevoel te kwetsen, en nam een ieder voor zich in door zekere hartelijke welwillendheid die onweder- staanbaar was. De dokter en de vreemdeling lachten insgelijks en voor het eerst z»g de eerste den laatsten goed aan, twijfel en verrassing bevingen hem. ceeren. Waarop Augustinus hernamwel daar zijn de s a else h rij vers voot. Bisschop Evodius, den H. Augustinus schrijvende omtrent het afsterven van den jeugdigen bekeerling, voegt er bij, dat deze vóór zijne bekeering snelschrijver was in dienst der rhetorici van den proconsulhij noemt hem als een bekwaam en vlug ste nograaf, strenuus in notis. Freeland citeert ook het door C. A. Steger, directeur van de Stenografische Inrichtingen der Staten-Geueraal in zijn Geschiedenis der Snelschrijfkunst aange haald afscheidsgezegde van St. Gregorius van Nazianze. «Vaartwel, gij die mjjne ser- mouen getrouw volgdet; vaartwel gij allen die in grooten getale zijt aangestroomd, vaart wel gij, teekenstiften, hetzij degenen, die ze voerden, waren aangesteld of onopge merkt noteerden Oratio 32).» Een andere gewijde redenaar St. Gregorius de Groote klaagde, ofschoon op zeer vriendelijken toon, er over, dat sommige ijveraars zijne homi liën in gewoon schrift hadden overgezet, transtulerunivoordat hij de aanteekenin gen der snelschrijvers had gecorrigeerd. Aan de stenografen der eerste Christen eeuwen hebben wij de catechetische onder richtingen van St. Cyrillus van Jeruzalem te danken, zoomede al de redevoeringen der Kerkvaders, welke nu niet alleen als juweelen van literatuur, maar tevens als modellen van rhetorica dienen, omdat ze werden genoteerd op het oogenblik zelf dat en precies gelijk ze werden uitgesproken, zelfs met de vergissingen, welke de beste redenaar begaat, zooals blijkbaar is in Chry sostomus' Hom. 31 in Genesito, waar sprake is van «het verkiezen der aarde boven den hemel, der eeuwige dingen boven die welke vervliegen, vóór men ze recht ziet.» De redenaar heeft duidelijk de laatste zin snede andersom bedoeld; maar de notaris hield zich aan het woord, gelijk het was gesproken. De opstandelingen op het eiland Cuba gaan voort met de Spaansche troepen te bestoken niet alleen, maar zij vallen het Spaansche leger in de laatste dagen meer dan ooit te voren aan. Bij een aanval op het dorp Guamo verloren zij honderd man. //Ik vraag verschoonmg,,, zeide hij, «maar is mr. Jobson reeds lang bij u De vreemdeling plaatste zich zeiven in het licht en boog, terwjjl hij de uitwerking van zijn stilzwijgend antwoord genoot. «Wel, dat is wonderbaar,// zeide de dokter, «ik zou haast beginnen te gelooven, dat ik iu een tooverland geweest ben.// „Ha, ha, ha I EeD fraai stel tooveigodinnen daar gij onder geweest zijt,// zeide de Squire. «Men zegt dat zjj al hare kleederen afgedragen hebben, en dat Val haar nu de oude wapen rust-gen laat aantrekken. Toovergodinnen die rondvliegen met oude harnassen aan,„ en hij lachte opnieuw. Maar het gelaat van den dok ter werd hoe langer hoe plechtiger hetgeen slechts diende om de vrooljjkheid van den Squire te vermeerderen. «Mijnheer,// zeide de dokter met statigen ernst, «mag ik vragen wie gij zijt «Is dat nu uwe manier van vragen Ik voor mij zou gezegd hebben, //ik vraag u, antwoord mij zeide de Squire, die zijn lachlust niet be dwingen kon. //Maar waarlijk, mijuheer, dit is zeer ongepast,// sprak de dokter, „en en ik mag zelfs zeggen ongevoelig. Ik vraag u verschooning, maar waarlijk het is «Wat het ongevoelige betreft,// zeide mr. Brimble, nu op ernstigen toon, „ik heb u ge zegd dat ik geen woord geloof van Valany's ster ven hij zal ons allen overlevenonkruid vergaat niethij zal eerst zijn eigen aanhang van hon ger doen omkomen, en dan overbljjven om ons te plagen. Gjj moogt uw hoofd schudden De Spanjaarden hebben het kamp der opstandelingen te Bacito genomen. Generaal B r i a 1 m o n t uit het Belgische leger heeft jl. Zoudag op eene vergadering der voorstanders van legeruitbreiding iu de zaal van de Harmonie te Brussel een ongelukkigen dag gehad. Deze ophakker heeft de Belgi-che geestelijkheid en den minister Van den Peereboom durven aanranden, omdat hij zijn zin niet kan krijgen om van Belgenlaud eene groote kazerne te maken. Hevig ging hjj tegen de Geestelijkheid te keer en den minister Van I den Peereboom dorst hij allerbrutaalst voorstellen als een Staatsman, die zijn ver trouwen heeft verloren. Men ziet hier weer, dat als de heeren hun zin niet krijgen, zij niets ontzien. Het is opvallend hoe gunstig zich Dr. Lieber, de voorzitter van het Centrum uitlaat over de Mariue-begrooting en de plannen der Regeering. Te meer wekt de gunstige wending van het Centrum verwondering, daar Dr. Lie- be rbet vorige jaar de Marine-uitgaven heeft bestreden. De Koln. Volks. Ztg. vraagt zelfs, of Dr. Lieber een overeenkomst met de Re- geerirg heeft aangegaan over het hoofd der partij heen Dit betwijfelt het blad, eu het wijst erop, dat Dr. L i e b e r eenige malen duidelijk heeft gesproken van «per soonlijke opvattingen.» Zou de Regeering te Berlijn ook voor nemens zijn, ditmaal aan den wensch van het Duitsche volk te voldoen en de Je- zuïetenwet intrekken Dit zou althans eene verklaring geven aan de houding door Dr. Lieber aangenomen. De zaakjes in China gaan voor keizer Wilhelm naar wensch. Volgens de Daily Mail hebben zich de bewoners van het Chi- neesche gebied door de Duitschers bezet, onderworpen. Reeds is de Duitsche bevel hebber bezig hst bestuur dezer nieuwe kolonie te regelen en zijn belastingen uit geschreven. Duitschland en Engeland weten het al samen, Eugeland zal zich niet verzetten tegen het optreden van Duitschland en Chiua, waardoor de Britten vrij spel krijgen in Egypte. gij zijt niet de eenige man die uw hoofd schudt, als er niets in is.« «Ik geloof dat ik \r links zal laten liggen en mij tot mr. Jobson wenden,// zeide de dokter goed geluimd, want ernst, zsg hjj wel, kwam hier niet te pas. «Ik zal u de hongerkuur moeien opleggen om u weinig ernstiger te maken.// «Louter onzin drink een glas wjjnik ben zeker dat gij er behoefte aan hebt, want er is niets dan zaagsel in Valany's kelder, daar sta ik u borg voor.// «Welnu, luister naar mij, zeide de dokter. „Ik weet en ik wil er voor uitkomen dat het vroeger een valsch alarm was, en ik beloof u, dat als het ditmaal bewezen wordt dat ik gedwaald heb, ik de zaken haren gang zal laten g»an, zonder er mij verder mee te bemoeien. Maar Marjory te zien wegkwijnen zonder een hand uit te steken om haar te helpen, of mijne stem voor haar te doen hooren, dan zou men geen man moeten wezen om zoo iets te kunnen doen.// «Ik heb allen eerbied voor u Altijd even ridderljjk 1 en de arme kleine Madge, die ik niet gesproken heb, sedert zjj een paar duim groot was, wij zullen haar te hulp komen, en vvjj zullen haar gaan ontzetten dat is te zeggen morgen ochtend. "Ach, dat is niet nootlig, Sir Valany heeft gis teren weder een leeljjken aanval gehad. Indien deze zich herhaalt, zal zijn geest misschien niet meer helder zijn en hij verlangt zeer naar eene verzoening: ik ben daarvan ten volle overtuigd.// Wordt venöiyd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1897 | | pagina 1