No. 2920. Maandle 28 Februari 1898. 22ste Jaa; j voor cïïïooró on SCuiè-éColl Liberalen en Sociaaldemocraten. agite ma non agitate ws wenschten enkel en alleen aan te toonen, dat liberalisme en sociaal-demo cratie verwante begrippen zijn, die op de zelfde gronden berusten en dezelfde re sultaten beoogen, terwjjl slechts in de uit voering er van verschil is op te merken. BUITEN L A N D', DE TWEE WEEZEN. Duitschland. Amerika. Frankrijk.. n ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40 Voor het baitenland 2,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. Redacteu r-U itgever, W. KÜPPERS. BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem. Men behoeft geen bijzonder scherp op merkingsvermogen te bezitten om waar te nemen, hoe twee politieke richtingen, die tot nog toe zich verbeeldden principieel tegenover elkander te staan, meer en meer aanrakingspunten met elkander zoeken en reeds in enkele opzichten geheel met el kander verbroederd zijn. Wij bedoelen de liberalen en sociaal democraten. Natuurlijk stemmen wij toe, dat er nog een breede afstand is tusschen mannen als bijv. het in de afgeloopen week herkozen Kamerlid mr. A. Van Del den en den sociaal-democratischen Afgevaardigde mr. P. J. Troelstra. Dit zijn dan ook de twee uitersten. Maar tnsschen hen vindt men velen, die men bijna even goed tot de sociaal-democra tische als tot de liberale richting zou kun nen rekenen. Moge er in theorie soms groot onder scheid wezen, in de practijk hunner be ginselen zijn tal van liberalen zuivere sociaal-democraten. Het meest kenmer- ^Jigade verschil is nog gelegen in het be ginsel van de afschaffing van het privaat bezit. Waar de liberalen om verschillende redenen nog niet pleiten voor deze theo rie, zjjn de sociaal-democraten een stapje verder gegaan op den weg der sociale re volutie en verkondigen zij de noodzake lijkheid der invoering van het communis me met al den aankleve van dien. Toch wil ook het liberalisme dien kant wel uit. We hebben in de jongste tijden verschillende liberale Staatslieden hooren verkondigen, dat bijv. de bestaande Ont eigeningswet herziening behoeft en wel in dien zin, dat het algemeen belang meer dan tot nog toe de prioriteit behoort te hebben boven het individueel belang. Het gevolg daarvan zal wezen, dat de Over heid meer dan tot nu toe het recht zal hebben om tot onteigening van onroerende goederen over te gaan, indien haar zulks noodzakelijk voorkomt. En dat van zulk een macht door eene zuiver radicale Re geering geen gering gebruik zou worden gemaakt, behoeven wij wel niet te ver zekeren. Ook het erfrecht wil men wijzigen. Ver schillende liberalen staan de meening voor, dat iemand eigenlijk niet het recht heeft om bij zijn overlijden zijn eigendommen te vermaken aan wie hij wil. Zij meenen, dat de Staat, vooral wanneer de bloedver wantschap van den erflater tot de erfge namen niet van innigen aardis, ook recht heeft op een deel der nalatenschap en dat daarom de Staat tot een der voor- FE P1LLET ON. 49. Vervolg.) Dof herhaalde Lucienne //Er is niets in haar leven veranderdHij verjaagt mij Pascal overlegde met zjjn broeder en sloeg een vragenden blik op Gauthier. //Zij verdient eene kastijding keurt gij het goed //Ik ben het met u eens, broeder,/» zeide Henri. //Dit meisje is eene vreemde voor ons meer dan eene vreemde, eene vjjandin!// „Ik keur het goed, Pascal,// zeide Gauthier. //Het meisje mag geen dag langer dit huis met hare tegenwoordigheid bezoedelen.// Ieder van Gauthier's woorden deed het hart van het jonge meisje ineenkrimpen. Het waren zooveel diepe wenden, waardoor haar moed, haar vertrouwen, hare krachten wegvloeiden. i/O, Gauthier!// riep zjj, //spreekt gij althans die WOpldï^üfiii'" aardiHe zijn bruid zelfs niet jlenden blik. »eif niet?// zeide Maria eea sprankje moedcr- jMBgetrokkco, jvih's v«r. naamste erfgenamen gerekend moet wor den. Deze zonderlinge zienswijze motivee- ren de liberalen dan met de redeneering, dat. iemand, wiens vermogen tijdens zijn leven aanzienlijk vermeerderd is tengevolge van zijn werkzaamheid of van andere omstandigheden, daarin begunstigd en ge holpen werd door den Staat, die zijn eigen dommen heeft beschermd en voorts niet belet beeft, dat zulk een persoon met zijn eigen geld en goed deed, wat hij wenschte. Men ziet hieruit, dat deze liberalen niet zoo heel ver verwijderd zijn van de soci aal-democraten, die er rond voor uitko men, dat zij den persoonlijken eigendom geheel willen opheffen. Het is volstrekt niet ons doel om thans dit liberaal standpunt te bestrijden. Reeds een oppervlakkig waarnemer moet erken nen, dat in deD grond der zaak opheffing van het privaat bezit hetzelfde is als wat verschillende liberalen wenschen ten op zichte van het onteigeningsrecht en het erfrecht. Trouwens, indien eens kon be sloten worden om den persoonlijken eigen dom af te schaffen, zou dit toch niet op eenmaal zijn te verwezenlijken, maar zou dit moeten geschieden langs den weg, door de liberalen ten opzichte van onteigenings recht en erfrecht aangewezen. Op een gewichtig punt werden wij dezer dagen in dit oordeel versterkt. Door het Kamerlid mr. Troedstra was in zijn blad verklaard, dat, aangezien de Kamer leden niet gedwongen zijn bij de aan staande inhuldiging van de Koningin te verschijnen en den eed van getrouwheid af te leggen, hij daarbij niet tegenwoor dig zal zijn. De sociaal-democraat Van der Zwaag heeft zelfs verklaard, dat, indien men hem zou kunnen dwingen als Kamerlid bij die plechtigheid aanwezig te zijn, hij liever zijn mandaat in handen zijner kiezers zou stellen. Dit standpunt wordt nu in een deel van de liberale pers goedgekeurd en toege juicht. Zij die zoo schrijven en spreken, vergeten echter dat de Afgevaardigden, die om bovengenoemde reden de gewichtige plechtigheid der inhuldiging onzer Ko ningin niet bijwonen, eigenlijk stilzwijgend protesteeren tegen de grondwetteljjke voor schriften. Zij toonen daarmede niet te wil len voldoen aan eene door de Grondwet gesteld vereischte. Daar nu de Kamerleden in de eerste plaats geroepen zijn om voor weent zelfs niet over de droefheid der uwen, gij komt niet tegen hunne beleedigingen op Men jaagt u heen en niets in u komt daar tegen in verzet. Wat zijt gij diep gevallen, mijn arm kind Zjj antwoordde slechts met zwakke stem //Ik wil mij niet verdedigenik zou het niet kunnenWeest echter niet te hard voor mij. Later zoudt gij er berouw over kun nen gevoelen.// //Eene bedreiging!// spotte Pascal. „Neen, Pascal, eene bede Ik wil u, door u te verzoeken erbarming met mij te heb ben, wroeging besparen, welke gij te eeniger tjjd zult ondervinden." //Wij duchten dat berouw niet, want wij doen er goed aan u heen te jagen.// „Wie weet //Wat bedoelt gij Wilt gjj twijfel in ons opwekken Durft gij te ontkennen, dat gij sa menkomsten houdt met Montmayeur „Neen.// //Welnu Beweert gij, dat gij zijne beminde niet zijt //Dat zweer ik u //Hij koestert toch liefde voor u?'/ „Dat is waar.// „Gij hebt uw eed tegenover Gauthier ver* broken—' //Dien heb ik verbroken, dat is waar....// zeide zjj, een onmacht nabii de kastjjding, welke wjj MLVPiENDIUT PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 16 regels Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Con sun.,- f** Hoojdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale Publidtè Etrm G. L. D AUBE Co. JOHN., F.JONES Succ., Pans Slbis Faubourg Montmatr. de handhaving der Grondwet te waken, zoo is dat wegblijven der sociaal-demo- cratische Afgevaardigden niet overeen te brengen met het mandaat dat zij van hun kiezers hebben ontvangen. Hun eenige taak zou dan eigenlijk wezen dat mandaat we der ter beschikking van de kiezers testellen. Deze quaestie mogen de sociaal-demo craten van groot gewicht noemen, wij mee nen, dat de liberalen, die altijd zoo den mond vol hebben van hun liefde voor ons Vorstenhuis, hier lijnrecht tegenover de sociaal-democraten moesten staan. Dat dit bij verschillende van hen niet het geval is, bewijst al weder hoe nauw verwant de liberale en sociaal-democratische beginse len met elkander zijn. Wat de inhuldigingsfeesten betreft, onze lezers weten, dat de fine fleur der open bare onderwijzers, wier orgaan de Bond van Nederlandsche Onderwijzers magjhee- ten, zich in hun jongste algemeene ver gadering tegen het vieren er van hebben verklaard. Die onderwijzers hebben, hun standpunt zoo toegelicht, dat er uit pae- dagogisch oogpunt bezwaar moest bestaan om jonge kinderen te laten deelnemen aan de feestviering ter gelegenheid van een staatkundig feit, waarvan zij de beteeke- nis niet begrijpen. Wij behoeven hierbij de opmerking zeker niet te maken, dat dit opvoedkundig bezwaar niets anders is dan een voorwendsel om zich aan dit echt nationale feest te onttrekken. Neemt men hierbij in aanmerking, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken nog niet zoo heel lang geleden heeft verklaard, dat onder de openbare onderwijzers slechts weinige sociaal-democraten te vinden zijn, dan volgt hieruit logisch, dat deze anti- monarchale gezindheid een kenmerk van het liberalisme moet zijn. De liefde der liberalen voor ons Vorstenhuis is dus on geveer van gelijken aard als die der so ciaal-democraten. Ook hierin dus eene treffende overeen komst tusschen deze beide richtingen. We zouden aldus voort kunnen gaan en kun nen wijzen op het streven der liberalen naar uitbreiding der Staatsmacht, in welk opzicht zij weder aan de sociaal-democra ten de hand reiken, op de vijandschap tegen den godsdienst, waarin zij evenmin voor de sociaal-democraten wenschen onder te doen, en op hun theorievergoding, die bijna evengroot is als die der sociaal democraten, en op hun minachting voor de historische ontwikkeling onzer Staats instellingen, welke slechts weinig kleiner is dan de opzettelijke miskenning der so ciaal-democraten van al, wat in den loop der tijden werd tot stand gebracht. I r. era tvaaiaig i P 'al. y ben tot a!it- //Bij afwezigheid van mijn armen vader ben ik het hoofd van de familie. Ik beveel u dus morgen dit huis te verlaten.// //Ja, Pascal, ik zal gaan en ik schenk u vergiffenis.// //Houd uwe vergiffenis voor u, doch zet geen voet meer over den drempel.// //Nooit, broeder, voordat gij'het mij zelf komt verzoeken.// //Dan zult gjj lang kunnen wachten,,/ zeide Pascal schouderophalend, //van nu af aan zjjt gij voor ons vreemd. Vaarwel. Wij kunnen ons niet langer ophouden. //Luistert,// zeide Maria Doriat. Op straat hoorde men in de verte de zware regelmatige voetstappen der Duitsche soldaten. „Gij zijt verloren.// //Neen, nog niet. Sluit de deur en doe het licht uit. Laat hen slechts een minuut wachten, dan hebben wij den tijd in het vrjje veld te komen,// Men klopte luid. „Vaarwel moeder, beween uwe dochter niet al te zeerdoor onze liefde zullen wij u haar spoedig doen vergeten.// Maria drukte allee vurig aan haar hart. Opnieuw bonsde men met geweerkolven tegen de deur. //Doe open, vrouw, doe de deur open,// riep trien. ."Vlug, uu.ïkt .eer. tfjd te verlig aS-Auiseli gl. Maar wij achten het aangevoerde völ- doende om de reeds meermalen door ons betoogde stelling te verdedigen, dat het liberalisme ons vaderland ten verderve zal voeren en dat de liberalen de geestelijke vaders zijn van de sociaal-democraten. Om die reden ook schijnt dubbele be hoedzaamheid aanbevolen bij de verschil lende ontwerpen, die de tegenwoordige Regeering aan de Vertegenwoordiging ter behandeling en goedkeuring wil aanbieden. Leerplicht en dienstplicht zijn de twee zaken, die de Regeering het eerst tot stand wenscht te brengen. Maar beide deze regelingen grijpen zoo diep in de perso- neele vrijheid in en hebben tot gevolg eene zoo aanzienlijke uitbreiding der Staatsbe moeiing, dat, indien ze tot stand komen, men wel kan zeggen, dat wij een flinken stap hebben gezet op den weg, die voert naar den sociaal-democratischen Staat. Wij hebben derhalve het volle recht om te beweren, dat de band tusschen li beralen en sociaal-democraten sterker is dan men oppervlakkig kan vermoeden en dat de tegenwoordige Regeering dus slechts steun verdient, waar men nauwkeurig heeft nagegaan, dat haar maatregelen geen be gunstiging der sociaal-democratie ten ge volge zullen hebben. De Duitsche bladen zien in de Fransehe woelingen een gevaar voor Duitschland, voor den vrede en voor de wereldbescha ving in het algemeen. Het Berliner Tage- blatt hitst vooral op met de woorden «Men slaat Zola, maar meent Duitsch land. Gisteren hebben wij de hoop, met de Franschen eenmaal tot een eerljjken vrede te zullen geraken, voor goed moeten begraven.» In geheel anderen zin dan de Zola gezinde bladen meent de Reichsbote, dat Frankrijk aan het Internationale jodendom eene heilzame les heeft gegeven. De Staatsbürger-Zeitung verklaart zich er tevreden over, dat de gezworenen te Parijs de onbeschaamdheid van Zola streng veroordeeld hebbenom de hoogst ge plaatste officieren in verdenking te bren gen. De Kreuz-Zeitung acht Zo la's zede lijke autoriteit te klein om Dreyfus te kunnen rehabiliteerenbij het Panama schandaal bijv. is dezelfde Zola openlijk opgetreden als de verdediger van de om- kooperij, en ditmaal is hjj hand in hand gegaan met de gebroeders Clémenceau, van wie de oudste de boezemvriend was van Cornelius Herz. Al het geschreeuw is nu niet aangeheven ter wille van D r e y- f n s als een Franschen, maar als een jood- schen kapitein. De democratische pers van alle landen zou met vreugde een nieuwen dictator of keizer van Frankrijk begroe- pjjnljjke trek kwam om haren mond. Zij trok zich een oogenblik in haar kamertje terug. Maria Doriat sprak intusschen met de Duit- sehers om de jongelieden tijd te geven door den tuin te ontsnappen. Toen zjj berekenen kon, dat zjj het veld be reikt hadden, opende zy deur, de 'soldaten traden vloekende binnen. Daarop ging Maria naar haar eigen kamer. Nauweljjks was zij daar, of Lucienne trad even eens het vertrek binnen. Maria Doriat lag weenende en biddende op de knieën. Zjj hoorde het meisje niet. Snikkende bad zij hardop, daar zjj zich alleen waande i/O God, gij hebt mjj reeds zóóveel verdriet bereidwaarom kan mjj dit niet bespaard blij ven Wat heb ik u gedaan?.... Een kind, dat ik zoozeer liefhad waaraan ik zooveel zorg besteed heb, meer misschien dan aan mjjne zoneD, opdat zij niet zoude gevoelen, dat zjj moederloos isNu is zij op den slechten weg, welke met openlijke oneer en schande eindigt.. Wie zal haar tegenhouden? Nie mand. Wie zal haar nu liefhebben en verzor gen Met wien zal zjj voortaan vreugde en leed ,-deelen? Mjjn leven wordt te ik zou liever iterven Zii verboTf' he' ten, mits hij slechts het antisemitfiw het met geweld van wapenen, and ;iv' De Germaniahet voornaamste bh/ tl het Centrum, ziet ook inhetjwocot; Zola slechts den verterenden i iw' de «jodenkliek,» die Frankrjj'; gwu heeft tot een pesthol van waa. der lisatie verspreid wordt over gmigc wereld. Ofschoon in de Regee; ingskringe-c hington wordt volgehouden dat er'p lei belangrijk bericht is gekomen den uitslag van het o TZOeV Laaf* oorzaak van het vergaan Mainebljjken de nieu publiek geloof te hechten ten volgens welke dt ntpl' een ongeluk te wijten s gevl ruchten brachten gisteren zelfl paniek teweeg op de Beurs tc en veroorzaakten eene bjjna daling van de koersen. Een moderne trein. Op een der spoorlijn' tusschen New-York en Chicago komt'eerst.laa, s een trein in gebruik, die den afstand in 2 uren aflegt en uit zeven waggons bestaat, zeer weelderig ingericht. Een dient met buffet als rooksalon, een tweede als eetzaal, een derde als leeszaal, een als „uitzichtwaggon// ea voor slaapwaggons. Allen zjjn door breede gr 1 gen met elkaar verbonden en hebben electriscbe verlichting. De trein bevat ook badkamers, scbeerkamer en een boekerjj. Voor een stenograaf en een bedienaar^ schrijfmachines is ook gezorgd. Wie hetj len wil kan een eigen woon- slaap kamer krjjgen, met afzonderlijk pu-«i. een rijdend hotel. Hoe allertreurigst f in de"!'' Republiek is gesteld, het gende worden opgemerkt. i?e parocH Aj O. L. Vrouw van het Kruis Via montant, te Parijs, telt 100.000 £,u A Het vierde der kinderen is niet gel. en het derde ten minste gaat ik L] communie. De Pastoor der parochie, vel' die inlichtingen meedeelt, schrijft J ongelukkigen staat van zaken terecht rorj aan het gebrek van katholieke scholen in gansch die uitgestrekte parochie be staan er slechts twee. Het is droevig e zet tot nadenken aan. En zoo'n verslapping van godsdienst] heerscht bijna in alle Franscho steden. Toen wij nog dezer dagen schreven ge-j heel Frankrijk is rot, hebben wij niet te veel gezegd. Het woord godsdienstoorlog ie in i^j Fransehe Kamer van Afgevaardigden1 gesproken. Hubbard meent hem rej in aantocht te zien nu de autoi.'j van het leger met die van de KerI recht blijven handhaven en verdedigen." De minister Mé line stelt hem enan-i dere interpellanten gerust met te verkla-i ren, dat het leger buiten de politiek slntf en dat er thans geen zaak Dre; inf noch eene zaak Esterhazy, noch eej zaak Zola, meer is. Hij meenjf noodzakelijk is, dat de Drey fT ging thans een einde neme. Zij kuchte even, om Maria' pdacu trekken, daar deze door de smart averma- haar niet gezien had. Maria Doriat sidderde. //Zoo zijt gij daar... cds geni'' A „Neen, moeder, ik kc™ by,»» oir „Wat verlangt gij ?Jy //Ik wilde u vaarwel zeg. en, .-</OUcl Pascal mjj verjaagd ht i laDger meer blijven.// i //Maar gjj kunt toch ni op lit uuil zonder iemand, die u besc ;rmt, door IJ gaan, dat van Pruisisch/! so. >.atcu vera .//Dat zal ik toch doen./. //Dus gjj gaat zonder ge-N der berouw De tranen kwamen Luciemj haar gemoed schoot vol. Tei) voelde zij zich geneigd alles Het valt ook zoo moeieljjk, te bewaren! Een oogenblik aarzelt zjj. Zjj sloot de armen om Maria's haar gelaat met hartstochtelijke kust! //Moeder, denk eraan, did ik uvi^j ben dat ik u innig liefheb jjj slechts aan ejj at Maria ie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1898 | | pagina 1