N i is WE
übagêlaó voor tSHooró
Chineesche Rechtspleging,
No, 2956
Woensdag 13 ipril 1898,
23ste Jaargang.
BUIT K 8 h A 8 I)
87.
DE TWEE WEEZEN.
Engeland.
Denemarken.
Italië.
België.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschynt
dagelijksbebalve Zon- en Feestdagen.
BUEBAÜ: St. Janstraat Haarlem;
1,10
«1,40
«2,80
«0.03
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer71/»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Bij de groote belangstelling, die men op
het oogenblik voor het Ocst-AziMisch®
reuzenrijk beett, is bet niet onbelangrijk, een
en ander over de rechtspleging in China
te vernemen. De slechts met geringe ver
anderingen sedert duizenden jaren bestaande
wetten zijn zelfs naar Europeesche begrip
pen over 't algemeen niet onrechtvaardig
M onduidelijk, en slechts hunne willekeu
rige handhaving door de meestal geweten-
looze, nalatige en omkoopbare beambten
boezemen het volk zulk een vreeselijken
afschuw in, dat het in- vijftig van de hon
derd gevallen niet de hulp inroept van
den kant van het gerecht. De tegenwoor
dige Keizer van China, zeide zelfhet
was heel goed, dat de menschen bang
waren voor het gerecht: zy moesten el
kander juist verdragen. Diegenen, die zich
tot de rechters wenden, moeten met alle
strengheid en zonder medeljjden behandeld
Worden. Het komt b.v. niet zelden voor
dat de klagers met de getuigen te zamen
°tet beklaagden in de gevangenis, dat wil
ïeggen in een van vuil en ongedierte we
ntelend hok geworpen worden, waarin zij
zoo lang moeten smachten tot de betref
fende mandarijn tijd en lust vindt hun
geval te behandelen. Dikwyls zelfs wor
den aanklagers en getuigen gefolterd, op
dat ze meer zeggen, of zekerlijk de waar
heid zeggen zullen. Deze rechtsbegrippen
zjjn voor geheel China geldig en teekenend.
Kleine twistgedingen worden dan ook in
de eerste plaats slechts aan de familie
hoofden en dan eerst, als het noodig is,
aan de dorps- of plaatselijke geestelijken,
dus geen rechtspersonen, voorgelegd. Rechts
geleerden, advocaten en rechtbanken kent
men in China niet. De mandarijn van de
plaats of de provincie is alleen rechter.
Natuurlijk is er evenmin sprake van lang
procedeeren, verdagen of iets dergelijks.
Is het getuigenverhoor afgeloopen,dan volgt,
daar er ook geen jury is, het vonnis en
FEUILLETON.
Vervolg.)
„Ik kan n bezwaarlijk zeggen dat hjj ge.
lokkig is met zijn lot of er zich in schikt,
niet waar?//
„Er zich in schikken Zulks zou lafneen
laakbaar zijn. En hjj is onschuldig aan deze
misdaad, mjjnheer, geheel onschuldig.»
„Dat heb ik altijd wel vermoed, doch wan
neer ik geen andere bewijzen had, zou uw aan
blik mjj reeds overtuigen.»
„Bewijzen, zegt gjj, bewjjzen
„Wind u niet ophetgeen ik u ga mede-
deelen, zal u verwonderen en toch is het de
zuivere waarheid de bewjjzen zjjn niet altijd
voldoende om iemand te veroordeelen.»
„Och kom.//
„En wjj verkeeren juist in dit zonderlinge
geval. Wij zijn ervan overtuigd, dat een ander
dan üoriat Boureille vermoord heeft, en wij
tjjn, als het wareaan handen en voeten ge
bonden.»
«Schenk mjj zekerheid. O, spreek, spreek, wat
ik u bidden mag.»
„Ja, wat kan ik er nog aan toevoegen?»
„Kent gij den naam van dien schuldige?»
„Ja, dien ken ik."
Als waanzinnig van blijdschap greep Maria
Dori&t de beide handen van Courlande, welke
de voltrekking daarvan onmiddellijk. Slechts
bij terdoodveroordeelingen moeten de ge
straften op de bevestiging van het vonnis
door den Keizer wachten, wat dikwijls van
zes tot negen maanden duren kan, daar
de Zoon des Hemels slechts in den Herfc-t
de doodvonnissen doorkijkt, die zich in
den loop van het jaar tot verscheidene
duizenden opstapelen. De naam van de
begenadigden wordt met eene roode streep
omtrokken. Alle rechtszaken worden in
't openbaar behandeld rechtszittingen, be
straffingen en folteringen hebben op straat
plaats. De gestraften dragen een biljet
op den rug en op de borst of op een
ongeveer 8 duim lang staafje, dat door
elk oorlelletje gestoken wordt en waarop
naam en stand van den misdadiger en de
straf, waartoe hij is veroordeeld, opgetee-
kend zijn.
De meest toegepaste straffen zijn stok
slagen, waarvan tot 300 voor grootere mis
dreven uitgedeeld worden. Gewoonlyk heb
ben echter reeds 100 slagen ernstige kwet
suren ten gevolge, en de Chinees neemt,
als hy hem maar ergens kan opdiepen, of
een plaatsvervanger, d. w. z. een door de
wet toegelaten beroepsranselknaap, of by
stopt den beulsknecht wat in de hand die
zich dan vertelt of er naast slaat. Er zyn
in China duizenden arme drommels, wier
beroep en onderhoud het is zich voor an
deren te laten afranselen en opsluiten.
Over 't algemeen worden de slachtoffers
van dat medelyden, de lichaamsdeelen, by
de menschen wier beroep het is zich te
laten ranselen, spoedig zoo hard en onge
voelig, dat zij er niet byzonder door lyden.
Een soort van terechtstelling, die minder
in den smaak valt, is het worgenover 't
algemeen wordt den misdadigers, die los
knielen, met een zwaard het hoofd van
den romp gescheiden. Gewoonlyk fungee-
ren gestraften als beulen, die zich van te
voren op komkommers oefenen, want
valt het hoofd niet met den eersten houw,
dan moet het afgezaagd worden. Somtyds
zij met kussen bedekte. Zjj kreeg weer hoop.
„O, mijnheer, noem mjj dien naam
„Zjjt gij standvastig genoeg om een geheim
te bewaren?»
//Dat zweer ik u."
Courlande schudde het hoofd. Hjj was niet
geheel gerust. Maria was zoo opgewonden en
overspannen. Wie weet waartoe die krankzin
nige vreugde haar voeren zou.
Daarom aarzelde hij aan haar verlangen te
voldoen.
i/Omijnhoerzoo begon zjj//het is mjjn
recht. Waarvoor zijt gij beducht? Dat ik mij
verspreken zal Gjj kunt gerust vertrouwen in
mij stellen. De eer en het leven van mjjn man
staan op het spel. Ik zal niets verklappen.
Vreest niets, heb ik er niet in de eerste plaats
belang bij, dat dit geheim bewaard bljjft
„Denkt u soms dat ik niet begrijp, boe de
moordenaar op de hoede zsl zijn, wanneer de
zaak uitlekte. Ik herhaal u, het geldt hier mjjn
man, gjj kunt alles van mjj eischen
„Nu, goed dan,// antwoordde Ongeluksvogel
„de moordenaar
Zij boog zich voorover, met schitterende oogen,
gretig toeluisterend. Haar hart stond stil, zjj
hield den adem in.
//Het is eeD der broeders Montmayeur
Zjj uitte een doffen kreet en wankelde, alsof
een onzichtbare hand haar geslagen had.
»Welke? George, niet waar P Het kan niemand
anders dan George zjjn, de zieke,» en werktuig-
ljjk voegde zij erbq
»Het zou te ontzettend zjjn, wanneer het de
andere was.»
zyn er nog wel eens menschen, dio zich
voor anderen laten onthoofden, om met
het losgeld hun familie van de ellende of
verhongering te redden. De Chinees is nl.
niet bang voor den dood, by vreest alleen,
dat men hem aan gene zyde niet herken
nen zal, als hy daar zonder hoofd aankomt;
daarom wordt het lioofd door de bloed
verwanten van den terechtgestelde weder
aan den romp genaaid.
De Biitsch-Egyptische troepen hebben
onder bevel van deu Sirdar sir Hora
tio Kitchener de stelling der Derwi-
schen van M ah m on d aan gegrepen en in
genomen. De Derwischen leden gevoelige
verliezen en sloegen op de vlucht.
Over dit gevecht is nader per telegram
gemeld
«Drie brigades ondernamen den storm
aanval. De Derwischen gaven eerst vuur
toen de Britsch-Egyptische troepen dicht
by de verschansingen waren gekomen. Hun
verliezen waren enorm. Mahmoudis ge
vangen genomen. De cavalerie en de ar
tillerie zyn de vluchtelingen gaan achter
volgen.
«Twee officieren werden gedood en veer
tien gewond. De verliezen aan soldaten
zyn nog niet opgegeven.»
Een belangryk feest is in het Deensche
koninklyk slot van Amalienberg gevierd,
op den dag dat koning Christiaan IX,
zyn SOsten levensjaar intrad.
Koning Christiaan is de vierde zoon
van hertog Friedrich Wilhelm van
Sleeswyk-Holstein-Glücksburg; als jonge
ling begaf hy zich naar Kopenhagen,
waar hy als cadet by het leger in dienst
trad; vervolgens trok by naar Bonn, waar
hy zich toelegde op het bestudeeven der
rechten en der geschiedenis. Nadat hy ver
schillende reizen had ondernomen, nam hy
dienst by de lyfgarde en trouwde 26 Mei
1842 metLouise van Hessen Cassel,
die eveneens nog leeft en aan wie dikwyls
den byuaam is gegeven van «de schoon
moeder van Europa.» Koning Cbristi-
//Neen, het is Jan
„Jan HijO God o God
De agent keek verwonderd op. Waarom maakte
Maria zulk een onderscheid tusschen de beide
broeders Waarom had zjj met zulk eene ont
zetting den naam van Jan hooren noemen
Hij vroeg het haar, waarop zjj met doffe stem
antwoordde
„Weet u het dan met? Heeft niemand het
u verteld
„Wat?//
„O, God! o God!»
Er heerschte eene langdurige stilte. Plotseling
kreeg Ongeluksvogel een inval:
„Hoe komt het dat ik de eerste ben, die u
den naam van den moordenaar noem
//Wel, wie zou mjj dien hebben medegedeeld
Is dan nog iemand anders daarmede bekend
»0, veel anderen, waaronder zelfs rechters.
Doch in uwe familie zelfs
//In mjjne familie?» riep zjj, ten hoogste ver
baasd, zonder zijne bedoeling te begrjjpen.
//Vooreerst heb ik geen familie meer, mijn man
zit in de gevangenis, mjjne beide zonen zijn dood,
de Duilschers btbben hen vermoord. Ik ben
alleen op de wereld zonder bloedverwanten."
//Men heeft mjj toch verteld, dat gij eene
pleegdochter bezit
„Spreek mij niet van haar, ik duld het niet,//
riep Maria verward uit. „Zij is eene ongelukkige,
ik verafschuw haar, zjj bestaat voor mij niet
meer.„
„Laten wjj integendeel wel over baar spreken.//
Doch Courlande bleef aandringen. Maria Do-
riat deelde hem daarop haar vermoedens omtrent
aan is dus de schoonvader van Europa.
De Koning was aan het Russisch Hof
in zyn jeugd zeer gezien, waar hy tydens
zyn verblyt te St. Petersburg de gelegen
heid had de vriendschap van keizer Ni co
la as te winnsn, wat op zyn toekomst
grooten invloed heeft gehad. Ook te Ber-
lyn, werd hem aangeboden dienst te ne
men bij de Pruisische garde, maar hy wees
elk aanbod van de hand, alleen w 1de hy
zyn vaderland dienen. Z. M. geniet het
volste vertrouwen en de liefde van zyn
volk.
Trouwens, in zyn particulier zoowel als
in zyn politiek leven verdient hy de ach
ting zyner landgenooten ten volle; geluk
kiger koniugsfamilie dan de DeeDsche is
byna ondenkbaar en trouw heeft hy al
den tijd, dat hy aan het bewind is, vast
gehouden aan zyn devies: «Met God, voor
Eer en Recht.»
Op bevel van hooge militaire autoriteit
hebben twee Italiaansche officieren te Sa-
vigliano moeten duelleeren en dat nog wel
ter wille van eene vrouw van verdachte
zeden. Een hunner bleef op de plaats dood.
Zooiets gebeurt dan ook maar alleen in
Italië, vanwaar zelden iets goeds te ver
melden valt.
Spanje.
Tengevolge van het gerucht dat heelt
geloopeD, als zou de tusschenkomst van
Z. H. den Paus in het verschil van Spanje
en de Vereenigde Stateu zyn mislukt, is
van wege de nunciatuur te Madrid een nota
in het licht gegeven, waarin gezegd wordt,
dat er meer hoop bestaat dan te voren op
behoud van deu vrede. Onjuist is 't, dat
Mc. Kinley, de tusscheukomst van den
Paus heeft verworpen.
Te Brussel heeft de burgemeester Buis
de opvoering in den Vlaamschen Schouw
burg van het stuk Dreyjtis of de marte
laar van het Duivelseiland verboden.
De Belgische Kamer heelt zich nog
maals uitgesproken tegen het beginsel der
evenredige vertegenwoordiging. Het begin
sel werd krachtig verdedigd door den heer
B e e r n a e r t, die echter slechts door 35
leden gesteund werd.
Luoienne mee en eindigde met de vraag, of zjj
werkeljjk wist dat Montmayeur de moordenaar
was.
„Ja, zjj weet zulks.»
„Welnu, hebt gij ooit in uw loopbaan zoo
iets afschuweljjfcs ontmoet?»
Courlande dacht een oogenblik na voordat
hij antwoordde:
„Zoo afschuwelijk, dat ik daar geen geloof
aan kan slaan.»
„Helaas, tot op het laatste toe heb ik aan de
eer mijner dochter geloofd, en wie zou daar nu
nog op houwen, terwijl ik alle vertrouwen ver
loren heb
„Wist gjj reeds voor den moord op Boureille
van dezen omgang van uwe dochter met dien
maD
„Neen, daarvan was toen nog geen sprake."
„Weet gjj dat zeker?"
„Ja. Hoe dikwijls heb ik mjj zelf dat niet
afgevraagd 1 Hoe menigmaal heb ik aan de ge
beurtenissen van deze laatste jaren gedacht 1
Lucienne kende Montmayeur niet."
„Dus dagteekent de kennismaking van af den
dag, waarop de misdaad gepleegd is
vJa.„
„Denk eens goed na. Dat is toch iets buiten
gewoons.//
„En toch is het zoo," antwoordde zij treurig,
„Ik geloof, dat gij wat haastig zjjt geweest
met uwe dochter voor zoo verdorven aan te zien.
Hadt gij baar overigens niets te verwijten?»
„Niets. Steeds was zjj ingetogen, beminnelijk
en zacht van aard."
Wordt vervolgd