VV E
HDagêiaó voor zdtooró' en
i
Ellende in Spanje.
Ellende in Italië.
B ufrTTETNir
No. 2983
Zaterdag 14 Me i 1898,
23ste Jaargang,
DE TWEE WEEZEN.
Amerika.
T
SI HU 01 Kin.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem 1,10
Voor de overige in plaatsen in Nederland fr. p. p, 1,40
Voor het buitenland«2,80
Afzonderlijke nummers«0.03
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
AGHTE MA NON AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN
Van 16 regels 50 Cent
Elke regel meer7'/,
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. K P P E R S.
Nu de Spanjaarden meer dan ooit eens
gezind moesten zijn om door onderling
overleg den vijand buiten het vaderlandsche
grondgebied te houden, trekt het feit de
aandacht, dat de Regeeringsmannen in de
Cortes te Madrid zich bezig houden met
allerlei haarkloverijen. Partijtwisten treden
op den voorgrond. De eene partij verwjjt
aan de andere de ellende waarin het land
gedompeld ligt en het is duideljjk, dat het
Ministerie de verantwoordelijkheid van den
oorlog tracht te werpen op het Parlement.
De oppositie in de Cortes tracht het Minis
terie in moeilijkheden te brengen door de
weigering om de verantwoordelijkheid van
den oorlog met de Yereenigde Staten te
aanvaarden. In plaats van in deze dagen
de handen in elkaar te slaan tot welzijn
van het gemeenschappelijk vaderland, wordt
er geen middel ongebruikt gelaten om de
oneenigheid te bestendigen.
De oppositie verwijt de Regeering, dat
zjj luchthartig den oorlog heelt aangenomen,
eene beschuldiging die kan dienen om een
helder licht te werpen op de kracht der
politieke hartstochten, welke de heeren
Afgevaardigden van hst Spaansche volk
meer bezighouden dan den oorlog, en de
mogelijke verliezen die er uit voortspruiten.
En dat alles heeft plaats in oogenblikken,
dat de vijand de nationale eer aanrandt.
De oorlog is voor de Spanjaarden na
genoeg eene bjjzaak geworden. Iedereen
houdt zich thans bezig met de discussie
over een mogelijke ministerieele crisis en van
den afloop dezer haarkloverij zal afhangen
of de oorlog zal voortgezet worden of dat
stappen zullen gedaan worden, welke tot een
spoedig herstel van den vrede kunnen leiden.
Heeft de Italiaansche Regeering gemeend
te gelasten dat de correspondenten van
buitenlandsche bladen niet mogen seinen
FEUILLETON.
116.
(Vervolg.)
Hij luistert aan de deur, die was blijven aan
staan. Alles is stil. Hij stoot de deur open en
kijkt. Lucienne lag geheel gekleed te bed en
sliep. Evenals bij Claudine buigt hij zich ook
bjj haar over het bed, doch Lucienne beweegt
zich niet.
Nu begeeft hij zich naar de andere kamer te
rug.
"Zjj slapen,// mompelt hij.
Hij gaat naar eeu buffet, waarop verschillende
drankjes voor Claudine stonden. Daaronder be
vinden zich eenige verkoelende middelen, want
zij heeft nog voortdurend koorts en haar heel
is tussehenbeide als verschroeid van den dor9t.
Een weinig citoensap met water vermengd
staat in een glas gereed. Nu haalt hjj uit zijn
zak een doosje te voorschijn, neemt er een kleine
hoeveelheid uit van eene witte kleur en werpt
dit in het glas.
Claudine slaapt nog steeds voort. Zij heeft
niets gezien of gehoord. Ook Lucienne is nog
steeds in een diepen slaap gedompeld. De el
lendeling overtuigt zich daarvan en neemt
daarna zijn plaats aan den haard weder in.
De lamp brandt doffer, hij draait ze bedaard
op en begint opnieuw te lezen.
Tegen drie uur in den morgen bewoog Clau
dine zich even. Zij opent de oogen en ontwaakt
geheel. Nu ziet zjj Montmayeur met een soort
van nieuwsgierige onrust aan, alsof zij hem niet
herkent en zich afvraagt wat hij daar kwam doen.
Montmayeur gaat haastig naar haar toe.
„Hebt gjj geslapen, Claudine?"
//Een weinig heb ik lang geslapen
//Een paar uur. Gevoelt gjj u beter
„Ja, ik ben geheel opgewekt."
«Hebt gij iets noodig?"
//Neen, dank u. Ik zal beproeven nog wat
te slapen.//
vHebt gij geen droge keel Wilt ge niet
wat drinken?//
Claudine blijft geruimen tijd het antwoord
schuldig. Zij heeft al hare koelbloedigheid
noodig om het monster niet te laten blijken,
dat men zjjn voornemen raadt.
Eindelijk zegt tij //Dank u, ik zal straks
drinken."
Daarop valt zjj op haar kussen terug, zeggende
//Maar gij, mjjnheer Jan, gjj moet wel vermoeid
zijn. Het wordt tijd, dat mjjne zuster uwe plaats
inDeemt.
Vrouwen ziju beter tegen deze soort van ver
moeienissen bestand dan mannen.//
"Lucienne slaapt. Ik zou het niet over mjju
hart kunnen verkrijgen haar te wekken.//
Juist kwam het jonge meisje binnen.
//Wel neen, Jan,// zeide zij, //ik slaap niet
meer. Mjjne zuster heeft gelijk, Gjj most wat
rust gaan nemen.//
//Nu goed dan, wanneer gij het weDscht. Doch
slechts onder ééne voorwaarde.//
"Welke
over de loopende gebeurtenissen, dan lekken
toch onophoudelijk bijzonderheden uit over
onlusten in verschillende plaatsen. Moord
dadige straatgevechten hebben in de steden
plaats en naar Novara en Como is een
belangrijke legermacht gezonden. Ruw gaat
het er overal aan toe. De oproeren van
Milaan, Florence, enz., tracht het honger
lijdend volk ingang te doen vinden geheel
het land door.
Duidelijk blijkt hoe ernstig de gebeur
tenissen plaats grijpen. Groote ongerust
heid heerscht te Piza, Siena, Mossa, Arezzo,
Grosseta en Spezia, waar de staat van be
leg is afgekondigd.
Te Messina, Alicante, Luino, Lugano en
andere steden -worden ruiten ingeworpen
gevolgd door plunderingen en brandstich
tingen. Duizenden in opstand gebrachte
werklieden trekken de straten der steden
door en leveren straatgevechten tegen de
soldaten.
Gruwelijke wandaden worden bedreven.
Moord en brandstichting zijn aan de orde
van den dag. Te Minervino werd een bekend
geneesheer, dr. Br an dis, door het woe
dende volk omgebracht. Na hem viel de
aandacht op een rijken molenaar, Bar-
letta, die niet bijzonder veel met phi
lanthropic ophad, 's Mans molen was reeds
geplunderd, toen zijn huis werd bestormd.
Hijzelf werd, hoewel hij den oproerlingen
zelfs zijn geheele fortuin als zoenoffer bood,
op onmenschelijke wijze vermoord; zijn
vrouw werd doodelijk gewond met een bijl
en zijn kinderen ontsnapten ternauwernood
aan het gevaar, van het balkon van het
huis op straat te worden geworpen. De
woning werd geplunderd en toen het ge
peupel daarmede gereed was, kwamen juist
de troepen opdagen. Het volk ging op de
vlucht, een rijken buit medevoerende; het
had acht uren lang ongehinderd geplunderd.
Dagelijks wordt, nu hier dan daar, ge
vochten en vallen dooden in de straten
der steden.
De vreemdelingen die in Italië vertoeven
ontvluchten het land en eenige Journalisten
die in hun bladen de waarheid dorsten
schrijven, zijn achter slot en greudel gezet,
De Osservatore Catholico te Milaan is
Dinsdag in beslag genomen en de hoofd
redacteur, de heer Albertarie, ouder
potitie-toezicht gesteld.
De geheele Redactie van de Italia del
Popoio, evenals de hoofdredacteur van de
Secoio, werden door soldaten met de revol
ver in de vuist naar de gevangenis ge
bracht. De soldaten hadden bevel ontvan
gen op de heeren te schieten bij de minste
poging tot ontvluchting.
Men mag in Italië niets anders meer in
een blad vermelden dan wat door de Re
geering is goedgekeurd.
De Italiaansche Regeering heeft het ver
schijnen van eenige dagbladen verboden en
in geheel het land zijn de bestaande ver-
eenigingen ontbonden.
In het district Milaan is het wielrjjden
verboden, bevreesd als men is voor het
openbaar maken der schandalen.
Bij de Porta Yenezia werden op gene
raal San Martino acht revolverschoten
gelost.
De machinist van eiken trein die uit Mi
laan vertrekt, wordt bewaakt door twee
soldaten, met geweren gewapend!
Gisteren is te Milaan niet gevochten, men
houdt zich bezig met het wegwasschen van
de bloedsporen op de straten, maar bij Porta
Ficinese staan de kanonnen nog klaar tot
gebruik.
Studenten uit Padua en Bologna hebben
een hevig gevecht geleverd met de sol
daten. 21 studenten werden gedood.
Te Turijn heeft men getracht de Ten
toonstelling in brand te steken en te Monza
is het paleis van koning Uraberto ge
plunderd. De Koning en zijn hofhouding
zjjn pijnlijk aangedaan over hetgeen dit
prachtig en 'sKonings liefste buitenverblijf,
waarin Z. M. somsvijf maanden in het jaar
vertoeft, is overkomen.
Te Novara heeft een b loedig gevecht
//Dat ik aldus iedereu nacht mag waken om
u een weinig rust te verschaffen.//
j //Nu, dat vind ik goed.//
Montmayeur verliet het vertrek. Met klop
pende harten hoorden Lucienne en Claudine hoe
het geluid zjjner voetstappen in den gang ver
minderde. Toen zjj verzekerd waren dat hij weg
was, riepen zjj als uit een mond
«Die ellendeling
„Welk een schurk 1"
//Ik heb geslapen, Lucienne, maar ik ben er
zeker van dat hij onderwjjl vergift in mjjn glas
heeft geworpen. Toen ik wakker werd, heeft hjj
mij dringend gevraagd of ik niets gebruiken
wilde.#
//En ik heb het gezien 1 Hij meende dat ik
sliep maar ik ben opgestaan toen hjj zich
verwijderde mjj is geen enkel zijner bewe
gingen ontgaan de ellendeling en hij
durft mjj te beminnen!//
Lucienne nam het glas en bracht het aan
hare lippen.
„Wees voorzichtig, Lucienne, wees voorzichtig#
„Wat is dat bitter 1// zeide het jonge meisje.
Daarop nam zij een fleschje, goot daarin den
inhoud van het glas over en sloot dit in een
kast weg. Daarop deed zjj water in het glas,
spoelde het om en plaatste het weder op de
nachttafel.
"Arme Claudine. Door hoeveel gevaren zjjt
gij niet omringd
„Ik ben vol vertrouwen. Mjjn vrees is geheel
verdwenen."
Des morgens, vroeg, kwam George boven.
Wanneer hjj eenmaal bij Claudine had plaats
plaats gehad, omdat manifestanten weiger
den uiteen te gaan, bijzonderheden ont
breken.
Het doel van de onlusten blijkt meer
en meer te zijn de omverwerping van het
koningsschap en het stichten van een Re«
publiek. Om de oproeren met kracht van
wapenen te bestrjjden zijn reeds 80,000 man
onder de wapenen geroepen en liggen ko
ninklijke besluiten gereed om nog twee
lichtingen van 125,000 man den soldaten
rok te laten aantrekken.
Het gaat in de Vereenigde Staten voor
den wind. Een der grootste handelslieden
van New-York, de heer Delmont, heeft
aan de Regeering een volmaakt uitgerust
oorlogsschip aangeboden. Uit Californië
heeft Mc Kin ley een aanbod ontvangen
van vier millioen dollars, bijeengebracht
voor den bouw van een pantserschip.
De Amerikaansche schatkist heeft bo
vendien nog een inhoud van 180 millioen
dollars in baar geld en 50 millioen in pa
pier.
Het gerucht heeft geloopen, dat de
Spaansche admiraal, die het eskader voor
Manila commandeerde, met zjjn twee zoons
vermoord is.
Volgens de New-Yorker correspondent
der Daily Iele graph wordt aan dit gerucht
weinig waarde gehecht.
In elk geval beweren de Amerikanen, dat
commodore Dewey dezen moord als hij
werkelijk heeft plaats gehad niet heeft
kannen voorkomen.
Spanje.
De Madridsche correspondent van de
Daily News brengt goed nieuws uit Spanje
op financieel gebied en dat goed nieuws
is, het rjjzen van de peseta.
Een Fransch collega, zegt de correspon
dent, wisselde aan het Crédit Lyonnais
200 franks tegen 112; een half uur later
was de koers gekomen op 80. De banken
weigerden, buitenlandsche chèques te in-
casseeren vóór het einde van de week,
niet wetende hoe de koers het volgende
oogenblik zal zijn. Het wisselen van geld
is een waar spel.
genomen, verroerde hjj zich niet meer, zelfs niet
meer om te eten. Geheel vertrouwende op de
liefde van den armen jongeling, kon Lucienne
dan gerust zjjn,
Eenige oogenblikken na zjjn broeder kwam
Jan eveneens boven.
Tevergeefs beproefde hjj kalm en bedaard, te
schjjnen, zjjne handen beefden en hij wendde zjjn
blik van Claudine af.
"En hoe is het vannacht verder gegaan P*
vroeg hjj aan Lucienne.
//O, niet best. Zjj scheen zeer opgewonden.,
de koörts is plotseling opgekomen zjj loosde
zuchten.//
//Heeft dit lang geduurd?"
//Neen, hoogstens een uur, doch zie eens hoe
uitgeput zjj is hoe ingevallen hare oogen
zjjn. Buig u eens over haar heen, dan kunt gjj
gewaar worden, hoe moeiljjk zjj adem haalt
haar handen gloeien en zjjn droog. Ik maak mjj
ongerust
//Daarin hebt gjj ougeljjk. Het zal slechts eene
voorbijgaande crisis zjjn."
Hjj gaat naar Claudine toe, beschouwt haar
aandachtig, zwjjgt en kijkt naar het nachttafeltje.
Het glas is ledig Dus heeft zjj eruit
gedronken.
Hjj siddert. Zjjn oogen schitteren. Haastig
verlaat hjj het vertrek zeggende
//Het is niets. Stel u gerust. De dag zal kalm
voorbjjgaan. Wanneer ik mjj mocht vergissen,
roep mjj, dan zal ik naar Garches gaan om den
dokter te halen."
(Wordt vervolgd.)