No. 2987 Donderdag 19 Mei 1898. 23ste Jaargang. r HbagËlaó voor cföooró- en 0. H. Hemelvaart. BUIT K N L A ND~ BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem. DE TWEE WEEZEN, Engeland. Duitschland. Italië. Amerika. Oostenrijk-Hongarije. ABONNEMENTSPBIJS Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40 Voor het baitenland 2,80 Afzonderlijke nummers 0,03 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS. rifvMAl S TJ ^1N P-8 AGITE MA NON AGITATE PRIJS DER ADVERTENTIEN. Van 1—6 regels50 dents Elke regel meer7Gt» Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Con tant. Hoojdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale Publicité Etrangèrê G. L. DAUBEtyCo. JOHNF.JONES Succ., Paris 31 bis Faubourg Montmartre Wegens den Hemelvaarts dag verschijnt de NIEUWE UAARLEMSCHE COURANT morgen niet. Morgen is het de veertigste dag na Pascben en viert de H. Kerk eene plechtig heid roemrijk voor Jesus en troostvol voor zijne getrouwe dienaars op aarde, de plech tigheid van 's Heeren Hemelvaart. Was Zijne Verrijzenis een schitterende zege praal over den dood en een onloochen baar bewjjs van de goddelijkheid zijner leering, dan mag ook wel zeker het laat ste Mysterie van ziju meuschelijk leven, de Hemelvaart beschouwd worden als de volmaking van zijnen triomf over de zonde en den duivel. Op dezen dag is de Hoog priester van het Nieuw Verbond inge treden in het waarachtig Heilig der Hei ligen waarvan dit van Jerusalem's Tem pel slechts een flauw afbeeldsel was, en 'n zijne handen den prijs dragend van de vrijkoopiug onzer zielen, zijn goddelijk Bloed, heeft Hij dit aangeboden aan zjjnen hemelschen Vader om het menschdom Weder te verzoenen met de vergramde Godheid. Dit onbegrijpelijk Mysterie had voorzegd en Hij heeft het vervuld in de tegenwoordigheid van zjjne heilige Moeder, vau zijne Apostelen en van een groot getal zijner leerlingen en lievelin gen. Hi] is opgeklommen als een God, zonder iemands hulp, door zijne eigene macht, vergezeld door eenen stoet van zie len bestemd voor den Hemel, zielen van heilige Aartsvaders, Profeten en Koningen, zielen van heilige vrouwen, zielen van de kinderen in hunne onnoozelheid door H e- rodes geslacht. Met dien zegevierenden stoet heeft hij zich aangeboden aan de Poorten des Hemels, nog nooit ontsloten voor de menschelijke natuur, en de En gelen en Aartsengelen zijn hem te gemoet gesneld, hebben Hem verwelkomd als den grootsten Overwinnaar over den machtig den der vijanden, Satan, en hebben Hem geleid voor den Eeuwigen troon waar Hij 18 gaan zitten aan de rechterhand zijns Vaders almachtig. Schoon is dit tafereel, onuitsprekelijk is rle roem den Zaligmaker in den Hemel ten deel gevallen na Zijne vernedering op aarde. Doch dit Mysterie heeft eenen an deren kant meer verstaanbaar voor onze geesten en troostrijker voor onze harten. Indien Jesus met waarheid mocht zeggen sprekend van Zjjne verheffing aan het kruis, dat «Hij alles tot zich zou trekken,» dan mocht Hij dit met meer waarheid zeggen FEUILLETON. l20J Vervolg.) "U, ia wel vriendelijk, mijnheer de Rechter,// sntwoordde Courlande verlegen. //Ik ben ook s°ldaat geweest en daardoor alleen reeds. Doch de Moraines viel hem in de rede, torwjjl hij hem vrooljjk de hand schudde "Welke tjjding brengt gjj? Heeft zjj op Doriat betrekking //Ja. Het uitstel is bjjna om// "Ik heb den heer De la Vonde geschreven, dat wjj ons met een nader onderzoek bezig "ouden. Doriat loopt dus volstrekt geen gevaar. CI> de terechtstelling zal niet bevolen worden, zonder dat ik zulks reeds lang van te voren Weet.// "Des te beter. U heeft alles voorzien en ik zan niet meer verlangen. Maar. "Waarom spreekt gjj niet verder? Wat ver- anKt gjj nog meer V Wanneer gij u eenige moeite kondet geven.... uw verwonding. maar niet op. Ik ben nagenoeg r, "Die zaak van Doriat gaat mij zeer ter harte, ben geheel tot uw di ust. "Wat js er TaU Lucienne en Claudine «e word en Rech?eB®° uo? altjjd te Garcbes, mjjnheer de van Zijne Hemelvaart. Hij daalde hier neder om ons te verlossen van de slavernij des duivels en Hij klom weder op teu Hemel om daar plaatsen van eeuwigen vrede en zaligheid te bereiden voor allen die zijne heilige leering getrouwelijk zou den naleven. En ziedaar den grootsten troost die het menschenhart vervullen kan. Was er geen Hemel en was daar geene plaats door Jesus voor ons bereid, hoe ongelukkige schepselen zouden wij ziju 1 Wij zouden den os moeten benjjden in zijn lot; hij eet het gras, drinkt het water, strijkt zich neder in de schaduwen der boomen en al zijne lusten zijn voldaan, al zijne verlangens vervuld. Zoo gelukkig zijn wij nietwij ziju nooit verzadigd en altijd ontevreden. Al bezitten wij landerijen en schatten meer dan wij gebruiken kunnen, altijd bljjftin ons binnenste eena stem roepen meer meer en nooit krijgt zij tot antwoord genoeg genoegIs dit geen bewijs dat wjj voor een hooger geluk, voor een beter leven in den Hemel geschapen zijn? Be stond in ons die troost niet dat wij eens gelukkiger zullen zijn dan wij ons hier op aarde gevoelen, wat zou dan het men- scheuleven waard zijn? Te recht mag men het menschdom vergelijken aan een groot leger van klagers dat niets uitdrukt dan misnoegen en ontevredenheidsomtijds klinkt er wel een toon van vreugde en blijlschap door, maar die toon is valsch en snerpt in het oor als een verdoofde weekreet. Niemand is hier volledig tevre den, niemand leeft er hier dfe geene re denen tot klagen heeft. Is het aanneme lijk dat de Alwijze God zijn beste Schep sel op aarde zijn redelijk Schepsel zou uit het niet getrokken hebben door zijne Almacht en bestemd om onverzadelijk te zuchten, onophoudelijk te klagen? Zoo mo gen de goddeloozen denken, maar wij die de goddelijke leering van den Zaligmaker volgen wij weten dat Hij ten Hemel is opgeklommen om daar voor ons eene plaats te bereiden. En wat zullen wij daar vin den Rust na arbeid vrede na strijd vervulling van alle onze verlangens, einde aan droefheid en tranen. Er is geen be tere versterking tegen de wederwaardig heden des levens dan de gedachten aan den Hemel. De groote Apostel Paulus dien met alle mogelijke tegenstrijdigheden te worstelen had, vuurde zijnen moed aan door de gedachte aan den Hemel, en toen hij reeds oud geworden was en op het punt stond van naar Rome te vertrekken en daar zijn bloed te storten voor de liefde Gods, schreef bij zijnen vriend Timotheus: «ik voel mijne ontbinding, mijnen dood, //Lucicnne gaat door voor de beminde van Montmayeur.// De Rechter sprong verrast op. //Maar zij is het niet,// voegde Courlande erbij. //Wat Claudine betreft, zij is er zeer ge vaarlijk aan het hoofd gewond, eenige dagen na den slag bij Buzenval, toen da Bernadettes zijn afgebrand. Nu wordt zij door hare zuster op de fabriek verpleegd. //Op bet oogenblik boezemt hare wonde ons geene bezorgdheid meer in en toch heeft zij nog~nimmer zoozeer in gevaar verkeerd.// «Hoe dat zoo //Dat zal ik u vertellen, mjjnheer de Rech ter. Montmayeur koesterde niet de minste ach terdocht jegens Claudine of Lucicnne. //Hij wist niet, dat zij met zjjne misdaad be kend waren.// „Dat was hunne kracht, daardoor waren zij veilig." //Ja, dat stem ik toe, maar het deed ons niets dan tijd verlieten zonder een stap nader tot het doel te geraken. Wij moesten de zaak anders aanpakken en Montm yeur ertoe zien te brengen een domheid te begaan. Toen ik na ons onderhoud in den omtrek van Vendo- me, te Garches aankwam, was Lucienne eene herstellende zieke, doch zoo zwak en door den dood der gebroeders Doriat zoo moedeloos, dat zjj de taak vergat, die zjj op zich had ge- j nomen, en de kasijjding, waarvoor zjj zich wilde opofferen. Kortom, Doriat was verloren I en Montmayeur zou ons ontsnappen.// j „Wat deedt bjj toen 1" "Ik moest krasse middelen te baat nemen, ik heb eenen goeden strijd gestreden, ik heb mijnen loop voleind, ik heb het ge loof bewaard, voorliet overige verwacht ik de kroon der rechtvaardigheid die de Heer, een rechtvaardige Rechter, mij zal schen ken Die gevoelens moeten de gevoelens ziju van alle goede Christenen en met den H. Augustinus moeten wij uit roepen: «Brand hier, snijd hier, maar spaar mij in de eeuwigheid.» Ziet, daar stjjgt de Zoon des menschen Opwaarts naar den Hemel heen 't Was geen armoe meer en lijden, 't Was geen droefheid meer, o neen Zegepralend was zijn vaart, Juichend werd Hjj nagestaard. Door een wolk van licht omgeven, Schittert Hjj van 'ueldren glans Daar ontwijkt Hij aller oogen En bereikt den Hemeltrans Welkom, juicht heel de Engl mekaar, Welkom, Jesus, Middelaar! Jesus, thans aan 's Vaders zijde Op den zetel Gods getroond, Doet den Hemel juichend zingen Eeuwig zjjt Ge als Vorst gekroond Eeuwig zijt Gij Hemelheer Eeuwig zij U lof en eer Zijt Gjj, Jesus, opgevaren, Om ons allen voor te gaan, Dat wjj dan U eenmaal volgen Langs dezelfde gloriebaan Zingen wjj dan uwen lof Met het gansche Hemelhof Koningin Victoria heeft aan den ster venden Engelschen Staatsman Gladsto ne, een eigenhandig schrijven gezonden, waarin Hare Majesteit hem dauk betuigt voor hetgeen hij tijdens zijn lang leven in het openbaar voor het laud heeft gedaan. Spanje. Omtrent de ministerieele crisis wordt uit Madrid het volgende gemeld: Alle Ministers hebben hun ontslag ingediend door den heer Sa ga sta, die met dere organisatie van het Kabinet is belast. Aan de Kamer is het verzoek gericht, haar zittingen te schorsen totdat een op lossing is gevonden. Deze oplossing zal, naar de heer Sagasta meeni, overmor gen gevonden zjjn. Prins Hein rich van Pruisen is aan het Ohineesche Hof te Peking met groo- teu luister ontvangen. Na de plechtige ont vangst heeft de Prins met zijn gevolg, een bezoek aan de Keizerin-Moeder gebracht, gevolgd door eene audiëntie bij den Keizer. doch tevens buitengewone, waardoor Moutma- yeur zich zou laten verschalken.// Dus //Word vooral niet boos, mijnheer de Rech ter, want het is geen middel van de politie, waartoe ik mijn toevlucht heb genomen. Zulks zal u buitengewoon voorkomen doch zoo tusschenbeide heiligt het de middelen, en ora een haas te snappen, is voor een jager elks list geoorloofd.// //Ter zake, mjjnheer Courlande, ter zake //Tot uw dienst, mjjnheer de Rechter, tot uw dienst.// Courlande dacht eenige oogcnblikken na, blijkbaar aarzelde hij, doch eindeljjk vervolgde hij „Bij de misdaad van Jan de Montmayeur was niemand tegenwoordig geweest, en de ellendeling had zijne maatregelen zoo goed genomen, dat men hem met kon beschuldigen. Hjj had echter geen rekening met het toeval gehouden. Nu had Boureille, toen hjj uit zjjne verdooving ontwaakte, nog tjjd gehad den be- schuldigenden volzin op den muur te schrijven, welke door Claudine en Lucienne gelezen werd. Zooals u bekend is, had Montmayeur de woorden juist bjjtjjds doen verdwjjnen om niet gegrepen te worden, zoodoende het eenige bewijs vernietigende, hetwelk tegen hem bestond wanneer zulks al als een bewjjs zou zijn aan gemerkt //In ieder geval was het een zeer ernsiige aan wijziging.// „Montmayeur kon dus voortaan gerust zjjn en behoefde slechts geduldig Üoriafs tereebt- Dit bezoek werd later beantwoord in een deel vau het Zomerpaleis, hetwelk tijde lijk aan prins H e i n r i c h als verblijfplaats is afgestaan. Prachtige geschenkeu werden gewisseld. Prins Hein rich had een particulier ou- derhoud met den Keizer, waarbij alleen de tolk tegenwoordig was. Een Duitsch journalist, die de reis met Prins Hein rich meemaakt, seinde uit Peking dat de ontvangst van den Prins in het Zomerpaleis met de meest moge lijke praal en pracht heeft plaats gehad. Daarbij heeft de Ohineesche Keizer per soonlijk aan den Prins de onderscheidings teekenen overhandigd van de hoogste orde, die er in China voor niet regeerende vors telijke personen bestaat, iets dat volkomen in strjjd is met de tot nu toe gevolgde Chiueesche etikette. Niet minder kau het laatste gezegd worden van de manier, waarop de Keizerin Moeder, alle traditiëu ten spijt, ongeverfd en ongesluierd den Prins en diens gevolg heeft ontvangen Zij zot bij een altaar-achtige tafel, waarop eene pyramide was gemaakt van bloeiende sinaasappelbcomen en pioenrozen. Zij bood den Prins door haar beschilderde waaiers enz. als geschenken voor de Duitsch e Keizerin, de Keizerin-Moeder en Prinses Irene aan, en beloofde hem zelfs, dat zij binnenkort de Europoesche dames van Peking d. w. z. die uit de diploma tieke wereld officieel ontvangen zou: eene ontvangst die zoo sterk als maar eenigszins mogelijk vloeken zou met alle tot nu toe volgehouden eeuwenoude voor- oordeelen en gebruiken. Een grappig geval doet zich in Italië voor met den socialistischen afgevaardigde Pescetti die zijn inhechtenisneming tracht te ontgaan, door nacht en dag in het gebouw van de Kamer te blijven. Koning Umberto beeft in een ouderhoud met zijn Ministers zjjn volko men vertrouwen uitgesproken in het Ka binet. Langzamerhand bedaren te Milaan en in de andere oproerige steden de op gezweepte gemoedereu en men begint en kele voorschriften, met den staat, van be leg verbonden, eenigszins te verzachten. De militaire autoriteiten in Italië heb ben krachtens de bevoegdheid die zij door den staat van beleg hebben verkregen, het grootste deel der socialistische bladen geschorst. Te Rome is het voornaamste socialistische blad nog niet geschorst, maar het gebeele redactie-personeel is in hech tenis. De socialistische afgevaardigden die nog in vrijheid zijn, hebben het voor nemen ojrgevat een nieuw orgaan te stich ten dat in de hoofdstad zal verschijnen. Men bevestigt, dat het Ministerie vast be sloten is deze publicatie te verhinderen. De Regeering zou zelfs zoo ver gaan dat zij den staat van beleg in Rome wil af kondigen als het noodig mocht zijn. Over de onlusten die hebben plaats ge had, vernemen wij nog het volgende Op verzoek van de Italiaansche Itegeeiicg /ijn IS9 meerendeels zeer jonge arbeiders, die stelling af te wachten. Hij vermoedde niet dat Claudine of Lucienne de beschuldiging van Boureille gelezen hadden, en zoo die ver moedens al hebben bestaan, dan zjjn zjj slechts van korten duur g.wetst, anders zou hjj niet zoo volkomen gerust geweest zjjn, //Nu had ik echter op mjj genomen hem daarmede in kennis te stellen. //Met welk doel Gij hadt Lucienne in ge vaar kunnen brengen. //Neen, Lucienne is veilig door de liefde, welke Montmayeur voor haar koestert.// //En Claudine //Deze was en is nog steeds in gevaar. En daaitoe wilde ik juist geraken.// „Ha "U zult mij spoedig begrjjpen. Wanneer Montmayeur gerust was en zich veilig waande kon hij niet gestraft worden, doch dit was niet wat ik hebben moest. Wist Montmayeur daarentegen, dat zjjn misdrjjf bjjna onder ge tuigen gepleegd was, dan zou hjj bevreesd worden, en zijne koelbloedigheid verliezen en bijgevolg onvoorzichtigheden brgaan. Heb ik geen geljjk //Misschien." //Ik heb hem dus gewaarschuwd, dat Claudine en Lucienne in de eerste plaats zjjne straf op het oog hadden, doch ik heb dit zoo aange legd, dat hjj nog steeds aan de zonderlinge, of beter gezegd monsterachtige liefde van Lucienne geloofde.// »En op het oogenblik „Gelooft hjj daar nog aan althans ik hoop het.// I aan het oproer hadden deelgenomen en naar Zwitserland gevlucht waren, door de Zwitser- sche Regeering uitgeleverd. Zwitserscho soldaten begeleidden den trein lot aan de grens, waar hij door een sterk eskor- te van Italiaansche Bersaglieri werd opgewacht. De Zwitserscbe werden door de Italianen ver vangen en de trein reed door. Men berekent, dat nog 60000 Italianen in Zwitserland zjjn. In Milaau zitten thans 1700 personen achter s'ot die aan de jongste oproeren hebben deelgenomen. Dagelijks komen nog nieuwe ar rest utiën voor. Te Washington is men niet op zij'n ge mak nu het maar niet gelukken wil te Cabanas soldaten en wapenen aan wal te brengen. Het oorlogsschip de Gussie, is met baar geweren en ammunitie naar Key- West moeten terugkeeren, niettegenstaande het schip Vrijdag-morgen een paar uur !angs de kust stoomde en men een sig naal der opstandelingen meende te zien. De Spanjaarden hielden de opstande lingen en het Amerikaansch oorlogsschip op een eerbiedigen afstand. Een paar nieuwsgierigen, die de Span jaarden aan land lieten komen, zijn een voudig gevangen genomen en in Havana achter slot gezet. Het zijn twee dagblad correspondenten, de heeren Hayden Jones en Thrall, die aanvankelijk als spionnen werden gegrepen en gekerkerd gehouden. Bij het vernemen van dit geval heeft zich een Eogelsch journalist rw Havana gespoed om te voorkomen, dat de twee journalisten werden doodgeschoten. Maarschalk Blanco heeft, volgens de World, tot welker redactie de heer T b r a 11 behoort, toegestemd, dat de twee Ameri- kaansehe dagblad-correspondenten, tegen twee Spaansehe officieren, die door de Yankees krijgsgevangen gemaakt zijn,wor den uitgewisseld. De Frankfurter Zeitung maakt den tekst openbaar van het geheime verdrag tns- schen Rusland en Oostenrijk-Hongarijë, ter bescherming van de wederzijdsehe belan gen in de Balkanstaten. «liet verdrag loopt van 1 Mei 1897 tot 1 Mei 1902 en wordt telkens als voor drie jaren verlengd beschouwd, wanneer het niet z s maanden voor de expiratie door een der contracteerende Mogen Ihedeu wordt opgezegd. Het hoofddoel van het verdrag zou ziju, de handhaving van de rust en deu vrede op het Balkan-schiereiland en van het status quo omtrent de staatkundige ver deeling. Ter bereiking van dit doel verdeelen de beide contracteerende Mogendheden het schier-eiland in twee «Interessensphüre,» waarvan elk land een engeren en een uit gebreidere!) invloedskring krjjgt. In den engen invloedskring van Oosten rijk-Hongarijë valt Servië, in zijn ruimen kring Macedonië van Saloniki in noorde lijke rich'ing bijna rechtlijnig naar Vrange, voorts Albanië met uitzondering vau eenige Zuid-Oostelijk aan Montenegro grenzende districten. "Doch ik zie nog altjjd niet goed in, waar gjj heen wilt.// //Vertrouwende op de liefde van Lucienne, beschouwt Montmayeur haar bijna als zjjne medeplichtige en vreest geen oogenblik, dat zij hei geheim zal verklappen. Bljjkbaar is het zjin voornomen met Lucienne te trouwen, zoo dat hjj niets kwaads tegen haar in het schild voert. Wat Claudine betreft //Welnu //Wanneer Claudine dood is, zal hjj veilig zjjn, want zjj heeft Boureilles beschuldiging ontdekt. Zjj heeft ook hare zuster gewaar schuwd. Door Claudines toedoen is ook de justitie met de zaak in kennis gesteld. Zjj le vert dus een groot gevaar voor hem op. Zjj moest dus sterven. Hjj heeft haar veroordeeld „Wat zegt gjj daar?// riep de Rechter op springende. //ik zeg slechts de waarheid. Ik ben nu zoo ver gevorderd, dat ik Montmayeur genoodzaakt heb een tweede misdaad te begaan om de eerste te verbergen. Hij heeft ze reeds voor bereid. en zooals trouwens altjjd zjjn de om standigheden hem ook nu wederom gunstig geweest. Toen Claudine bij den brand op de Bernadettes gewond was, is zij bewusteloos naar de fabriek overgebracht. Zjj was dus, om zoo te zeggen aan de genade van Montmayeur overgeleverd. Hal de schurk! Weinig had het gescheeld of hjj was ditmaal zoo goed geslaagd als den eersten keer «Blijf bedaard, mijnheer Courlande. Gjj hebt met iemand als Montmayeur een zeer gewaagd spel gespeeld. Weinig behoefde er meer hf Ie

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1898 | | pagina 1