N I E LI WE
Brusselsche Brieven.
No. 3020
Yrijdag 1 Juli 1898
23ste Jaargang.
feuilleton.
Bedrogen geluk.
B U IT I-, iN Li A iN D.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
BUBEAU: St. Janstraat Haarlem.
/1.10
«1,40
«2,80
«0.03
AGITE MA NON AOITATB.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer7'/i
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Van onzen Belgischen Correspondent.
XLIV.
Ofschoon de Dreyfus-zaak bewezen
heeft dat ook in België het goud der joden
veel vermogend is en de sympathieën voor
de nakomelingen van hem levend zijn, is
het er toch verre van af dat België onder
de heerschappij der joden zucht, zooale het
meerendeel der Europeesche Staten het
doet. Niets toont dit feit, volgens mijne
bescheiden meening, beter aan, dan de
openbare Tentoonstelling in een koffie
huis alhier van eene schilderij, dat een on
derwerp behandelt waarvan de joden altijd
met de grootste kracht en de uiterste in
spanning de waarheid bestreden hebben, n.l.
den ritueelen moord. In de cabaret artistique,
in de Arembergstraat alhier, bewonderen
de minnaars der kunst sedert eeuige dagen
eene schilderij, waarvan het vaderschap aan
niemand minder dan aan Munkaksy
wordt toegeschreven, 't Is een werk van een
machtig coloriet, dat zoowel door de be
handeling, als door het onderwerp de groot
ste belangstelling wekt. Bjjna in 't midden
van het doek, vertoont zich, zwak door een
weifelend licht beschenen, de gedaante van
een meisje, van 12 a 15-jarigen leeftijd, in
een van die fjjnen ivoortinten geschilderd
zooals. men ze op de werken der oude mees
ters bewondert, en door het blonde haar
bjjna als in een mantel gehuld. Voor haar
bevindt zich een oude jood, die de rechter
arm met een puntig voorwerp openrjjt, ter-
wjjl nog andere het lichaam met allerlei
martelwerktuigen verscheuren ten einde
tot den laatsten druppel het bloed er uit te
persen, dat door eenige andere personen,
mannen zoowel als vrouwen, wordt opge
vangen en vergaard.
Bjj het aanschouwen van dit schoon, maar
huiveringwekkend paneeldenkt men on
willekeurig aan een ritueelen moord. Even
wel ligt het niet in mjjn pen om over deze
zaak breeder uit te weiden, alleen heb ik
2, Vervolg.)
Niet aldus echter de moeder. Mevrouw Von
Beichenau had ainds lang geleerd zich te be-
heerschen, en tevens bezat zij de loffelijke ge
woonte nooit een afkeurend woord te doen hoo-
ren over eenig besluit haars echtgenoot» in de
tegenwoordigheid der kleine kinderen. Daarom
kon men aan hare blikken niet bemerken wat
in hare ziel omging; doch haar volstrekt stil
zwegen zeide genoeg.
Mevrouw Von Reichenau staarde een oogen-
blik nadenkend naar haren echtvrienddaarna
legde zjj de verschillende papieren ter zjjde en
ging met langzamen tred naar de kan1 er van
haar zieken zoo*.
Hare verwijdering werd nauwelijks opgemerkt
in de huiskamer; men was er reeds aan gewoon,
de moeder meestentijds afwezig te zien om Erich
op te passen, en de kinderen onderhielden zich
ook liever met den immer vroolijken vader, dan
met de stille, ernstige moeder. Hun lustig ge
snap werd evenwel gestoord, toen eenige oogeo-
blikken later het kamermeisje aankondigde, //dat
het avondeten klaar stond.//
Toen roen van tafel was opgestaan, vergader
de de gansche familie weder in de aan het
ziekenvertrek grenzende kamer der huisvrouw.
Dit was aldus de gewoonte in het streng geic-
gelde huishouden. Zelfs Erich, ontbrak hierbij
het feit dezer openbare Tentoonstelling van
deze schilderjj merkwaardig genoeg gevon
den om het te vermelden. Men gaat er naar
zien om het te bewonderen maar van ka
baal geen spoor.
De overgangvan deze schilderjjdie
aan den ritueelen moord doet denken, tot
de processie van 't H. Sacrament van Mirakel
moge eenigszins vreemd schjjnenmaar
er valt toch wel eenig verband tusschen
op te merken, een verband dat de lezers
gemakkeljjk zullen vattenwanneer zjj
zich herinneren hetgeen ik het vorige jaar
hier over de geschiedenis van het H: Sacra
ment van Mirakel van Brussel geschreven
heb. De ritueele moord en de profanatie
der Gewjjste Hosties zjjn de twee misdaden
waaraan de joden zich in den loop der
eeuwen herhaalde malen hebben schuldig
gemaakt, waarvan de herinnering het leveu-
digst is bljjven bestaan en die veelal de
aanleiding waren van de groote volksbe
wegingen waaronder de joden vooral in
de middeneeuwen, te ljjden hadden en de
slachtoffers waren.
Ten gelegenheid van het Eucharistisch
Congres, dat hier van 13 tot 17 Juli zal
gehouden worden, zal, na de Hoogmis van
den 17deu, ook de groote processie van 't
ÏÏ.Sacramentvan Mirakel plaatshebben, iets
wat op zulke plechtige wjjze fn geen kwart
eeuw gebeurd is. Aan deze processie zullen,
behalve een groote schaar van geestelijken
en geloovigen,worden deelgenomen door drie
kardinalen, nl. de kardinaal-aartsbisschop
pen van Mechelen en van Reims en Z. E.
V a n u t e 11 i, die van Rome zal overkomen.
Yerder kondigt men de aanwezigheid aan
van de Bisschoppen van België en van die
van Utrecht, Cahors, Agen, Casale, Mont-
ferzato en la Rechelle, en elf gemijterde
abten van de Bernardjjnen,de Premonstra-
tensers en de Benedictijnen. Ziedaar eene
processie, zooals men er wel zelden zal kun
nen zien en alleen kan overtroffen worden
door die, welke men eertjjds in Rome kon
bewonderen, toen Rome nog het Rome des
nimmer, en met energie hield de zieke jonge
ling eraan vast, den dag te eindigen in den
gezelligen familiekring. Ook nu weder trad hij,
leunende ep zjjns broeders arm, binnen, en liet
zich uitgeput in den voor hem bestemden zetel
neervallen. Da handen gevouwen, de oogen half
gesloten zat bjj daar, terwjjl de andere huisge-
nooten rondom geknield lagen, een schoone
groep! Met heldere stem begon de jongste van
allen, de kleine Irmengrad
„Ik geloof in God den Vader almachtig, Schep
per van hemel en aarde,
In eerbiedige godsvruoht deed het geheels
huisgezin zijn avondgebed. Raphael knielde naast
zjjn broeder. Hjj was ongetwijfeld de belangwek
kendste figuur van allen. Een warm, diep gods
dienstig gemoed, dat zich op het oogenblik met
vrome gedachten bezig hield, weerspiegelde zich
in zjjne trekken. Men kon het hem aanzien,
dat hjj met den geest des gebeds als bezield
was en tot God sprak geljjk een vriend tot
zjjn en vriend.
Wat er omging in het binnenste van mevronw
Von Reicbenau, dat was niemand bjj machte
uit te vorschen. Hare ranke, deftige getalte boog
zich even over den bidstoel, terwjjl zij haar aan
gezicht in beide handen verborg. Geen men-
scheljjk oog vermocht te zien, hoe smart en
zielestrjjd zich op haar gelaat afspiegelden, hoe
dikke tranen hare oogen octsproBgen, langzaam
langs hare wangen biggelden en de fijne jonk
vrouwelijke vingertoppen bevochtigden.
Ook de huisheer scheen ernstiger gestemd
dan men bjj hem vermoeden zou. Eerbiedig hield
hij de handen op de borst gevouwen en bad,
Pausen was. Ongetwijfeld zullen vele Ne
derlanders dit grootste en verheven schouw
spel willen bjjwonen, zoodat ik gemeend heb
er reeds bjjtjjds de aandacht op te moeten
vestigeu. Al de bijzonderheden over de in
richting zjjn nog niet bekend, zoodra er
mjj meer van ter ooren zal komen, zal ik
ze mededeelen, maar zeker is het, dat men
zich aan iets heerljjks en ongeziens kan
vergasten. De grooten processie van het
B. Sacrament van Mirakel werd in Brussel
altjjd met den grootsten luister gevierd en
men behoeft zich slechts te inspireeren
door hetgeeu in vroegero tjjden werd ge
daan, om iets tot stand te brengen, wat
de stoutste verwachtingen zal te boven gaan.
De beschrijvingen daarvan beslaan in de
Kronyken geheele bladzjjden en de talrjjke
triomfbogen, door een groot gedeelte der
stad opgericht, de versieringen der straten,
de rustaltaren en vooral het feestaltaar,
ter dier gelegenheid in Sint Gudule opge
richt, leggen schitterende bewjjzen af van
de groote vereering van de Brusselsche
bevolking voor het H. Sacrament van Mi
rakel en de pracht waarmede het aan die
vereering uiting gaf. Ik geloof dat men
zich een uitstapje naar Brussel op dien dag
niet zal beklagen.
Oostenrijk-Hongarije.
In Galicië neemt de jodenvervolging
schrikaanjagend toe. Men ontziet er zich
niet de Israëlieten op de brutaalste manier
te bejegenen. Zaterdag-avond zjjn zelfs te
Alt-Sandee, de winkels van Israëlieten ge
plunderd en vernield. Op wagens werden
de geroofde goederen buiten het dorp ge
bracht, vervoerd.
Te Neu-Sandoe dreef de cavalerie Zon
dag de boeren uiteen, toen zij ook daar
niet alleen de joden plunderden maar ook
hunne buizen in brand staken. Te Lancks
moesten de militairen op het volk vuren
om de Israëlieten te beschermen.
De Regeering heeft het noodig geacht
den staat van beleg af te kondigen, tegen
ben die zich schuldig maken aan moord,
geheel zijn ziel bad mee.
Onschuld, reine, minneljjke onschuld teeken-
de zich af op de blozende kindergezichtjes. Men
werd onwillekeurig getroffen, wanneer mende lief
tallige Else beschouwde, gansch vertanken in vro
me gedachten, en het maagd el jjke der schoone
jonkvrouw kwam niet beter tot zjjn recht dan
thans.
Dit zeide de oude, trouwe dienstbode des
huizes, die mede tegenwoordig was, in zich zel
ve. Men rekende haar sinds lang tot den fami
liekring, waarin zjj reeds jaren hare plaatsin-
nam. Nimmer had zjj ontbroken bij het avond
gebed des hnisgezins, en telken male kon zjj
zich niet weerhouden te fluisteren //Elsje is een
engel, wanneer zjj zoo vroom op hare knieën
nederligt.//
Het gebed was geëindigd. Het jonge volkje
verdrong zich rondom het ouderenpaar om den
goêaachtskus te geven en te ontvangen. Het
geraas der kleinen hield niet op, alvorens het
der oude dienstmaagd, Lena, gelukt was, met
behulp van Else, wier huiseljjk werk dit was,
de twee kinderen naar hunne bedjes te brengen.
Ook Erich keerde op den arm van zjjn onafechei-
deljjken gezel Raphael naar zjjn ziekenvertek
terug, gevolgd door de blikken zjjuer moeder
die met nauwlettende, angstige zorg elk zjjner
langzame, waukelende schreden betrachtte
Arme vrouw, arme moeder 1
II
Geen rozen zonder doornen.
Spreekwoord,
Nauwelijks had zich de deur achter beide
diefstal, brandstichting en schending van
de openbare rust.
Amerika.
Twee groote Amerikaansche bladen, dé
World en het Journaltrachten elkander te
overtreffen in sensationeeleoorlogsberichtén,
hetgeen tot een zeer vermakeljjk incident
heeft geleid.
Het Journal beschuldigde de World van
diefstal van telegrammen, en bedacht om
zjjn bewering te bewjjzen een list. Zjjn oor-
logs-correspondent lasebte in een zjjner tele
grammen de volgende mededeeling in «Ko
lonel Reflipe W. Thenews, een Oostenrjjksch
artillerie-officier van grooten naam in Eu
ropa, heeft deelgenomen aan het gevecht
voor Aquadores».
De World deelde in zjjn verslag van het
bombardement hetzelfde bericht mede, waar
op het Journal aan zjjn lezers mededeelde
dat de kolonel nooit bestaan heeft maar
het bericht eenvoudig door rjjn correspon
dent was verzonnen om te bewjjzen dat de
World aan bet blad zjjD telegrammen ont
stal. Inderdaad is do naam van den kolo
nel een omzetting van den zin We pilfer
the news, d. w. z. «Wjj «telen de berichten.»
Zoo bekende de World zelf zjjn misdrjjf
en in de eerstvolgende uitgaaf van het Jour
nal verscheen een plaat, waarin de World
werd afgebeeld als kolonel We-pilfer-the
news met een groote schaar in de hand.
Spanje.
Uet gerucht dat de Amerikaansche vloot
de Spaansche havensteden zal beschieten
heeft zich weer eenigszins verloren nu uit
New-York wordt gemeld, dat de eerste
klas Amerikaansche slagschepen Jowa en
Oregon Willde gepantserde kruiser -Newark
en zes andere schepen de vloot van den
Spaanschen admiraal C a m a r a zullen op
zoeken, om met deze een modernen zee
slag te leveren.
Spanje is ongelukkig met zjjn eskaders.
Een is voor Cavite op de flesch gegaan,
een andere is in de flesch voor Santiago
en wat Cam ara's vloot zal doen, is niet
te berekenen. Zal werkeljjk een zeeslag
plaats vinden op de Middellandsche Zee of
op den Atlantischeu Oceaan De taktiek
door de Spaansche vloot oorspronkelijk ge
volgd, door schijnbewegingen de Ameri
kaansche te Terschalken en in spanning
te houden, is nu voorgoed uit.
jongelieden gesloten, of haastig wendde zjj haar
hoofd af, onmsohtig neg langer hare tranen in
te houden. Een diepe zucht welde uit haar
boezem omhoog. Dit alles ontging Philipp Von
Reichenau niet. Eéae schrede, en hjj stond
naast zjjne echtgenoote, en sloeg teeder zjjne ar
men om haar leeat.
„Kom, lieve vrouw, laat «11e zorgen varen
en vergeef Gerhard, want hem gelden im
mers na Erich deze tranen. Is 't niet f Hebt
g jj niet aan hem gedacht
//Kan het anders f Moet ik dan al onze kin
deren hier zien nederknielen zonder onze eerst
geborene, zonder hem, den armen, afgedwaalden
knaap
«Vergeef hem, Eugenie, nog eens, vergeef hem
zjjne dwaasheid, hjj zal zich beteren. De harde
les, die hem gegeven is, en ook ons,// voeg
de Reiohenau er op doffen toon bjj, //zjj heeft
hem goed gedaan. Geloof me, hjj zal een beter
leven gaan leiden, want thani heeft hjj voor
goed zjjne lichtzinnigheid ingezien. Rouwmoe
dig beleed hjj zjjne misslagen en beloofde beter
schap.//
«Ja die beloofde hjj antwoordde de moe
der. «Zal hjj ook wederom heden niet zijne
belofte breken
«Neen, thans zal hjj woord houden.
«Zjjt ge daar zeker van vroeg zjj treurig.
«Ja, zekerwant indien mjj de hoop niet
kracht had gegeven, hoe zou ik dan deze reis
hebben kunnen doen, en nieuwe offers brengen T»
CWerdt vervolgd.)
HA4RLEMSCUIC0ER4IÏ.
kfragêlaó voor cföooró- en SLuiè-éCollanè.
OuDEBSMABT.