N I E U W E
tyagBlaó voor eSfloorö- en Suió-JCollanè.
Emile Zola en zijn werk.
No. 3035
Dinsdag 19 Juli 1898.
23ste Jaargang,
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschjjnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
B IJ B E A U St. Janstraat Haarlem.
/1,10
«1,40
«2,80
«0.03
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer71/»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. KAPPERS.
Er is niets zoo verderfelijk op de wereld
dan slechte lectuur, 't Is een vergift dat
langzaam wordt toegediend maar waarvan
de gevolgen eene allerverschrikkelijkste uit
werking hebben. De slechte lectuur prik
kelt de hartstochten en wee den ongeluk
kige die verslaafd is geraakt aan het boek
dat zijn zinnen streelt of het feuilleton eener
courant, dat de goede zeden aanrandt.
Voor de Rechtbank te Parjjs werd den
25sten Juni duideljjk opnieuw bewezen
hoe diep een mensch kan zinken die belust
is op de Zola-romans en dergeljjke ge
schriften. Daar werd de moordenaar Car
rara ter dood en zijne vrouw tot levens
langen dwangarbeid veroordeeld.
Carrara was een hartstochtelijk roman
lezer geworden. Gedurende de lange win
teravonden wpdde zjjn waardige gezellin
hem in, in al de verheven verschrikkingen van
feuilleton-romans. Deze lectuur werkte aan
stekelijk: Carrara zocht niet zoozeer de
bevrediging van een drift naar kunstgevoel
of van loutere nieuwsgierigheid, als wel het
geheim om zich op eene zjjns inziens fat
soenlijke wjjze van een slachtoffer te ont
doen, na het van zjjn bezittingen te hebben
beroofd. Hjj bracht dit plan ten uitvoer
door een kassiersknecht te vermoorden, en
zjjn ljjk heimeljjk te doen verdwjjneo, door
het te laten verkolen in een beet-oven.
Hoevele schrjjvers van onzen tjjd zjjn
verantwoordelijk voor een tal van misda
den, ver van hen af gepleegd en waarvan
hun dikwjjls niets ter oore komt! Verre
weg de groote meerderheid van het lezend
publiek ziet wel is waar in zulke lectuur
eene onschuldige voldoening van een overi
gens weinig gewettigde nieuwsgierigheid;
maar naast dit aantal onverschilligen, leven
er van die ontaarde naturen, verwarde en
feuilleton.
Bedrogen geluk.
17. (Vervolg.)
//Dwaasheid, dwaazbeid,// riep Wolgang E lel-
heim, de man van de wereld, uit, //Maar laten
we thans daarover zwijgen. Om Raphaels wil
zullen we thans voor dezen keer het souper op den
eersten Kerstdag bepalen. Daartegen zal hij toch
wel niets in te brengen hebben?//
»Neen, dat geloof ik niet."
//Welnu dan, de zaak heeft haar beslag. Ik
zal de biljetten voor Dinsdag-avond schrijven.
Maar a propos, ik heb omtrent de familie
Dorner inlichtingen ingewonnen. De nsan is
een dronkaard. Met die mensehen wil ik ver
der niets te doen hebben. Ik heb Geoige's od-
geluk met eene flinke som vergoed. Daarmee
bus uit.//
//Uit?// herhaalde zjj langzaam. «Neen, eene
som gelds is niet genoeg. Die menschen inte
resseeren me ernstig want ofschoon arm zijn
zjj van fatsoenlijke afkomst. De goede opvoeding
der vrouw is duideljjk merkbaar; zij en haar
arm kind hebben mijn medelijden en mjjne be
langstelling opgewekt. Ik wil dat huisgezin wel
doen. En des te meer, omdat voorheen de man
met uw vader bevriend is geweest.»
//Bevriend?// stoof de bankier op. als hadde
hem een adder gebeteD. «Bevriend Gjj kiest
zonderlinge uitdrukkingen, Else. Dorner was,
langen tjjd geleden, een ondergeschikte mjjns
vadershij was boekhouder op ons kantoor,
maar wegens valschheid in geschrifte hebben
wjj hem weggejaagd. Mijn vader wilde hem
iudertjjd niet'vervolgen uit medelijden met ?ijne
arme vrouw, die inderdaad van hoogst fatsoen-
verdorven geesten, waarvan niemand kan
zeggen, waar zjj zullen ophouden, als zjj
zich eenmaal, zooals een hunner roman
helden, in de gelegenheid geplaatst zien,
hun teugellooze hartstochten bot te vieren.
In de slechte lectuur hebben zjj de slimste
plaunen geleerd om hun doel te achter
volgen en met ijzingwekkende koelbloe
digheid bereiken zjj het.
Te Parijs werd nog onlangs een moord
gepleegd geheel naar het model van een
roman-feuilleton. De beide moordenaars be
kenden voor de rechtbank eenvoudig den
«held» De Merra uit It Hls du Supplicié
te hebben nagebootst, omdat dit person-
uage na zjjn misdaad weer een eerljjk man
was geworden.
En toch worden schrjjvers van dergeljjke
lectuur nog verheerlijkt door een zeker
deel van het volk. Wjj zien het hoe een
Emile Zola nog door velen wordt ge
prezen, al schreef hjj de afschuwelijkste ro
mans en al wierp hjj met modder naar
het leger van zjjn vaderland.
Deze Fransche schrjjver van zedelooze
romans, waaruit een niet te berekenen
kwaad voortspruit, heeft daarbij nog den
moed gehad om zjjn vertrapt vaderland te
hoonen en zjjn eer door het slijk te sleu
ren tot groot genoegen van Frankrjjks vjj-
anden, maar hjj had niet den moed, dat arme
Frankrjjktoen bet geslagen werd en als
eene slavin terneergeworpen, te helpen, te
steunen, te dienen of te verdedigen.
Gelukkig, zjjn verdacht werk heeft zjjn
tjjd gehad, hjj is veroordeeld als een las
teraar tot gevangenisstraf en tot het be
talen van eene groote som geld.
De beruchte schrijver der Rougon-Ma-
quartdie zich in de Dreyfus-zaak heeft
geworpen, meende door zijn taal den on
gelukkige van het Duivelseiland te redden
en vaster dan ooit heelt hij den veroor-
lijke afkomst is. Dorner gaf zich aan den drank
over en is sinds immer dieper en dieper ge
zonken. Ziedaarspreek me niet meer van
medelijden met die menschen.//
//Maar die vrouw en het ongelukkige kind
„Goedgeef die wat geld, of wat ge ver
kiest. Maar ga hen niet meer bezoeken; die
ellt ndige woning is geen plaats voor u
«Neende vrouw of hare dochter zullen
hier komen om mijne gave in ontvangst ts nemen.//
Wolfgang haalde de schouders op.
„Laat dat in geen geval te dikwijls geschie
den. Dergelijke lieden moet men liefst op een
afstand houden.»
Nadat hij deze woorden gesproken had ver
liet hjj het vertrek. Else stond op en ging voor
eene prachtige sierplant staan. Het was echter
niet op de fijne bladeren dat zjj staarde daar
voor was haar blik te droomerig. Droeve ge
dachten schenen haar brein te doorwoelen. En
wat blonk daar plotseling voor ecu schitterende
droppel op een der bloembladen Alweder tra
nen bjj de gelukkige vrouw? Ach, tranen, tra
nen, tranen, zjj weende ze dageljjks.
X.
Twee Huisgezinnen.
Wij menschen klagen dikwerf, dat er
zoo weinig te genieten en zooveel te
betreuren valt, en mij dunkt ten on
rechte. Als wij maar steeds een open
hart hadden, om het goede te genieten,
als het daar is, wij zouden kracht ge
noeg bezitten, om het leed te dragen,
wanneer het komt.
Goethe.
Het lang verwachte, door jong en oud met
onbegrensden jubel begroete Kerstfeest was ge
komen. Feesteljjk galmden de tonen der kerk-
deelde wegens landverraad, in zijn boeien
geklonken.
Wat in Frankrjjk nog eer en fatsoen
bezit, is tegen Emile Zola in verzet ge
komen, omdat hjj het leger heeft durven
aanranden, hjj, de man die meende in zjjn
jjdelheid en dwazen troti, niettegenstaande
meerdere échecs, dat de poorten der Fran
sche Academie zich wel voor hem zouden
ontsluiten en dat ook hjj als een waardige
zou mogen zetelen in het midden der glo
ries van het vaderland.
Wat eene jjdelheid, grenzend aan waanzin!
De brutaliteit van Zola in de Drey
fus-zaak kent geen grenzen, men heeft
hem dan ook bjj het willen binnendringen
in de Fransche Academie tot de uiterste
grenzen teruggeworpen.
Voor den zetel, die door het afsterven
van den Hertog van Aumale vacant was,
moest driemaal gestemd worden. Drie maal
kreeg Zola nul op het request. En toch,
hij gaf het niet op, bjj herhaling meende
de romanschrijver eene poging te moeten
wagen om de Fransche Academie binnen
te dringen. Vrosger bekwam Zola meer
malen twee, drie en eenmaal zelfs vjjf
stemmen. Na zjjn fameus J'accuse*, na
zijne on verk wikkel jjke en onnoembare hou
ding in 'tproces-Dreyfus volgde echter
eene algemeene retirade 1
Ook de Académie Frangaise heeft gemeend
op deze manier te moeten protesteeren tegen
den man, die Frankrjjk door zjjn geschrif
ten verpest en die de eer van het Fran
sche volk en leger te grabbel werpt en de
rust van 't vaderland noodeloos en nutte
loos in gevaar brengt.
Zeer juist schrjjft de befaamde journa
list markies de Rochefort:
«Si eet hémiplégique avait garde fiit-ce
seulement l'apparence du sens commun, il
aurait évité soignensement de se faire ju-
klok over de stad en noodde alle menschen-
kinderen uit, den God te loven en te danken, die
in de gedaante van een Kind het heil kwant
brengen aan de wereld.
Pax hominibus Vrede aan het menschen-
dom
Vrede was het ook in 't armoedig vertrek,
waar de kleine Jozef, den gewonden voet in
doeken gewonden, sluimerend neerlag. De om
geving, waarvan zijne kindergeatalte het middel
punt vormde, bood niet meer dien treurigen
aanblik aan, welke haar voorheen kenmerkte.
De goede zorgen van Elae Edelheim hadden
een en ander opgeknapt. Ook ontbrak heden in
het stille woonvertrek de knorrige huisvader.
Hij had het geld, dat Wolfgang Edelheim hem
tot schadevergoeding schonk, benut om «heter
eens goed van te nemen,» en onder voorwend
sel, eene betrekking te gaan zoeken, zwierde hjj
in de kroegen der achterbuurten rond. De vrou
wen moesten maar zien met naaiwerk hun on
derhoud te verdienen. Daarover bekommerde
hij zich het minst.
Dezen morgen in alle vroegte was Gerty
opgestaan om zich naar de H. Mia te begeven.
Moeder had kaar lachend toegeknikt, een kruisje
op het blank voorhoofd der dochter gemaakt,
en fluks was deze heengewipt. Met een verlicht
hart had de goede vrouw haar nagestaard.
een plannetje rjjpte in haar geest. Heden wilde
zjj haren beide kinderen wederom een vrooljjk
Kerstfeest bereidengeljjk voor lange, lange jaren.
Een klein Kerstboompje werd nit een don
keren hoek der keuken te voorschijn gehaald,
met kaarsjes omhangen en op Jozefs werktafel
tje geplaatst. Heden zou zjju langdurige vljjt
beloond worden en datgene ontvangen, waarvan
zjjn hart sinds lang tevargeefi gedroomd had.
Onder het frischgroene denneboompje stelde
de nijvere vrouw Dornar eeu Kerstkribbeken op,
ger par les membres de '1 Institut, aprèa
avoir été condamné au maximum par le
jury de la Seine.
«Mais non 1 Avec cette outrecuidance qui
n'est qu'une des formes de ['alienation men
tale, il s'est dit, que les Quarante le ven-
geraient de l'hostilité de trente-cinq milli
on! de Fran9ais et il a fièrement maintenu
sa candidature aux deux fauteuils vacants.»
Gedurende tien jaren liet Zola geene
enkele plaats open komen of hjj stelde zjjn*
candidatuur. Een échec was steeds zjjn lot.
Zoo'n échec echter als nu is meer dan eene
afstraffing, meer dan eene kastjjding
het is eene schande. Of Zola nog genoeg
eergevoel heeft, dit te begrjjpen Wjj gs-
looven van neen!
Tien jaar heaft hjj geprobeerd tien
jaar zal hjj nog volhouden met de aanhou
dingskracht van eene vernederde grootheid
en van eeDe naar wraak dorstende en hun
kerende geslagene jjdelheid
Nu, te verliezen heeft hjj niets.
Als men negenmaal op een dag nul krjjgt,
dan is alle eer op de flesch. Zoo'n vonnis
is doodend. Maar wanneer men daarna nog
voor de horde durft komen, dan bewjjst
men doodeenvoudig, dat men zelfs geen be
grip van eer heeft.
In de diepste stilte en de meest woes-
tjjnachtige verborgenheid, daar is Zola's
plaats.
Bitter en bjjtend, scherp en vljjmend
klinkt het sarcastische woord van Roche
fort:
«C'est pour It coup que de rant la cour
d'assiseB oh le malheureux se decider» a
comparaitre, son dsfenseur aura bean jeu
pour plaider la folie. La teule Académie h
laquelle Zola pourra légitimement s'adresser
c'est l'Académie de Médecine
Daar ligt een wereld van verachting en
1 striemenden spot in die woorden. Maar zjj
omgeven door twee neergeknielde engeltjes. Het
was een allerliefste groep. De moeder verheugde
zich reeds in het vooruitzicht der pret van het
jongake, dat hjj zjjn ontwaken een langgekoes-
terden wensch vervuld zou zien.
Intusschen had Gerty reeds verschillende stra
ten doorloopen. Zjj had nu dat gedeelte der
stad bereikt, waarin hst eene gebouw al prach
tiger dan het andere omhoog rjjst. Alles sliep
gewis aaarbiunen. Met eerbied en dankbaarheid
blikte Gerty naar etn dezer heerljjke woningen
Diepe erkentelijkheid overmeesterde hare jonge
ziel. Woonde daar niet de lieve, schoone dame,
die, als een eagel, troost en opbeuring in haar
jong leven gebracht had? In haar leven, dat,
trsts al zijne jeugd, veel leeds en veel ellende
gekend had. Gerty was een fijngevoelige meis-
jesnatuur, en daar zjj tien jaren meer telde dan
haar broeder, heugden haar nog betere, geluk
kiger dagen, waarin hare ouders een betrekke
lijke welvaart genoten. Sedert jaren echter had
zjj moeten arbeiden, dag in dag uit, aan Ijne
modeartikelen, die veel werks vorderden en lut
tel gelds opbrachten. En nog, maar al te dik
wijls verzwond dit onaanzienlijke loon in de keel
haars vaders, terwjjl altoos de nood hooger steeg
en opklom tot de huidige ellende, waarin
eindeljjk een milde lichtstraal nrderviol.
O, deze lichtstraal, hoe ontvankeljjk maakte
bjj baar hart tot bljjde feestvreugde. Jozefs on
geluk was in 't end toch nog aller geluk ge
worden. Geestdriftig vlood het van 's meisjes
lippen
//O, de goede dams, die voor ons een engel
was, slaapt gewis nu achter gindsche damasten
gordjjnen een vreedzamen, welverdienden slaap
Wordt vervolgd
liURLEKSIHnOIRiU.
ABONNEMENTSPRIJS
PRIJS DER ADVERTENTIES.
AGITE 31A NON AGITATE