N 1 E W E voor en Suuió-éCollanè. agute ma non agitate Het Eucharistisch Congres te Brussel. So, 3038 Vrijdag 22 Juli 18^8 23ste Jaargang. Bedrogen geluk, B U IT iï S L A IN 1). Frankrijk. ABONNBMBNTSPBIJS Per 3 maanden voor Haarlem ƒ1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenlandc 2,80 Afzonderlijke nummers0.03 Dit blad verschjjnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. (Ill RUT. PBIJS DEB ADVEBTENTIEN. Van 16 regels50 Cent Elke regel meer71/, Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Redacteu r-U itgever, W. KüPPERS. Een eenigszins volledig resumé van al het gesprokene en de volle beteekenis van dit Congres te geven, zou meer dan een nummer van dit blad vulleu, alleen een stenographisch verslag zou kunnen voldoen om al hetgeen verhandeld is, te vertolken wat kleur en beweging betreft, om den wa ren stempel op het gesproken woord te drnkken. Beroemde redenaars hebben het woord gevoerd, maar wie vermag de bekoorlijk heid weer te geven van eene redevoering, sermoen of onderrichting b.v.b. van eenMgr. Cartuyvels, van een Verspyen, wie de goed vertolker van een professor K u r t h om maar een drietal namen te noemen. Geen opsomming van sprekers, geen kleur loos brokstuk hier en daar uit eene schitte rende redevoering, maar een weergeven van de groote leering en de algemeene strekking van dit Eucharistisch Congres, dat in alle opzichten de vorige in luister en grootschheid evenaarde, zoo niet overtrof. Het doel van het Eucharistische Congres is, zooals Z. E. de Kardinaal-aartsbis schop van Mechelen het in zijne toespraak zeide, in de eerste en voornaamste plaats, God vereeren in zijn Hoogwaardig Sacra ment, en den eerbied daarvoor meer en meer verspreiden maar naast dit hooge doel is er nog een tweede, datZ.E. aldus omschreef: «Het tegenwoordige geslacht en dat is zjjn hoofdmisdaad beweert het zondef God te kunnen stellen. Men heeft God gebannen uit de wetenschap, de kunst, de geschiedenis, men wil Hem alle macht ontnemen in de samenstelling, het bestuur, de regeling der maatschappij. Trots op haren stoffeljjken vooruitgang, over hare wetenschappelijke overwinningen, over de algemeene verspreiding van het onderwijs, vertrouwende op het geweld harer leger scharen, de volmaaktheid van haar maat schappelijke inrichting, wil de moderne we reld alleen van zich-zelf afhangen, slechts raadplegen met de rede, slechts leven door haar eigen en natuurlijke hulpbronnen.» Tegen dezen materialistischen en rationa- listischen geest der eeuw wil het Eucha ristisch Congres een dam stellen, door alle eer en glorie te geven aan God, die in het H. Sacrament waarljjk en waarachtig op FEUILLETON. 20. (Vervolg.) Wolfgang was ter zijde gegaan met een on verschillig lachje zag hjj toe, doch den triomf, welken zijn glad gelaat verborg, vierde hij in sjjne gedachte. Hjj had zjjnen vrienden en bij zonder baron Von Osten getoond, wat hij ver mocht. Deze steenen, die hij hier geschonken had, konden gerust wedijveren met de Ostenro- der 'familiejuweelen. Dit bevredigde zijne jjdel- heid. Evenals zijne ouders het hoogste genot gevon den hadden in het bijeenschrapen van schatten, zoo was het zjjn grootste vreugde uit te schit teren door zjjn rijkdom. Daarom ook bewees hjj aan zjjn hooge, adellijke vrouw deze opmerk zaamheid, uit dit oogpunt alleen, niet uit ware, trouwe liefde. Else had reeds in de laatste jareü deze bittere ervaring opgedaan. Ook nu beving haar eene ijzige koude, toen zij, zich vol dankbaarheid tot Wolfgang willende wenden, slechts een on verschilligen blik ontmoette, die haar aanmaande, Voor de oogen van vreemden deze zaak niet zoo hoog op te vatten. Onwillekeurig bestierven de hartelijke woorden op hare lippen. In de eerste verrassing had Else de bloeiende bloemen naast de schitterende edelsteenen neergelegd, en nu kaar blik weder over bet geschonkene gleed, lachten de geurige lenteboden haar zoo herin- zichtbare maar verborgen wijze als Heer en Koning van al het geschapene onder ons vertoeft, tot Wien, als bron en oor sprong van a'les, ook alles moet wederkee- ren en aan wien alle eer en alle heerlijk heid toekomt. Deze gedachte vormde de grondslag voor meer dan eene schitterende redevoering. Een der groote fouten van onze eeuw is het egoïsme, dat van hoog tot laag alle rangen der maatschappij als met een zuurdeesem doortrokken heeft, dat voorzit in de Kabi netten der regeeringen der machtige rijken, dat de rijken ongevoelig en de armen af gunstig en oproerig maakt. Dit laatste thema was het onderwerp van een der schitterendste redevoeringen in het open baar gehouden, nl. die van den Z. E. p. Coubé, van Parijs. «Nooit, zoo zeide de redenaar, heeft men meer gepraat van broederlijkheid en nooit werden de harten door diepereu afgrond gescheiden. Overal haakt men naar vrede en nergens wordt hij gevonden;» en in treffende en met le vendige kleuren schildert hjj dat egoïsme, hetwelk hij den geesel van onzen tjjd noemt en de bron en de eenige reden van den socialen strijd van onze dagen. Maar ook hier is de Eucharistie het eenige geneesmiddel; zij alleen geeft de ware maatschappelijke gelijkheid. De redenaar herinnert er aan dat Turenne en zijn knecht elkander eens bjj de H. Tafel ont moetten. De dienaar wilde achteruitgaan, en zeide: «Ga voor, Monseigneur.» Maar deze antwoordde «Ga gij voorhier is noch meester, noch knechtwjj zijn voor Jesus-Christus allen gelijk.» Ziedaar de groote leering welke het H. Sacrament omgeeft op sociaal gebied. In de verschillende secties werd vooral gesproken over hetgeen reeds gedaan is en wat nog gedaan kan en moet worden om den eerbied en de vereering tot het H. Sacrament te doen toenemen en door die vereering en dien eerbied de wereld terug te brengen tot God en hare instel lingen, werken, wetenschappen en regeering te doortrekken van den geest van God en den geest van het Christendom, zonder welken geen maatschappij, hoe verlicht, hoe sterk, hoe geleerd ook, den tnensch kan brengen tot zijn waar en eenig levensdoel. En wanneer wij dan uit de verslagen van een groot aantal prelaten, geesteljjke en wereldljjke personen vernemen wat reeds neringsvol tegen, dat de glana der juweelen daarvoor doofde. Snel wendde de jonge vrouw zich af en met een tact, welken haar echtgenoot sieeds in haar bewonderde, noodigde zij hare gasten aan tafel in het aangrenzend vertrek. Het waarlijk vorateljjk feestmaal werd alle eer aangedaan, en men werd hoe langer hoe meer opgewekt. Leo en Edith waren reeds lang naar hunne bedjes gebracht. De lichten aan den Kerstboom waren uitgedoofd, Diets herinnerde meer aan het heugeljjk feest, dat men dien dag gevierd had. Niemand der aanwezigen had ook maar een oogenblik gedacht aan de Geheimen, die in elk Christelijk huisgezin vrede en vreugde brach ten. Toch was er een, die des morgens aandach tig de knie gebogen had in de kerk en gebeden voor het welzjju zijner dierbaren. Het was Rap hael, die te midden dezer wereldmanoen gelijk was aan een slanken palm, omringd van struik gewas. De reine uitdrukking in zijne geestrijke trekken, de vriendelijke glimlach om den edelen mond duidden op zielegrootheid en zielen adel. Hjj verloor geen oogenblik zjjne zelfbeheer- sching, ook toen de van den wjjn verhitte man nen gedachten uitten, welke in een voornaam gezelschap niet thuis belmoren. Steeds bleef hjj rustig, kalm, eene verheven tegenstelling met de hoogroode, door drank verhitte hoofden. Eindelijk schenen de heeren er genoeg van te hebben. Men nam afscheid. Slechts de gastheer en zjjn schoonbroeder bleven achter. Toen deze zich ook na het vertrek van den laatsten gast naar zijne kamer wilde begeven, verzocht Wolf gang hem nog een wjjle te bljjven. in de laatste jaren in België om ons alleen tot dit land te bepalen gedaan is, dan voorzeker biedt het geheel van die werken ons een troostrijk schouwspel aan en geeft het de schoonste verwachtingen voor de toekomst. En wat vooral bemoe digend, opbeurend is, groote verwachtin gen voor de toekomst geeft, is, dat in dat werk tot verheffing van de maatschappij tot God, tot herovering der wereld op het- moderne heidendom, tot kerstening van het volk vooral ook deelgenomen wordt door leeken en door de jeugd. Dit bleek uit de rapporten door een der studenten van de hoogeschool van Leuven en een lid van de vereeniging der Katholieke studenten aan de hoogeschool van Brussel over de werken door de studeerende jeugd gedaan ter verheerlijking van God, tot uitbreiding van den eerbied voor het H. Sacrament en tot welzijn der maatschappij, die zeker niet tot de minst verblijdende vruchten van dit Eucharistisch Congres behoorden. Wjj vernemen daar o. a. dat de Katholieke studenten van Brussel hunne Zondagen be steden om aan de kinderen der vólks klassen de Catechismus te onderwijzen. Ook de vrouwen wjjden zich met veel opoffering aan deze edele taak zoodat jaar lijks meer dan 7000 kinderen die de zoo genaamde «neutrale» scholen bezoeken, door deze vrouwen onderwezen worden in de waarheden des geloofs. Machtiger werk om de volksklassen, die veelal door den dwang der omstandigheden genoodzaakt worden hunne kindereu naar de «neutrale» openbare scholen te zenden, aan de gods dienstloosheid te ontrukken, is wel niet denkbaar. Waar het godsdienstloos onderwjjs de zaden van godsdienst en geloof nog niet geheel heeft uitgedoofd, komt gewoonljjk het kazerneleven ter hulp om de laatste sprankels ervan te doen verstikken. Ook hier openbaart zich een heerlijk streven om de zielen voor God te bewaren. Onder de leugenachtige leuze van vrijheid van ge weten heeft men de militaire missen af geschaft en de jeugdige soldaat, aan zich zeiven overgelaten, die, wjjkende soms voor den spot zijner makkers of zwichtende voor de hinderpalen hem in den weg gelegd om zjjne godsdienstplichten te vervullen, maar al te spoedig den weg naar de kerk vergeet en na een jaar of drie in de ka zerne te hebben doorgebracht, keert hij in «Laat ons te zamen nog een sigaar rooken en wat praten, Raphael, ik moet je bepaald spre ken I» Dienstvaardig als altijd keerde hjj terug en eene havana uit een hem aangeboden kistje ne mend, zette hjj zich in een fauteuil neder. Wolfgangs verzoek een glas champagne of een kop koffie te drinken, werd afgeslagen. //Goed,# meende de andere in een opgewon den stemming. „Gij wilt het genot der havana onvermengd genieten ge hebt geljjk, daarbjj kan men het best praten." Men kon het den gastheer aanzien, dat hjj het gesprek niet goed vermoeht te beginnen, want haast verlegen stootte hij aan de asch der nauwelijks opgestoken sigaar. Raphael was eenigs zins nieuwsgierig geworden, door deze herhaalde inleiding. Hjj was geheel onvoorbereid op de onverwachte zwenking in het gesprek toen Wolfgang begon „Waarljjk, Else's aangename mededeeling, dat gij, beste jongen, eindeljjk vaarwel hebt gezegd aan het domme plan, dat gjj eens hadt opgevat, heeft niet weinig bijgedragen tot mjjn goed hu meur van heden. Openhartig gesproken, bad ik niets anders van u verwacht. Gjj zjjt toeh te verstandig, om bjj den ljjdenden toestand van Gerhard niet in te zien wat uw plicht is.// Verwonderd blikte Raphael zjjn schoonbroe der aan. a Ik begrijp u niet, Wolfgang, en ik weet niet wat Else u kan gezegd hebben. Gerhard is wel ziekelijk denkt gij dat zjjn toestand beden kelijk is De bankier haalde de schouders op. den schoot zijner familie terug, geheel ver vreemd van godsdienst en geloof en dat misschien voor geheel het volgend leven. Een groot werk viel hier te doen en de vruchten van dien arbeid zjjn reeds schit terend. De E. P. VanderStraeten, re demptorist te Luik, herinnerde er aan hoe Z. E. kardinaal Goossens er onverwacht ooggetuige van was dat 1500 soldaten te Antwerpen hun Christelijke plichten ver vulden. Iri Antwerpen hielden 2550 solda ten hun Paschen; te Luik hebben 3/s der soldaten hun Paaschplicht volbracht. Dit laatste gegeven spreekt duideljjk; '/s der soldaten hield geen Paschenhoe zou die verhouding geweest zjjn zonder het werk van de kerstening onder de soldaten Wie een weinig met Belgische toestanden bekend is, zou mogen verzekeren dat t/i der sol daten aan zjjn Paaschplicht zou te kort geschoten zjjn. Ziedaar eenige hoogst belangrijke en leer rijke zaken die ons dit Eucharistisch Con gres heeft geleerdverder uitweiden over al wat er meer heerlijks en leerrjjks is besproken en verhandeld zou mij te ver voeren. De goede vruchten zullen evenwel overal merkbaar worden. De leden van het Congres hebben zich wederom verspreid en ieder heeft zich naar zjjn woon- oi ver blijfplaats terug begeven, maar allen heb ben van en door elkander geleerd, en het goede zaad, dat hier zulke heerlijke vruch ten heeft opgeleverd, zal elders ook uit gestrooid worden tot eer en glorie van God, tot opbeuring der maatschappij en tot heil der zielen. De vertegenwoordiger van den Hertog van Orleans spreekt het bericht tegen van Le Siècle, als zou de Hertog aan de onschuld van Dreyfus gelooven. De heer Anaré Buffet voegt er aan toe, dat de Hertog van Orleans nooit zal willen aannemen, dat de republikeinen die gisteren nog aan het bewind waren of zjj die thans de regeering in handen heb ben Dreyfus in ballingschap zouden laten indien zjj den geringsten twijfel had den aan schuld. Na afloop van hetproces-Z o I a voor het Hof te Versailles, riep de heer Der ou- lède EmileZolatoe: //Mjj dunkt, dat is toch duideljjk genoeg, Gerhard is zieker dan gjj vermoedt. Ik ben bang dat het hem gaat als Erich. Gjj kunt uwe oogen voor dit gevaar niet sluiten. Gjj zult wel dra de eenige stamhouder zjjn van uw huis. Was het voorheen belachelijk, gevolg te geveu aan uw dwazen wil, beden zou dit een onrecht zijn. Gij hebt plichten te vervullen jegens de uwen. Vervul deze plichten in plaats van u te begtaven achter de duistere muren van het kloos ter. Ge moogt hier immers studeeren zooveel ge verkiest. Zie,# vervolgde Wolfgang met im mer klimmende levendigheid, //zie ik bied je alle middelen hiertoe aan op eene broederlijke wjjze. Studeer, hetgeen ge verkiest, geniet van het leven, en word heer op Reichenau. Wanneer het dan bloeit, kunt ge mjj de voorschotten teruggeven.# Rustig had Raphael den spreker aangehoord, doch zijn polsen klopten sneller en zichtbaar schemerde de blauwe ader aan de blanke slapen door. Zijne stem klonk kalm, toen hjj na eene korte poos antwoordde: //Ik dank n voor uw mild aanbod. Gjj meent het goed. Nogmaals dank 1 Evenwel is mijn voornemen onwankelbaar. Ik begrjjp niet hoe Else mjj kon misverstaan. Overmorgen denk ik naar Innsbruck te vertrekken.# //Ik hoop dat gjj tot betere gedachten zult komen,# zeide WolfgaDg op koelen toon, ter wijl hij opstond//denk nog eens rjjpeljjk na over het gesprokene. Het is thans tjjd om te gaan slapen.# Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1898 | | pagina 1