N I E Wagêlaó voor $5föooró' m u E ill! uió'éCollanó. De Kulturkampf. Ko. 3051 Zaterdag 6 Augustus 1898 23ste Jaargang. Bedrogen geluk, B U I T E A1 L A JV D. Spanje. Ooatenrijk-Hongarije. Uuitficliland. HRLEHSI ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem ƒ1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. c 1,40 Voor het buitenland2,80 Afzonderlek* nummers0.08 Dit blad verichjjnt dagelijks, behalve Zon- en Feeatdagen. BUREAU: St. Janitraat Haarlem; AGITE MA NON AGITATE. PRIJS DEB ADVERTENTIEN, Van 1—6 regelsCent Elke regel meer71/, Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienste anbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Redacteur-Uitgever, W. XüPPERS. Niet anders dan van een gewoon sterve ling is Von Bismarck zjjn ziel de eeu wigheid ingegaan. In de glorie van zijn macht viel hjj de Katholieke Kerk aan en al wilde hij later loochenen den Kultur kampf niet in het leven geroepen te heb ben, de schuld van deze noodlottige kerk vervolging in de 19de eeuw was en blijft zjjn werk. Von Bismarck beweerde dat hij den Kulturkampf noodzakelijk achtte uit hoofde der aanmatigingen der katholieke party in Duitschland, en meende met Rome te vervol gen,denEvangelisch-protestanten godsdienst in Duitschland te verdedigen. Officieele documenten hebben echter be wezen dat Von B is marck de Katholieke geestelijkheid een boos hart toedroeg en hjj en niemand anders den Kulturkampf in het leven riep. Reeds in 1850 was hjj aan het stoken in Baden tegen Rome. In 1870, volgens de getuigenis van kroonprins Fr i e d- rich, verklaarde Von Bismarck, dat hjj na den oorlog den strijd zou beginnen tegen de Pauselijke onfeilbaarheid. Want 'twas dit geloofspunt vooral, dat zijn haat had opgewekthy wilde den Roomsch Ka tholieken godsdienst uitroeien, hy wilde de eenheid stichten op godsdienstig gebied, zooals hij ze gesticht had op staatkundig gebied. 't Was in Juni 1871, dat door een ar tikel in V o nBis m arck's orgaan, deKreuz- zeitung van Berljjn, de oorlog tegen de Ka tholieke Kerk werd gepredikt. Een maand later reeds werd de Katholieke Afdeeling in het ministerie van eerediensten afgeschaft. Daarna gelukte het hem den Rjjkidag eene wet te doen aannemen om onder de belache lijkste voorwendselen de katholieke pries ters, indien zjj de waarheid verkondigden, tot gevangenisstraf te veroordeelen. Van toen af trad Vo n Bis mar ck in zijn volle wapenrusting tegen de Kerk op. In 1872 nam de Pruisische Landdag eene wet aan, FEU 1LLETO A. 34. Vervolg Zijne moeder scheen zich echter enkel met Edi»h te bemoeien. Ze zag den vragenden blik van den zoon niet, of wilde dezen niet zien. Leo meende het eerste, want op zjjn gewoon vrooljjken toon vroeg hjj//Ge neemt ons toch mee naar huis, moeder, om gezellig te soupeeren?» Else zsg op en kalm doch vriendelijk ant woordde ze: #We gaan nog een uurtje naar me vrouw Von Kothen.// Het portier vloog dicht, een lichte ontgooche ling beving hem. Nadat hij aan den koetsier de noodige bevelen had gegeven, keerde hjj zich echter nog eens om. //Dan veel genoegen op de soiree. Verschoon mij echter. Ik ga met Jozef naar onze club." Hjj sprak nog, terwijl hjj zjjn arm in dien van zijnen vriend had gestoken en nadat deze met dezelfde woorden afscheid van de dames nam, trok hjj hem reeds voort in tegenovergestelde richting. De gummiraderen der equipage rolden zonder gedruisch over de straten. Edith zonk zwjjgend in de weeke kussens. Toen bjj eene kromming eener drukke straat de koetsier zijne vaart temperde, viel het licht van een heiver- lichten winkel op haar gelaathet vertoonde zicb als volkomen kleurloos. Bezorgd zag Else haar aan. //Ge schjjnt ver foeid, mjjn kind. We deden toch beter naar waardoor de Staat meester werd gemaakt in de school; 't was de Staat die het gods dienstig onderwijs moest regelen, en men kan denken welk een misbruik de vjjanden van het Roomsche Geloof van die wet maak ten, want het wa* er immers om te doen het gezag der geestelijkheid te fnuiken. De kerkvervolgers waren daar nog niet mede voldaan. Nu begon de Jezuïeten jacht en met de paters Redemptoristen, werden ook de paters Lazaristen, de paters van den H. Geest en anderen het land uitgejaagd. Met de Mei wetten kreeg de Staat ook de macht over de opleiding der geestelijkheid en de benoeming der pastoors in de parochiën. De vrjje uitoefening van het priesterschap werd afgeschaft. In 1875 werden de geeste- ljjkt jaarwedden aangeslagen en al de geeste lijke orders, uitgenomen die der gasthuis- zusters, werden aan banden gelegd. Daar de bisschoppen en priesters zich niet aan die dwangregelen onderwierpen, werden de seminaries en kloosters gesloten. De aartsbisschop van Posen, kardinaal L e o- dochowski, bracht twee jaren in de ge vangenis doorde aartsbisschop van Trier, Mgr. Eberhardt stierf in den kerker ten gevolge van ondergane mishandelingen. De aartsbisschop van Keulen, Mgr. Mel- chers verliet de gevangenis om in balling schap te gaan leven. De hulpbisschoppen van Posen en Gnesen, de bisschoppen van Paderborn en Munster gingen ook den weg naar den kerker op en moesten zuchten, de een langer de ander yoor korten tjjd ach ter slot en grendel. Goederen en eigen dommen namen de dappere heldendie zich verlustigden in het 1 jjden van de Prin sen der kerk, ook nog in beslag. Dat was een satanisch vreugdespel in de holen der duisternis. Zeven jaren lang woedde de vervolging met groote heftigheid. In 1877 waren meer dan 700 parochies zonder herders. Maar toen ontwikkelde zich de Katholieke pers, voor dien tjjd bjjna ni*t gekend en niet geëerd. Een glorievolle strijd werd gestre- huis te rjjden. Heb ik je wensch geraden, Editb?// voegde ze goedig eraan toe. *Ja mama, harteljjk dank,// luidde het eenvou dige bescheid. Else irok aan het zjjden schellekoord. Zoodra de koetsier zijn hoofd luisterend naar beneden stak luidde het bevel: //Naar huis.// Daar aangekomen bereidden moeder zoowel als dochter zich tot een vroegtijdige nachtrust voor, doch terwijl ze met een harte)jjken nacht kus wilden scheiden, blikte Else hare dochter in de oogeu. Het kind kende die stomme, on uitgesproken vraagnog nooit was ze hare moeder het antwoord schuldig gebleven. Ook heden gunde ze hare moeder een blik in haar onrustig hart. //Het was wreed, mama,// sprak ze zacht. Else begreep de bedoeling harer dochter. Lief der jjk strengelde ze haren arm om de slan ke en teedere gestalte en trok haar zachtkens op de sofa //Het viel ook mij zwaar, de uitnoodiging aan Jozef om mat ons te soupeeren terug te houden, maar geloof me, het is zoo beter. Ge weet, hoe ongaarne uw vader hem hier zietwe mogen der halve om zjjn eigen bestwil hem niet te dikwijls hier uitnoodigen.// Edith zweeg eenige seconden dan echter ant woordde ze beseheiden doch beslist „Zeker, lieve mama, ge hebt gelijk, doch dit neemt niet weg, dat ik het bevel van papa hard vind. Wat heeft bjj ttgen Jozef f Wat toch scheidt hem van ons En in hare zachte oogen lichtte een zonder ling vuur, toen ze er haastig bjjvoegde den met de pen en de leden van het Duit- sche Centrum lieten tevens hun woord hoo- ren, tot vrees van den beul der geestelijk heid. Door al die beproevingen werdeD Duitschland's Katholieken wakker geschud. Zij gevoelden zich sterk in den strijd en menige journalist trotseerde gevangenis en laster om zjjn Geloof en Kerk te verdedigen. Langzamerhand werden de vervolgings maatregelen, de eene na de andere, buiten werking gesteld. Yon Bismarck, nog altjjd de ziel van de vervolging, begreep dat hjj zich vergist had door zjjn tanden te zetten in de rots van Petrus. De oude Roomsche Kerk die 18 eeuwen heeft ge trotseerd, trad in haar e«uwigdurende jeug dige kracht hem te gemoet. Vele tegen strevers werden verdedigers en beschaamd dropen de vervolgers af. Von Bismarck, op wiens nagedach tenis de herinnering van den Kulturkampf als eene onuitwischbare smet bljjft kleven, heeft zich zien vernederen door den jeug digen meester dien hij zelf hal opgeleid. Hjj heeft, hoe groot ook op het wereldtoo- neel zjjn daden waren buiten godsdienstig ge bied, zjjn laatste levensdagen in afzondering geileten, in de eenzaamheid die zwaar viel voor zjjnen onvermoeiden geest, terwjjl de Paus van Rome, Leo XIII, de gevangene van het Vaticaan, meer dan ooit bemind en geëerbiedigd wordt en zich hulde ziet brengen door de volkeren van gansch de wereld. Carlistische beroeringen hebben plaats te Venta de Banos, ten zuiden van Valencia. Het volk woedend over de nederlagen te genover de Amerikanen, spreekt van ver raad en juicht de Carlisten toe. Te Weenen wordt de dood van Von Bismarck druk besproken, de couranten zjjn er vol van en het andere nieuws wordt 1 //Niets dan zijn gering vermogen.» Else gevoelde zich getroffen. Zjj was in den weinig benjjdens" waardigen toestand, waarin men verdedigen moet» hetgeen men zelf niet beaamt. Niet zonder op gewondenheid sprak ze dan ook //Lieve Edith. Uws vaders redenen zjju niet van allen grond ontbloot. In onze salons past Jozef toch zeker niet goed, en we kunnen nu eenmaal de grenzen, door de vooroordeelen van onzen stand getrokken, maar niet overschjjden alsof ze niet bestonden. Geloof me, onze vriend schappelijke betrekkingen leggen ons een zeke ren dwang op, en deze vriendschap kiest alleen de jongelieden, welke we in onze huizen mogen dulden.// De inwendige opgewondenheid van het jonge meisje steeg voortdurend een driftig rood kleur de hare bleeke wangen, terwjjl ze sidderend hare moeder onderbrak „O ja, ik weet, mama, dat papa aldus denkt. Was Jozef rijk en gezien, een fat of dandy als de jonge Koeken, dan zou hij bij ons mogen verkeeren zooveel bij maar wilde. Onze salons zouden zich wjjd voor hem openen, en papa zou hem zeer gracieus de hand drukken, maar den bloedverwant van tante Gerty, den jeugdigen kunstenaar wien eigen vljjt en noeste arbeid naam moeten schenken hem bljjft onze deur gesloten. O mama, mama, maakt dan het bezit van glanzende rijk dommen dc waarde eens mans Eu niet wat hjj kan en is Else besrhouwde verwonderd haar anders zoo stil en zachtmoedig kind misschien ducht ze aan een droom, die voor vele jaren haar eigen jonge ziel had vermeesterd en waaruit ze ont- op den achtergrond geschoven. Tweemaal is Von Bismarck in Weenen geweest. Den eersten keer in de volle glorie van zjjn macht, toen hjj het verbond met Oosten rijk sloot, den tweeden keer voor zes jaar, bjj het huwelijk van zjjn zoon met gravin Hoy os. Hy was toen zoozeer in ongenade gevallen, dat keizer Frans Jozef en de Ministers hem op last van Berlijn niet moch ten ontvangen. Hjj kwam daar als parti culier, logeerde in het paleis van graaf Palffy, en liet een redacteur van de Aeue breie f'resse bij zich komen, aan wien hij zjjn politiek programma outvouwde. Toen maals maakte hij den indruk van een ab- gekldrten Gr eis, d. w. z. een kalm geworden grysaard, al stonden zjjn doordringende blauwe oogen ook nog zoo helder, en al maakte hjj nog altjjd indruk door zijn kaars rechte hooge gestalte. Aardig was het te zien hoe bezorgd zijn familie voor hem was, en nog herinner ik my, zegt de Weener Correspondent van de N. R Cf., hoe Her- bertVonBi s ui arc k de studenten die vol enthousiasme het rjjtuig naliepen en op de tree van het portier sprongen, om den ouden man de handen te kussen, vrjj on zacht bejegende, en hoe hjj met zijn lichaam zjjn vader tegen te lastige ovaties trachtte te b schermen. Prins Von Bismarck beviel het goed in Weenen, hij beloofde er terug te komen, maar is er nooit meer geweest. Over het algemeen maken de Duitsche bladen zich zeer boos op de Berliner Lo- kal-Anzeiger die de er dagen het schrjjven openbaar heeft gemaakt, waarin Von Bii- marek indertijd zjjn ontslag vroeg. Indirect zou men uit het openbaar ma ken van Von Bis ma rck s schrjjven een poging kunnen zien, om een bewijs te geven dat Von Bismarck steeds is gebleven de hardnekkige tegenstander der politiek van den tweeden keizer W i 1 h e 1 m. En het is niet te verwonderen, dat enkele Framche bladen daaruit munt slaan, gelijk zjj ook doen met het feit, dat de groote Staatsman begraven wil worden op Friedrichsruh. Dezer dagen is te Müuchen een man in hechtenis genomen, in wiens bezit valsch bankpapier gevonden werd. Bij nader on derzoek bleek, dat deze man vroeger in Zwitserland had gewoond en wegens het plegen van een moord veroordeeld was ge waakt was met dezelfde bekentenis, waarmede hare zeventienjarige dochter kaar thaas verraste, daar ook zjj toen Btreefde naar de innerljjke waar de, niet naar den schjjn. Maar er moest thans een passend antwoord gevonden en hare verlegenheid verbergend on der den dekmantel harer meerderheid, vermaan de ze //Stil kind, ge moogt u een dergeljjk oordeel over uws vaders beweegredenen niet aanmati gen. Nog heeft hij niets van u geëischt, dan een terughouding van Jozef, opdat deze het niet wagen zou uwe hand te vragen. Nimmer, onder geene voorwaarde, kan hij zulks inwilligen en ook ik kan zulk eene verbintenis niet wenschen.// //Ook gjj niet, mama?» Er lag diepe smart in deze vraag. „Mag ik vragen waarom niet Gjj zjjt toch anders zoo rechtvaardig en Jozef is zoo goed en rjjkbegaafd Hare moeder blikte peinzend voor zich henen. Hare gedachten wijlden in verleden tjjden. Aar zelend antwoordde ze 'Of Jozef goed is weet ik niet. Ik geloof, dat zijn hart een edelsteen verbergt, door vele ruwe steenen nog verborgen. De bitterheid zjjner kindsheid en een harde, moeitevolle jongelings- tjjd hebben geen goed aan zjjn karakter gedaan. Ik veronderstel dat in zjjue ziel een geweldige kamp heerscht. Zooals de elementen in den storm, worstelen goede en kwade gevoelens bjj hem om den voorrsDg. Misschien brengt eens een diepaangrjjpende gebeurtenis den storm tot rust eD scheurt den steenachtigen bodem, waaronder de schitterende diamant ligt verborgen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1898 | | pagina 1