N 1 U W Jfl
S)ag6laó voor &Coorè*
De moord der Keizerin
van Oostenrijk.
No. 3084
Donderdag 15 September 1898.
23ste iaargtng.
Bedrogen geluk,
15 U ITK N L A N 1).
77.
gratis.
Italië.
Zwitserland.
Oostenrijk-Hongarije.
liaLIiSCHICOIIlilT.
ABOHNBME N TSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
B U B E A U St. Janstraat Haarlem.
/1.10
«1,40
«2,80
«0.03
PRIJS DER ADFERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer
AGITE MA NON AGITATE.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Zij, die zich van af heden op
dit Blad abonneerenontvangen
de nummers tot 1 October verschijnende,
(Fan den schrijver der Amsterdamsche-Brieven).
Wjj zaten gezellig bp elkander te pra
ten. De lichtstoet was voorbijgetrokken.
Een twintigtal vrienden en kennissen had
den van den boogen stoep van mjjn huis
deze laatste uiting der Amsterdamsche
feestvreugde aanschouwd en bewonderd
De meesten waren heengegaan en met en
kelen, onder wie de moeder en de echtge-
genoote van een der beambten der tele
grafie werd nog wat gezellig gekeuveld.
Al het schoons en belangrijks der verloo-
pen week werd nog eens gememoriseerd
en over het algemeen was men blij, dat het
nn toch was afgeloopen, want 't was wel
wat erg druk geweest. Toch was er een
gevoel van groote voldaanheid in het hart,
van bljjde tevredenheid, dat alles zoo goed
was afgeloopen wjj bewonderden den goe
den geest der Amsterdamsche bevolking,
den tact en de groote zelfbeheersching,
waarmede de politie was opgetreden, maar
boven alles onze lieftallige en toch zoo
fiere en edele Koningin. Nooit waren wjj
zoo koningsgezind geweest als thans. Daar
kwam mjjn vriend, de ambtenaar ter tele
grafie binnen met het ontzettende bericht
«De Keizerin van Oostenrijk is vermoord
Vermoord te Genève door den dolksteek
van een Italiaansch anarchist
Als een ijskoude waterstraal kwam het
over onze leden. Wij zaten een oogenblik
verstomd, sprakeloos. Wat een bericht
Wat een rilling zal er gaan door de har
ten der vorsten van Europa Was het won
der, dat, zooals men zeide, onze jeugdige
Koningin niet zonder angst den tocht aan
vaardde naar hare hoofdstad Goddank 1
FEUILLETON.
66. {Vervolg.)
Tusschen deze menscbenmassa bewogen zich
de dragers en voerden Leo langs statige gebou
wen met groene veranda's en steenbalustraden,
langs paleizen en kleinere huizen, schilderachtig
verborgen in het kwistige groen. Eindelijk hiel
den de dragers stil. Ue jonge chef is tehuis.
Vertrekken van een degelijke weelde omgeven
hem zij behooren hem toe.
Hjj had niets te doen dan bezit te nemen van
het huis, hetwelk men aan zijne vlijt en bekwaam
heid bad toevertrouwd. Aan goeden, vasten wil
ontbrak het hem niet, en zijn gelukkige inborst
deed hem met tact en innemendheid optreden
tegenover zijn personeel, zoodat hjj over de ont
vangst tevreden was, zjj over den nieuwen chef.
Reeds lag een kaartje van pater Von Reichenau
voor hem op tafel, waarop deze meldde dat hjj
zjjn bezoek verwachtte.
Natuurljjk snelde Leo het eerst den volgen
den morgen naar het ^Apostolisch Generaal
Vicariaat Voorkomend werd hjj ontvangen en
naar de kamer van pater Von Reichenau geleid.
Sneller klopte Leo's hart, toen de zacht ge
opende deur hem een blik gunde in het een
voudige vertrek, waar hij de hooge, waardige
gestalte van den miisionnans, het edele hoofd,
het fijngevormde profiel aanschouwde. De pa
ter stond voor zjjn lessenaar gebogen, het hoofd
het Amsterdamsche volk bad haar zoo lief,
vereerde haar zoo hoog, dat, al zoude er
een kwaadwillige zijn geweest, hij zich niet
durfde vertoonen en de liefde harer onder
danen omringde haar met een ondoordring-
baren muur van trouwe bezorgdheid
En toch
Had de Keizerin van Oostenrijk kunnen
droomen, dat in het vreemde land, ia Ge
nève haar de dolk van den moordenaar zou
treffeu Wat heeft zjj het volk misdaan
Waarom doodde haar die man Hp wilde
een rjjke treffen, een machthebbende, een
grootwaardigheidsbekleeder. Wie? Dat
kwam er niet op aan. Hp haatte niet den
persoon, maar de zaak. Hij haatte den rijk
dom, het gezag.
«Wat zult gjj het volk in de plaats ge
ven, als gp het de liefde en den eerbied
voor het gezag uit het hart rukt was
de laatste vraag in mpn vorig artikel. Uit
Genève klinkt het vreeselijke antwoord
«den moord, den Vorstenmoord
Twee moordaanslagen op den ouden Kei
zer van Duitschland, den moord van den
Czaar der Russen, Car not vermoord, een
moordaanslag op den Koning van Grieken
land, de Keizerin van Oostenrijk ver
moord Aan wie is nu de beurt? Wie
is nu veroordeeld door dat veemgericht,
dat onzichtbare, en aan wie wordt ie vol
trekking van het nieuwe vonnis opge
dragen?
Vorsten van Europa, siddert gp niet op
uwe tronen en is het te verwonderen dat
de angst u om het harte slaat, wanneer
gp u moet begeven te midden van uw
volk Maar ook, draagt gij zeiven niet
gedeeltelpk de schuld van dien vreeselpken
toestand Hebt gij en uwe regeeringen
niet straffeloos toegelaten, dat het volk
werd bedorven al langer hoe meer, door
schrjjvers en sprekers, die aanzetten tot op
stand en moord, tot ontkenning van alle
gezag, tot loochenen» toe van het Godde
lijk gezag, tot loochenens toe van het be
staan van God zelf. Straffeloos hebt gp de
van de denr gewend. Toen h|j deze boorde
openen, keerde hjj zich snel om, maar met een
onvaste, onzekere beweging. Leo bemerkte het
in zijne opgewondenheid niet en met een luiden
vreugdekreet snelde hjj op zjjnen oom toe. Deze
stond voor hem en strekte zjjne beide handen
liefderjjk naar hem uit. Leo wilde ze haastig
grjjpen doch week verschrikt terug. Hemel,
wat is dat Hjj schouwde in het bekende,
liefdevol gelaat, doch de glans uit Rafael Vou
Reichenau'» oogen was gedoofd, de missionnaris
was blind. Bij zjjn opofferen ien arbeid had hjj
zjjn leven in gevaar gebracht, met moeite had
hjj een hevige ziekte doorstaan, doch zjjn oogen
moeten verliezen.
Leo werd door diepe smart overweldigd, toen
hjj voor het wreede feit stond, en innig omarm
de hij den liefdevollen oom, die hem in vurige
geestdrift aan zjja edele borst drnkte.
*Ik kan 11 niet zien, mjjn zoon,// sprak hjj
teeder, //doch ik herken u aan uw heldere stem.
Het zjjn de klanken mjjner Else.'
Zjjn (jjn gevormde hand betastte daarbjj tee-
derljjk Leo's gezichtstrekken, terwjjl deze in het
edele op hem gerichte gelaat blikte, waarover,
trots de blindheid een wondervolle helderheid
lag, een lichtende uitdrukking, zooals zjj Blrchts
aan kinderljjk reine zielen eigen is. Het oefende
een kalmeerenden invloed uit op het diepbewo
gen gemoed van den jongen man. De golven van
het hooggaande gevoel bedaarden, van de har-
teljjke ontvangst kwam men tot vertrouwelijke
gesprekken en mededeelingen. Stof daartoe was
er immers in overvloed, ze was bijna onuitput
telijk tjjdeDs de wekendat oom Rafael in
volgelingen van hem, die eens schreeuwde
«Ecrasez l'infame» laten begaan en zjj heb
ben den kreet aangeheven «Ni Dieu, ni
maitre.» Want, wilt niet wanen, dat zjj,
die noch God, noch goddeljjk gebod er
kennen, die den almachtigen Koning looche
nen er voor terugdeinzen zullen het we
reldlik gezag te miskennen en de dragers
van dit gezag uit den weg te ruimen of
te doen ruimen, waar dit in hun kraatn te
pas komt. De consequentie van het onge
loot is de revolutiede anarchie is de
dochter van het radicalisme, dat het libe
ralisme tot moeder heeft. Waant niet, dat
de vrpmetselarp u sparen zal, al coquet-
teert gp met haar, al zjjn uwe zonen en
neven hare leden en grootmeesters.
Daar ligt eene zware verantwoordelijkheid
op hen, die de volkeren regeeren. De ele
menten, die vernietiging van alle gezag,
die omverwerping van elke orde prediken,
gaan hun weg en schrikken voor niets
terug. Alle besef van verantwoordelijkheid
verdwjjnt bp hen, die meenen, dat met dit
leven alles is afgedaan. De heillooze leer
van het«hiernamaals niets meer,» de loo
chening van den Eeuwigen Rechter, van
eene eeuwige belooning of eene eeuwige
straf, sloopt de fondamenten der maatschap
pelijke orde en brengt monsters voort als
Ravachol,Caserio en consorten. Daar
tegen nu helpen geene legers, geene ka
nonnen, daartegen helpt alleende
vreeze des Heeren die het beginsel der
Wjjsbeid is. En waar deze vreeze des Hee
ren uit de harten der menschen wordt ge
rukt, waar de vrjjmetselarjj en wat daar
mede in verbaud staat stil hun gang gaan
en gesteund worden in hun strjjd tegen
God en Godsdienst, in hun strjjd tegen
godsdienstig onderwjjs, daar bljjven de ge
volgen niet uit. Laten de Vorsten en
de regeeringen zulks bedenken. De
moord ©p de Keizerin van Oostenrjjk is
éane der waarschuwingen, die met Gods
toelating den machtigen der aarde worden
gegeven.
Hongkong verbleef. Zijn neef benutte den tjjd
rjjkeljjk. Het verkeer tusschen de beide man
nen werd steeds inniger, ze kwamen telkens
nader bjj het wisselen der gedachten.
Eens, toen Leo zjjn oom mee had genomen
Daar buiten en ze wandelden door //the happy
valley/» 1), trok Leo het levea de* paters, zoo
rjjk aan offer», mee in het gesprek. De blind
heid van den geliefden, vaderljjken vriend deed
hem te meer wee door het schoone uitzicht,
hetwelk hjj thans genoot.
De zon, die zonk aan de kimmeD, verguldde
hemel, water en land allengs dook ze achter
de gekartelde rotsen, waar trotsch een vlag wap
perde over het lachende Victoria.
De hemel schitterde in ongekende kleuren,
de schepen op de reede schenen donkere scha
duwbeelden op bleeken zilvergronddonker
dreigden de sombere rotsen van graniet in de
verte. Voorwaar, een schilderachtige aanblik
Oom//, sprak l.eo zacht, //hoe kunt ge zoo
gelaten drsgen de berooving van het aanschou
wen dezer schoone wereld
Oom Rafael lachte stil. «Eens zal ik een
schoonere aanschouwen, Leo, dat is mjjn troost.//
Vol diepe, innige vereering blikte de jonge
koopman in het bleeke gelaat, dat, ODdanks de
blindheid der oogen, nog vol geestrijke uitdruk
king scheen. Leo antwoordde nadenkend
//Uwe gedachten, lieve oom, gaan altjjd hoog
en verheffetf zich ver boven het aardsche en
vergankelijke, maar toch moet het u, den wrrk-
zamen geest, oneindig hard vallen in een arbeid
1) Het gtlukiige dal.
Op het oogenblik dat keizerin Elisa
beth van Oostenrjjk in het Hotel Beau-
Rivage te Genève stierf, werd aartshertog
Ludwig Victor te Abazzia bjjna aan
gerand. De Aartshertog wandelde op het
strand en zag een verdachten kerel, gewa
pend met een degenstok, die hem volgde.
De Aartsherlog gaf aan een jolitie-agent
den vervolger aan, de kwaaddoener gelukte
er evenwel in te ontsnappen. Aartshertog
Ludwig Victor is de broeder van den
Keizer van Oostenrjjk.
Een leeljjk teeken des tjjds dat te Ge
nève heeft plaats gehad valt te constatee-
ren. Om te protesteeren tegen den gru-
welddadig gepleegden moordaanslag op de
Keizerin van Oostenrjjk, werd voor het
hotel Beau Rivageeene betooging gehouden.
Onder klokkengelui zette de stoet zich
in beweginghjj v erd geopend door eene
atdeeling gendarmen en de overheden van
47 gemeenten van het Kanton namen er
aan deel. De meeste winkels waren ten
teeken van rouw gesloten.
De menigte onder het volk kwam ech
ter opdringen, de gendarmen waren on
machtig om de orde te handhaven, zjj wer
den overrompeld, en groote wanorde volgde.
De stoet ging uiteen en de menigte ging
voort met zich oneerbiedig te gedragen.
Toen keizerin Elisabeth van Oosten
rjjk op weg naar de stoomboot te Genève
werd vermoord, was zij eeD bezoek gaan
breDgen by een harer vriendinnen, de ba
ronnes Adolphe de Rothschild, in
haar kasteel van Pregny.
De barounes de Rothschild bood H.
M. haar yaebt aan om rechtstreeks uit
Caux naar de haven van Belle-Vue te stoo-
men. Ongelukkig sloeg de Keizerin het
aanbod at.
Wjj vernemen over den aanslag nog het
volgende
De Keizerin was op het oogenblik van
den aanslag zeer kalm en behield de groot
ste koelbloedigheid, ook nadat zjj den doo-
deljjken steek ontvangen had. Die steek
belemmerd te zjjn, voor welken gjj vaderland,
familie en vrienden vrjjwillig hebt verlaten.'
Vriendeljjk antwoordde de pater:
//Belemmerd? mjjn vriend, belemmerd? Och
neen, mjjn werk ondervindt niet de minste be
lemmering, slechts een andere richting ig aan
mjjn arbeid gegeven. In plaats van te gaan
naar de verre Chineesche missie's, ga ik naar
ons College te Shanghai, of waar men mjj he-
nenzendt, ter onderrichting der Chineesche jeugd,
terwjjl ik hun het beste aanbied, wat ik te
geven heb God
„Eu deze kleinen geven ook mij weer het
beste wat ze bezitten, //hun vertrouwen.' Is
dat niet een rjjkeen heerljjk veld om te
zaaien Van het hoogste Goed des meDschen
verhaal ik de jonge harten, en van deze jonge
harten en van zooveel andere, die me oneindig
dierbaar zjjn, spreek ik tot God. Ook dat is
werkzaam ziju. Gebed is werken. Gelooft ge wel?
Herinner u het schoone woord van St. Bernard:
//Met God bezig ziju is de grootste, de gewich
tigste aller zaken//, waaraan Montalembert toe
voegt: //De grootste aller diensten, welke de
kloosterlingen aan da Chris'.eljjke maatschappjj
bewijzen, is het gebed zjj verzoenen door hun
bidden den Goddelijken toorn, verminderen het
gewicht van der wereld ongerechtigheden en
breDgen bet rjjk des Hemels met zichten dwang
in aanraking met het rjjk der aarde. Ge ziet,
Leo, welk een werkzame, tweevoudige werkkring
mjj nog overbljjit. En ik ben daarin gelukkig?//
Wordt vervolgd.)