No. 3087
Maandag September.
23ste Jaargang.
fDagSiad voor cföooró- en Suió-tXolland.
Een adres van vrouwen.
Bedrogen geluk.
BUIT E N L A l\ D
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
f 1,10
1,40
2,80
0,03
feuilleton.
Zwitserland.
Oostenrijk-Hongarije.
Het eiland Kreta.
Frankrijk.
Ill
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Voor het boitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschjjnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
maintifsdiuT:
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cents.
Elke regel meer7ilt»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Con taat.
lloojdagenten voor liet BuitenlandCompagnie Générale Publicité Etrangère
AGITE MA RON AGITATE G. L. DAUBER Co. JOHN., F. JONES Succ., Pans Slbis Faubourg Montmartrt.
Onze jonge Koningin heeft bij de audiën
tie, welke zjj te Amsterdam heeft gehou
den, verschillende Vereenigingen ontvan
gen, welker bestuursleden aan Hare Ma
jesteit de belangen opdroegen, die door hun
Vereeniging speciaal worden behartigd.
Zoo heeft ook het bestuur der Veree
niging voor Vrouwenkiesrecht een adres
aangeboden, waarin de hoop en de blijde
verwachting uitgesproken werden, dat de
wijze, waarop Hare Majesteit Haar hooge
plaats aan het hoofdder natie zal bekleeden,
het bewijs zal leveren van den veredelen
den invloed, die kan uitgaan van de vrouw.
Deze verwachting is niet ongegrond,
want uit hetgeen ons volk omtrent de jeug
dige Koningin bekend is, mag worden af
geleid, dat de invloed van onze Vorstin
in waarheid veredelend zal zijn.
Toch komt het ons voor, dat de blijde
verwachting van de Vereeniging voor
Vrouwenkiesrecht nog op andere gronden
gebaseerd wordt dan die, welke ontleend
zijn aan algemeene ontwikkeling, de groote
kennis en de waarachtige volksliefde van
onze Koningin.
In haar adres verzoekt de Vereeniging
namelijk aan Hare Majesteit om Haar Imo
gen invloed te willen aanwenden bij Haar
raadslieden om hun aandacht te vestigen
op de ondergeschikte positie, die de vrouw
inneemt in den Nederlandschen Staat. De
Vereeniging hoopt, «dat het Hare Majes
teit moge behagen zich te doen voorlich
ten omtrent de bezwaren, die de vrouw
heeft tegen de bestaande maatschappelijke
orde en staatsinrichting, welke bezwaren
hun grond vinden in haar gemis aan po-
litieken invloed.» Ten slotte wordt in het
adres gezegd, dat Harer Majesteits regee
ring gezegend zou zijn, als «Nederland
de andere Europeesche Rijken voorging
in erkenning der vrouw als mondig Staats
burger.»
We hebben hier met de eigen woorden
der Vereeniging de strekking van het adres
weergegeven, welke voorloopig niets meer
of niets minder beoogt dan de politieke
gelijkstelling van man en vrouw. In het
gemis aan politieken invloed vinden de
bezwaren tegen de maatschappelijke orde
en staatsinrichting volgens deze Vereeni
ging hun grond. Is dus eenmaal gelijk-
stelling van man en vrouw op staatkun-
dig gebied verkregen, dan kan, naar de
Vroeger hebben wij wel eens geksche
rend gesproken over de dwaze toestanden,
die zouden kunnen voortspruiten uit do
deelnemiug der vrouw aan den stembus
strijd, maar wij dachten er toen niet aau,
dat reeds zoo spoedig die quaestie in allen
ernst ter overweging zou worden gegeven
aan het Hoofd van den Staat. Wij konden
toen niet vermoeden, dat het gezond ver
stand bij een deel van ons volk, zij het
ook een gering deel, weldra zoo geheel
verdwenen zou wezen, dat men in ernst
het vrouwen-kiesrecht zou gaan bepleiten.
Toch geschiedt dit nu, en in plaats van
thans de malle verhoudingen te bespre
ken, die bijv. in een gezin zouden ont
staan, wanneer de vader de liberale be
ginselen is toegedaan en zijn vrouw de
anti-liberale, willen wij ditmaal de quaestie
eens van een ander standpunt beschouwen
en daarna onze conclusie trekken ten op
zichte van het adres der Vereeniging voor
Vrouwenkiesrecht.
Wijselijk spreekt de Vereeniging niet
van het recht der vrouw op politieken in
vloed gelijk wel wordt gedaan door de
voorstanders van het algemeen stemrecht
voor den man. Want onmogelijk zou dit
recht door de Vereeniging bewezen kun
nen worden. Evenmin als men kan vol
houden dat rechtens alle mannelijke in
gezetenen geroepen zijn tot medewerking
aan de samenstelling der Volksvertegen
woordiging, kan men dit van de vrouw
beweren. De Grondwet is zoowel een be
letsel voor het algemeen stemrecht voor
den man als voor dat der vrouw. Boven
dien kan het rechtsbegrip in het algemeen
niet eischendat de vrouwenwier be
langen ook door de Volksvertegenwoor
diging moeten behartigd worden, daartoe
noodzakelijk stem in het kapittel behoo-
ren te hebben.
Wel beroepen de vrouwen, die politie
ken invloed wensckeu te bezitten, zich op
de woorden van Gladstone, dat de be
langen van hen, die geen eigen vertegen
woordigers in de regeering hebbenrus
tig worden veiwaarloosd, maar men ver
geet daarbijdat ook de minderjarigen
niet zeiven in de Vertegenwoordiging des
volks optreden, terwijl toch voor hun be
langen wordt gewaakt. Men ziet voorts
over het hoofd, dat de leden der Staten-
Generaal zich hebben te beschouwen als
de vertegenwoordigers van het geheele
Nederlandsche volk en dat zij zich de be-
meening van deze Vereeniging, later wor- langen der vrouw evengoed hebben aan
den voortgegaan met het uit den weg rui- te trekken als die van den man.
men der bedoelde bezwaren. Het is nu eenmaal een onmogelijkheid,
69.
Vervolg
//Ja,// antwoordde ze kort, //hij was vameljjk
negentien jaren// en snel weer het eerste the
ma opvattend, vervolgde ze
//Rafaël met zjjn rjjkbegaafde ziel heeft een
edele roeping mogen volgen, hij heeft zoowaar
het beste deel gekozen.
Mjj schynt het dikwjjls, als daalt door zjjn
opofferingen en gebeden de zegen des Hemels
op ons huis neder. De laatste levenejaren mij
ner ouders waren zorggeloos en gelukkig. Ger
hard keerde terug van zjjne lichtzinnigheid, hij
werd gezond en kreeg lust in ien arbeid ook
mijne zusters sloten een gelukkig huweljjk. Ik
schrijf dit alles toe aan Rafaëls voorbede en
hulp ook Leo heeft dit immers reeds on
dervonden, dat dan mijn goede Rafaël ook ze
gen afsmeeke voor ons.
//Ik zal uw schutsengel worden.// fluisterde
Edith voor zich.
Een korte, droge hoest maakte hare woorden
onverstaanbaar en de belangstellende vraag be
merkend, die om den mond speelde harer moe
rde ze luider //Het is schoon, de schuts-
van hen, die we liefhebben."
h meer dan ooit bewogen.
Laar angstig,
toon aan te
ar dus een
//ik ken haar stapkjjk, dat treft goed, nu
hoort ze dadeljjk onze goede berichten uit
Hongkong."
Haar schoonzuster kwam binnen met opge
wonden, vrooljjk gezicht.
Weliswaar stonden hare trekken steeds opge
ruimd, doch thans scheen een bijzondere ge
beurtenis hare vreugde te hebben verhoogd.
De begroeting der dames was hartelijk, doch
kort, want aanstonds snapten ze en praatten
dat het een aard had. Lao's brieven werden in
kleuren verhaald en eindeljjk kwam de beurt
aan do nieuwstijding van tante Gerty. Zij sprak
van haren broeder.
Ze had eindeljjk sedert lang eenen brief van
hem ontvangen, welke haar eenige reden ten
minste gaf tot vreugde en als drong deze
vreugde haars harten naar buiten, ze vermocht
niet haar voor zich alleen te houden, maar
moest ze deelen met anderen. „Joseph//, zoo
sprak ze levendig, //heeft een opdracht gekre
gen van de vorstin G welke mjj zeer
verheugt. Hjj moet voor hare huiskapel een
beeld maken van wit marmer, dat den jongen
Tobias voorstelt door den engel Rafaël geleid.
Joseph zelf schjjnt deze nieuwe werkkring te
verheugen en hjj belooft ons in het voorjaar
te zullen bezoeken. Htt volgende voorjaar kan
ik hem verwachten en nu hjj komt, beken ik
eerst hoezeer ik naar hem heb verlangd.
„O, dat zal een wederzien zjjn 1 Wjj zullen
dan weer recht vrooljjk zjjn, niet waar kleine
Edith Wat meer jeugd in onzen kring zal
ook u geen kwaad doeD, die zich altijd tevre
den moet stellen met oude lui als wij./;
Edith had opmerkzaam toegeluisterd. Om
I haren mond speelde een liefljjk glimlachje,
I doch de trekken in haar gezicht zouden iemand
dat alle groepen iu de samenleving hun
vertegenwoordiger hebben in de Tweede
Kamer. Indien dit consequent moest wor
den doorgevoerd, dan zou het aantal leden
der Kamer meer dan honderd bebooreu
te zijn, want bij dit beperkt getal zouden
onmogelijk alle afzonderlijke groepen ver
tegenwoordigd kunnen zijn. Tevens zou
men tot de absurditeit komen, dat ook ge
vangenen, krankzinnigen en ander derge
lijke groepen in ons Lagerhuis hun verte
genwoordigers moesten hebben.
Nu weten wij heel goed, dat dit juist
de grief is der voorstanders van vrouwen
kiesrecht, dat uit politiek oogpunt de vrouw
thans op gelijke lijn staat met dergelijke
groepen, die onmogelijke tot het kiesrecht
kunnen worden toegelaten of zelf verkies
baar zijn. En wij zijn er van overtuigd,
dat het een grievende gedachte kan wezen
voor een onafhankelijke vrouw, wanneer
zij zich behandeld acht als dergelijke po-
litiek-onmondige personen, die niet waar
dig zijn of de noodige ontwikkeling mis
sen om mede te werken aan de samen
stelling der Volksvertegenwoordiging.
Maar de vrouwen die aldus denken
zien één gewichtig punt voorbij. Zij ver
geten, dat zij bij de Grondwet van het kies
recht zijn uitgesloten niet om haar on
waardigheid of onwetendheid, maar om de
moeielpkheiddie het vrouwenkiesrecht
iu de practijk zou opleveren. De gehuw
de vrouw beweegt zich over het algemeen
niet op maatschappelijk terrein. Er zijn
enkele begaafde vrouwen in de ontwik
kelde standen, die tijd kunnen vinden om
naast de behartiging van haar gezin ook
belangen te dienen, die daar buiten val
len. Doch over het algemeen is de werk
kring der gehuwde vrouw beperkt tot den
huishoudelyken kring. Als zij een enkele
maal zich daarbuiten begeeft, dan is het
gewoonlijk voor de bevordering van lief
dadige doeleinden die zeer gemakkelijk
kunnen worden waargenomen en weinig
van haar eischen. De gehuwde vrouw heeft
dus over het algemeen weinig gelegen
heid om zich op de hoogte te stellen van
de maatschappelijke en Staatkundige vraag
stukken, die aan de orde zjjo.
Maar de ongehuwde vrouw, die zichzelf
een onafhankelijk bestaan heeft verzekerd?
zullen ons de voorstanders van vrouwen
kiesrecht vragen.
Ons antwoord op deze vraag is gereed.
Het resultaat van de toekenning van het
kiesrecht aan deze cathegorie van vrouwen
zou daarin bestaan, dat de verkiezings
strijd een nog hatelijker karakter verkreeg
in verzoeking brengen, haar Shakespeare's woor
den toe te voegen
Te rechter tijd had 't mij gebaat
Thans komt de troost te laat.
Geen syllabe echter sprak deze gedachten
uit. Ze verheugde zich met tante Gerty en
koutte over verschillende zaken. Later echter,
toen tante was heengegaan en de moeder hare
lieveling ter ruste had gebracht, toen nog een
maal zjj de kussens had opgeschud en het zwak
ke kind zoo zorgvuldig mogelijk had toegedekt
toen sloegen plotseling Edith's blanke armen
de dekens weg en strengelden zich liefdevol
om haars moeders hals, terwijl haar zilveren
stem zacht fluisterde
//Moeder, aan u, mijn trouwe vertrouwde,
mag ik thans wel de zwakheid mijner jeugd
bekennen. Ik heb Joseph oneindig bemind.//
En bewogen, schoon zonder eenige heftigheid,
voegde ze erbij
//Reeds van mjjn achttiende jaar af heb ik
hem bemind, meer dan hjj mij beminnen kon,
meer ook dan hjj mij heeft bemind. En toch
mjjn hart behoorde hem gedurende al die jaren
welke hjj ons vergeten heeft. Als hjj nu komt
en ik// ze aarzelde //en ik gestorven ben,
zeg hem dit dan. Verhaal hem, waarom ik
toenmaals koud scheen, ik wilde hem strjjd,
smart en vernedering besparen. Zeg hem, hoe
innig ik hem beminde tot aan mjjn stervensuur,
hoe ik vol liefde beloof, daarin zijn schutsen
gel te worden door het leven.//
De laatste woorden stierven fluisterend weg,
Else drukte haar kind aan baar hart
//Kdnd, wind u niet dusdanig op, verban
toch zulke gedachten Dra zult go u krachti-
dan deze tbans reeds bezit. De uitslag
zou even wisselvallig wezen als thans, de
sternbuslanzen zouden in aantal vermeer
deren, het gescherm met groote woorden
zonder degel ijken inhoud zou nog grooter,
hef twistgeschrijf nog vinniger wordeu.
En als gevolg van deze ontaarding van
den stembusstrijd zou er nog minder kans
bestaan dan op het oogenblik, dat werke
lijk de edelsten, de besten de ontwikkel-
sten de onalhankelijksten uit het volk
zouden gekozen worden om dat volk te
vertegen woordigen
Daarenboven bestaat er ml" in het ge
heel geen reden voor de vrouw om te be
weren, dat haar specifieke belangen wor
den voorbijgezien. Er zijn verschillende
ontwerpen bij de Kamer aanhangig, waar
uit blijkt, dat er wel degelijk door de man
nen onzer Vertegenwoordiging aan ge
dacht wordt om de rechten der vrouw,
waar die onvoldoende worden behartigd
beter te waarborgen. Men mag dan ook
thans niet aan onvoldoenden politieken
invloed der vrouw verwijten, dat er in onze
maatschappelijke verhoudingen nog toe
standen aanwezig zijn, waardoor de vrouw
zich verongelijkt kan gevoelen.
Waar dan ook de Vereeniging voor
Vrouwenkiesrecht zich tot onze Koningin
heeft gewend om van Haar te vragen Haar
invloed aan te wenden om aan de vrouw
rechtstreekschen politieken invloed te ver
schaffen, daar schrijven wij dit toe aan het
ongezonde en revolutionnaire streven van
sommige vrouwen in onze dagen om op
ieder gebied op te treden, als concurrent
van den man. Dit verlangen Daar vrou
wenkiesrecht is niets anders dan een uit
vloeisel van den emancipatie geest, welke
sommige vrouwen thans beheerschten
heeft, naar onze zeer stellige meeniDg,
niets te maken met de behartiging van
specifieke belangen der vrouw evenmin als
met het gerechtvaardigd streven om de
rechten der vrouw iu het algemeen beter
te waarborgen,
Wij voor ons hopen daarom, dat onze
Koningin het streven naar vrouwenkies
recht en het verschaffen van rechtstreek
schen politieken invloed aan de vrouw
in geen enkel opzicht zal begunstigen.
In hetregister van overlijden te Genève
staat opgeschreven, dat aldaar is over
leden
«Elisabeth, Keizerin van Oostenrijk,
Koningin van Hongarjje, Koningin van
ger gevoelen, wanneer dit ruwe jaargetjj voorbij
is. Met de komente lieve lente zult ge volko
men gezond zjjn en als Leo eens thuis komt
„Ja// lispelde Edith. //Leo zal komen. Ge
zult hem terugzien en we zullen allen ge
lukkig zjjn.//
//Zeker Edith, maar thans moet ge rusten,
ik vrees dat het spreken u al te zeer heeft
vermoeid.*
„Toch niet, lieve mama, het deed me goed.
Ik voel me veel verlicht, kalm en tevreden.
Wel te rusten
Hare woorden waren zuivere waarheid. Een
kort gebed lispelde ze nog van hare bleeke,
onschuldige lippeu lang reeds sluimerde ze in
als het moede kind, dat rust behoeft, toen hare
moeder nog waakte naast haar bed.
Angstige gedachten stormden door dezer brein.
Toen ze aldus de slapende dochter beschouwde,
vermoedde ze voor het eerst de vreesljjke waar
heid. Tot nu toe was het gevaar door haar bjj
het dageljjksche verkeer met Edith niet opge
merkt, zooals het den meesten gaat, die bjj een
dageljjksche verpleging den blik voor het ge-
vaarljjke eener ziekte verliezen.
Dit heeft echter eene goede zjjde, want hoe
zou zonder de hoop op herstel die kracht en
zielesterkte bljjven bestaan, welke den zieke
verlicht en later zoete herinneringen wekt?
Is eenmaal alle hoop verloren, dan komt
met het kruis ook de kracht.
Intusschen was voor Else dit uur nog niet
gekomen. Wel dacht ze terug aan den tijd,
toen ze met tranen en gebeden de kleine, zieke
Edith van den Hemel had afgesmeekt.
Deze had toen het kind haar gelaten riep
God het thans
Zelf was ze bereid met dit otter het lerev.
Boheme, van Dalmatië, van Kroatië, van
Slavonië, van Galiciëvan Ladromirie,
van Illyrie, van Jeruzalem enz., aartsher
togin van Oostenrijkgrootvorstin van
Toscane en van Krakau, hertogin van
Lotharingen, van Salzburg, van Steyer,
van Karinthe, van Karniole en van Bu-
kovina, prinses van Transsylvanië, mark
gravin van Moravië, hertogin van Opper-
Silezië, van Neder-Silezië, van Modena,
Parma, Plaisance en Guastalla, gravin
van Huhenembs, enz. enz.,
«oud 61 jaar, overleden 10 September
2 u. 10 min. n. m. in het hotel Beau
Rivage te Genève.»
Keizer Frans Jozef, heeft den wensch
uitgesproken, dat alle officiëele jnbileum-
feesteljjkheden, welke in November en
December zouden plaats hebben, niet zul
len worden gehouden. Ook de ontvangst
van vreemde vorsten zal achterwege bljjven.
De Oostenrijksche troonopvolger,
aartshertog Frans FerJ uand van
Es te, gaat op nieuw eeDe reis onderne
men tot herstel van zjjn g'scLckte ge
zondheid.
De zes groote Europeesche Mogendhe
den zenden opnieuw oorlogsschepen en
soldaten naar het eiland. Nog altijd door
wordt er onder toezicht van de Europee
sche vredestichters gemoord, geplunderd
en brand gesticht, zooals ons de laatste
gebeurtenissen hebben doen aanschouwen.
Nog steeds is men aan het zoeken naar
een Bestuur voor het eiland en de be
woners vermoorden en plunderen elkaar on
derling naar hartelust. De toestand is treu
rig, en zij die Griekenland hebben belet
de zaak in het reine te brengen en dit land
daardoor een oorlog met Turkjje op den
hals hebben geschoven, voeren eenvoudig
niets uit. Zjj bestendigen de ellende der
bewoners van het eiland, ter wille van
den lieven SultaD, wiens onderdanen de
Christenen plunderen en vermoorden.
Nog steeds heerscht in het Fransche
Ministerie oneenigheid over hot al of niet
herzien van het D r e y f u s-proces. De voor
standers van eene herziening nemen toe,
nu gebleken ij, dat niet alleen de veroor
deelden kapitein Dreyfus, maar ook bo
ven hem gestelde personen van den gene-
ralen-staf hebben geknoeid.
De Echo de Paris deelt mede uit zekere
bron te weten, dat EmileZola in 't
begin van October weder naar Parjjs zal
terugkeeren. Tegeljjkertjjd zal alom een
biljet worden aangeplakt waarin de auteur
van J'accuse nieuwe mededeelingen zal
doen. Dit manifest wordt thans te Zwit
serland, waar Zo la zich bevindt, voor
bereid.
Yan dit optreden van Zo la, kunnen
we nog pleizier hebben, nu zjjn felste te
genstander de heer Ed. Drumont in
zoo rjjk aan kamp en strjjd, aan lijden en droe
fenis, te eindigen, misschien als zoenoffer
voor vreemde schuld 1
Dacht Else aan dit alles? Het kwam haar
voor als een droom. Zjj verborg haar gezicht
in hare handen en snikte zacht tot God, die
zijne liefste kinderen het vroegste tot zich roept.
Zjj werd echter kalmer. De zachte slaap van
Edith stelde haar geruster. Zjj vermocht nog
niet de waarheid te zien en vooral niet nu
Leo's brief haar zooveel vreugde had verschaft
Zjj nam de brief en las hem nog scz- Dan
glimlachte ze o ja, Edith zou herstellen en
Leo terugkomen. Zonneschjjn zal volgen op
regen.
XXV.
De Schutsengel.
De dom wordt stil en donker
Hij beitelt ijvrin voort.
's Is of met 's levens vormen
De doode steen zich kleedt,
Al beitiend schrijft de kunsten
Daarin zijn liefde en leed.
Uit bladerrijke ranken
Verrijst een englenhoofd
't Is 't beeld der bruid, oenjonama.
Pas door den dood ontro
j. R. v. a. Lam.
In den omtrek der echoone ïorta Nuova,
waar de rechte, nieuwe straten zich uitbreiden,
bevond zich in een schoon, elegant huis een
gezelschap van jongelieden. -