N I E IJ W E
Hbagêlaó voor cftooró- en 3/uió-éCollanó.
Stemmen uit het Buitenland.
No. 3092
Zaterdag 24 September 1898
23ste Jaargang.
Blanke slaven,
BUITI. JVLAJN 1)
Italië.
België.
Zwitserland.
iiiuiHsdiiiiii uur.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschgnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: St. Janstraat Haarlem.
/1,10
<1,40
<2,80
<0.03
ACUTE MA NOW AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIES
Van 16 regels50 Oem
Elke regel meer7y,
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. K ii P P E R S.
In de Buitenlandsche bladen worden de
Inhuldigingsfeesten nog steeds met waar
deering besproken. De correspondent van
de Moskohkia Wédomosti geeft zjjn indruk
ken over Amsterdam in een sympathieke
beschrijving als volgt: <Het Hollandsche
Moskou zegt hij, is veel karakteristieker
dan de residentie van de Koningin,» en van
de versiering wijdt hij vele regels aan het
oranje, en verzuimt niet te vertellen dat
Peter de Groote de kleuren van de Ne-
derlandsche vlag heeft overgenomen en ze
in andere volgorde geschikt, om er de Rus
sische vlag van te maken. Ook hij spreekt
ervan, dat er betrekkelijk zoo weinig poli
tie werd gebruikt.
Van de inhuldiging zelf geeft hij eene
levendige beschrijving. Hjj vertelt dat het
ambtsgewaad van de Kamerleden precies
eender is als dat van de ambtenaren van
binnenlandsche zaken in Rusland. Voordat
de Koningin verscheen, vond hg het in de
Nieuwe Kerk net eene komedievertooning.
Maar
<Zoodra dat jonge meisje binnenkwam,
verdween al het komedie-achtige. Men
kreeg opeens medelijden met haar. De tra
nen kwamen mjj in de keel.
<Langzaam schreed zij naar den troon,
maakte een hoffelijk gebaar tegen haar
Moeder en ging op den troon zitten.
<Enkele minuten tevoren was de geheele
kerk door de zon verlicht.
<De Oranje-zon!» hoorde men in de kerk
in alle talen van de wereld fluisteren.
<De Oranje-zon scheen vlak op het jeug
dige meisje. Briljanten fonkelden op haar
diadeem op haar halssnoer en op haar
borst. Haar witte gestalte, omlijst door den
karmozpnenrooden mantel met hermeljjn,
kwam helder uit op den meer donkeren
achtergrond.
<Vóor den eed verwachtte men een toe
spraak. Allen in de kerk hielden hun adem in,
<Langzaam opende het jonge meisje een
FEUILLETON.
DOOR
Xi. 6. O.
Zjj waren nog niet geboren en reeds was over
hun lot beslist. Onder lachen en schertsen was
het gebeurd en het was zoo'n klein, zoo'n jam
mervol, zoo'n beklagenswaardig lot, dat men
voor hen had uitgekozen.
Ja, als die jonge moeder, als Anoita als meisje
wat minder had gelachen en ernstiger had na
gedacht wanneer Beppo, de vader, wat meer
had gewerkt en niet steeds op de door de zon
verwarmde steenen had gelegen en naar den
blauwen hemel had gekeken maar, zóó was
het gekomen.
Op zekeren dag had de snelvoetige Annita
eene gloeiend roode anjelier uit haar jakje ge
trokken en had ze met haar zilver helderen lach
zoo handig in het aangezicht van Beppo gewor
pen, dat hjj de slaperige oogen wagenwjjd open
sperde, zich op den elleboog oprichtte en het
meisje als eene hemelsche verschoning naoogde.
In die slaperige hersenen ontstond toen het
denkbeeld, dat het toch aardig moest zijn, altjjd
zoo'n kirrend gelach om zich heen te hooren,
en den volgenden dag vroeg hij Annita, of zjj
niet samen naar den pastoor zouden gaan om
de geboden te bestellen, omdat zjj toch niets te
verzuimen hadden,
klein rolletje papier en begon. Zij las niet
voor, maar sprak en keek maar zelden op
het papier.
<Het hoofd hoog opheffende, de menigte
vlak aankijkende', sprak de achttienjarige
Koningin haar toespraak uit.
<Was dat werkeljjk hetzelfde meisje dat
gisteren uit haar rjjtuig zoo vriendelijk met
haar zakdoek naar alle kanten had gewuifd
Was dat werkelijk betzelfde meisje waar
mee men zoo pas zoo'n medelijden kreeg?
Men geloofde zjjn oogen en zjjn ooren niet-
Het was een Koningin van top tot teen.
<Heel langzaam, luid, iedere letter dui
delijk uitsprekende, sprak zij haar toespraak
uit. Zelfs menschsn die slecht Hollandsch
kennen, konden er veel van verstaan. Geen
enkele klank ging verloren.
zjj eindigde<Zoo waarlijk helpe
mjj God Almachtig
<Un conté de fee,» fluisterde mijn Fran-
sche buurman.
«Waarljjk, het tooneel was sprookjesach
tig mooi. Het sprookje werd geschiedenis.»
In de St. Petersburger Zeitunq wjjdt een
Duitscher, naar het schjjut een Berlijner,
eenige feuilletons aan de feesten. Hij zegt
van de Koningin:
<Inderdaad zelfs een starre republikein
kan voor deze jeugdige lieve verschoning
op den troon, voor eenige dagen zijn harden
nek huldigend buigeo, voor de jonge bloem
die in maagdeljjke aanvalligheid hier op
den koninkljjken purperzetel glanst. Ik kan
me best begrijpen, dat de Hollanders ge
woon verliefd zijn op hun Koningin.»
Hij is erg ingenomen met de uitstekende
maatregelen die voor het gemak van de
journalisten waren getroffen op het Kom-
mandantshuis en het telegraafkantoor. Ook
prijst hij de politie. De menBchen zelf hand
haafden de tucht, maar de politie had zeer
goede maatregelen getroffen en voerde ze
uit met verstand en beleefdheid. Hjj noemt
dit voorbeeld
<Het was 's middags op den Dam, in
het ontzettendste gewoel. Ik zag wielrijders
Beppo had roode wangen, zwarte lokkeu en
schitterend witte tanden en daarom vond Annita
bat goed. Lachend trok zjj hem van den steen
hoop in de boogte, vanwaar hjj haar dat voorstel
had gedaan.
Eerst, toen de dag van het huweljjk heel dicht
bjj was, viel het hem op, dat voor een huweljjk
toch nog iets anders noodig was dan //niets doen,//
en enkel vrooljjkheid en toch kwam het hun
er nog minder op aan, waar zij een onderko
men zonden vinden en de menigte meubeltjes,
die zjj hebben moesten, dan wel hoe zjj het
bruiloftsmaal bjj elkander zouden krjjgen want
daarop spitsten zich reeds de bruine Annanciata,
Marietta, Rosina en de vrienden van Beppo.
Voor een risotto, rjjstenbrij, ook al was hjj
met den geurigsten olie en parmesaansehe kaas
toebereid, was hun klein kapitaaltje nog wel
toereikend misschien ook nog wel voor eenige
handen g.oigukorrelde maïs, maar van de zoo
vroolijk omvlochten flesschen rooden en witten
landwjjn zouden er niet veel op tafel komen
en juist daarvan moest men er toch genoeg
hebben om aan het feest de rechte wjjding te
geven. Veel hoofdbreken veroorzaakte deze om
standigheid echter noch aan Annita, noch aan
Beppo. Al waren zjj zeiven ook arm, rijke men-
schen leefden er genoeg in de wereld en deze
zouden hunne ooren niet sluiten, wanneer zjj
voor eene kleine som werden aangesproken voor
het nieuw op te richten huishouden.
Daar had je bjj voorbeeld, Benuto, depicconieri
(mjjnwerker), die een aardig sommetje geld en
een eigen huisje bezat. Bjj dien kon men wel
eens aankloppen. Men dacht wel, dat hjj niet
en -rjjdsters, door de politie en de men-
schen niet gehinderd, probeeren of zjj de
eindjes die voor de rjjtuigen open werden
gehouden, nog konden rijden.
Geen mensch legde de waaghalzen een
stroo in den weg, integendeel: men trachtte
plaats te maken. Later stapten zjj toch af,
maar alleen omdat zjj inzagen dat het on-
mogeljjk was, op hun fiets te blijven zit
ten. Maar ik had onze Berljjnsche politie
wel eens willen zien, als iemand bjj zoo'n
gelegenheid Unter den Linden of bjj het
paleis zoo iets geprobeerd had. Alle poli
tieagenten van Berljjn wat zeg ik? van
Berljjn? van den geheelen Pruisischen
staat zouden toegesneld zijn, om den over
moedige in atomen te verbrijzelen.»
De plechtigheid in de Nieuwe Kerk had
niets theatraalshet was een «grootsch bui-
seljjk familiefeest van Oranje en Nederland,
waarop alleen de naaste bloedverwanten en
beste vrienden waren uitgenoodigd».
Over het aanstekeljjke van de volksuit
gelatenheid schrift hjj:
<AIs u eens wist hoe wij arm aan arm,
met ons drieën, van het diner van de stad
naar huis keerende, den hoogen hoed in
den nek, in rok en verlakte schoenen, met
onze feestinsignes in ons knoopsgat, eiüde-
ljjk ook met «Hi-ha! Hi-ha!» de Joden-
breestraat en de Kalverstraat doorgestormd
zjjnals u gehoord had hoe wjj even
eens het moeiljjke lied van Piet Hein
en de gewonnen zilvervloot en «Oranje bo
ven hebben gezongen, en als u dan erbjj
bedacht had wie die drie heeren, zjjn, dan
zou u verbaasd hebben gestaan, hoe aan-
stekeljjk hier de uitgelaten ruwe pret werkt.
Ruw is ze zeker, erg ruw, die toomelooze
volkspretiets van de oude schildergen van
Jan Steen en Ostade zit erin, en preut-
sche lui moeten er hun neus maar niet in
steken.»
Een Italiaansche professor, de heer Lom-
veel hart had, want de carusi de kDapen, die
hjj van de oudera huurde om de stukken zwa
vel op hunne schouders uit de diepe mijnen
naar de oppervlakte der aarde te dragen, wer
den, zeide men, sterk door hem voortgedreven
en moesten zich door de nauwste gangen, door
de smalste openingen doorwringen, maar
Bennto was peter over Annita geweest en dus
de eerste bjj wien eene leening beproefd kon
worden.
Lachend en stoeiend, arm in arm wandelden
zjj samen naar het huis, dat in de nabjjheid der
zwavelgroeven op een naakten, steenachtigen
bodem stond. Zij vonden hem staan voor eeDe
groote tafel, waarop hjj graan en meel afwoog
en in afzoi derljjke zakjes deed. Benuto betaalde
zijnen carusi nooit hun loon uit in baar geld
ook de kcopsom, die bjj den ouders toestond
die naar den ouderdom der knapen van honderd
tot honderd vijftig franken bedroeg, betaalde bjj
niet in geld, maar voor en na in levensmidde
len. Zoo behoorden hem de kinderen als last
dieren, totdat de som terugbetaald was, hetgeen
dikwijls vele jaren duurde, daar het loon der
knapen slechts weinige centimes per dag bedroeg.
De zon scheen met gouden stralen door de
geopende deur, waardoor Annita en Beppo wa
ren binnengetreden en verlichtte het grofgesne-
den, leverkleurig aangezicht, de steile, zwarte
haren van den mjjnwerker. Knipoogend keek
hjj op naar het jonge paar, dat een geheelen
rjjkdom van licht en leven in de kleine kamer
scheen te hebben gebracht.
vSancta Madonna Beppo en zijn meisje
Wat is uw verlangen? Wilt gij mjj als getuige
brose, noemt het anarchisme een aller-
gevaarljjkste soort van krankzinnigheid. De
gearresteerde anarchisten worden dan ook
volgens een streng régime met koud water
behandeld. Afmaken kan men onder de
bestaande wetgeving vcorloopig natuurlijk
alleen heD, die een of anderen moordaan
slag werkeljjk hebben gepleegd en nog niet
overal.
Ongetwijfeld zullen nog meer moorden
gepleegd moeten worden eer dat de dood
straf in sommige landen wordt ingevoerd.
Dat in het laDd der Belgen nog al een
glaasje gedronken wordt, bljjkt uit het na
volgende
Verbruik van sterke dranken gedurende
een jaar: 7ó millioen liters. Uitgave voor
dit verbruik 150 millioen franks. Uitgave
voor de alcoholische dranken in 'talgemeen
ongeveer 500.000 000 fr.
Dus iederen dag wordt bjjna 1.370.000 fr.
uitgegeven aan sterke dranken, waarvan
410.958 fr. voor jenever alleen.
Het anarchistisch blad de Agitatore te
Nuenenburg verschijnende, heeft naar aan
leiding van het vermoorden van keizerin
Elisabeth geschreven:
«Trots allen laster zullen de anarchisten
geen vingerbreed afwjjken van bun weg
De aanslagen zullen eerst dan ophouden,
wanneer men aan alle manifestatiën der
gedachte den vrjjen loop laat!»
«Hier wordt openlijk de propaganda der
daad gepredikt,» merkt de Frankjurtur
Zeitung op, «en dat mag niet. Wg kun
nen de Zwitsersche overheid geen anderen
raad geven, dan krachtig tegen de Agitatore
op te treden. Hier geldt het niet de vrjj-
heid van gedachte, maar het aanzetten tot
nieuwe misdaden. Wie het terrorisme pre
dikt, kan niet anders verwachten dan dat
zelf geterroriseerd wordt.»
De zaak-Dreyfus.
De burgeljjke justitie ig met de militaire jus
titie te Parjjs in couflict gekomenover het
proces Picquart.
Hoe die zaak in elkaar zit, zal voor velen in
het duister bljjven, maar de vreeseljjke woorden
geven te denken door luitenant-kolonel P i c-
quart gesproken
nEet is misschien d* laatste maal dat ik in
hebben, wanneer pater Oaofrio uwe handen sa
menvoegt M< et ik mijn naam onder uw huwe
lijkscontract plaatsen en met Rosina dansen die
ik kortgeleden aan uwe zjjde zag?»
Peetoom had goeden zin daarom lachte dan
ook Annita luidkeels, ging dicht bjj hem staan
en legde hare hand op zjjn schouder. „Natuur
lijk moet gjj dat doen, Signor Benuto, maar nog
meer moet gij doen. Voor de gewjjde kaarsen
die ieder rechtgeaard bruidspaar aan de Kerk'
schenkt, moet gjj ons eenige lires leenen, voor
mjjn bruidsjapon zult gjj 0ok wel instaan en
als ik u zeg, dat het ons aan wjjn ontbreekt
voor het bruiloftsmaal, dan geioelt gjj ook wel
een menscheljjk medeljjden en schiet gjj ons wel
zooveel voor dat wjj dat alles netjes in orde
kunnen brengen
De man, welke dien woordenvloed uit Annita's
mond kalm langs zich liet afgljjden, was in dien
tjjd op merkwaardige wjjze veranderd. Eerst had
hjj door eene onwillekeurige beweging Annita's
hand van zjjn schouder laten gljjden, dan
was alle vrooljjkheid uit zijne trekken verdwe
nen en eindeljjk scheen hjj alletn Dog maar oogen
te hebben voor het afwegen van zjjn graan en
zijn meel.
//Gjj doet het immers, nic-t waar Signor Bennto
gjj doet het vleide lachend het meisje, „De
schoonste danseres zult gjj ook krjjuen en Beppo
zal eene rede over u honden, waarin bjj al uwe
deugden aan het licht zal brengen.»
(Wordt vervolgd.)