No. 4046.
Maandag 28 November 1898.
23ste Jaargant,
Hbagêlaó voor <3%oor6- on Suió-dColland.
Liberale dwangwetten.
Dit nummer bestaat
uit twee bladen,
EERSTE BLAD.
Meisjesdroomen.
BUITENLAND»
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
2,80
0,03
Spanje.
Engeland.
Frankrijk.
(IIIIHÏT,
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maanden voor Haarlem
f 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het baitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteur-Uitgever, W. KÜPPERS.
NT1ENDRAÏ
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cents.
Elke regel meer71/,»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
'TTt -
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etrangère
AGITE MA NON AGITATE G. L. DA C/BE Co. JOHN, F. JONES Succ., Pans 31 bis Faubourg Montmartrt.
Met groote verontwaardiging werd voor
eenige maanden het bericht ontvangen, dat
de liberale meerderheid in de beide Ka
mers der Staten-Generaal misbruik had ge
maakt van haar overmacht door de voor
gestelde regeling van den militairen dienst
plicht goed te keuren. De',Regeering heeft
zich daarmede bij de Katholieke bevol
king van ons land niet bemind gemaakt
en werkelijk heeft dtze daad een schaduw
geworpen op het jaar, waarin onze ge
liefde Koningin zelve de teugels van het
Bewind heelt aanvaard.
De Katholieken zijn te goede vaderlau -
ders en hebben te veel liefde en eerbied
voor de Koningin dan dat zy bij de jong
ste feesten iets hebben laten bemerken
van de teleurstelling, die hen had getrof
fen, maar het neemt niet weg, dat het
jaar 1898 uit politiek oogpunt door hen
wordt beschouwd als een jaar,'t welk zich
niet door gelukkige gebeurtenissen onder
scheidde. De persoonlijke dienstplicht bljjft
een donkere vlek op het bestuur van de
tegenwoordige Regeering, omdat daardoor
zonder noodzaak eene geheele staatkun
dige richting zeer werd gegriefd en op de
bevolking onnoodig een drukkende last
werd gelegd.
Gelukkig kon in enkele Gemeenten van
ons land door het welbekende plan van
den heer Cool en, notaris te Helvoirt,
toch de gelegenheid openblijven om aan
den persoonlijken dienstplicht te ontkomen.
De op verschillende plaatsen opgerichte
Militie-vereenigingen zorgen er voor, dat
degenen, die dienstplichtig zjjn geworden,
zich door vrijwilligers kunnen laten ver
vangen. Daarmede zjjn wel niet allen ge
holpen, maar toch blijft hierdoor voor een
deel onzer jongelieden de mogelijkheid ge
opend om hun dienstplicht door een ander
te doen vervullen.
Dat de liberalen dit met leede oogen
aanzien, spreekt van zelf. Maar zij zijn
machteloos om dezen maatregel te belet
ten. De Regeering heeft dan ook niet kun
nen besluiten om aan de hier en daar op
gerichte Militie-vereenigingen de konink
lijke goedkeuring te onthouden. Ware er
iets onwettigs geweest in het plan-Coo
ien, men kan er verzekerd van zijn, dat
de Regeering niet had geaarzeld om den
voortgang er van te beletten. Het eenige,
FE U1LLETON.
11. (Vervolg).
Verrast en met een blos op de kaken keerde
het jonge meisje zich om. Zij had niet het
minste vermoeden van de smart, welke zij den
jongen man had bereid.
»Zjjt ge nu eeriit gekomen vroeg zij, alleen
om iets te zeggen.
„Ja,* antwoordde hij met heesche stem. «Hebt
ge dezen dans reeds beloofd, Vally
//Ja, maar den volgenden heb ik voor u
bewaard./'
//Ik dank je Vally!" Hjj boog en verwijder-
deJu°w' vriend schijnt slecht geluimd," bemerkte
graaf van Denmóre met een cynisch lachje.
Valerie was te grootmoedig om te dulden,
dat een valsche schijn op Charles zou rus-
^Het is mijne schuld zoo hij ontstemd is//
•-twoordde zjj verontschuldigend. Graaf van
baasore beet zich op de lippen. Hg moest
zich iu\,ea bekennen, dat zijne opmerking ge-
vrB&tr°wuBloKBn waB- Daarbij stelde hü zich de
Ink met e?£„d~ de i^gelieden zoo vertrouwe-
Ondertusschen
deljjke stem welkom _evh"le* door eene vnen"
„Mijnheer Sartoris? iw'het schijnt zijt u
p„S *Rn8ekOmenIk heb reeds D"ar u
dat men er tegeu beeft kunnen uitrichten
was de medewerking der Gemeentebestu
ren te verbieden. Zoo is o. a. een besluit
van den Gemeenteraad van Tilburg ge
schorst, waarbij de Raad een zeker aan
deel had genomen in de daar tot stand
gekomen Militie-vereeniging.
Docb, de liberalen zitten n:et stil. Zij
spreken van wetsontduiking, maar kunnen
toch geen artikel van de Grondwet of van
de Militiewet aanwijzen, waarbjj het op
richten der Militie-vereenig'ngen zou zijn
verboden. Het eenige dat er op zit is om
de pas tot stand gekomen wijziging in
de Militiewet, met eene nieuwe wijziging
te vermeerderen. De oud-Minister Seyf-
fardt heeft daartoe den weg gewezen.
Bij wil artikel 14 der Militiewet laten
vervallen, en dus de vrijwilligers bij de
militie niet meer in mindering doen strek
ken van bet aandeel in de lichting, te
dragen door de Gemeente, voor welke zij
optreden.
Dit is niet kwaad verzonnen door dezen
oud-Minister van Oorlog. Hij meent, dat'
zulk een wetje spoedig gereed gemaakt,
behandeld en aangenomen kan worden.
Dan hebben de Militie-vereenigingen af
gedaan, en kan de persoonlyke dienstplicht
in al zjjn strengheid worden toegepast.
De heer Seyffardt heeft zelfs ge
tracht een bezwaar uit den weg te ruimen
door te betoogen dat men er niet be
vreesd voor behoeft te wezen dat na het
vervallen van artikel 14 eenigszins noe
menswaard getal dier vrijwilligers deleger-
sterkte zal koinen vermeerderen, want
zegt hij zij zullen evenals thans groo'e
uitzonderingen blijven.
Indien wij even de aandacht vestigen
op dat vermeende bezwaar van den heer
Seyffardt, dan is het om te doen zien,
hoe geweldig hjj zich zelf tegenspreekt.
Hjj wil de vrijwilligers bij de militie niet
meer in mindering doen strekken van het
aandeel eener Gemeente in de jaarljjksche
lichting en daarvoor zelfs Ie wet doen
wjjzigen, maar bjj de toelichting van dit
voorstel zegt hij, dat die vrijwilligers tot
de groote uitzonderingen behooren. Wan
neer zij dan zulke groote uitzonderingen
zjjn, zoo vragen wij, waarom dè heer Seyf
fardt daarvoor de wet wil veranderen
Bljjkt het niet zonneklaar, dat hjj enkel
gedreven wordt door vjjandschap tegen
hen die van de vrijheid, welke de wet
hun toelaat, gebruik maken om een noode-
looze kwelling te ontgaan
De liberale dwingelandjj gaat toch wat
heel ver door te trachtenwanneer men
met eene dwangwet zijn doel niet volko
men heeft bereikt, die wet kort daarop
gezocht en het verheugt mjj u thans te mogen
begroeten."
Max Beaufort stond voor den jongen man
waarlijk, Charles had wel reden om ijverzuchtig
te zijn op zulk een voorname gestalte.
"Veroorloof mij, u eenige mijner vrienden
voor te stellen. Dallas,// aldus wendde hjj zich
tot een heer, die in zjjne nabijheid stond, //sta
mij toe, u den heer Sarloris voor te stellen,
Tavers, breng den heer Sartoris met uwe zuster
in kennisik zie haar ginds staan bjj d&t
groepje dames. Ik moet mijne dame ten dans
gaan voeren. Heeft iemand uwer mejuffer Her-
bert niet gezien?"
//Die is gauw gevonden Gij behoeft u maar
te begeven naar de plaats, waar de heeren zich
het meest verdringen. Kent u die dame ook ?a
aldus vroeg majoor Travers aan Charles Sar
toris.
„Ik kende haar reeds toen zjj nog een klein
meisje was."
//Werkelijk?" Nu was 't geen wonder, dat
hq er zooeven ontstemd uitzag, dacht majoor
Travers.
Kapitein Beaufort was middelerwijl op Va
lerie toegetreden en zijn scherpe blik had da
delijk iets ongewoons in hare trekken opge
merkt. Onwillekeurig dacht hjj aan Charles.
Kr zou toch geene ernstige verhouding tus-
schen beiden bestaan Beaufort klemde de
tanden op elkaar, terwijl hg zijn arm aan Va
lerie aanbood.
En nu zweefden zij door de zaal Valerie liad
een gevoel, ul»of uare voeten den grond niet
raakten.
nogmaals te gaan verscherpen en zoo een
groot deel van de natie op de grieven dste
wijze te kwetsen.
Maar het voorstel van den beer Seyf
fardt zou ook strydig zijn met de Grond
wet. Waar by in zyn ijver wil verhoe
den, dat de geest der tegenwoordige Mili-
wet wordt miskend, daar ziet hij voorbij,
dat door het opvolgen van zyn plan de
geest der Grondwet zou worden geschon
den. En dat is toch altijd nog erger dan
dat tegen den geest der Militiewet wordt
gehandeld.
In de Grondwet wordt gezegd, dat het
leger zooveel mogelijk moet bestaan uit
vrijwilligers. Dat heeft de heer dr.N uy en s,
voorzitter van de Militie-vereeniging te
Westwoud, iu een adres aan de Tweede
Kamer, op uitstekende wijze betoogd. Ging
nu het plannetje van den heer Seyf
fardt door, dan zou door de overheid
het aantal vrijwilligers worden beperkt,
en dit zou derhalve in flagranten stryd
weien met het duidelijk voorschrift der
Grondwet.
De heer Seyffardt had dan ook beter
gedaan door de Militie-vereenigingen met
rust te laten. Hij zou dan niet hebben
voorbijgezien, dat deze vereenigingen ge
heel in den geest der Grondwet werk
zaam zyn.
Van dit plan afstappende, wenschen wy
nog even de aanlacht te bepalen by het
adres van dr. Nuyens aan de Tweede
Kamer. Het is in krasse bewoordingen ge
steld, maar wij kunnen ons den toon en
den inhoud van het adres uitstekend be-
grypen en stemmen er volkomen mede in.
Niet alleen betoogt dr. Nuyens met een
beroep op de Grondwet, dat bij de Militie-
vereenigingen geenszins sprake kan zyn
van «ontduiking der wet,» maar hij vestigt
ook de aandacht der leden van de Tweede
Kamer op schandelijke toestanden in bet
leger, vooral uit het oogpunt van zede
lijkheid.
Wij willen bier niet herhalen, wat dr.
Nuyens alzoo mededeelt over de keuring
der miliciens en over het gezamenlijk zwem
men. Het zij genoeg, dat, indien alles
waar is wat dr. Nuyens mededeelt
en wy hebben reden om er geen oogen-
blik aan te twyfelen onze zonen in het
leger geen leerschool van zedelykheid door-
loopen, maar blootstaan aan de schande
lijkste zaken.
Volkomen scharen wy ons dan ook aan
de zyde van dr. Nuyens, waar hij zyn
adres besluit:
«Wy zullen, wat ook geschiede, Militie-
vereenigingen blijven oprichten om zoo
te waken over de zedelykheid en godsdienst
//Ik wist wel, dat gij uit het feeënrjjk kwaamt//
sprak hij glimlachend. //Eene fee alleen weet dus
te dansen, neen te zweven.//
De volgende dans was bestemd voor Charles.
Hij trad op Valerie toe, toen zij aan de zjjde
van Max Beaufort bjj een groepje officieren
stond. Aarzelend volgde zjj hem.
//Wees niet boos, Charlie," smeekte Valerie,
terwjjl zjj aan den arm van haar verloofde door de
zaal schreed. //Tehuis zal ik u alles vertellen."
,,Ge zjjt niet vriendeljjk voor me geweest,
Valerie maw vóór alles moet ge mij zeggen,
wie u die bloemen schonk, welke gjj draagt
//Kapitein Beaufort
//Ik daeht het reeds en gjj hebt daaraan
de voorkeur gegeven boren de mijne, die"
//Neen Charles, maar Ah, de dans vangt
aan Maar ik gevoel geen lust tot dansen,
ik ben te vermoeid
Charles geleidde haar in een aangrenzend
vertrek dat geheel verlaten was en zette zich
naast haar neder. Nadat Valerie een vluchti-
gen blik om zich heen geworpen had, begon zjj
op smeekenden toon.
//Ik bid je, Charles, vergeef me Ik weet dat
ik niet goed gehandeld heb, maar ik was be
vreesd hem te bedroeven. Daarbjj dacht ik,
dat gij, als mjjn oude vriend, u daar niets uit
zoudt maken."
//Ja//, antwoordde Charles bitter, //gjj dacht
aan Ie smart, welke gjj hem, den vreemdeling,
zoudt kunnen bereiden, maar gjj vergat het wee,
dat ge mij zoudt aandoen.//
Valerie werd bleek om den weer gloeiend
rood to worden. Zijne beschuldiging was recht-
onzer zonen. Wij zullen u, vertegenwoor
digers van het volk, steeds en zonder op
houden den plicht opleggen, om voor onze
zonen hun rechten, ja, hun heiligste rech
ten, te verdedigen tegen den Minister der
Kroon, tegen het ongeloovig militairiame.
Met de verkiezingen willen wy in den lande
overal onze stem laten hooren, wyl wjj ons
allen tot één bond willen verbindenIn
de eerste plaats zullen wij beletten, dat
onze zonen nog langer als vee worden ge
keurd, nog langer als vee in 't zwembad
worden gedreven, nog langer aan zedelooze
syphiliskeuringen etc. worden onderwor
pen.»
Dit mannelijk woord moge weerklank
vinden in de harten onzer Volksvertegen
woordigers en hen weerhouden van het
goedkeuren eener eventueele wijziging der
Militiewet in den geest van het plan van
den oud-Minister Seyffardt.
Het gaat niet aan om maar telkens ja
en amen te zeggen op hetgeen ons van
liberale zyde wordt aangedaan. Wy moeten
onze rechten laten gelden, waar het li
beralisme ons voortdurend nieuwe plichten
oplegt, die niet geboden worden door de
belangen van land en volk, maar slechts
strekken moeten om de liberale theorie in
haar vollen omvang te doen doorwerken.
Een der bladen wees er dezer dagen te
recht, op, dat onze geheele wetgeving en
het Staatsbestuur van het liberalisme zyn
doortrokken. Het is onze plicht om te be
letten, dat deze liberale zuurdeesem ver
der zyn noodlottige werking uitoefent. Ons
volk is in zijn geheel niet liberaal en duldt
de libeiale theorie slechts, omdat het voor
een groot deel afkeerig is van de politiek.
Maar de reactie kan niet uitblijven. Er
zal een tyd komen, dat met het libera
lisme wordt afgerekend en dat de libera
listische instellingen over boord worden
geworpen om plaats te maken voor eene
wetgeving, die niet indruischt tegen de
heiligste gevoelens van ons volk.
Maar om dien tyd voor te bereiden,
moeten wy wakende zyn en telkens onze
stem verheffen, wanneer het liberalisme
zyn oude kracht zoekt te ontplooien. De
oproeping van dr. N u y e n s tot eenheid
en samenwerking moge dan ook niet te
vergeefs zijn gedaan!
De Koningin-Regentes heeft een decreet
geteekend, waarbjj H. M. machtiging ver
leend aan eene leening binnenlandsche
schuld ten bedrage van een milliard tegen
4 pCt.
De toestand van de Spaansche sol
vaardig, en het meisje gevoelde zich onmach
tig om zich met een enkel woord te verdedi
gen, of hem terug te houden, toen hjj zich
verwjjderde.
Voor de eerste maal was Valerie dezen avond
alleen, maar zjj dacht er niet aan, evenmin als
zjj zag wat er rondom haar voorviel.
Plotseling trof eene bekende heldere stem
haar oor
//Mejuffrouw Herbert, de koningin van den
avond, alleen en verlaten Hoe komt dat
Het jonge meisje kromp ineen, toen zjj in
het schoon gelaat staarde van Max Beaufort.
//Maar voor eenige oogenblikken,// stamelde
zjj zonder eigenlijk te weten wat zjj zeide. //De
heer Sartoris heeft mjj zooeven verlaten."
//Ik zag hem, toen hjj zich verwjjderde//
antwoordde de officier en daarbjj vroeg hjj zich
af, wat Sartoris toch zou gezegd hebbeD, om de
arme kleine zoo treurig te stemmen.
//Hjj is geen getrouw riddersprak hjj
lachend en bemerkte, dat Valerie bjj zjjne woor
den hevig kleurde.
//Neen, ontrouw is hjj niet, dat mag u niet
zeggen// stamelde zjj in stjjgende verwarring.
„U zjjt grootmoedig tegenover een vriend!//
antwoordde Beaulort, terwijl hij sterk op het
laatste woord drukte.
Eigenlijk had hjj geen recht, de vraag te
stellen, welke in den toon zijner stem lag op
gesloten, maar hjj gevoelde, dat hjj de waar
heid moest weten t ieder aarzelen was hem
ondragelijk geworden. I
Valerie's hoofdje was dieper op de borst I
gezonken en verlegen plukte zjj aan haar waaier j
daten op het eiland Cuba moet verschrik
kelijk zyn. De New-York Herald deelt
mede dat op reis naar hun vaderland een
aantal soldaten sterven van de doorgestane
ellende. En dan de levenden! Strompelend,
zwaaiend, elkaar ondersteunend, komen de
jonge krachtige mannen terug, het is een
troep menschen, die meer op geesten ge
lijken. Hun gezichten zijn aschgrauw, de
oogen glazerig en hongerig, de lichamen
mager als geraamten, nauwelijks bekleed
met vervuilde, katoenen vodden, de over
blijfselen van wollen dekens, barrevoets,
enkelen met van gras gevlochten sanda
len aan de voeten en van stroo gevloch
ten hoeden op het hoofd, anderen heBben
een stuk vuil doek om de hoofden.
Het volk ziet dat alles aan, tranen rol
len over de wangen en gedwee onderwerpt
men zich aan het noodlot. De arme repa-
triados!
Te Saragossa heeft eene vergadering
plaats gehad van de vereenigde Kamers
van Koophandel van Spanje, ten einde te
beraadslagen over de verbetering van den
ongelukkigen materieelen toestand des
lands. Eene decentralisatie der provinciën
en het toestaan van een grooteren invloed
aan de Kamers van Koophandel werden
als voorname redmiddelen aangegeven.
De Engelsche Regeering heeft te Bir
mingham groote bestellingen van patro
nen gedaan. De contracten zyn alle drin
gend zoodat alle fabrieken druk werk
hebben. De <King,s Norton Metal Com
pany» heeft de levering van een half mil-
lioen kisten op zich genomen.
In de Fransche Republiek schijnt men
niet te spelen met ondeugende jongens.
In de strafkolonie te Aniane worden
zy, naar eene mededeeling in La Feuille
geïllustreerde bijlage van l'Aurore, mis
handeld. De straffen zyn bijzonder zwaar;
de jongens worden dagen achtereen in
eene vochtige cel opgesloten, de handen
op den rug gebonden en krijgen slechts
eens in de drie dagen warm voedsel. De
kleeding bestaat uit een tweekleurige
hanssop. Een der jongens stierf tenge
volge van de mishandeling der bewaarders;
een ander werd met een stok den arm
stuk geslagen.
Naar aanleiding dezer mededeelingen
zal de socialistische afgevaardigde E.
Fournière eene interpellatie tot minister
Dupuy richten.
Wy gelooven dat hier wel een weinig
overdrijving in het spel is. De jongens
die naar de strafkolonie Aniane worden
gezonden, behooren tot het uitvaagsel der
maatschappij en zullen zeker in den so
cialist Fournière een allesbehalve ge
loofwaardige verdediger vinden.
De President der Fransche Republiek
heeft te Lens de harten der mijnwerkers
tot zich getrokken, nu hij, vergezeld van
den heer Krantz, minister van Handel,
in 't costuum van een mjjnwerker in een
myn is afgedaald ter diepte van 189 meter
Bijna fluisterend kwam het van hare lippen
//Maar hjj is niet mjjn vriend, ik wil zeggen
ik meen dat is wjjwjj zjjn
verloofd
Zij had niet zeer duideljjk gesproken, maar
Max Beaufort had haar verstaan. Haar eigen
mond zeide hem dat zjj de verloofde was van
Charles Sartoris, en zjjne geheele zelf beheer -
sching kon hem niets baten hjj werd doods
bleek. Eenige oogenblikken was hjj onmach
tig om ook maar een enkel woord te uiten.
Valerie vermoedde niet, dat hare woorden hem
als het ware vernietigden en hjj was te edel
om dit te laten bljjken. Ook zoude hjj het
zjjner onwaardig geacht hebben, den band,
welke Valerie met Charles Sartoris verbond, te
verscheuren.
Valerie, die het niet waagde tot hem op le
zien, gaf eer.e verkeerde uitlegging aan zïn
zwijgen.
//U zjjt toch niet hoos op mjj, kapitein
Beaufort Ik zou werkeljjk niet weten, waarom
ik mjjne verloving geheim moest houden," sprak
zjj met onvaste stem.
„Boos zjjn op u P Neen, dat ware ondank
baar U staat mjj immers toe, een vriend, een
trouw vriend voor u te zijn, nietwaar
//Zeker, o zeker," stamelde het jonge meisje.
//Dan vergunt u mjj ook van dit voorrecht
gebruik te maken en n ais vriend te verzoeken
datgene, wat u bedroeft, te vergeten. U zjjt
immers nog veel te jong om reeds te ijden.e
Op lichteD, gedwODgen toon had hij die woor
den gesproken.
Vervol# zie 2iveede Blad.)