N 1 E U W E
2>ag6laó voor OZooró-on Suió-dCollanö.
Groote woorden.
No. 4054
Woensdag 7 December 1898.
23*te Jaargang.
Meisjesdroomen,
BUITKJSLAN 1).
Rusland.
Oostenrijk-Hongarüe.
Frankrijk.
umiismiciDKiiT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Voor het buitenland2,80
Afzonderlijke nummers0.03
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BUREAU: Bt. Janstraat Haarlem;
AGITE MLA NO Ti AGITATE.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cem
Elke regel meer71/»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
Hoe wordt er tegenwoordig, te pas of te
onpas altjjd en overal bjjnageschermd
met de woorden vooruitgang, verlichting,
beschavinggeljjkheid vrijheid broeder
schap Hoe zijn die woorden steeds aan de
orde van den dag Maar ook, van hoevelen
brengen diezelfde woorden de hersenen op
hol en in de war
't Is waar, wèl klinken ze schoon, die
woorden vooruitgang, verlichting, bescha
ving Wèl zijn ze aantrekkelijk voor den
mensch, die uitdrukkingen gelijkheid, vrij
heid, broederschap Maar, och arm, hoe
verdacht schjjnen die woorden en uitdruk
kingen in den mond van degenen, die er
tegenwoordig zoo gaarne mee schermen en
tooverenAls bittere ironie, als scherpe
spotternij klinken die woorden in den mond
van zulke grootsprekers en rumoermakers,
wanneer men de woorden met de daden
van die personen vergelijkt.
Wanneer men een oogslag werpt op de
historie, zien we dan niet, hoe die woorden
vaak de leuze waren van allen, die tot
opstand en oproer aanprikkslden Waren
die woorden niet het wachtwoord by den
zoogenaamden 30-jarigen en 80-jarigen
oorlog? Weerklonken diezelfde woorden
niet als wapenkreet bij de rampialige, ver
nielende Fransche revolutie? Daverde de
wereld niet van het gedruisch dezer groote
woorden, toen het liberalisme zich meester
maakte van de maatschappij en zijn druk
kend dwaDgjuk legde op de schouders der
volken
Onder stroomen van bloed en tranen, ten
koste van de stoffelijke welvaart en zede
lijkheid, ten koste van de wetenschap en
van den godsdienst, is de hedendaagsche
vooruitgang, de verlichting, de beschaving,
vaD den tegenwoordigen tjjd, verkregen ge
worden. Niet omdat de vooruitgang, de
beschaving, de verlichting op zich zelf en
per se een ramp, een onheil is; neen, op
zich zelf zjjn zij een groot goed, want zij
F EP ILL ET 0 H.
31.
(Vervolg).
Hij had zich nauwelijks in een fraaie sofa
nedergevljjdtoenj eene ranke meisjesgestalte
hem naderde. Weemoed, diepe weemoed blonk
in hare oogende jonge man wilde haar harts
tochtelijk in zijne armen drukken, maar zij weerde
hem af.
vValerie,# klonk het van zijne bevende lippen.
irNeen, omhels mjj niet, Charles, want
alles zal tusschen ons uit zijn. Heb slechts een
oogenblik geduldmaar ach, hoe ik ook zin,
de woorden, welke u van rnqn strijd en ljjden
op de hoogte moeten brengen, ik vind ze
niet.//
Hjj staarde haar weienloos aan alle kleur
was van zjjn gelaat geweken, en de stem stokte
in zjjne keel. Valerie echter ging voort op een
tooD, dien alleen de wanhoop haar geven kon.
//Reeds van den beginne af heb ik mjj zelve
bedrogen. Maar was het mjjne schold Ik was
immers nog maar een jong, onervaren kind. Ik
beminde n destjjds, gelijk ik u heden nog be
min als een vriend. Liefde voor u was mjj
immer vreemd. O, Charles, beoordeel mjj niet
te hard maar ik kan u niet
huwen//.
vNu is 't genoeg,// riep de jonge man op
springend. „Uwe opvoeders hebben u niet alleen
geleerd hebzuchtig en listig te wezen, zjj
zjjn gaven Gods. Maar juist, omdat zjj zoo
vaak worden misbruikt, daarom zjjn zij vaak
groote rampen, ontzaglijke onheilen voor
den mensch en voor de menschheid.
Nemen wij eens het onderwijs. Wie zal
durven beweren, dat de vooruitgang in zake
van het onderwijs op zich zelf en per se
afkeuring verdient Ongetwijfeld niemand.
Maar de hedendaagsche toepassing van dien
vooruitgang in zake onderwjjs, het mis
bruik wat gemaakt wordt vaD dien voor
uitgang, voorwaarzij verdienen met alle
recht afkeuring en blaam. Of zien wjj niet
met onze eigene oogen, hoe de menschen
tegenwoordig door het hedendaagsche stel
sel van onderwijs met den dag dommer
en verwaander en krankzinniger worden
gemaakt Ondervinden wjj het niet, hoe het
onderwjjs in liberale handen gebruikt wordt
als een stormram tegen den godsdienst
Zeker, een hooge vlucht neemt in onzen
tjjd de natuurkunde. Maar terwijl deken
nis van de natuur met rassche schreden
vooruitgaat, zinken de kenners al dieper en
dieper in het stof, omdat zjj den blik af
wenden van Hem, die de Heer der natuur,
de Heer van alle wetenschap is. Zjj heb
ben alleen oog voor de gevolgen maar
voor de eerste oorzaak van die gevolgen
sluiten zij hun oogbjjgevolg kunnen zjj
zich niet beroemen op vooruitgang en ver
lichting, maar wèl op achteruitgang, op
vervaarlijken, beklagenswaardigen achter
uitgang.
Om te bewjjzen, hoezeer de stoffeljjke
welvaart hedendaags in de wereld toeneemt
en vooruitgaat, wjjzen de «hoogverlichten»
onzer dagen op de stralende pracht van de
tegenwoordige kleederdrachten, op de goed
koopte van goud en zilver, op de goedkoope
wijze van het vervoer, op de duizenden
koffiehuizen en sociè'teiten, en wat al niet
meer. Maar dezulken vergeten daarbij, dat
hiermee de handelen duizenden handen stil
staan, dat de kleinhandel schier met onder
gang en vernietiging wordt bedreigd, dat
daarom de faillissementen, de bankroeten
vormden u ook nog tot eene lage huichelaar
ster. Ik weet, dat gjj Lawford bemint, niet om
zjjn persoon, maar om zjjn geldkist. Zeker, hjj
is een millionnair, ea ik etn arme drommel
hjj zal u met juweelen tooien, u sieren, u een
schitterend salon doen inrichten, waar alles, wat
groot en schoon heet, samenstreomt, maar ik,
ach ik ik had u slechts op mjjne handen
kunnen dragen. Een ander zal u rjjkdommen
aanbieden, maar u liefhebben geljjk ik, dat zal,
dat kan hij niet.//
Valerie antwoordde niet, en geen enkel maal
beproefde zjj hem te onderbreken. Hjj deed haar
onrecht aan, maar zij moeat het Ijjdeljjk verdragen.
Zóó was 't immers beter, dan wanneer hij de
volle waarheid had geweten, en haar toegeroe
pen //Max Beaufort is 't, die mjj uwe liefde
ontroofd heeft.//
//Hoe, ben ik geen antwoord waard riep
hjj weder op heftigen toon. "Is 't niet waar,
dat gjj slechts te huichelen weet? Is 't niet
waar, dat ge alleen st-eeft naar eer en genot?
dat uw eenige t/cgeerte is gehuldigd te wor
den als aller harten koningin te midden der weel
de, waarmede u Lawford zal omgeven Is 't niet
waar
Het bloed steeg Valerie naar 't hoofd. Ang
stig drukte zjj hare handen tegen haar jagend
hart.
De armen over de borst gekruist, de lippen
saamgeknepen en iets uitdagends in zjjne oogen,
stond Charles Sartoris voor haar. Als verpletterd
liet Valerie het hoofd hangen, maar toch dwong
hare schoonheid bewondering af, zelfs van den
jongen man, die op het punt stond zjjne bruid
aan de orde van den dag, als 't ware mode
zijn, dat het pauperisme schier een alge
meen verschijnsel wordt en dat het socia
lisme als een helsche draak rondwaart
over de wereld van vooruitgang. Derhalve
kan op den hedendaagschen toestand der
wereld met volle recht het spreekwoord
worden toegepastc't Is alles geen goud,
wat er blinkt.» Voorwaar, veel klater
goud blinkt u tegsn maar om het echte
goud van het valsche te onderscheiden,
daarvoor wordt vereischt een goed geoe
fend oog. En juist diteen goed geoefend
oog, helaasdit ontbreekt den meesten
menschen en daarom gaan zij met den
stroom mede en stemmen in met het alge-
meene koor: «hier regeert de vooruitgang,
hier straalt de verlichting, hier zwaait de
beschaving haren machtigen schepter, hier
verspreiden de geljjkheid, de vrjjheid en
broederschap hunne gansten ten toon
De staatkundige meeningen door den
Franechen minister-president Dupuy ont
wikkeld omtrent de interpellatie over de
anarchisten-conferentie, heeft te St. Peters-
burg bij de Regeering en in de Hofkrin
gen een zeer ongunztigen indruk gemaakt.
De woorden van Frankrjjk's eersten minis
ter moedigen de revolutionnaire elementen
aan. Zjjn houding wekt algemeene afkeu
ring en wantrouwen.
De Hongaarsche afgevaardige Frans
Kossuth keeft den Hongaarschen Minis-
ter-president geïnterpelleerd over de rede j
van graaf T h u n, den Oostenrijkschen pre
mier, betrefiende het verdrijven van Oosten-
rjjksche onderdanen uit Duitschland. Kos
suth verklaarde, dat hij niet voornemens
was, zich te mengen in de binnenlandsche
aangelegenheden van Oostenrjjk, doch de
buitenlandsche aangelegenheden zijn ge-
meenschappeljjk en daarom raakt het ook
den Hongaren, wanneer de verhouding der
monarchie tot een vreemde mogendheid ver
andering ondergaat. Graaf T h u n heeft
te verliezen//Waarom echter zoo vroeg
Charles zich in stilte af waarom moest zjj
hare schoonheid veikoopen voor een luttel
gouds?" Dis gedachte maakte hem razend.
//Nog immer zwjjgt geriep hij buiten zich
zei ven van woede. »Gjj bekent dus dat ge uw
hart verkocht hebt voor den snooden Mammon-
dienst. Gjj schenkt uw hart aan iemand, die
verre met u verschilt in stand, en leeftjjd, alleen
om in het bezit te komen van zjjn geld. En gjj
vergeet, dat ge mjj het jawoord geschonken hebt,
dat ik u altoos trouw heb liefgehad en nog
liefheb, dat ik dag en nacht mjjmer over u,
over u Maar ik ben arm en Asthon
Lawford is rjjk. Dat had ik reeds lang moeten
begrijpen doch liohtgeloovig als ik was, en
vertrouwend op het alvermogen der liefde, hoopte
ik tegen alle hoop in, en toen reeds alle hoop
vervlogen was. Uw hart stierf allengskens voor
mjj, uw brieven lieten dit telkens doorstralen
uw gedrag werd immer zonderlinger en
nu, nu verneem ik de kille, naakte waarheid.
En gij lacht, gjj spot nog met mjjn ljjden!"
//Charles, Charles!//
//Ja, gjj pjjnigt mjj en hoont me daarenboven.
Eene diepe wonde hebt gjj geslagen hier, in
mijn hart, en toch moet ik zwjjgen. O, ik wenschte,
dat ik nooit uw huichelachtig wezen gekend
Doch bemind had."
Hij stiet de hand terug, welke zij hem aan
bood, en stormde naar de deur. Eene bezwjj-
ming nabjj greep Valerie zich vast aan de leu
ning van een stoel.
//Charles, moeten wjj zóo seheiden stamelde
zij, hare tranen bedwingend.
medegedeeld, dat de Oostenrijksch-Hon-
gaarsche Minister van Buitenlandsche Zaken
in deze aangelegenheid herhaaldelijk stap
pen bjj de Duitsche Regeering heeft ge
daan en zeer geruststellende verklaringen
heeft verkregen. Niettemin heeft hjj aan
zijn mededeelingen de verklaring toege
voegd, dat Oostenrijk zijn belangen zal we
ten te verdedigen en desnoods tot repre
saille-maatregelen zou overgaan, wanneer
geen voldoening werd gegeven.
Dat is eene bedreiging en bedreigingen
pleegt men in de diplomatieke taal slechts
in het uiterste geval te gebruiken. Men
mag niet dulden, dat de Oostenrijksche Re
geering den Europeeschen vrede op het spal
zet, alleen ter wille van de Slavische be
volking en daarom vroeg de heer Kos
suth der Regeering, of zij wist, of het
antwoord van graaf T h u n was gedaan
met toestemming van graaf Gol uch ows k i,
den gemeenschappeljjken minister van Bui
tenlandsche Zaken. En of zjj in de bedrei
ging van graaf T b u n geen gevaar ziet
voor de hechtheid van het Drievoudig Ver
bond
Op deze vragen is de Hongaarsche pre
mier Zaterdag het antwoord schuldig ge
bleven.
«Laten wjj hopen,» merkt de Vossischs
Zeitung op, «dat baron Bauffy in staat
zal zjjn openlijk te verklaren, dat hjj door
de rede vau graat T h u n evenzeer verrast
is als K o s s o t h, bjj wien hjj zeker in op
rechte vriendschap tegenover het Drievou
dig Verhoud niet achter staat.»
De oneenigheid die jaren lang bestaan
heelt tusschen de Fransche Republiek en
Italië is voor een groot deel uit den weg
geruimd door de gunstige bepalingen van
het gesloten handelsverdrag tusschen deze
landen. Voortaan zullen Italiaansche wijnen
wederinnoemenswaardige hoeveelheden kun
nen worden ingevoerd. De invoer daarvan
was in 1897 tot 7083 hectoliter vermin
derd, terwjjl de import van Spaansche wjj-
nen in de laatste jaren tot 3 000.000 of
4.000.000 hectoliter 's jaars was toegeno
men.
Ook op financieel gebied is de toestand
verbeterd, daar een groot deel der Italiaan
sche schuld in Frankrijk is geplaatst. Fran-
schen zjjn eigenaars van een aanzienljjk be
drag aan aandeden in allerlei Italiaansche
Maar hjj lette uirt op hare woorden, hjj les
op haar gelaat enkel het bewustzjjn van schuld,
zware schuld. Zjj had hem liefgehad, zjj beminde
hem misschien nog maar om den Mammon
verliet zjj hem. Dat was vreeseljjk Hjj wierp
de deur achter zich dicht, en snelde de straat
op, half zinneloos van smart
Plotseling greep hem eene sterke hand bjj de
schouders, en sleurde hem weg voor de raderen
van een rjjtuig, dat in vollen galop door de
atraat rende. Teljjkertjid riep eene forsche man
nenstem hem toe
//Om den drommel, Sartoris, wilt gjj n zei ven
een ongeluk aandoen
Charles sloeg zjjne blikken opwaarts, en
staarde in het gelaat van Max Beaufort.
XVII.
//Wat is er toch gebeurd stotterde Charles,
bleek van schrik. //Waar ben ik dan «igenljjk
//Wjj bevinden ons op straat,// haastte zich
Beaufort hem te antwoorden. „Gjj schjjnt u on
wel te gevoelen, beste vriend, kom, wjj zullen
een rjjtuig nemen.# Hjj wenkte een koetsier
naderbjj. Charles gaf zjjn adres op, steeg met
Max Beaufort in en voort ratelde het huur-
rjjtuig.
„Overste Beaufort, gjj hebt me het leven ge
red,# bracht Charles met moeite uit, en frukte
zjjn gezel de hand.
#Och watIk heb u op een gunstig oogen
blik bjj den schouder gegrepen, dat is alles.#
(Wordt vervolgd.)