N i E I ïïagBlaó voor c Tlooró-on Rotterdamsche Brieven. ,\To. 4073 Vrijdag 30 December 1808, 23ste J aargang. cfcieuwjaars wens alien. BU1TEJSLAN D, Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. Voor het bnitenland Afzonderlijke nummers Dit blad versehjjnt dadelijksbehalve Zon- en Feestdagen. BUREAU: St. Janstraat Haarlem; /1,10 «1,40 «2,80 «0.03 Van 16 regels50 Cent Elke regel meer 71/» Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Redacten r-U itgever, W. KüPPERS. Evenals vorige jaren stellen wij onze Lezers in de gelegenheid in ons Blad van Zaterdag 31 December a. s. een Nieuw jaarsgroet te plaatsen. De kosten daarvan zijn slechts 25 Cents, bjj vooruitbetaling te voldoen, ofwel in post zegels aan ons Bureau over te maken. Hierdoor bespaart men zich zelf veel last, en het personeel der postergen, dat het toch al zoo druk heeft, nog meer drukte, terwijl het doel evengoed wordt bereikt. Advertentiën van dezen aard kunnen van af heden reeds worden ingezonden. 28 December 1898. Het einde des jaars brengt groote plan nen voor onze goede stad: we hebben al ons Witte Huis, de Regentessebrug is ook al een aardig eindje op streek en nu zullen we nog een nieuwe Beurs moeten krjjgen en een nieuw Ziekenhuis Wat het Ziekenhuis betreft, daar is nu nog aanko men aan: dat bagatelletje kan er bij ons best op overschieten maar esn Beurs, waar voor een groot huizenblok in het centrum der oude stad zou moeten worden afgebroken waar halen we de millioenen vandaan? Velen, die ons groote, modern-ingerichte Ziekenhuis aan den Coolsingel kennen, zul len zich 'verwonderen dat dit nog geen ruim te genoeg biedt om zooveel zieken als noo- dig is te kunnen opnemen. En toch op dit oogenblik is ons Ziekenhuis vol, over vol. Dit is nu op den duur een onhoud bare toestand in eene groote stad als Rot terdam, vooral met het oog op het aan zienlijk getal ongelukken, dat er dagelgks voorvalt. Vooral onder diegenen, die werk zaam zjjn aan 't laden en lossen van boo ten aan haven en pakhuizenkomen de meeste ongelukken voor, die eene opne ming in het Ziekenhuis noodzakelijk maken. De gemeente zal dan ook daar, waar het feuilleton. Uit het leven van Danton. (Een Kerstvertelling.) 3. (Vervolg.) //Ter herinnering dan aan het geschenk der herders werd in ons dorp eiken Kerstnacht een schaap door een kind ter kerke geleid. Het was eens groste eer herder te zijn van het Kindje Jeene. Danton richtte nieuwsgierige blikken nsar de verhaalster, die er geen acht op scheen to slaan en aldus voortging //Dien nacht was de herder van het schaap van het Kindje Jesus een kleine jongen met zachte blikken, door iedereen bemind om zijn goed hart en zjjn ocgekunstelden eenvoud. Hij was zeer ingenomen met de hem opgedragen taak en ging trotsch op zjjn schaap, dat ook onberispelijk zijne rol vervulde. //Beiden traden de kerk binnen bjj den aan vang der Mis. Men was aandachtig aan 't bid den, doch men zag er geen kwaad in, de oogen op te liaan om het sshaap en zijn herder te zien. Met innige voldoening wierp men een blik op het zacbtziniige dier en zjjn lieven kleinen geleider, en men luisterde heel zachtjes dat is de kleine Danton; hij is vroom als een engel en zachtaardig als zjjn schaap. Luister niet, viel Danton in de rede, luister niet naar de praatjes dezer vrouw, die goed zijn om een kind te doen inslapen. Zjj bandels- en scheepvaartverkeer het drukst is, namelijk op Feijenoord, een gebouwtje laten zetten, waar dag en nacht genees kundige hulp kan worden verleend. Maar het nieuwe Ziekenhuis zal verrij zen in het Oostelijk deel der stad, dat vroe ger het dorp Kralingen was. Eene groote buitenplaats is er aangekocht en daar zal nu het nieuwe gebouw worden opgetrokken. 't Was toch zoo'n mooie plaats, dat Kra lingen, toen het nog, gescheiden van «de stad,» daar lag in de vreedzame rust van bloeiend, groot dorp. Eene hooge dijk, ie hellingen welig met gras begroeid, ter weers zijden beplant met hooge, krachtig-oude boomen, leidde erheen. Langs dien dijk la gen boerenwoningenhier en daar dorps winkels en vroolgk-groene holjes, met don kere, smalle slootjes erlangs, vol hèl-groen kroos alles jong, sappig zomergroen Heerlgke wandelwegen boden de parken plantages genaamd waar de stedeling zich op vrije zomerdagen met vrouw en kiuderen ging verlustigen nu zjjn ze bijna alle verdwenen of zóó ingekrompen door de altjjd zich uitbreidende stratennet- ten rondom, dat ze op armelijke stads- plantsoentjes geljjken, waar bovendien de lucht wordt bedorven door den vuilen walm uit een groot aantal fabrieksschoorsteenen. Maar de trots en de roem van Kralingen dat waren de buitenplaatsen eenvoudige, rustige landhuizen beneden aan den dijk, met groote grasvelden of grintpleinen er voor en uitgestrekte lommerrijke tuinen erachtertuinen met geurigekleurige bloembeddenmet smalle slingerpaadjes langs stille vjjvers, met broeikassen waar in de tuinman kostbare, vreemde bloemen kweekte, met schitterend-blanke marmer beelden en hooge bloemvazen tusscheu 't donkere groen. En daar midden in, het rustig, lieve landhuis, licht en ruim en ge makkelijk ingericht, des zomers betrokken door den rijken Rotterdamschen koopman met zyne familie, om er volop te genieten van de heerlgke vrijheid en de vreedzame zou u willen wjjs maken, dat ik mij in het vel van een duivel gestoken heb, na mij de vleugels van esn engsl te hebben afgerukt. De onbekende legde hem het stilzwijgen op en hernam z/'t Was met Kerstmis de gewoonte dat het schaap in alle woningen trad, dat bracht geluk aan. Zjjne kleine geleid-er was disn dag de ko ning van het land. Men vroeg hem om allerlei gunsten en wen had de zoets overtuiging, dat de goede God, hierboven, al de zegeningen be krachtigde, welke die aanvallige koning in zijne onuitputtelijke mildheid uitdeelde. Herinnert gij u, Danton, dat een dorpsmeisje tot u zeide: edele koning, ik vraag u, om altoos een mede lijdend hart te hebben en aan de kracht om te lijden den voorkeur te geven boven het voor recht van gelukkig te zijn. Ka de kleine koning antwoordde mjjGij hebt een goed hart, Jeanne 1 't Is toch wsrkeljjk waar lispelde Danton tot zich zeiven sprekend, ,terwijl hij door de ontroering zjjner herinneringen overwonnen werd. //En da kleine koning voegde er big Ik sta u toe altjjd zoo edelmoedig te bljjven als ik u thans ken ik wil zjjn zooals gij en nimmer zal ik weigeren nuttig te zjjn, vooral aan u, Jeanne? Gij hoort het, Danton gjj hebt mij beloofd nooit of nimmer eene gelegenheid af te wijzen om wel te doen en ik ben de kleine Jeanne Gij riep Danton van zjjn zetel opvliegend uit. Ik had het wel gedachtnu herinner ik mjj alles ja, nu staan ze mjj weder voor den geest, die dagen van weleer, die oude kerk, rust van het buitenleven, buiten en toch dichtbij de stad, waar hij zijne zaken had, gemakkelijk met eigen rgtuig te bereiken. Maar toen is de tjjd gekomen, dat zomer op zomer de landhuizen ledig bleven, dat geen vroolgke kinderen dartelden langs de grintpaden of stoeiden op het wijde gras veld vóór het huis, zorgvol in orde gehou den door de altijd bezige tuinlieden. De families kwamen niet meer op het «buiten,» ze gingen liever naar mode-badplaatsen, waar meer verstrooiing te vinden is dan op het stille dorp. En langzamerhand zijn de mooie buitenplaatsen verkocht en de een na de ander gesloopt en op dien grond zijn nieuw-modische stadshuizen ver rezen met burgerlijk-bekrompen tuintjes er achter eujwaar vroeger de jolige eend jes plasten in den wijden vijver en de stille, witte zwanen willoos voortdrevenwroe ten nu ordinaire kippen met hunne steke lige pooten in de zwarte aarde Maar ook de lage dorpshuisjes zijn voor een groot deel verdwenen, de groene hof jes en nauwe laantjes opgeruimd, de schil derachtige slootjes gedempt Kralingen is «stad,» is Rotterdam geworden. Nu is het niet meer geheimzinnig donker langs den dijkde stad heeft er lantarens laten zetten, die nu niet meer, gelijk voorheen» door den veldwachter bij lichte maan zui nigheidshalve worden uitgedraaid «'t gaat beter van een stad af dan van een dorp,» zegt immers het spreekwoord. De oude schoolwaar in vroeger jaren een oude pastoor en een oude dominee sa men schooltoezicht hielden, is verdwenen en heeft plaats moeten maken voor eene naar de eischen des tijds ingerichte open bare of 't er met de «christelijke en maatschappelijke deugden» beter om ge steld is? Zoo zijn ook de menschen «stadsch» geworden alleen achter in «den polder» verweg, wonen nog, op hunne stille hoeven tusscheu hoog, oud-geboomte de oude Kra- lingers, daar kweeken nog op hunne uit gestrekte tuinen de warmoeziers de fijne dat kleine schaap, mjjn grootheid van één dag en mjjne kindsheid zoo rijk aan ongekunstelde vreugde. Wat is dat alles lang geleden thans geleid ik geen schapen meer. Geen ontijdige ontroering, Danton 1 klonk hst uit den mond van een der republikeinen, op wien dit hartverteerend tooneel geen indruk gemaakt had. Ik geleid geen schapen meer, ging Dan ton voort, ik geleid menschen Waarheen Weet ik het zelf wel r Ik deel geen gunsten meer uit met koninkljjke hand: ik teeken doodvon nissen met een hardvochtige hand. Ik ben koniog geweest, Jeanne, riep hij uit, zich tot haar kee- rende, en ik wil het nog wezen, maar alleen voor u, want koningen zijn niet meer van onzen tijd en ik wil ze niet uit 't graf opwekken Uw man alzoo is in do gevangeniswjj zullen hem aan u teruggeven, arme Jeanne Burgers, gij zult het mjj wel niet ten kwade duiden, dat ik voor esnige minuten mijne koninklijke belof ten in den geest terugroep, zeide de president der Conventie al lachende. Wjj hebben niet dikwijls gelegenheid om menschen gelukkig te maken, en om ons van onzen plicht te kwjjten, doen wij meer bloed dan vreugdetranen jetroo- men. Bestriep Camille Desmoulins uitik wil, dat er gezegd worde, dat ik ten minste eens in najjn leven een koning gevleid heb. Ik maak mjj niet meer boos op dien onnoozelen Deau- terive, en ik juich de edelmoedigheid van den president-burger, van den koning wü ik zeggen, van harte toe. Al de aanwezigen herhaalden onder luidge- groenten, die vroeger verschenen op de tafels der rjjke lieden, die de buitenplaatsen be woonden, maar tegenwoordig in de stad wor den ter markt gebracht En op de plaats, waar eertijds de rijken en gezegen- den der aarde genieten kwamen van zomer weelde, komen nu binnenkort arme zieken herstel en lichaamskracht zoeken Zoo verandert alles in de wisseling der tijden iets, waaraan we bijzonder in deze dagen worden herinnerd, nu we met rasse schreden het tijdstip naderen, waarop we gewoon zijn terug te zien op wat de ver- loopen jaarkring ons liefs en leeds bracht. Maar zóo droevig, zóo vol tegenspoed en beproevingen kan ons dit verleden niet ge weest zjjn of we hebben nog altjjd dankens- stof te over, nog reden genoegen om den Allerhoogste dank te zeggen voor wat Zgn Vaderliefde ons schonk aan geluk en zielen- vrede. Moge alzoo het uiteinde van dit jaar voor ons allen zgn een zalig uiteinde België. De Daensisten hebben te Antwerpen een z. g. christen-democraten Congres gehou den, waarin zg de werkmanspensioen-rege ling hebben behandeld. De Staat moet aan eiken werkman van af zjjn 60-jarigen leef- tjjd een frank daags betalen. De belasting- betalenden zijn er goed voor. Openlgk verklaarden de christen-demo craten den oorlog aan de Katholieken. Zjj zullen, vereenigd met de liberalen, radica len en socialisten den strijd beginnen. Het Congres van Antwerpen heeft de chris ten-democraten in hun ware gedaante lee- ren kennen. Een aantal socialisten woonden het Con gres bjj. Abbé Daens was niet aanwezig, maar zijn broeder P. Daens viel de geeste lijkheid van Vlaanderen hevig aan. Om Vlaanderen uit zgn ellende te verlossen wil men het algemeen stemrecht en per soonlijken dienstplicht. Een socialist viel den godsdienst en den eigendom aan en een liberaal verdedigde de evenredige ver tegenwoordiging. Ten slotte werd een beroep gedaan op lach den kreet, zoo onheilspellend in hunnen mond: Leve de koning Danton Jeanne had hare zaak gewonnen en wierp een blik vol erkenteljjkheid op Danton, wien* oogen zich met tranen vulden. De republikein sprak haar minzaam en tee- dar toe, alsof hjj in 't genoegen van zieh met haar te onderhouden het reine geluk van vroe ger dagen, het geluk om voor een oogenblik weer eens de kleine harder en de kleine koning van weleer te wezen, terugzocht. Hjj liet zich door haar inlichten omtrent haren toestand, be loofde over hare veiligheid te zullen waken en zeide nogmaals hjj het afscheid //Morgen, mjjn arme Jeanne, wordt tv man uit de gevangenis ontslagen./» V Wederom bevond zich Jeanne op straat. De hemel was rjjk met sterren bezaaid en de nach- tcljjke stilte bleef in de stad hserschen. De blijd schap der arme vronw stond haar toe met hare gedachten in het verledene te gaan, naar Beth lehem naar de stad van David met hare onvergankeljjke herinneringen en visioenen, 't Sloeg middernacht. Kerstmis werd niet gevierd te Parjjs, in die stad van bloed en verwoesting, maar voor Jeanne was Kerstmis terug gekomen met zjjn stoet van Engelen, den kleinen Jesus uit den Hemel naar de aarde navliegende. 't Was haar alsof zjj weer klein werd en voor het oog haars geestes zweefden gevleugel ie geesten, die den lof zongen van het Kindje Jesus en vrede verkondigden aan de menschen, die van goeden wil zjjn. (Slot volgt.) ,'S. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem PRIJS DER ADVERTENTIEN, AGITE MA NON AGITATE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1898 | | pagina 1