No. 4146.
Maandag 20 Februari 1899
23ste Jaarg
ïïagêlaó voor eSfëooró- en
Verzekering van werklieden.
Onthuld.
BUITENLAND,
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
Italië.
Amerika.
Engeland.
Rusland.
Frankrijk.
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maanden voor Haarlem
f 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
2,80
0,03
Voor het baitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
MiitmENMur
AGUTE MA NON AO-ITATE
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 16 regels50 Cents.
Elke regel meerlxlt»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
-•v*
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale PublicAté Etrangère
G. L DA UBE <f- Co. JOHN., F. JONES Succ., Parts 31bis Faubourg Montmartre.
Tot de onderwerpen van socialen aard,
die in den jongsten tjjd herhaaldelijk ter
sprake komen, behoort de verzekering van
Werklieden tegen invaliditeit en tegen ouder
dom. Het is zeer natuurlijk, dat vereeui-
gingen en bonden van werklieden deze
quaestie bij voorkeur behandelen, omdat
daaraan voor hen groote materieele belan
gen zijn verbonden. Geen enkel degelijk
werkman zal voor deze zaak onverschillig
zijn, want het vooruitzicht om zjjn laatste
levensdagen of tijden van ziekte verhelderd
te zien door eenige geldeljjk ondersteuning
maakt ook het heden voor d-n werkman
aangenamer.
Wij durven hier wel te verklaren, dat
een ieder, die het hart op de rechte plaats
heeft, gaarne zou zien, dat in ons vader
land langs den een of anderen weg eene
regeling tot stand kwam, waardoor de be
doelde verzekering werd verwezenlijkt.
Waar wg over die verzekering thans en
kele gedachten in het midden wenschen te
brengen, stellen wij dus op den voorgrond,
dat het tot standkomen er van door ieder
Rechtgeaard Nederlander wordt gewenscht.
De vraag is nu maar, op welke wijze
zal dit denkbeeld worden ten uitvoer ge
bracht. Hierover werd reeds veel gespro
ken en geschreven. In 't bijzonder denken
Wjj hierby aan de werkzaamheden der
Staatscommissie, welke by Kon. besluit van
31 Juli 1895 was ingesteld en het vorig
jaar haar rapport het licht deed zien. Ook
particuliere personen en vereenigingen heb
ben er hun gedachten over laten gaan en
de literatuur over deze quaestie zou reeds
boekdoelen kunnen vullen.
Het opmerkelijke is echter, dat al deze
beraadslagingen nog niet hebben kunnen
leiden tot een definitief plan, 't welk den
toets der critiek kan doorstaan. Zelfs de
bedoelde Staatscommissie, waarin mannen
van elke richting en van erkende bekwaam
heid zadenis niet tot overeenstemming
kunnen komen omtrent het verwerken van
de door haar opgebouwde voorloopige
grondslagen in een wetsvoorstel. Zij heeft
het rapport van haar werkzaamheden in
gediend, maar heel weinig practisch resul
taat gehad.
De oorzaak hiervan ligt in de moeilijk
heid van zulk eene regeling. Wanneer de
financiën van ons land niet in zulk een
berooiden toestand verkeerden en de be
lastingen niet zoo drukkend waren als thans
het geval is, zou eene dergelijke verzeke
ring niet zooveel voeten in de aarde heb
ben. Op de finaucieele quaestie toch komt
het voornamelijk aan. Over het principieele
FEUILLETON.
7. {Vervolg.)
Op het altaar brandden groote waskaarsen,
die voor de een of andere godsdienstige plech
tigheid aangestoken schenen, en dicht bij den
ingang der kerk stond een hellebardier in zjjn
volle wapenrusting, een mooi type van een
Zwitserschen politieagent, die van tijd tot tijd
met woede en verontwaardiging den kant uit
keek, waar deze luidruchtige menigte zich be
vond, wier gelach en gepraat eene ernstige
beleediging waren voor het huis van God.
Plotseling werd het.geratel van een rijtuig
gehoord, en eene equipage hield voor de deur
der kerk stil. De Zwitser zette de deur zoo
ver mogeljjk open, terwjjl het gelach en gepraat
binnen eensklaps verstomde. Iedereen was
nieuwsgierig, klom op een stoel en leunde op
den schouder van zjjn buurman, terwjjl hjj het
hoofd naar den ingang van de kerk gericht
hield. De personen, die zoo even uit het rjjtuig
wai3Q, gingen nu naar het altaar,
priest'-r hen wachtte. Deze personen
urcij-giaaf Amaury Van Charlery
Vanina T'iatri. Zjj werden gevolgd
liedeD, vrienden, die verzocht
getuigen te dienen bij de hu-
eid.
rn van zjjn oom, noch de raad-
vrienden, waren dus in staat
bezwaar, dat voor dergelijke zaken niet
uit de Schatkist mag worden geput, zou
men zich gemakkelijker kunnen heenzet-
ten, wanneer de jaarlijksche ontvangsten
van den Staat de uitgaven met een aan
zienlijk bedrag overtroffen.
Naar onze meening toch zou er weinig
reden zijn om de medewerking van den
Staat aan dit groot maatschappelijk belang
te verbieden, wanneer 's lands geldmid
delen het veroorloofden. De baten uit de
schatkist zouden werkelijk goed besteed zijn
en het algemeen welzijn er door worden
bevorderd. De vele uitgaven voor armen
zorg zouden dan tot een minimum zijn be
perkt en de algemeenheid van de ver.e-
kering zou ieder denkbeeld van liefdadig
heid verbanneD.
Maar de geldmiddelen van ons land
zijn niet zoo schitterend, dat eene bijdrage
van 8 a 9 millioen gulden per jaarhet
door de commissie geraamde bedrag der
Rijksbijdragevoor dit doel kan worden
toegestaan. En dit levert juist de groote
moeilijkheid op, waar nog bijkomt de vraag,
hoeveel de werklieden zeiven en ook de
patroons in deze verzekering zullen betalen.
Er zijn heel wat berekeningen van ver
schillenden aard gemaakt, nu eens met eene
hoogere bijdrage van den Staat, dan weder
met uitsluitend optreden van den Staat,
maar al deze cijfers hebben geen practi-
scbe waarde,wanneer deStaat buiten machte
is om aan de verwachtingen te voldoen.
Daarom is het, volgens ons inzien, een
verkeerde tactiek om in de tegenwoordige
omstandigheden van de Regeericg te eiscben,
dat zij komt met een voorstel tot regeling
eener verplichte verzekering van werklie
den tegen invaliditeit en tegen ouderdom,
gelijk door her Nederl. Werklieden Ver
bond wordt gewenscht. Op de aanstaande
a'gemeene vergadering van dat Verbond
zal zelfs bet voorstel ter sprake komen om
dezen eisch aan de Regeering te stellen
nóg voor bet uiteengaan dezer Tweede
Kameren dus vóór de algemeene ver
kiezingen van 1901.
Men stelt biermede immers eene onrao
gelijk te vervullen voorwaarde. Het is niet
voldoende om eene wenschelijk geachte re
geling in te voeren maar men moet er
ook de vraag bij beantwoorden, of deze in
voering in de gegeven omstandigheden tot
de mogelijkheden behoort. En dan ant
woorden wij van neen. Waar de Regeering,
ten einde de Begrootiog voor 1899 slui
tend te maken, haar toevlucht moest ne
men tot een paar accynsverboogingen, die
echter sedert weer ingetrokken zijn, daar
kan men haar niet den eisch stellen voor
het volgend jaar op de Begrooting zulk
geweest, hem van dezen zjjn s'and onteerenden
stap te*ug te houden. De gedachte aan de smart
en het verdriet, dat hij zijn oom aandee1 had
den hem evenmin van zjjn noodlottig besluit
kunnen terughouden.
Gedurende de godsdienstige plechtigheid,
zagen de toeschouwers, die nu doodstil toeluis
terden met afgunst en njjd naar de schoone
Vanina, die in haar prachtig wit satjjnen kleed
en bare lichte ontroering verblindender was
dan ooit. Slechts weinigen waren er, die haar
dit geluk gunden en deze moest men onder hare
land- en standgenooten zoeken. Geen der Pa-
ïijsche aristocratische schoonen kon haren wre
vel verkroppen, dat zoo'n goede partij naam
en stand schonk aan eene vreemdelinge, eene
zangeres, eene vrouw nog wel uit de miadere
volksklasse.
Bijna op aller gelaat was de teleurstelling
hierover merkbaar.
Na de huwelijksvoltrekking snelden alle le
den der Italiaanscke opera naar de jonge echt-
genooten toe, terwijl hier en daar de stoelen
omver gestooten werden de mannen drukten
beiden krachtig de hand en voegden daarbij
hunne beste weDschen voor een lang en geluk
kig huweljjk, de vrouwen omhelsden Vanina,
en big deze omhelzingen geraakte haar kapscf
in wanorde en haar trouwkleed werd verkreu
keld.
Het scheen Amaury toe, dat er iets spottends
gelegen was, in deze luidruchtige betuigingen
van sympathie, waarvan hjj en zijne vrouw het
voorwerp waren, en dat er onder hunne vuri
ge gelukwenschen een booze, ironische naklank
een aanzienlijken post te plaatsen, dat zij
niet zal weten, hoe aan de middelen te
komen om de uitgaven te dekken.
Wy deelen dan ook geenszins de ver
wondering van het Alg. Ned. Werklieden-
Verbond, dat de Regeering zich bij de
jongste begrooting van eenige stellige toe
zegging omtrent de verzekering van werk
lieden heeft onthouden. De Regeering Aan
eenvoudig niets beloven in dien geest.
Al mogen haar vrienden aan den werk
man hebben voorgespiegeld, dat de tegen
woordige Regeering het sociaal program
der vooruitsirevenden zou verwezenlijken,
waarin natuurlijk ook de verzekering van
den werkman was vervat, de Regeering
zelve is absoluut niet bij machte om meer
uit te richten dan zij tot nog toe heeft
gedaan.
Dit ligt natuurlijk niet aan de personen
van onze Ministers, maar alleen aan hun
politiek standpunt. In de eerste plaats
zouden onze financiën er beter hebben uit
gezien, wanneer de minister P i e r s o n zij n
zoogenaamde belastinghervorming achter
wege had gelaten. En in de tweede plaats
zouden de geldmiddelen van ons land aan
zienlijk versterkt zijn geweest, wanneer de
zoo gewenschte herziening van het tarief
van invoerrechten in protectionistischen
geest had plaats gevonden.
Maar dit kon men van de tegenwoordige
Regeering niet verwachten. Zij is met
professor Piers on aan het hoofd de vrij
handelstheorie toegedaan en kan haar af
komst niet verloochenen door maatregelen
van beschermenden aard voor te stellen.
Logisch volgt hieruit, dat versterking der
Rijks-inkomsten onder deze Regeering eene
illusie is, want langs anderen weg is aan
geen vermeerdering der inkomsten te den
ken. De directe belastingen zijn zoo hoog
mogeljjk opgevoerd en van de draagkracht
der ingezetenen kan niets meer worden
geëischt. En waar nu het financ'eel even
wicht op d t oogenblik met kunst- en
vliegwerk wordt bereikt, daar is dus niet
te denken aan sociale wetten, die millioenen
zullen verslinden. Hieruit blijkt, dat het
juist de politiek der Regeering is, die
haar belet om op sociaal gebied zoodanig
werkzaam te zijn als zij misschien wel
zou wenschen.
Brengt men het hier aangevoerde met
elkander in verband, dan komt men tot
het resultaat, dat omtrent de verzekering
der werklieden tegen ouderdom en tegen
invaliditeit aan de Regeering wel eischen
gesteld kunnen worden, maar dat zij niet
in staat is daaraau te voldoen. Dat zal
alleen kunnen geschieden door eene Re-
geer ng, die meer oog heeft voor de be-
verborgen lug, die hem plotseling den vloek
in herinnering bracht, waarmede zjjn oom hem
bedreigd had, toen hjj hem voor altijd uitzjjne
tegenwoordigheid verhandde. Wat meer is,
bjj gevoelde zich zelfs gekrenkt en vernederd
in zjjne waardigheid, toen hjj boorde, hoe deze
zangers en zangeressen Vanina, zijne vrouw,
met gij en je toespraken, en zich in zijn oog
nog veieriei andere gemeenzaamheden veroor
loofden.
Vol ongeduld, geprikkeld, en in een slecht
humeur, antwoordde hij op al deze gelukwen
scheu met eenige niets beteekenende woorden,
en leidde Vanina zoo spoefig mogeljjk naar
zjjn rijtuig, dat aanstonds in snellen galop weg
reed naar het hotel, dat hjj op den Boulevard
Montmariie gehcurd had. Thans verlieten ook
nieuwsgierigen en belangstellenden de kerk en
een kwartier later had alles in deze wjjk Tan
Parjjs weer zijn vroeger aanzien herkregen.
V.
Eenige dagen na zijn huwelijk ontving de
jonge burchtgraaf Van Charlery, door tusschen-
komst van een notaris het bedrag van het
fortuin, dat hem zjjn vader nagelaten had, en
dat de markies Van Sassenage tjjdens zijne
minderjarigheid beheerde. Dit vermogen vond
Amaury zooals het geweest was op den dag
toen bij wees werd, maar vermeerderd met
den interest zijn oom had er zelfs de kosten
voor zijn onderhoud en zjjn opvoeding niet af
getrokken.
De rekening, die het bedrag inhield, ging
langen van industrie en landbouw, want
zulk een Ministerie zal tot bescherming
dier takken van volkswelvaart een inko
mend recht heffen van buitenlandsche pro
ducten, daardoor de schatkist stijven en
in ieder geval dus financieel beter bij
machte wezen om op sociaal gebied werk
zaam te zijn dan de tegenwoordige Re-
geeriog.
De werklieden, die dus van deze liberaal-
radicale Regeering groote verwachtingen
hebben gehad, zijn deerlijk teleurgesteld.
Hoe schoone plannen de liberalen zich
gewoonlijk voorstellen te verwezenlijken,
hun eigen beginsel staat hun daartoe altyd
in den weg. Dit is ook nu weder het
geval geweest. Opgetreden als sociaal Kabi
net bij uitnemendheid, wordt het thans
door velen gedoodverfd als een Cabinet
d'affaires, dat de zaken gaande heeft ge
houden, maar van de vraagstukken van
den dag al heel weinig tot oplossing heeft
gebracht,.
Er zijn tegenwoordig 57 kardinalen,
waarvan er slechts vijf door P i u s IX be
noemd werden, de anderen zyn allen tot
die waardigheid verheven gedurende het
Pontificaat van Leo XIII. Meer dan de
helft (30) zijn Italianen 9 Oostenrijkers,
Duitschen of Polen 3 zijn Britsche on
derdanen (2 Ieren van geboorte). 4 Spaan-
scheu, 2 Portugeezen, 1 Belg, 7 Franschen
en 1 Amerikaan. Er zijn in gemeenschap
met Rome 14 patriarchen en 971 Aarts
bisschoppen en bisschoppen met zetels. Het
totale aantal bisschoppen, zij lie bedankt
hebben en die met titulaire zetels inbe
grepen, is 1284.
Z. H. de Paus heeft met Nieuw
jaar 300.000 franks van eene Fransche
dame voor de St.Pieterspenning ontvangen.
Een niet-katholieke dokter iD Amerika,
die de oorlogen van den laatsten tijd heeft
meegemaakt, geeft over het werk der Lief
dezusters in de hospitalen en op het slag
veld het volgende merkwaardige getui
genis: «De liefdezuster kent geen andere
ambitie dan haren plichtrustig en zwij-
gend brengt zjj de haar gegeven orders
ten uitvoer, met nauwkeurigheid, regel
maat en leerzaamheid. Geen offer is haar
ooit te groot, geen inspanning te zwaar.»
Hoeden at voor zulke heldinnen.
Het Katholieke Engeland telt volgens
de Catholic Diretory voor 1899 één kerke-
lyke provincie, waarvan de Aartsbisschop
van Westminster de metropolitaan is, en
vijftien suffragaan-bisdommenhet land
van Wales telt een bisdom met Manévia
tot zetel, den 12 Mei 1898 als zoodanig
vergezeld van een brief, waarin de oude edelman
zijn neef ten strengste verbood, voortaan den
drempel zjjner woning te overschrjjden, waar
zjjne kindsheid en jeugd zoo gelukkig en zonder
kommer voorbijgegaan waren.
De vader van Amaury had het grootste deel
zjjaer goederen verbeurd verklaard gezien,tjjdens
de geweldige revolutie, en alles wat hij bjj zijn
terugkeer in Frankrijk van zijn fortuin had
kunnen herkrjjgen, beliep slechts een twintig
duizend franks rente, waarvan zjjn zoon op dit
oogenblik kon genieten.
Met de noodige orde en spaarzaamheid bij
hunne uitgaven, zou dit vermogen voldoende
geweest zjju voor de behoeften van het jonge
huishouden,
De burchtgraaf had zjjne vrouw er niets van
gezegd, hoe sterk de markies Van Sissenage
1 legen hunne vereeniging gekant was geweest,
evenmin als van zjjne bedreiging om hem te
onterven indien het huwelijk doorging.
Hjj geloofde ook niet, dat deze bedreigingen
ooit werkeljjkheid zouden worden, en hjj hoopte
dat mettertjjd het gevoel van wrok van zjjn
oom wel slijten zou.
Vanina Piatri kende dus den werkeljjken
geldelijkea toestand van haar man nietzjj
meende, dat hjj rjjk was en wist bovendien dat
de oude edelman een aanzienlijk fortuin bezat,
dat hun eens zou toebehooren. En zooals de
lezer weet, was het slechts het vooruitzicht op
eene schitterende toekomst, en het bezit van
een schoonen naam, die de zangeres hadden
doen besluiten den burchtgraaf als echtgenoot
aan te nemen, want in werkeljjkheid gevoelde
opgerichtSchotland vormt twee kerk
provincies (St. Andrew en Edinburg) met
vier suffragaan-bisdommen en een aarts
bisdom (Glasgow). In Engeland en Schot
land te zamen wonen 3212 priesters;
in Engeland anderhalf millioen, en in
Schotland 365,000 katholieken. Ierland
alleen telt vier aartsbisdommen en 23
suffraganen. In geheel het Britsche rijk,
met de koloniën er bij, worden ongeveer
tien en een half millioen Katholieken ge
vonden.
De Czatir heeft bevolen heel vrede
lievend een nieuw legerkorps van 10.000
man naar de Chineesche grens te zenden.
Die troepenmassa mag echter niet ver
zuimen, wat kruit en kogels mede te nemen
om als het te pas komt, heel vredelievend
met de Chineesjes te spelen.
Dezer dagen wezen wjj er op hoe diep
de Rechterlijke macht in de Fransche Re
publiek is gedaald.
Wat de schoolbroeders te Rijssel wordt
aangedaan en hoede broeder-leeraar F1 a-
m i d i e n, verdacht en gemarteld wordt,is be
kend en wijst opnieuw op het zedelijk verval
der rechtsmacht. Uit het zeer ernstig inge
steld onderzoek is gebleken dathij onscb uldig
is en toch houdt de brave Frausche justitie
te Rijssel, ter wille van het canaille met
den straatmaker-burgemeesterresidee-
reude in een gemeene jeneverkroeg, aan
het hoofd, den schoolbroeder gevangen.
En hoe treedt de Fransche Justitie elders
op, waar geen Roomsche Kloosterbroeder
te martelen is, maar waar een onzede
lijke schavuit moet gepakt worden? Waar
om gaat zy niet naar de openbare school
van Montendre waar de kinderen een el
lendeling beschuldigen van onzedelijke
aanslagen op hen gepleegd. De vader van
een mishandeld kind heeft eene schrifte
lijke aanklacht ingediend reeds eene week
geleden, zonder dat ook maar het minste
onderzoek wordt ingesteld.
De beschuldigde kerel is nog niet eens
ondervraagd en het hoofd der school even
min.
De Franschen mogen wel uitroepen
O, gerechtigheid, waar zyt ge in ons land
te vinden
Het is eene schande zooals te Marseille
het gemeenste volk uit de achterbuurten
naar de Katholieke inrichtingen is getrok
ken en zelfs in 't Sint Ignatius-gesticht
alle ruiten heeft verbrijzeld; hoe het ge
peupel een priester achtervolgde en met
steenen heeft geworpen. De politie kwira
hier natuurlijk te laat om de ellendige
aanranders bij den kraag te nemen.
Tijdens de vastenavond-feesten te
Tunis hebben een paar jodenjongens van
16 en 19 jaren als clowns verkleed, het
Fransche leger op beestachtige manier
willen bespotten. Deze twee zyn met snel
recht voor dat gepleegd schandaal ver
oordeeld. Een werd 2 jaar gevangenis
straf en 500 franks boete ea de andere
18 maanden gevangenisstraf en 300 franks
boete opgelegd.
zij niet de minste genegenheid voor den jongen
onbezonnen mar, die alles opgeofferd had. Als
eene geboren tooneelspeelster zette zjj de rol,
die zjj in bet theater te vervullen had. in het
werkeljjke leven voort, door Amaury innige
betuigingen van genegenheid te veinzen.
Trotsch en gelukkig, dat zjj den titel van
burchtgravin droeg, en vast rekende op de er
fenis van den markies Van Sassenage, verstond
zjj het, om in de wereld een stand op te hou
den, die in overeenstemming was met hare
maatschappelijke positie.
Het leven voor Vanina en Amaury vloog
dus voorbjj onder eene afwisseling van allerlei
genoegens, die een verbljjf te Parjjs kan aan
bieden.
Dit weelderig leven maakte natuurljjk eene
groote bres in het fortuin van den jongen
burchtgraaf, en zjjn geldeljjre ondergang was
onvermjjdeljjk.
Esne gebeurtenis, die in een niet ver ver-
wjjderd tijdstip zou plaats hebben, bracht Amua-
ry tot ernstiger gedachten over zjjn toestand
en voor de toekomst, die hun wachtenhjj
zon vader worden. Met een kind zouden nieuwe
zorgen komen, de uitgaven vermeerderen, eu
hjj moest toch ook aan de toekomst van zjjn
zoontje of dochtertje denken, dat Vanina hem
zou schenken. Gelukkig in het vooruitzicht
van zjjn vaderschap, begon hjj weer hoop op zjju
oom te krijgen.
Wordt vervolgd.)