No. 4134.
Maandag 13 Maarl 1899.
23ste Jaa
HbagBlaó voor eSlooró- on ££uió~éCollanó.
De vergulde pil.
Onthuld.
BUITBNLAN D,
Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het baitenland 2,80
Afzonderlijke nummers 0,03
Dit blad verschjjnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
c BPËÏSS
Van 16 regels50 Cents.
Elke regel meer7Ht»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etrangère
G. L DAUBE 4' Co. JOHN., F.JONES Swcc., Pans 31 its Faubourg Mcntmartri.
De Minister van Binnenlaudsche Zaken
heeft geantwoord op de aanmerkingen, die
in de Afdeelingen der Tweede Kamer zijn
gemaakt op zpn ontwerp tot regeling van
den leerplicht.
Wjj zijn niet buitengewoon benieuwd
geweest naar dat antwoord, daar men geen
profetischen blik behoefde te bezitten om
te kunnen voorspellen, in welken geest
de gemaakte bedenkingen zouden worden
weerlegd. De bezwaren tegen de leerplicht
wet waren groot en van zeer ernstigeD
aard. De Minister heeft de beteekenis dier
bezwaren trachten te verkleinen en voorts
heeft hij veel water in den leerplicht-wijn
gedaan. Maar met dat al is het hem niet
gelukt de bezwaren uit den weg te ruimen
en den leerdwang aannemeljjk te maken.
Waarom wjj ons in de eerste plaats niet
vereenigen kunnen met dit wetsontwerp,
heeft de Minister zeer goed gevoeld, waar
hp in de Memorie van Antwoord de grief
beRtreed, dat het wetsontwerp eene zedelijke
en natuurlijke verplichting der ouders om
zet in een Staatsplicht en voorts ongegrond
noemde de vrees, dal daarvan het gevolg
zou wezen verzwakking van de zedelijke
constitutie van ons volk.
Zeer zeker wordt door liet leerplicht-
ontwerp de beteekenis van het ouderlijk
gezag aangetast. Aan rechtgeaarde ouders
wordt hier door den Staat eene verplich
ting opgelegd, die buiten de bevoegdheid
van de overheid gaat. De ouders weteD,
dat zij de zedelijke verplichting hebben,
om te zorgen, dat hun kinderen in geen
enkel opzicht worden verwaarloosd. Zjj zjjn
de natuurlijke beschermers van hun kinde
ren. Zjj voorzien hun kroost van voedsel
en kleedingwaken voor hun veiligheid,
beschermen hen tegen gevaren en dragen
ook zorgdat zjj op later leeftjjd tegen
den strijd om het bestaan voldoende ge
wapend zjjn. Een onderdeel van die alge-
meene zorg is het onderwjjs, dat door de
ouders kan worden opgedragen aan daar
toe bevoegde onderwijzers, omdat zij voor
het groote meerendeel geen tjjd en gele
genheid bezitten zelf die taak geheel te vol
brengen.
Daar het onderwjjs van groot belang
wordt geacht voor de ontwikkeling der
jeugd heeft de Grondwetgever bepaald
dat overal in het Rjjk gezorgd moet wor
den voor voldoend lager onderwjj». Hier
van kannen dus de ouders hun kinderen
laten genieten, maar dit sluit niet in zich,
dat de Staat nu ook de ouders kan dwin
gen van dat onderwijs door hun kinderen
gebruik te doen maken. Ind'en de over-
FE VIL LET ON.
{Vervolg.)
Toen zeg deze het vreeseljjk tooneel in de
kamer zag, was hjj eene onmacht nabjj. Hij
zonk op de knieëa naast het bed neder en bleef
geruimen tijd overstelpt van smart liggen. De
gerechtsdienaars, die deze overstelpende smart
eerbiedigden, vroegen zich af, of zjj waar of
geveinsd was.
Mijnheer de burch'graaf, sprak de rech
ter van instructie, toen hjj zag, dat Amaury
wat kalmer geworden was, wees zoo goed, te
antwoorden op eenige vragen, die wjj u zul
len doen met betrekking tot de treurige ge
beurtenis, die hier plaats gegrepen heeft, en die
ons om uwentwille zeer in moeilijkheden brengt.
Ik dank u, mjjne heeren, voor de sym
pathie, ük gjj mjj betuigt, antwoordde Amau
ry. Toen ik hier kwam, was mijne bedoeling
dan ook, mij geheel te uwer beschikking te
stellen, om het gerecht zooveel megeljjk inlich-
geve-—
■rij cl, of de markies Van Sasse-
Qr A bsu, op wie eenige verdenking
n f
"n Oo. leefde zeer afgezonderd, en de
enniséiL, die ik ooit b|j hem gezien
bihooren allen tot den hoogsten adel, lie-
dia eene eereplaats in de letteren of het
r bekleeden.
heid s'echts overal zorgt voor de gelegen
heid om lager onderwjjs te kunnen ont
vangen, dan is daarmede haar taak geëin
digd, en kan zjj niet, omdat haar onderwijs
lang niet overal in den smaak valt, gaan
decreteeren, dat de ouders verplicht zijo er
gebruik van te maken. Daarmede treedt
de Staat op het eigenaardig terrein der
ouderljjke macht en, wanneer de leerplicht
wordt ingevoerd, dan maakt hij inbreuk
op een recht, dat uitsluitend aan de ouders
toebehoort.
In de practjjk moge het stelsel van den
leerplicht misschien neerkomen op hetgeen
gewenscht wordt door ieder, wien het wel-
zjjn van ons volk ter harte gaat, wij mogen
echter het beginsel niet aanvaarden, dat
de Staat in dit opzicht aan de ouders de
wet voorschrjjft.
Waar de moderne Staat allengs een vol
komen godsdienstloos karakter aanneemt,
kunnen geen geloovige ouders het goed
keuren, dat hjj een meer directen invloed
verkrjjgt op de vorming der jeugd. Het
feit alleen, dat de Staat voorschriften geeft
omtrent de opvoeding der kinderen, is voor
ons voldoende reden om elke wet op den
leerplicht verwerpelijk te achten, hoe goed
en noodig wij het ook vinden, dat de kin
deren op degeljjke wijze voor hun laier
leven worden gevormd. Oudersdie hun
kinderen liefhebben, laten zich maarniet
zoo gemakkeljjk hun zedeljjke verplichtin
gen ontnemen, en dit te minder, waar het
de Staat isdie op het volbrengen dier
moreele plichten strafbepalingen wil vast
stellen.
Nu komt de minister wel met de ver
klaring, dat de bedoeling van zpn leer
plicht-ontwerp is om de ouders te verhin
deren zich straffeloos aan den plicht der
opvoeding te onttrekken. Maar dan eischt
de consequentie, dat de Staat zich ook gaat
bezighouden met andere deelen dier op
voeding en aan de ouders de verplichting
voorschrjjft hun kinderen voldoende te voe
den en te kleeden en de gelegenheid opent
om die voeding en kleeding kosteloos te
ontvangen, wanneer de ouders geen mid
delen bezitten om hun kinderen naar be-
hooren daarvan te voorzien. Op dien weg
voortgaande, komt men tot de zeer natuur
lijke gevolgtrekking, dat de Staat ook zal
hebben te beslissen, hoeveel boterhammen
een jongen 's morgens moet ontvangen,
welke kleederen hjj zal hebben aan te trek
ken en dergeljjke zaken meer. Zulk een
ingrjjpen stuit ons tegen de borst en ver
kracht zoodanig het beginsel van de ouder
ljjke macht, dat wij in geen geval kunnen
goedkeuren, dat op dien weg de eerste
stap wordt gezet.
Daarom, mjjae heeren, indien ik mjjne mee
ning vrij uitspreken mag, staan wjj hier tegen
over een moordaanslag, waarvan diefstal alleen
de oorzaak geweest kan zjjn.
Wjj deelen uwe meening niet, in dit
opzicht, mjjnheer de burchtgraaf, antwoordde
de procureur op vrjj driftigen toon. Volgens
ons inzicht is de man, die uw oom gedood
heeft, geen misdadiger van beroep
Wat wilt gjj daarmede zeggen, heeren
vroeg Amaury, terwjjl hij de gerechtsdienaars
strak aanzag.
Sedert eenigen tjjd, is niet? mjjnheer,
hernam de rechter van instructie, was de ver
standhouding tusschen a en uw oom niet van
de besta, ondat gij eene zangeres, Vanina Piatri
genaamd, gehuwd hebtzooveel ten minste
heb ik kunnen begrijpen uit de brieven, die
door u geschreven zjjn, en die ik in deze kast
teruggevonden heb.
Ik behoef u, heeren, eene zaak, die alge
meen bekend is, niet te verbergen, antwoordde
de burchtgraaf op koelen toon. Maar omdat
ik niet begrjjp, welk verband er kan bestaan
tusschen dit feit en den moord op den markies,
verzoek ik u, mjj over dit punt niet verder te
ondervragen.
Mjjnheer Van Charlety, gjj zjjc hier ge
komen, om ons inlichtingen te geven, hernam
de rechter op strengen toon, wjj doen ons best,
alle punten, die ons donker en geheimzinnig
voorkomen in dit treurspel, op te helderen.
Ik verzoek u daarom beleefd, ons daarbjj
zooveel mogeljjk te helpen.
Heeren, antwoordde Amaury, ik erken,
Wij erkennen het volkomen, dat het
ontwerp allereerst moet strekken tot be
scherming van kinderen, die niet voor
zich zelf kunnen zorgen en eene treurige
toekomst tegemoet gaan, wanneer zij ver
stoken blijven van de elementaire kennis,
die in den bestaanden maatschappeljjken
toestand voor allen noodig moet worden
geacht. Doch met deze phrase verdedigt
men nog niet het door ons gewraakte in
grijpen van den Staat. Er zijn zooveel
meer zaken, die nuttig zpn voor de geheele
of voor een deel der samenleving, maar
die wij toch niet van den Staat kunnen of
mogen verwachten. Het mag er niet toe
komen, dat de Staat reglementeert, wat
voor zijn burgers door eene t jjdeljjke Re
geering goed of wenschelijk wordt geacht.
De Staat heeft er slechts voor te waken,
dat de belangen van den een niet in bot
sing komen met die van den ander, zoodat
de vrijheid der burgers wordt gehandhaafd
zonder die van anderen te belemmeren.
Het is daarom toe te juichen, indien de
overheid zedelijke middelen- aanwendt om
het schoolbezoek te bevorderen. Hij mag
de noodzakelijkheid van goed onderwijs
voor allen in het licht ste'len en is zelfs
verplicht om dat onderwijs overal, waar
zulks noodig bljjkt, te bevorderen, maar
dwang mag hij niet uitoefenen, want dan
randt hij het heilig recht der ouders aan
en miskent hij het ouderlijk gezag.
Dat in andere landen de leerplicht reeds
burgerrecht heeft gekregen is voor ons
nog geen reden om dezen dwang eveneens
te gaan invoeren, en de verwachting, dat
de maatregel meer populair zal worden
naarmate hij langer zal zijn toegepast, is
op geen enkelen redelijken grond geba
seerd. Het verzet moge allengs minder
worden, het verkeerde van den maatregel
wordt daardoor niet opgeheven.
En wat heeft de Minister nu gedaan om
de pil te vergulden en om den leerplicht
zoo smakeljjk mogelijk te maken? Hij heeft
ervan af gezien om den leerplichtigen leef
tijd tot het 13e jaar te doen voortduren
en stelt zich thans tevreden met het door-
loopen van een zesjarig leeroursus, zoodat
een kind, 't welk op zesjarigen leeftijd ter
school is gekomen en voldoende vorderin
gen heeft gemaakt, reeds op den ouderdom
van 12 jaar niet meer leerplichtig zal zpn.
Wat echter die zoogenaamde concessie heeft
te maken met het door ons afgekeurde be
ginsel van den leerplicht, verklaren wij ons
niet te kunnen begrijpen. De Minister heeft
daarmede enkel zpn eigen ontwerp verwa
terd, zonder er een tegenstander van den
leerplicht mede te bekeeren.
Voorts heeft de Minister eene lofrede ge-
dat het gerecht soms zware eischen stelt, waar
aan meu zich moet onderwerpen. Daarom ben
ik gereed, op uwe vragen te antwoorden.
Ik dank u, voor uw goeden wil, mijn
heer Van Charleiy, sprak een der gerechts
dienaarsDij bezat zelf geen groot ver
mogen, ging hjj voort, en gjj hebt uw oom
zelfs geldeljjken steun gevraagd.
Later hebt gij eene betrekking bjj het Mi
nisterie van Buitenlandsche zaken aangenomen,
om in eene oogenblikkeljjke geldverlegenheid
te voorzien
Ik moet erkennen, dat deze bewering vol
komen juist is.
Heeft mijnheer de markies u tengevolge
van uw huweljjk niet gedreigd te onterven, en
zijn vermogen aan vreemden te vermaken
Inderdaad, heeren, mjjna vereeniging met
haar, die nu mijne vrouw is, had hem zooda-
nig tegen mjj verbitterd, dat ik voor goed af
stand gedaan heb van de hoop eens de erfge
naam van mjjn oom te worden.
En weet gjj ook, of hij met betrekking tot
zjjn vermogen, reeds testamentaire beschikkin
gen had gemaakt
Daar weet ik volstrekt niets van.
Maar ik geloof het, hjj had ten minste een
testament opgesteld, dat, bjj gebrek aan andere
wilsbeschikkingen, als een geldig stuk had kun
nen doorgaan.
Denkt gjj dat? riep Amaury uit op ver
baasden toon. En waarop grondt gjj deze ver
onderstelling En wat is er van dit testament
geworden
Mjjnheer de markies Van Sassenagehad
houden op bet bjjzonder onderwps zeer
waarschijnlijk ook al met de bedoeling om
den leerplichtpil te vergulden. De wet van
1889 (van den minister M a c k a y) zegt
de minister Borgesi us heeft goede vruch
ten afgeworpen. Voorts bekent hij, dat door
groote krachtsinspanning van een deel
der natie naast het openbaar onderwps een
bloeiend bijzonder onderwijs zich heeft ont
wikkeld, dat door eene Regeering, die de
belangen van bet geheele volk heeft te be
hartigen, niet mag worden geïgnoreerd. Ook
verklaart hij, dat de gelden, uit de Staats
kas voor het bijzonder onderwijs ten koste
gelegd, goed zijn besteed en gestrekt heb
ben het bijzonder onderwps tot een hooger
peil op te voeren.
Wij zijn dankbaar voor die erkenning,
ook al hadden wjj ze uit de pen van den
minister B o r ges ius niet noodig gehad
om van de waarde van het bjjzonder onder
wijs overtuigd te wezen. Maar wat deze er
kenning beeft te maken met zijn voorstel
tot invoering van den leerdwang, is ons
al weder niet duidelijk, tenzij de Minister
ook daarmede heeft getracht onder de vrien
den der bjjzondere school voorstanders te
winnen voor zpn ontwerp.
Het is dan ook onze vaste overtuiging,
dat de Minister in zpn Memorie van Ant
woord op het vers'ag der Tweede Kamer
er niet in geslaagd is een der motieven
tegen zijn ontwerp te ontzenuwen of een
der grieven uit den weg te ruimen. Hij
heeft zooveel mogelijk zijn best gedaau
om aan den leerplicht het hatelijk karak
ter te ontnemen, maar het is hem natuur
lijk niet mogen gelukken de bezwaren
tegen het beginsel uit den weg te ruimen.
Deze bezwaren zpn blijven bestaan met
onverzwakte kracht. Zp gelden in dezelfde
mate tegen het gewijzigd als tegen het oor
spronkelijk ontwerp en wjj bljjven daarom
hopen, dat de meerderheid onzer Volksver
tegenwoordiging er haar goedkeuring niet
aan zal hechten. De leerplichtwet zou een
der slechtste wezen, welke liberals dwang
ons zou kunnen opleggen.
Italië.
Z. H Leo XIII heelt door tueschen-
komst van Z. Em. Mgr. Rin aldini ver
tegenwoordiger van den H. Stoelte Brussel,
aan koning Leopold het verlangen doen
uitdrukken van vollledig op de hoogte
gehouden te worden van den gang der
ziekte van de Koningin. Alle dagen worden
er berichten aan het Vaticaan ontvangen.
Men zal zich nog herinneren dat Z. H.
de Paus in 1893 de Gouden Roos aan de
Koningin der Belgen geschonken heeft.
Z. H. Leo XIII is bezig met een
zjjn uitersten wil maar, zooals ik reeds zeide,
nog slechts opgeschreven in dit aan teekenboekje,
dat wjj wee'gevonden hebben in eene mand
daar onder het schrijfbureau.
De bladzjjde, of bladzijden, waarop hjj zjjoe
testamentaire beschikkingen geschreven had,
zijn eerst kort geleden uitgescheurd, misschitn
dezen nacht wel en zonder twijfel door den
moordenaar zelf.
Door den moordenaar van zjjn oom her
haalde Amaury verbaasd, terwjjl bjj de woor
den langzaam na zeiMaar welk belang
kon er de schuldige bjj hebben, om juist die
bladzijde uit te scheuren waarop de markies,
volgens uwe meening, zjjne uiterste wil geschre
ven had
Het vervolg van het onderzoek zal het
ons misschien aantoonen Maar zie zelf
eens
Een stuk van het uitgescheurde blad is aan
den rug van het boek bljjven zitten, sd op
dit stuk kan men, geschreven door de hand
van den markies Van Sassenage, deze woor
den lezen
Ik vermaak
Ja, dat is zjjn schrift, sprak de jonge
burchtgraaf,wiens verwondering en verlegenheid
zoo groot waren, tegenover dezen wreeden sa
menloop van omstandigheden, dat hjj niet
meer wist, wat er van te denken Toch
moet ik u dosn opmerken, heeren, ging hjj
voort, dat mjjn oom zelf dit blad uitgescheurd
heeft, 'want niets bewjjst, dat de moordenaar
dit aanteekenboekje ia handen beeft gehad.
Deze tegenwerping scheen de gerechtsdie-
latpnschen brief op te stellen om de Mogend
heden te bedanken voor de deelneming
hem ter gelegenheid zjjner ziekte betoond
Z. H. is volkomen hersteld.
Engeland.
In Engeland spot men ook al met de
Ontwapenings-conferentie door den Czaar
van Rusland in het leven geroepen.
Met woorden is men er voor, maar door
daden toont men het tegendeel, doordat
de Britten hun mariDe-begrooting hebben
opgevoerd tot 26.594.000 pond sterling. Zjj
laten twee pantserschepen bouwen, twee ge
pantserde kruisers eerste klas en drie klei
nere, bjjzonder snelvarende kruisers. Het
personeel wordt vermeerderd met 4250
man en zal dan 110,640 man tellen.
Al deze nieuwe dingen gebeuren vol
strekt niet met vjjandige bedoelingen, wei
neen om wille van den lieve vrede, rust
men zich tot aan de tanden gewapend nit
voor een groot moordtooneel.
Zwitserland.
Te Bern is dezer dagen een zonderling
gestorven. Het was een rpk oud heer zeer
gehecht aau zjjn geld die met niemand
omging en zeer afgetrokken alleen een huis
bewoonde. Men wist, dat hjj fortuin bezat
en daarom was men niet weinig verwon
derd, slechts eene onbeduidende som in
zjjn brandkast te vinden.
Nu had de oude heer verzocht gekleed
zooals hjj was bjj zijn sterven, begraven
te worden. Zoo werd hjj dan ook gekist,
maar toen men argwaan kreeg dat dief
stal kon gepleegd zpn, onderzocht men
het ljjk waarop de schatten gevonden wer
den. Hjj heeft zeker geld noodig voor de
reis naar de eeuwigheid, zei een der om
standers, toen hjj als familielid een en
ander in beslag nam.
België.
Koning Leopold ontvangt veel deel
neming over de ziekte der Koningin.
Vorsten zoowel als Presidenten, telegra-
feeren om inlichtingen. Van koningin
Victoria ontving Z. M. een eigenhandig
schrijven, zoo ook van keizer Wilhelm,
keizer Frans Jozef en van den Koning
van Rnmenië.
De Koningin heeft veel bloed opgegeven
en men vreest, dat de borstkwaal misschien
eene operatie noodzakeljjk zal maken.
De zusters van Liefde, met de verple
ging belast, zija door den Koning ver
zocht het kasteel te Laeken niet te willen
verlaten, voordat zjjne Gemalin geheel zal
zpn hersteld. De geneesheeren geven'alle
hoop, mits de uiterste voorzichtigheid
wordt in acht genomen.
De gravin Van Vlaanderen vergezeld
van de gravin de Lan oy, eere-dame, heb
ben Donderdag-morgen de zieke Vorstin
bezocht. In den namiddag keerde de gra
vin Van Vlaanderen bjj den Koning en
prinses Clementine terug.
Rusland.
De vrede-predicatiën van den heer
Stead worden door een Russin, mevrouw
naars in verlegenheid te brengen. Zjj zwegen
eenige oogenblikken alsof zjj eene wederlegging
dezer woorden zochteD.
Een van hen keerde het aanteekenboekje op
zenuwachtige wjjza in zjjne handen om, toen
hij eersklaps op den omslag den indruk be
merkte van twee vingers, die met bloed bevlekt
geweest waren.
Door de losheid van het papier waren deze
vlekken aanmerkeljjk vergroot.
Hjj onderzocht de bloedvlekken nauwkeuriger.
Toen hief hjj net hoofd op en riep op zege
vierenden toon uit, terwjjl hjj Amaury strak in
het gelaat zag
Het bewjjs, dat de moordenaar dit boekje
in handen heeft gehad, is nog zichtbaar aan
den indruk van zjjne bebloede vingers
Ik had dit feit eerst niet ontdekt, maar kjjk
hier, en deze ontdekking zal al uw twjjfel in
dit opzicht opheffen.
Er valt werkelijk niet langer aan te twij
felen, antwoordde Van Cbarlery ontroerd, ter
wjjl hjj het boekje aan den rechter teruggaf.
Maar wat besluit gjj daar nit heeren
Voor wjj een antwoord op deze vraaag
geven, wilt gjj zeker wel zoo goed zjjn, ons
te zeggen, of de markies Van Sassenage ande
re bloedverwanten heeft, buiten u, die aan
spraak op zijn vermogen konden maken?
De wjjze van ondervragen der overheidsper
sonen, hunne toespelingen, hnn koelen en afge
meten toon, had in den geest van Amaury
een vermoeden opgewekt, dat hem ontroerd*,
verlegen en ongerust maakte.
Wordt vervolgd.)
MOT.
ABONNEMENTSPRIJS
MMVnENDR.T'
AGITE MA NON AGITATE
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
25.