NIEUWE
HbagBlaó voor esflooró- en SLuió-óCollanó.
Opvoeding en hare beteekenis.
No. 4259.
Zaterdag 12 Augustas 1899
24ste Jaargang.
BUITENLAMP.
Lompenkoopman.
België.
Frankrijk.
Engeland.
H44fttIHSC!ffE tOCRAlT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem s ƒ1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Voor het buitenland2,80
Afzonderlijke nummers«0.08
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
BITBSAUSt. Janstraat Haarlem.
AGITE MA NON AGITATE.
PRIJS DSR ADVERTSNTIEN
Vafi 16 regels50 Cent
Elke regel meer7y,
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant
- ~iitlii <Hti4 M,
Red a c t e ur-0 i t g e v e r, W. KfiPPERS.
Van eene goede Katholieke opvoeding
hangt niet alleen voor het grootste ge
deelte het tijdelijk en eeuwig welzijn der
individuen af, maar ook de welvaart der
Staten en volken. En omgekeerd, komen
juist uit eene verwaarloosde en slechte op
voeding de meeste rampen en onheilen voort.
In zijn Encycliek over de plichten der
Katholieken in onzen tjjd spreekt de H.
Vader Leo XIII onder anderen als volgt
«In 't bjjzonder vermanen Wij de huis
vaders, dat zij volgens de door Ons ver
klaarde grondstellingen geheel hun huis
gezin, en voornamelijk de opvoeding van
hunne kinderen inrichten. Immers, het huis
gezin is juist het fundament en het begin
van elk Staatswezen, en daarom hangt ook
juist van den bloei van het familie-leven
de vooruitgang en de welvaart van den
Staat af. Vandaar is het ook te verklaren
dat degenen, die het christendom uit het
Staatsleven willen verbannen, bij den wortel
beginnen en het huisgezin trachten te ont
kerstenen en te bederven. Maar alle Ka
tholieken, zonder uitzondering, moeten voor
al hiervan doordrongen zgn, dat niets een
zóó krachtdadigen invloed op de jeugdige
kinderharten en daarmede op de toekom
stige geslachten uitoefent, als de opvoeding
in het ouderlgk huis. Daar, waar de kinds
heid in onschuld wordt doorgebracht en
de jongeling in den strjjd der hartstochten
de wapenen der christelijke deugd heeft
leeren hanteeren, daar is ook de beste waar
borg aanwezig voor het welzijn der Staten.»
Bjj de ruwheid, de verwildering en mis
dadigheid welke de jeugd in onzen tjjd
schier dageljjks in toenemende mate ten
toon spreidtblikken nadenkende lieden
niet zonder reden met bezorgdheid in de
toekomst en zeggen «Waar zal dit op uit-
loopen Wat zal er worden van zulk een
jeugd Welk een toekomst gaan wij tege
moet
En waaruit komen zulke euvelen voort?
FEUILLETON.
VADER JBAMBRIQUbT
OF BZ
35 {Vervelg.)
De kapitein glimlachte.
//Dit lis eene ontmoedigende bekentenis voor
mij, juffrouw, maar ik geloot niet, dat ik hier
door alle hoop behoef op te geven. j
//Ltter zullen mijne voorkomendheden, mjjne
genegenheid
„Welnu," stotterde het meisje, tot het uiter
ste gedreven, //Wanneer het dan moet, zal ik u
niets verhelen Ik heb een ander lief
en ja ik geloof, dat ik hem mijn
leven lang zal beminnen.//
Het arme kind wiat nauwelijks of zjj waar
heid sprak, want zjj had nimmer in haar hart
durven lezen. Deze bekentenis nas haar over
de lippen gekomeD, omdat zij er in de gege
ven omstandigheden een onwederlegbaar argu
ment in zag toch schrikte zjj van hare stout
moedigheid en wendde blozend het gelaat af.
De kapitein scheen er niet van ontroerd
alleen maakte de spottende uitdrukking van
zjjn gelaat voor eene meer dreigende plaats.
«Er zjjn maar weinig jonge juffrouwen, die
voor hun huweljjk niet verliefd zjjn geweest,//
zei,de hjj droogjes, „een huweljjksoandidaat moet
zich door zulke kinderachtigheden niet laten af
schrikken.
Uit het gebrek aan echte christelijke op
voeding uit de onchristelijke opvoeding.
Want het spreekwoord is waar: «De mensch
wordt datgene, waarvoor hjj wordt opge
voed.»
Ten einde alzoo krachtig in te werken
op onze zóó vaak treurige toestanden, moet
men de kwaal in den wortel aantasten en
genezen, d. w. z. men moet zooveel moge-
ljjk de opvoeding trachten te verbeteren-
Maar wat dan draagt de schuld van eene
verwaarloosde en slechte opvoeding Er be
staan verschillende oorzaken.
Een hoofdzaak is allereerstGebrek aan
verstand, onwetendheid in datgene, wat
tot eene goede opvoeding behoort. Zeker
schrijver zegt niet ten onrechteAlles wil
geleerd worden. Zelfs de geringste vaar
digheid en kunst kan men zich alleen eigen
maken, door deze te leeren. De handwerks
man, de tuinier, de landbouwer moet leeren,
wanneer hjj niet een knoeier in zjjn bedrijf
wil bljjven. Geen meisje zal een goede
kous kunnen breien, geen huismoeder een
bruikbare soep kunnen koken, geen kleer
maker een goed stuk kunnen naaien, geen
smid een stuk jjzer goed kunnen bewerken,
zonder dit te hebben geleerd. Omtrent
deze waarheid zjjn alle menschen het met
elkander eens. Doch één enkele kunst be
staat er, welke iedereen meent te kunnen
uitoefenen zonder ooit daarover gehoord
of nagedacht te hebben wij bedoelen de
opvoedingskunst.
Is het dan te verwonderen, dat wjj schier
dageljjks getuigen moeten zijn van zoovele
euvelen, van zulke rampzalige toestanden
Is het dan nog te verwonderen dat zoo
vele individuen voor tjjd en eeuwigheid
ongelukkig zijn en dat de welvaart van
Staten en volken in onze dagen zóóveel, zoo
ontzagljjk véél te wenschen overlaat?
In het land der Belgen is een flinke be
weging op touw gezet tegen de kuiperijen
Eliza was als vernietigd zulk een laagheid
overtrof alles wat zjj had dnrven denken, doch
haar aandacht werd afgeleid door hetgeen in
het andere deel van het vertrek voorviel.
Joli-Coeur was van zjjn stoel getuimeld en
trapte en sloeg als een razende om zich heen.
//Neem hem mede, kapitein, wat ik n bid
den mag,// riep Jeannette, terwjjl zjj alles deed
om haar neef tot bedaren te brengen hjj heefi
zjjn verstand verloren hjj is een atschuwe-
ljjke deugniet
//Ellendige domkop!// zeide Saint-Julien, hem
bjj een arm schuddende, „heb je dan gezworen
van avond niets dan domheden te begaan
Dit zeggende wilde hij hem naar de deur
sleepen, doch Joli-Coeur geraak e buiten zich
zelf van woede en werkte zich eensklapB los.
„Domkop! deugniet!// herhaalde hjj, //voor
wien zien jelui mjj aan Welnu, laat het dan
maar uit zjjn met die komedieIk zal alles
verttellen. Ik moet de kastanjes uit het vuur
halen 1 Ik ben geen fatsoenljjk man En jelui
doen je zoo voornaam voor 1 Maar ik zal
die mooie juffrouw eens vertellen, wat jelui
eigenljjk voor menschen zjjn
//Zal jij wel eens zwjjgen, ellendeling 1" riep de
kapitein, tevergeefs moeite doende om den mond
van den reus te sluiten.
Juffrouw Lapiquette ging naar Eliza toe,
die, als aan den grond genageld van schrik,
dit schouwspel gadesloeg.
XVIII.
„Het is niet voegzaam, juffrouw,// zeide zjj
haastig, dat u nog langer naar de praatjes van
der Engelsche. Het bekende adres der Ned.
Zuid-Afrikaansche Vereeniging aan het
Engelsche volk is aldaar verspreid door
het «Algemeen Nederlandsch Verbond.»
Het Handelsblad van Antwerpenhet voor
naamste orgaan derViaamsche Katholieken,
heeft het adres in zijn geheel overgenomen.
Wij, zegt de Redactie, kunnen onze lezers
niet genoeg aanzetten het adres met zoo
veel handteekeningen te voorzien als mo
gelijk is.
De St. Petersburgsche correspondent van
de Temps is niet veel wijzer geworden
door het onderhoud, dat hg gehad heeft
met den Franschen minister van buiten-
landsche zaken Delcassé. De Minister
vertelde hem wel, dat het Fransch-Russisch
Verbond in plaats van losser te worden,
steeds nauwer en vaster wordt. Ook voeg
de hem de heer Delcassé toe: «Nooit,
dit kunt ge in mijn naam zeggen, waren
de betrekkingen tusschen Rusland en Frank
rijk nauwer, harteljjker, intiemermeer
vertrouwenwekkend dan thans.»
Het doel van zgn reis naar St. Peters
burg helderde de Minister niet opveel
minder nog raakte hg aan wat de bladen
te lezen hebben gegeven als zou bij naar j
St. Petersburg zgn gegaan om Rusland
over te halen de rol van eerljjke makelaar
te spelen tusschen Frankrijk en Duitsch-
land.
Over de Dreyfus-zaak zeide de Minis
ter dat de Regeering zich heeft onthou
den van het oefenen van eenigen invloed,
hoe gering ook, op den Krijgsraad.
Bij de sluiting van het Britsche Parle
ment werd in de Troonrede gewezen op de
Transvaal.
Het voornaamste komt hierop neer
«De positie van Mijn onderdanen in de
Zuidafrikaansche Republiek is onvereenig-
baar met de beloften van een geljjke be
handeling, die de grondslag zgn geweest,
waarop Ik aan de Republiek binnenland-
sche onafhankelijkheid heb gegeven. De
onrust daaruit ontstaan, is een voortdurende
bron van gevaar voor den vrede en den
voorspoed van mijn gebied in Zuid-Afrika.
Onderhandelingen daarover met de Trans-
vaalsche regeering zijn nog hangende.»
Verder wordt in de slnitingsrede gezegd,
zulk een dronkaard luistert, ga naar uwe kamer.//
//Neen, volstrekt nietriep Joli-Coeur, ter
wjjl bjj voor de deur ging staan, //de juffrouw
moet alles weten. Zij is vriendeljjk. die kleiue,
ik heb het goed met haar voor en wil niet,
dat zjj trouwt met den slechten Henri Janicol,
geboren te Sant Jnlien in Beam, en die zich
vandaag als heer heeft verkleed met geld, dat
ik hem gegeven heb."
„Bjj den hemel, neef Joli-Coeur,u viel Jean
nette hem smeekend in de rede, verzin toch
geen leugens en laat de juffrouw ten minste
„Ik verzin geen leugens en ik ben je neef
niet!// antwoordde de dronkaard norsch, „ik ben
een kennis van je en ik help je het geld op
maken, dat je je laat geven of dat je steelt
door middel van valsche sleutels, dat is aller!//
„Hemelsche vader zeide juffrouw Lapiquette
terwjjl zjj hare handen ten hemel hief, „moet
ik zulke gruwelen uit den mond van mjjn eigen
bloedverwant hooren Ik, die altjjd zulk een
fatsoenljjk, d/ugdzaam meisje geweest ben De
kapitein schuimbekte van woede, zjjne gelaats
trekken waren vervroegen, nog steeds beproefde
hjj, hoewel vruchteloos, den beschonken man
mede te krjjgen.
„Kom medezeide hjj met haesche stem,
„kom mede of
„Wat of ?Arm schaap!// antwoordde Joli-Coeur,
terwjjl hjj hem met verachting van zich afduwde,
je zoudt mij wel dra avonds op een hoek van
een stiaat durven opwachten, om mjj een klap
te geven, maar mjj fl.nk aanpakken, dat durf je
niet. Ziet ge, mijne kleine beschermelinge,// ver
volgde hij, zich tot het radelooze meisje wen-
dat de betrekkingen met vreemde Mogend
heden van vredelievenden aard zgn. Hoewel
de uitslag van de Haagsche-Vredesconferen*
tie niet ten volle overeenstemt met de
loffelijke bedoelingen welke zjj geroepen
was te vervullen, heeft zij toch het zeer
aanzienlijk succes gebracht van de instel
ling van een permanent Hof van Arbitra
ge, dat niet nalaten zal de veelvuldigheid
van den oorlog te verminderen, terwjjl de
uitbreiding van de conventie van Genève
zgn gruwelen zal verzachten.
De rede maakt melding van de sluiting
van de Nijlconventie met Frankrijk en van
de overeenkomst met Rusland regelende de
voorwaarden onder welke elk van beide
regeeringen de ontwikkeling van de spoor
wegondernemingen in China door haar eigen
onderdanen zal aanmoedigen.
Het slot der rede handelt over den on
voldoenden regenval in West- en Centraal-
Indië. Inijjds zgn maatregelen genomen
om hongersnood te keeren, en behelst eene
betuiging van droefheid over het onver
minderd voortwoeden der pest.
De saak-Dreyftu.
Geen wonder dat over het taillioen exem
plaren van de dagbladen dageljjks te Parjjs wot-
deu verkocht. Met koortsige nieuwsgierigheid
grjjpt men naar een courant. Sommige lezers
koopen al wat ze krjjgen kunnen van Parit,
La France, La Cloche, Patrie, Libre Partle,
Petit Gauloit, Figaro, Tempt, enz. enz.
Het leukste is dat de bladen onderling voor
spellingen doen. Zoo zegt Cornély inde
Figaro, dat generaal M e r c i e r, Ziterdag of
Maandag zjjn laatste veldslag zal verliezen, ter
wjjl een vriend vzu generaal M e r c i e r aan
een verslaggever van de Prette heeft verzekerd,
dat als de Generaal vcor den Krjjgerasd zal ge
spreken hebben alles uit iz. Iedereen zal dsn
overtuigd wezen van D r e y f n s' schuld.
De couranten varen het beste er bjj. Binren
enkele uren was gisteren de oplaag van Libre
Patole ruim honderdduizend exemplaren uit
verkocht. De kiosken op de Boulevards worden
bes.ormd, men is nieuwsgierig om te weten wat
de geheime zitting zal opleveren, waar twee ge
heime dossiers, dat van Oorlog en dat van Bui-
tenlanc'scbe Zaken, zeer veel stukken moeten
bevatten, wier belangrjjkheid slechts aan enkele
ingewjjden bekend is.
Volgens de Patrie moet Dreyfus gisteren
nacht wakend hebben doorgebraoht ten prooi
aan de heftigste aandoeningen. De oproeping
van nienwe getuigen, onder welke sommigen,
die in de ecqucte van Quaesnay de Beau-
r e p a i r e worden vermeld heeftnaar ver-
dende, „men heeft n verteld, dat hij rjjk was, dat
hjj van adel was, dat hjj offioier was geweest bjj
de Koninkljjke Ljjfwacht, doch dat iz allemaal
maar onzin, hij ia zoo arm als een bedelaar.
Sedert meer dan twee jaar heb ik hem reeds
te mjjnen laste, en moet ik hem onderhouden,
zoo goed en zoo kwaad als het gaat. De hon
derdtwintigduizend franks aandeelen, die men
uw papa heeft laten zien, hebben bjj inkoop
drie franks vjjftig gekost, en dat iz nog te duur,
maar die valsche Jeannette kan den goeien man
de maan voor een oliebol laten aanzien Henri,
dien wjj onder ons den fluweelen Henn noemen,
is evenmin van adel als u of ik Hjj heeft
wel is waar een weinig opvoeding genoten en
kan zich heel fatsoenljjk aanstellen, wanneer hjj
wil. Daarom is hjj ook op het denkbeeld ge
komen zich voor een oud-kapitein der Konink
ljjke Ljjfwacht uit' te geven, maar dat iz slechts
bluf, begrijpt ge Hjj heeft het nooit verder dan
korporaal gebracht bjj dat zchoone wapen, waar
ik als gewoon tamboer bjj diende, en daarbjj is
hjj na drie maanden reeds weggejaagd, omdat
hjj „te lange vingers had gehad,// zoodat hjj nu
in de gevangenis zou zitten, wanneer zjjn ko
lonel geen medeljjden met hem had gehad
Sedert dien tjjd leidt hjj een armoedig bestaan
te Parjjz, en .meende hjj er weder bovenop te
komen met het geld van nw bruidsschat.»
Ondanks haar schrik en verontwaardiging
hed Eliza geen woord van dit verhaal verloren en
doorzag zjj eerst den verioeieljjken valstrik, waarin
men haar vader en haar gelokt had. Haar verstand
stond stil bjj zooveel zedeloosheid en ondeugd.
Wordt vervolga.j