NIEUWE VOOr ulè'dCollanö De Sociale Quaestie en het Christendom. JNTo. 4320, Dinsdag 24 October 1899 24ste Jaargang. li0 1 T k N L A M D. i aar Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenland 2,80 Afzonderlijke nummers0.03 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DSR ADVERTS Sanger. Van 16 regels Elke regel meer 50 Oent 77, Groote letters worden berekend naar plaatsruimtes Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS. VI De Maatschappij, waarin Godsdienst en arbeid gezamenlijk dienden om de menschen naar ziel en lichaam gelukkig te maken en vele weldaden bracht, zou eenige eeu wen van bloei genietenzij zou ook vele aanvallen en beroeringen in hare volle kracht kunnen doorstaan, totdat zij zou wor den aangetast in hare grondslagen door een voortknagenden kanker, die ten laatste nood wendig haar ten grave sleepen moest. Deze ellendige kwaal, die de beginselen, de grond slagen der maatschappij aantastte, het was de verderfelijke leerverderfelijk in haar ontstaan, verderfelijk in hare gevolgen, het was de leer van het tieder voor zichde leer van het individualisme. De maatschap- pjj, opgebouwd op christeljjken bodem, dat werk van vijftien eeuwen zij wordt ge schokt in hare grondslagenzij ziet haar hechte fundamenten ondergraven door eene valsche leer, die haar ten slotte zal doen ineenstorten, door de leer van het individua lisme waaraan deze groote gedachte ten grondslag ligt, de moedergedachte van alle later gevolgde de idee van de absolute vrij heid en onafhankelijkheid van den individu etien mensch. Deze leerzij ontwikkelt zich spoedig wellicht gelukkig, opdat des te spoediger hare valschheid aan het licht kome. Zij tast liet eerst den Godsdienst aan, en openbaart zich als zoodanig in het Protes tantisme der zestiende eeuw. Het Protes tantisme proclameert het individualisme in de godsdienstige orde. Dit is het vrije on derzoek. De Hervorming blijft ongetwijfeld een der meest beziens- en bestudeerens- waardige feiten der historie. Vele zijn de oorzaken, die tot deze in de wereldgeschie denis zoo gewichtige gebeurtenis hebben aanleiding gegeven. Vast staat, dat de toe stand, gelijk die vóór dien tgd was, veel FEU ILL ETON. VADER EN ZOON Vervolg.) //Zjjt gjj dwaas, moeten z£ u. herkennen en wilt gjj hooren boe 't in de fier winden zal worden uitgeroepenNiklaas Hein heeft den eersten brander geworpen, daarom sal ook het eerst zijn hoofd op de schandpaal gestoken worden?// Niklaas Hein slingerde den brander ver van atich af. '/Om den duivel niet,// zeide hij. //Ik heb eojju hoofd wel tot aadere dingen i oodig. Maar hoe zal dat schip dan branden, wanneer nie mand er het vuur inwerpt?// //Ziet gjj Niet wat de anderen voor arbeid faken Ga daarheen en ela uwe handen mede aan 't werk. Voorwaarts en haast u wat.// Het was eene akelige bedrijvigheid aan alle buitenste grenzen van de werf. Men liep heen ®n weer, af en aan. Om de planken heining "dden zjj bergen opgehoopt van alles wat maar nanden wilde. Dunne rijzen en afgevallen loof 4ur boomen, hooi en stroo, dat zjj bijeen sleep- ,en zonder veel te vragen aan wien de hooiberg behoorde dien zjj plunderden. Daartusschen wier- P®h zij lange stukken vet, oud touw en allerhande brandstoffen neer, die zij er bepaaldelijk voor had den meegebracht. Op een afgesptoken teeken zou die stapel worden aangestoken. Zjj zelf wilden de Werf niet betreden, opdat zjj in waarheid zouden te wenschen overl et. Verandering dus moest er komen, maar wij allen kennen het oude spreekwoord dat elke verandering geene verbetering is. Iets anders nochtans is het de oorza ken van iets op te sporen, iets anders het wezen er van aan te geven. Welnu het wezenhet karakter der hervorming, het was duidelijk niets anders dan eene uiting van eene den mensch zoo eigene eigenschap, van de trotschheid, van den hoogmoed, het was eene miskenning van het eigen tik», en dat wel op godsdienstig gebied. De leer gaat verder en fast de wijsgee- lige orde aanzij verbreekt den band, de vereeniging tusschen rede en geloof. Dit is de vrije gedachte, het philosophisme. Werd vroeger de wijsbegeerte beschouwd als de wetenschap, die de mensch omtrent de dingen en hare diepste beginselen en oorzaken verkrijgen kan door het natuur lijk licht zijner rede, weshalve zij van an dere wetenschappen, die ook uit beginse len gevolgtrekkingen afleiden, hierdoor ver schilt dat zjj tot de diepste gronden van het zjjn, het worden en het kunnen door dringt, terwjjl daarnaast stonden de waar heden des geloofs, waarheden die de mensch uit den aard van zjju wezen niet onmiddel lijk kan bevatten maar die hij ook niet blindelings behoeft aan te nemen, wijl, hij ze slechts aanneemt op een gezag, welks bestaan wederom hij door middel van zjjn verstand met redelijke bewijzen kan aan- toonen, thans verwierp men het geloof naast de wijsbegeerte, wijl het een het an der belemmert, wjjl het een de negatie van het ander was men achtte het mogelijk, dat twee lichtstralen, aan éénzelfde licht bron ontsproten, elkaar vangen zouden. En het karakter hiervan was duideljjk weder om niets anders dan eene uiting van eene den mensch zoo eigene eigenschapvan de trotschheid, van den hoogmoed, eene miskenning van het gezag, eene verheffing van het eigen tik,* en dat wel op wijs- geerig gebied. kunnen bezweren geene hand aan het verbrande schip gelegd te hebben. Enkelen, van hen hadden armbogen met strak gespannen pezen, hiermede konden zij de vurige pijlen schieten, die zjj van iea vreemden kwakzalver, die met hen in com plot was, hadden ontvangen. Met deze pijlen zojjden zij naar den romp van het schip schie ten en zjj hoopten er dezelfde uitkomst vsn te verkrijgen als eens de Grieken. Van de Grieken wisten de gezellen wel niets af, maar zjj spanden toch de bogen, in het goede geloof aan des doc tors geheime kunsten. Intusschen was op de wetf alles voorbereid en binnen weinige minuten zou de vloed op 't hoogste zjjn. Johanna trad met baren vader aan het roer en Gottfried reikte haar naar oud gebruik de overstroomende bokaaliijj spoedde zich toen naar de spil van het ankertouw, en met den scheepsroeper gewapend, was hij nu uitgerust voor het gevaarlijke werk. De eerste brandende pijl floot nu door de lucht. Dit was het teeken voor het volk buiten de werf; de hooge brandstapel werd nu aan tien ver schillende zjjden in den brand gestoken en de vurige gloed sloeg tot op het dek over. Een schreeuw van ontzetting vloog over de werf. Johanna wankelde. Jonathan Allerdick, door de onverwachte gebeurtenis diep getroflVn, ondersteunde baRr met bevende band. Alleen Gottfried verloor zjjne tegenwoordigheid van geest niet en in den vlammenden nacht klonk het door den roeper //Alle man aan 't werk //En ook ik zeide Johanna, die haren angst trachtte te beheerscben. Zij goot den w^jn over het roer en zeide, terwjjl de gloeiende vonken De Revolutie, zjj brengt door eene brutale logica, dit beginsel over in de Staatkun dige orde. Op de plaats van de rechten van God stelt 7ij de rechten van den mensch. De aan God toekomende en steeds toege kende plaats in de publieke, de staatkundige orde, wordt Hem daar voortaan geweigerd. De mensch proclameert zichzelven tot hoog- sten wetgever niet meer gebonden door eenige goddelijke wet. De grondregel, van welken elke staatkunde uit moet gaan,waar op elk staatsrecht steunen moet en alleen steun vinden kan Onwis potestas a Deo, alle gezag komt van God, wordt geschrapt eenvoudig, en in de plaats daarvan wordt ook in de Staatkundige orde op den hoog- sten troon verheven de vrije, onafhankelijke, individueele mensch. Wederom eene miskenning van het gezag, eene verheffing van het eigen tik,» en dat wel op Staatkundig gebied. Het liberalisme, als erfgenaam van het revolutionnair beginsel bewaart deze idee op godsdienstig, wijsgeerig en staatkundig gebied, maar gaat nog verderen brengt de leer van het individualisme over in de economische ordeon het gebied van de voort brenging en de verdeeling der goederen en hierdoor vertoont zich deze leer voor het eerst in de zuiver stoflelijk-maatschap- pelijke orde- Reeds in de zestiende eeuw vertoonden zich de eerste sporen hiervan in de ontaarding der gilden. Ook daar doet het individualisme zijn invloed geldeD. Zij verliezen hun godsdienstig karakterGeen altaar meer in de kerk; geene godsdiens tige plechtigheden, geene kerkelijke feesten meer. Vervolgens, en dit was een ge weldig kwaad de gilden werden geslo ten er óntstond een cöteriegeestde gil den werden slechts toegankelijk voor en kele bevoorrechtten de keuzen der gilden werden niet meer nageleefd en deze wa ren de oorzaken, die tengevolge hadden het noodlottig decreet van Turgot, totdat de Fransche revolutie in haar ruw geweld, deze wel is waar ontaarde maar schoone in- om haar heen waaiden //Zoo doop ik u dan, mjjn goed schip, onder den bijstand van God, die aan elke goede daad zjjne bescherming ver leent en noem u Johanna, naar den wil des meesters die u gebouwd heeft. Gjj begint uwe vaart in gevaarvollen nacht. Uwe vijandeu heb ben het vuur ontstoken, dat u verdelgen moet. Wjj echter gebruiken het ais een wegwjjzer, die ous op het onbekende pad zal leiden. Doorsnjjd met uwe kiel de golven en draag de vaderland- sche vlag met eere. Dit smeekeu wij van U, vader, die in den Hemel zjjv/ „Zij stond, door den vuurgloed beschenen, met hoog opgeheven armen en bad in stilte door. Gottfried bad zich onwillekeurig voor de verhe vene gestalte gebogen, hij zette nu echter den roeper aan den mond en riep met sterke stem //De stutten weg „S utten weg!// weerklonk het onder en de bjjislagea dreunden. //S -hiet naar de deern,// raasde het daar buiten. //Schiet dan naar de deern.// //De laatste stut!,, riep Gottfried over al het wilde geraas heen //De laatste stut zal gaan!// riep de meester knecht. Nog een slag. De balken kraakten ineen en het schip, waarvan Gottfried nu de roerpen met vaste hand gegrepen had, gleed van de kelÜDg in den stroom. Dicht bjj de werf lagen booteD, scheepstimmerlieden, welke hunnen laats'en plicht hadden gedaan, sprongen er in en roeideu het schip achterna, dat met zekere hand gestuurd, aan de gevaarljjke plaats, waar eene stranding mogeljjk was, licht wendde en met de bereids stelling, ten grave sleepte, om er voor iu de plaats te geven niets anders dan de leer van het individualisme, toegepast op maat- schappelijk gebied. De mensch was op godsdienstig wijs geerig, staatkundig, maatschappelijk gebied vrij gemaaktde christelijke maatschappij was vaneen gerukt. Is de gansche chris telijke leer, gelijk wij in den aanvang schre ven saam te vatten in dit éené' woord i Bemint bovenal God en Uwen naasten als U zeiven, thans was God uit de maatschap pelijke samenleving gebannenaan den evenmen8ch werd niet meer gedacht: het gold«ieder voor zich.» Rusland. De Russische bladen bevatten zonder on derscheid van richting alle warme artike len ten gunste der Transvalers. Te St. Pe tersburg worden door de bladen gelden in ontvangst genomen voor de samenstelling van Russische vrijwilligerstroepen om de Boeren te gaan helpen. Engeland. De Newcastle Leader deelt mede dat Kim- berley in groot gevaar verkeert. Het eer ste is de aanwezigheid van Rhodes en het tweede eene groote hoeveelheid dyna miet. Het eerste kan vergoed worden, maar voor het tweede is geen consolatie te vin den. Er wordt namelijk beweerd, dat in het park nabjj het centrum van de stad 1500 kisten dynamiet zijn opgeslagen door een agent, die daartoe machtiging had ontvangen. Springt nu een bom nabij deze massa, dan vliegt de geheele stad in de lucht. Het is te hopen, dat dit gevaarlijke goedje nog tijdig wordt weggebracht. De meeste inwoners verlaten de stad. Een sterke politiemachtbestaande uit Franschen en Duitschers, patrouilleert door de straten. De Engelsche admiraliteit heeft ge last, dat het kanaal-eskader zee zou kiezen. Het doel van dit bevel is onbekend. In een hoofdartikel van den Morning Leader wordt gewezen op het algemeene stilzwijgen in de imperialistische pers over ingevallen eb langzaam voortgleed. Het volk aan den oever was stom van schrik, dat hun de buit, dien zjj als zeker beschouwden, zoo op eens was ontgaan. //Dsar, ziet ge nu welriep er een. //Is het wel iets anders dan hekserjj De heks stond zelve midden in het vnur, dat haar niets deerde//. //Nu zal zjj alle booze plagen over ons bren gen,// zeide een ander beangst. //Het beste zal maar zjjn dat wjj ons van hier wegmaken.// De sterke vuist van een hellingbaas vatte hem echter in den nek. //Sta, zeg ik u, of ik smjjt u anders in den vuurgloed daar voor ons zoodat gjj niet weer aan opstaan denken zult. Wat ba zelt gjj van heksea Ons plan is hun te verraden en nu hebben zjj getracht te ontkomen. Dat zal hun echter niet gelukken. Het schip mag niet op de vrjje Elbe komen. In de booten, zeg ik u, in de booten „In de booten weergalmde het aan alle zjj- den en zjj ijlden naar den oever. Alle roeiers werkten met verhaaste slagen en zoo naderden zjj het vlug daarheen glijdende schip met groo- ten spoed. Aan boord der //Johanna// zat men echter ook niet ledig. Eene breede ra was aan den fokke- mast bevestigd en een licht zeil daaraan gehe- schen. Een scherpe zuidenwind, die van achter een wolkgevaarte woei, dreef dit voor zich heen. De gloed steeg in warrelende rookzuilen op en lichtte ver over het land en den stroom heen. Het schip, voor de eerste maal onderworpen aan eene besturende macht, stevende, trotsch den stroom klievende, statig de Elbe op. Wordt vervolgd,j RURUMSfM COÜRAIIT. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem f 1,10 AGITE MA NON AGITATE. 18

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1899 | | pagina 1