No. 4342.
Maandag 20 November 1899.
24ste Jaargang.
HbagBlaó voor <ffiooró~ en Stuió-éCollanó.
De Landbouw: een stiefkind.
Dit nummer bestaat
uit twee bladen.
h) E R 8 T Jbl B Ij A D.
H U 1 T MM L A JN dT~
Per 3 maanden voor Haarlem
f 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het baitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschjjnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
2,80
0,03
Van 16 regels 50 Cents.
Elke regel meer70,
Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Puhlicité Etranglre
G. L. DA URE f Co. JOHN., hJ ONES Succ. Paris 3\bis Faubourg Montmartrt
Meer dan eens is terecht beweerd, dat
elke liberale Regeering in ons vaderland
haar troetelkinderen en ook haar stiefkin
deren heeft. Tot de eersten behoort o. a.
het Openbaar onderwijs, tot de laatsten
de landbouw. Voor het onderwijs ia het
beste niet goed genoeg, voor den land
bouw is alles te veel.
Bij vernieuwing bleek dit tijdens de be
handeling der Ongevallenwet in de Tweede
Kamer. Geljjk men weet, was door eenige
leden voorgesteld om ook de landbouwers
en de visscbers tegen ongelukkeo te verze
keren, hetgeen in ons oog aan deze wet groo-
ter waarde zou verleenen dan zjj thans bezit.
Indien zij tot stand komt, gelijk de Regee
ring haar aanhangig heeft gemaakt, behou
dens enkele minder beteekenende amen
dementen dan hebben een groot aantal
werklieden in Nederland recht om zich te
beklagen, dat hun belangen door de over-
heid zijn verwaarloosd. Wanneer aan werk
lieden in de nijverheid en andere vakken
het voorrecht wordt verleenddat zij in
geval van ongeluk geldeljjke ondersteuning
genietendan moet het toch bij de niet
begunstigde werklieden in den landbouw
een wonderlijken indruk maken, dat aan
hen niet gedacht is, of liever dat zjj op
zettelijk niet in de verzekering zjjn op
genomen.
Eigenlijk schept naar onze meening de
geheele wet een onrechtvaardigen toestand.
Waarom zijn om on» slechts tot een
categorie te bepalen bjjv. de kantoor
bedienden niet in de verzekering begre
pen Ook zjj kunnen toch bjj de uitoefe
ning van hun werkzaamheden een onge
luk krjjgen, dat hun tot verderen arbeid
ongeschikt maakt. En bjj die menschen is
maar niet altjjd gelegenheid om voor den
kwaden dag te zorgen, want er zjjn hon
derden kantoorbedienden, die minder ver
dienen dan bekwame werklieden.
Maar hierop zullen wjj niet verder in
gaan. Dat de landbouwers echter van de
verzekering zjjn uitgesloten, maakt de ge
heele wet tot een onding, daar het on
rechtvaardige hiervan terstond in het oog
springt. Een der liberale bladen, de Zut-
phensche Ct., waarvan men beweert, dat
het in relatie staat tot de tegenwoordige
Regeering, heeft evenwel getracht het feit
der uitsluiting van de landbouwers goed
te praten.
FEUILLETON.
DB ERFGENAAM.
Vere >lg)
„Zjj zal 't van lieverlede wel worden," trooitte
Hugo, zeer gdukkig eene plsat» in oom'» hart
te hebben ontdekt, die hoovaaidjj en eerzucht
liet hadden kunnen bederven.
„Zjj zal wel leeren inzien, waar haar ware
vrienden zjjn."
„Het zal mij verheugen,// waz 't antwoord
van den oom.
VI.
De beide mannen waren een kastanjelaan
genaderd, die op heete dagen een lieveliags-
wur delplaats der familie uitmaakte. De breede
kronen bogen zoo tot elkander over, dat zjj een
d»k vormden, hetwelk de zonnestralen niet door-
Het tustchen de stammen door ztg men ech
ter den zonneglans schitteren op de groene
weiden en de prachtige bloemperken, die iu
volle kleurenpracht pronkten. De slang uit 't
paradijs scheen echter op den huidigen dag
haren intocht in dit eden te hebben gehouden
en tweedracht in haar gevolg te hebben mee
gevoerd, want toornige stemmen klonken den
komenden tegemoet 't schelle orgaan der
barones rn daarbjj de zwakke maar schrille
stem van Tberese. De oude vrouw sprak met
ruwe kracht, zcoals altjjd wanneer haar iets
Het blad schrijft o. a. «Eea der voor
naamste redenen, waarom de Regeering
den landbouw niet onder de verzekerde
bedrjjven heeft opgenomen, is het groote
verschil in de gevaren, die de onderschei
dene takken van het landbouwbedrijf op
leveren. Het is bijv. duidelijk, dat de ar
beid die met paarden geschiedt, veel ge
vaarlijker is dan die, waarbij geen paar
den gebruikt worden. Waar het dorscheD
met den dorschvlegel wordt verricht, is het
gevaar geringer dan waar dit met dorsch-
machines plaats heeft. De vlasbewerking
levert gevaren op, die bij de boekweit
teelt niet voorkomen. En bij het hooien
in de volle hitte van den zomer komen
veel meer ongevallen voor dan bjj het rooien
der aardappelen in den herfst. Hiermede
is de voornaamste reden aangegeven, waarom
de Regeering heeft gemeend de verzeke
ring van de arbeiders in de landbouwbe
drijven tegen ongevallen, die hun iü ver
band met de uitoefening van hun werk
overkomen, niet in deze wet te moeten
opnemen, maar die in een nader aan te
te bieden afzonderlijk wetsontwerp te re
gelen. De Minister van Waterstaat heeft
bij herhaling verzekerd, dat dit in zijn
plan ligt. De landbouwers behoeven dus
niet bevreesd te zjjn dat de zegeningen
der ongevallen-verzekering hun neus voor
bij zullen gaan ook voor hen zal in de
naaste toekomst gezorgd worden.»
Met deze belofte kunnen naar onze mee
ning de landbouwers niet tevreden zjjn.
Even als in elk bedrijf, zijn aan de uit
oefening van het hunne gevaren verbon
den. Maar wjj meenen toch, dat het ver
schil in de gevaren, die de onderscheiden
takken van het landbouwbedrijf opleveren,
niet groofer is dan het verschil bjj de on
derscheiden industrieën. Bjj de nijverheid
zjjn toch vakken, die bijna in het geheel
geen gevaar opleveren, terwjjl in andere
vakken de werklieden elk oogenblik aan
gevaren blootstaan. Heeft de Regeering
nu eene oplossing kunnen vinden voor de
verschillende bedrjjven in de ujjverheid
dan moest er ook geen bezwaar bestaan
om eene regeling te vinden voor den land
bouw.
Dat dit niet is geschied, schrijven wjj
enkel toe aan de onverschilligheid van het
liberalisme voor den landbouw. Bjj meer
dan eene gelegenheid is dit oan den dag
getreden. Indien de belaDgen van den han
del moeten bevorderd worden, is geen of
fer te zwaar. Dan wordt de schatkist flink
aangesproken en geen enkel liberaal maakt
er eenige aanmerking op. Maar wordt er
iets voor den landbouw gevraagd, dan rij
zen er dadelijk allerlei bezwaren en ge-
opwond, waardoor zjj dan vergat in hare stem
iets gemaakt deftig» te legden. Zjj schold op
Therese, die met bloedroode wangen voor haar
stond en plotseling in deze toornige woorden
losbrak //eene prinses ben ik wel niet, maar
bcereatnar.ieren was ik, goddank, tot nu toe
nog niet gewoon
Daarop liep zjj snel weg en zonder op oom
en neef te letten 'i park in.
//De koekoek hab de vrouwen ïiep de vrjj-
heer wrevelig. «Ze zijn een kruis kannen
nooit vrede hebben en moeten haar twisten
met luid schreeuwen uitmaken. Hugo, ga naar
Tberese, zjj houdt nog al van j», breng haar
tot rede. Haal haar ertoe over, zich bjj Regina
met een enkel woord te verontschuldigen
ik wil deze tot beda'en brengeD.#
De oude man scheen zoo terneergeslagen, dat
Hugo de ondankbare taak zonder morren op
op nam, de eerste uitbarsting van Therese's
toorn op zich te laden.
Hjj had haar weldra ingehaald. Zjj zat ineen
gedoken op eene bank, luidsnikkend als een
kind doet. Toen zjj voetstsppen hoorde, zag
zjj op, en stortte de fiolen van haar toorn over
Hugo's onschuldig hoofd uit, grljjk deze wel
verwacht had.
„Ja komt als afgezant van oom Dagobert,» riep
zjj en droogde de dikke tranen, die overvlie-
dig over hare wangen rolden. //Jjj zult me
wel tot onderwerping moeten brengen. Ik had
nooit verwacht, dat gjj u tot zulken dienst
liet gebruiken. Maar je zult ook niets uitrichten!
Ik laat mjj niet beleedigen, ik heb de wangen
niet voor oorvegen.//
woonljjk wordt de aanvrage geweigerd.
Zelfs maatregelen, die het land niets kos
ten en misschien nog voordeel aanbren
gen, maar die zeer zeker den landbouw
ten goede zouden komen zooals bjjv.
eene tariefsherziening iu protectionistischen
geest worden stelselmatig afgekeurd
door het liberalisme.
Wjj meenen daarom ten volle in ons
recht te zjjn door de houding der Regee
ring tegenover het amendement om ook
de landbouwers tegen ongelukken te ver
zekeren, te qualificeeren als een daad van
onverschilligheid voor den landbouw. Het
stiefkind verdiende volgens de Regeering
niet in de gunst te deelen, die aan de
andere kinderen, wier zorgen aan het Ka
binet zjjn toevertrouwd, werd toegekend.
En dan, de Minister van Waterstaat
kan heel goed zeggen, dat ook de land-
bouwersverzekeriüg in zjjn plan ligt, maar
wanneer zjjn broos ministerieel leven nu
eens wordt afgesneden vóór hij zjjn plan
heeft verwezenljjkt, wat hebben dan de
landbouwers aan zijn goede voornemens?
Het is dan ook te bejammeren, dat de
Kamer heeft gezwicht voor de bedreiging
van den Minister, dat hjj zjjn wet zou
intrekken, wanneer amendementen werden
aangenomen, die naar zjjn oordeel niet
met het stelsel der wet zjjn te rijmen, of
waarvan hjj niet weet of ze er wel in
passen. Daardoor toont de meerderheid,
dat zjj zich te zwak gevoelt om de Re
geering te dwingen een onherstelbare leem
te in de wet aan te vullen en dat zij zich
liever vergenoegt met eene slechte wet
dan het gevaar te loopen, dat de Minister
rijn ontwerp terugneemt.
In een opzicht zjjn de liberalen den land
bouw gunstig gezind, ul. wanneer zjj daar
door hun troetelkind, het onderwijs, kun
nen bevorderen. Men leest dagelijks in de
bladen berichten omtrent landbouwscho
len en -cursussen en deze tak van on-
derwjjs heeft ook reeds eene kolossale uit
breiding gekregen. Dit zon natuurljjk geen
afkeuring verdienen, indien daarmede ge
lijken tred hield de toeneming van den
bloei van den landbouw zelf. Doch dit is
niet het geval. En wat bsat het nu, wan
neer de boerenknechts een wetenschappe-
ljjken cursus hebben gevolgd over een ol
ander onderdeel van het landbouwbedrijf,
maar hun ontbreekt de gelegenheid om
die kennis toe te passen en productief te
maken? Als het op denzelfden voet als
de jongste jaren voortgaat, dan krijgen wjj
allengs een geleerd laodbouw-proletariaat,
maar de landbouw zelf gaat te gronde-
De liberalen beweren, dat de landbouw
wel weer zal gaan bloeien, indien de land-
„Dat doe je ook zeker niet,// hernam Hugo
ius:ig //liever als je er zelf ep, al is het ook
e»n oud gezicht dat je treft.//
D.:ze alag waa raak geweestgetroffen zweeg
Thereaa eene poos, dan opnieuw in toorn ont
stekend „Al is tante Regina ook oud, dat
geeft haar toch het recht niet mjj te beschimpen.
//'t Is onvergeefljjk van oom Dagobert, dat
hjj haar dat niet aan het verstand brengt. Zjj
is en bljjft eene boerenmeid, als zoodanig zil
ik haar in 't vervolg behandelen.#
//Zjj was dat, nu is zjj barones van Sonneck.»
//Eene nette barones,// zei Therese, bjj wie
de lachlust weer doorbrak.//Herinner je hoe..
//Stil 1 stil 1# onderbrak Hugo haar. //Oom
Dagobert zal en moet voor zjjne vrouw in de
bres springen, gjj moet noodzakelijk aan 't
korte eind trekken. Toen hjj baar geld aannam,
heeft bjj ook den plicht op zich genomen, haar
eene eervolle positie te verz. keren. En wjj Son-
ntcks, die ons verheugen dat ons stamhuis weer
tot aanzien komt, mogen niet vergeten dat 't
het geld der boerin was, dat het voor ver
val heeft behoed.#
//Liever wilde ik, dat alle Sonnecks bedelend
omdwaalden," riep Therese, //dan dat zjj zulke
hulp hebben aangenomen. Ik heb overigens
niet dezelfde reden als jjj om mjj over den
nieuwen bloei der Sonnecks te verheugen
Hugo's gelaat verduisterde //Wanneer je mjj
van persoonljjke beweegredenen verdenk', waar
ik je tot deferentie j»geni eene oude vrouw
aanspoor, is 't beter, dat we 't gesprek sta
ken#, zei hjj geraakt' terwjjl hjj opstond om
verder te gaan.
bouwers beter bekend worden met de
nieuwste uitvindingen en ontdekkingen op
hun gebied, doch wij keeren de redenee
ring om en zeggen indien de liberalen
den landbouw hadden gesteund door ver
standige maatregelen die aan het land
niets kosteD, dan zou hij thaos ongetwij
feld in beter omstandigheden verkeeren
en zouden de landbouwers meer profijt kun
nen trekken van nieuwigheden dan op het
oogenblik.
Wij bljjven het dan ook betreuren, dat
de in behandeling zijnde Ongevallenwet
eene nieuwe onbilljjkbeid in het leveD roept
ten opzichte van de landbouwende bevol
king. De Regeering draagt hiervan de
schuld, eene schuld die te grooter is, om
dat de Kamer heeft getracht de begane
onrechtvaardigheid te herstellen.
Een oogenblik dachten wij bij het zoe
ken naar de redenen die de Regeering
kon hebben om de landbouwers uit te slui
ten van de ongevallen-verzekering, dat zij
misschien aldus handelde uit vrees voor de
werklieden in de andere bedrjjven, terwjjl
zij van den kalmen landbouwersstand geen
tegenstand zou ondervinden. Maar die ge
dachte lieten wjj weder varen, omdat zij
minder eervol voor dit Kabinet was. Doch
dan bljjft voor ons slechts een motief over,
dat het standpunt der Begeering begrjjpe-
Ijjk maakt, en dat is de mindere sy apa
thie voor den landbouw. Wjj bljjven daar
om bjj hetgeen wjj in den aanhef van dit
artikel zeidenDe liberale Regeeringen
hebben haar troetelkinderen en haar stief
kinderen. Worden de eersten bedorven, de
laatsten hebben een hard lot en loopen
gevaar te sterven vóór zjj tot vollen was
dom zjjn gekomen.
Engeland.
Volgens een bericht van den Onder
koning van Britsch-Indië staat het met
den winteroogst, wegens de buitengewoae
droogte, zeer slecht en staan ellende en
hongersnood voor de dear.
Van het door brand verongelukte
schip ePatiia* zjjn de 150 passagiers en
de bemanning bestaande uit 118 koppen
gered en te Dover aan wal gebracht.
Op verzoek van den Amerikaanschen
consul aldaar werden de schipbreukelin
gen door een slespboot van den haven
dienst afgehaald. Het was middernacht
toen zjj het havenhoofd te Dover bereik
ten. Onder de geredden waren 24 dames,
en 26 kinderen, waarbjj 6 zuigelingen
de arme schepsels waren voor 't meeren-
deel slechts in dekens gewikkeld. Ook wa
ren er verscheiden Amerikaaosche plei-
zierreizigers onder die naar hun vader
land terugkeerden. Zij werden in de hotels
Zjj greep hem bjj den arm en trok hem op
zjjn plaat.» terug: //Neen 1 neen! neen! Bljjf
bierJe bent de eenige, tegen wien ik mjj
uiten kan, en mjj uiten dat doet me zoo goed
Vt'ie nooit alleen heeft gestaan, begrjjpt dat
niet. De halve toorn verdwjjnt, wanneer men
een» flink kan laten spreken.
„Ach, Hugo, ik ben wrevelig wjjl ik on-
gelukk g ben, en word immer ongelukkiger,
wjjl ik wreveliger word.
#Ik ben als de slang, die zich in den staart
bjjt 1# Zjj lachte pjjnljjk.
Arme Thesesel# zei Hugo, door oprecht
medeljjden bewogen. //Ik wou dat men je hel
pen kon.#
„Men kaD het. Neem me mee naar ja moe
der. Je zult zien, daar word ik een engel
hier het tegendeel
Hjj dacht na; een tjjdeljjke scheiding van
tante en Malwine kon niet anders dan heilzaam
werken; dat zjjne moeder, die altjjd tot wer
ken van naastenliefde bereid was, Th erese voor
een tjjdje zou willen opnemen, daaraan twjj-
fr'de hjj geen oogenblik, en zoo aan iemand
zou het zeker haar gelukken, deze weertpsn-
ning te temmen. Daarentegen was het bjj haar
talrjjk^ gezin onmogeljjk, zjj i moeder anders
dan voor een tjjd dien last op te leggen, ter-
wjjl het ook niet aanging, oom te krenken,
door het meisjs geheel aan zjjn hoede te ont
trekken.
//Je weet niet wat je zegt, verwend kind,//
zeide hjj om haar te ontnuchteren. „In onze
bescheiden huishouding zoudt u raar staan te
kjjken. Mjjne zusters moeten flink aanpakken
en naar het Zeemanshuis onder dak ge
bracht.
Het vuur heeft het grootste gedeelte
vau de bagage der passagiers vernield.
Engelsch knoeiwerk.
Het is wel treurig, dat de Engelschen, die de
telegraaf tot het overbrengen van berichtsn over
den st-jjd in Zuid-Afrika geheel in hun macht
houden om den waren toestand te verzwjjgen,
Europa met lengenbenchten overstelpen.
De Engelschen vertellen precies wat ze wil
len, heeft het Britsche volk een opwekking noo-
dig dan behalen ze een overwinning en ma
ken van een schermutseling een veldslag waarin
de Boeren slaag kregen. Over wat in ds om
streken van Golenso plaats heeft hebben de
Britten het al te erg gemaakt, daar zjjn de
Boeren te dikwjjls verslagen en hebben t» veel
verkenningstreinen gereden, zoodat de Britten
eindeljjk moesten erkennendat de Boeren er
de baas zjjn gebleven en hun gepantserde trein
met een groot aantal levende Engelschen heb
ben buit gemaakt.
De Engelschen durven in hun land het verloop
van den strjjd niet vermelden en te Londen zelfs,
welke stad toch in rechtstreekache telegrafische
verbinding met het oorlogsterrein staat, laat men
de menschen onwetend. De Londensche nieuws
bladen geven slechts opgewarmde kostverha
len van allerlei aard, die hel publiek al vau
buiten kent.
Daar velen belang er bjj hebben te weten boe
het er daar ginds aan toe gaat met familie
leden en bekenden, wordt het hoog tjjd, dat een
internationaal-protest aan de Engelsehe Begee-
ring wordt gezonden over haar tyranniek en
willekeurig optreden.
België.
Te Antwerpen heersebt eene onaange
name stemming in den diamant-handel,
doordat nn weer opnieuw twee firma's haar
betaliugen hebben gestaakt.
Men weet nog niet juist, hoe hoog de
passiva zjjn, doch het is zeker, dat de Ant-
werpsche markt zwaar beproefd wordt en
dat gevreesd wordt, dat binnen veertien
dagen verschillende stakingen van beta
ling aldaar zullen worden bekend gemaakt.
Woensdag-ochtend zag men door de
stad groote troepen werklieden trekken,
die zonder werk warenmen schat hnn
getal reeds op 2500; de geheele voorraad
diamanten is nitgeput.
frankrijk.
In de Fransche Kamer van Afgevaar
digden heeft abbé Gayracdde kerke
lijke vereenigingen verdedigd tegenover de
laaghartige praktjjken der vrijmetselarij,
om deze vereenigingen het recht van be
staan te ontzeggen.
De overste G u 6 r i n viel den minister
vau oorlog, generaal G a 11 i f e t aan ter
zake van diens optreden tegen generaal
De Négrier. Gallifet werd boos
en zei«zoo gjj wilt, ben ik bereid rnjjn
portefeuille aan DeNégrierafte staan.»
Hjj verliet de tribune, zeggende, dat hjj
nu genoeg geantwoord heeft. Van de lin
kerzijde werd de Minister toegej aicht. maar
de nationalisten jouwden hem uit.
De minister-pre8identWa 1 deck-Roui-
s e a u verdedigde de Regeering en haar
zjj doen veel, wst jjj beneden je wasrdigheid
vinden zondt
„Onzin 1» onderbrak zjj Hugo. #Wat mjjns
geljjken doen, speel ik ook klaar; in een rjjk
huis kamenier te spelen, dat kan ik echter
niet.#
«Daar heb je wel een beetje geljjk in. Laten
wjj daarom een overeenkomst sluiten, dat je
mjjne moeder komt bezoeken, gjj belooft me
echter hier geduld te oefenen. Wanneer je hiei
terugkeert, zal Moosburg je wel in veel schoo
ner licht verachjjsen van het eenvoudig hnisjs
mjjner moeder en dat nietige landstadje heb
je in acht dagen genoeg.#
„Dan ken je me alecht. Je wilt niet begrij
pen, dat ik me niet kan thuis gevoelen daar
waar geen menachenziel me liefheeft.#
„Weer 't oude lied riep Hugo ongeduldig.
„Zou oom Dagobert je wel hebben opgenomen,
wanneer je hem niet lief waart?
„Evengoed als je andere bloedverwanten v
hjj je hebben kannen ignoreeren.#
„Hoe hoffeljjk van jet# antwoordde
«maar ik geloof je tocb nietmjj is deze liefde
ran oom tot beden verborgen gebleven
Hjj trek de schouder» op. „Bljjft dan maa
eigenzinnig bjj je meening. Ia jou belang kan
ik je echter maar altjjd raden je leed zoo ge
duldig mogeljjk te dragen. Je zult zien, met
een beetje goeden wil zal 't wel gaan.#
„Em luitenant die preekt!# lachte zjj met
vochtige, glinsterende oogen. „Hoe goed gaat
dat 1 Ik wil dan ook naar je lnisteren.#
Vervolg in het Tweede Blad.)
MRM
ABONNEMENTSPRIJS
.iTTMAUNXJENDRi
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
AGITE MA NON AGITATE.
17