NIEUWE QagBlaó voor dfiooró* De afgunst. No. 4343. Dinsdag 21 November 1899, 24ste Jaargang. BUITENLAND. 7'/» Duitschland. g Frankrijk. Oostenrijk-Hongarije. MARUHSCHECOI ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem ƒ1,1* Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenland«2,80 Afzonderlgke nummers. «0.03 Dit blad verschijnt dagelijfo, behalve Zon- en Feestdagen. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. PRIJS DBa ADVERTENTIE!*. Van 16 regels50 Cent Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimtes Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant ACUTE MA WOW AGTTATE. 4«» Redacteur-Uitgever, W. KAPPERS. Dit verschrikkelijk kwaad kwam reeds in het begin der tjjden in den mensch. Door een helschen njjd gedreven bekoor de satan onze eerste ouders in het Paradjjs om zich aan Gods verbod niet te onder werpen. Caïn en Abel, toen zonen van Adam, brachteu den Heer een offer. God zag met welgevallen neder op het offer van Abel, niet op dat van Caïn. Deze werd afgunstig op zijn broeder. Door den njjd vervoerd, sloeg hp zjjnen broeder dood, een schouwspel dat hemel en aarde nog nooit had gezien, het was een slachtoffer der afgunst. Een slachtoffer der afgunst, was ook de eerste broeder, die door zijne broeders als slaaf verkocht werd. Joseph, Jacobs zoon, werd door zjjn vader op eene bijzondere wijze bemind, en kreeg een schoon kleed ten ge schenke. Dit ontvlamde de nijd van zjjne broeders. Het snoode plan werd gesmeed, zij zouden zich op hem wreken. Voor een Bpotprijs werd hij door zjjne afgunstige broeders aan vreemde kooplieden overge leverd en naar Egypte als slaaf gevoerd. Waartoe kan de afgunst den mensch niet brengen Zjj verblindt hem de oogen, en in zjjn dolle razernjj deinst de afgunstige voor geen gruwel terug. Dit wordt bevestigd door de handelwjjze der hovelingen van Darius, Koning der Meden. Ziende dat de profeet Daniël de gunst des Konings verworven had, brandden zij van nijd en gunden zich geene rust, totdat hp in een leeuwenkuil geworpen was. Wat een vreeseljjk schouwspel had er niet plaats bij de geboorte van het godde lijk Kind in Bethlehem's stal Hoevele onschuldige kinderen werden toen wreed aardig om het leven gebracht Allen waren het slachtoffer van een af- gunstigen Herodes. Al zijn de vorsten der aarde zoo hoog boven anderen verheven, toch zien wjj, dat zij zich niet altjjd bo ven afgunstige gedachten verheffen, en laten zjj zich door den njjd vervoeren, dan zjjn FEUILLETON. DE ERFGENAAM. 19 Vervolg „Mr. Forsythhernam Hugo. «Weet dan iemand, waar deze door rijn avontuurlijk leven is terechtgekomen f» //Met maar een beetje goeden wil kan 't toch niet onmogelijk zjjn dit te weten te komen.// ,/roch kan ik u slechts raden deze gedachten uit het hoofd te verbannen, waarde juffrouw I Oom Dagobert zal 't nooit invallen, nasporin gen te doen naar Mr. Forsyth. Troost er n mee, dat 't bjj slot van rekeniDg 't zelfde is, ofGötz in Australië dan wel hier rust .Niet allen is dat onverschillig», antwoordde zjj, bitter gestemd. //Begrijpt u dan absoluut niet, dat er een soort rehabilitatie in gelegen ware, als men hem hierheen bracht, eene erkenning dat men hem te scherp beoordeeld heeft. «Overigens, hoe u er ook over moogt den ken, ik zal niets onbeproefd laten, om zjjn wensch die mjj is toevertrouwd,tot vervulling te brengeü.» //Een echt boerenmeisje, dat altijd nog op 't reeds honderdmaal weerlegde thema terugkomt», dacht Hngo niet zonder wrevel. //Dat kan u niemand verhinderen, waarde juffrouw,// was zjjn koel antwoord. Hij ging toen naar de Bé- ziquespelers toe, waar hij door Therese zeer welkom werd geheeten, die voor een moeieljjken «et zjjn raad noodig had. de slachtoffers talrijker, naarmate zij mach tig zjjn. Zijn onderdanen soms het mik punt van een afgunstigen koning, ook een Koning, en wel de Koning der koningen, was eenmaal het mikpunt der nijdige joden, niet zoozeer van het gewone joodsche volk als wel van den Hoogepriester en de leden van den hoogen joodschen Raad. Dezen vooral konden niet dulden, dat Jezus zoo gezien en geëerd was bij het volk. Een vreeseljjke nijd verteerde hen dermate, dat zij zich dag noch nacht rust gunden, tot dat zjj Hem hadden zien sterven, en wel den dood des kruises, opdat Hij vergeten en zijn naam zelfs niet meer zou genoemd worden. Ziedaar de vreeseljjke en ijzing wekkende gevolgen van de afgunst. Onze eerste ouders werden door de af gunst uit het Paradjjs verbannen, de aarde werd met bloed gedrenkt, tallooze moeders in droefheid gedompeld, een profeet van God voor de leeuwen geworpen en een Godmensch geslagen aan het kruis. De H. Cyrilles vau Alexandrië had wel geljjk» toen hp zeide «de afgunst eindigt dikwijls met een moord.» De afgunst is de dochter der hoovaar- dij. De menschen zjjn nijdig op elkander en afgunstig. Eenigen zijn afgunstig op hen die rijk zjjn, anderen op hen, die met een verheven bediening, weer anderen op hen die meer geëerd zijn. Er zjjn er die zich bedroeven over het geluk van anderen, die zich ver heugen over iemands ongeluk, maar de ge vaarlijkste en leelpkste menschen zjjn zij die den voorspoed en het geluk van een an der tegenwerken of hem kwaad berokke nen. Deze menschen zjjn vau de gevaar- ljjkste soort, zij zjjn niet alleen afgunste- lingen, maar onthouden eens anders ver diensten en verbitteren het leven van hun slachtoffer op eene wreedaardige manier. De kracht, die in een ander zit, bedroeft zulke ellendelingen, de fortuin van ande ren grieft hen, de voorspoed verbittert hen, het welslagen van hun evenmensch Bij den volgenden dagersad zou hij vertrek ken en zoo werd reeda des avonds afscheid ge nomen. Het deed hem goed, in de harteljjke woorden, die zijn oom voor hem vond, 't be- wjjs te vinden, dat deze in hem niet laDger meer den lastigen opvolger zag, maar hem veel eer als een welkomen steun beschouwde. The- rese stak hem beide handen toe en fluisterde met onvaste stem, //dat zjj zeker woord zou houden.// Hugo lachte over hare ontroering hjj was aan de pathetitche afscheidsstsmming zijner zusters gewoon en dacht bij zich zeiven hoe eigenaardig het toch was, dat jonge meisjes bjj de geringste oorzaak door sentimcnteele gevoe lens werden aangegrepen. Hjj kon niet veron derstellen, dat den volgenden morgen, toen hjj de poort uitreed, twee bruine oogen hem na- blikten en een treurig stemmetje fluisterde: «Nu wordt het hier eerst recht eeDzaam. Hjj is toch lief al bekijft hjj mjj ook altijd.» VII. //Zoo heb ik dan de eer den toekomstigen heerscher van Moosberg, erfheer van Waldsassen, Haselbach en Dornberg, voor mjj te zien 1// zei Bobert, terwijl hjj om zjjn terugkeerenden broe der heenliep. «Eene rjjke, machtige, hoog-aan- zienljjke persoonlijkheid.// «Zoo hoog-aanzienljjk//, lachte Hugo, «dat reeds in Moosburg zonen van Aiiron mjj in devote brieven hunne geldkast ter beschikking stelden maar desniettemin een arme duivel als vroeger.// //O, de grootmogeade heer sohjjnt geen open is den nijdigaard een gruwel, overvloed maakt zoo'n mensch magerde gezond heid maakt hem ziek en het leven veroor zaakt den npdigaard den dood. De afgunst doet den mensch werkzaam zijn om zijn evenmensch in de achting van anderen te doen da'en, de afgunstige ont kent soms wat waar is, bevestigt wat (on waar is. De afgunstigen weigeren nu eens geloof te slaan aan het goede, dat van an deren verteld wordt, dan weder, indien ze het niet kunnen ontkennen, leggen zij het ten slechtste uit. Vertelt men hun iets slechts van overigens deugdzame personenal is het ook in strijd met de waarheid dan gelooven zp het aanstonds, en vertellen het verder alsof zij er getuigen van waren ge weest, zij worden zelfs boos op al degenen, die de deugd des naasten in bescherming nemen. Zij veronderstellen hen, op wie zij afgunstig zjjn plichtig aan alle kwaad worden bedroefd, wanneer zij anderen zien slagen in hun werken en juichen, wanneer ze iets verkeerds doen. Dan ja dan hebben ze iets gevonden wat hun vuil en bedorven hart streelend aandoet. Liegen en lasteren zjjn de wapens van den afgunstige. Er zjjn personen, wien men nooit eenig kwaad zelfs vaak veel goed gedaan heeft, en die toch tegenover ons vjj- andig gestemd zjju, daarom alleen, omdat wjj tot eene meer verheven bediening wor den benoemd, of bjj onze overheid gunstig staan aangeschreven. Met zulke wangunstige gedachten plaagt de Satan niet zelden ook vrome personen. Het gebeurde eens, dat een slecht mensch den H. Paphnutius wilde belagen. Om hem in hunne achting te doen dalenverborg bjj zijn boek in de cel vau den heilige. Inmiddels deed bjj bjj den abt van het kloos ter zjjn beklag, alsof iemand zjjn boek ge stolen had. De abt deed een onderz ek, en het boek werd bij Paphnutius gevonden op de plaats waar de afgunstige het had neergelegd. Maar het bedrog kwam uit, en hand te bezitten en wil zjjnen dienaar en broe der kort aftchepen. Ik ken dathoe rjjker, hoe gieriger. Dat voorspellen mjj alle kameraden, wanneer ze over u en uwe rjjkdommen spreken." «Wees zoo goed en houd je bek,// mompelde Hugo «maak me niet belaclieljjk bjj je kame raden door pocherjj over mjjn vermeenden rjjk- dom. Geljjk ik u reeds gezegd heb zooals ik vertrok ben ik ook teruggekomen.' «Nooit had ik zoo iets mogeljjk geacht//, viel Marie heftig uit. //Het is mjj onbegrjjpeljjk, dat oom Dagobert zoo krenterig zjjn kan u niet een passende toelage te geven.// Ik heb zjjn daarop betrekking hebbeod aan bod van de hand gewezen', zei Hugo, dubbel trotsch zjjn onafhankeljjkheidszin bewezen te hebben, toen hjj den verontrustenden blik zjjaer zuster ontmoette nooit immers komt men zich- zelven verhevener voor, dan wanneer men zich van de zwakheden en gebreken van anderen vrjj gevoelt. De indruk dezer woorden was buitengewoon. Wel zei de moeder niets, de zusters echter hie ven lnide jammerkreten aan, de stem van Marie klonk daar bjj boven allen uit. «O weezuchtte Eobert. «Vaarwel, mjjn schoone droomen van ritten op je paarden, van extra-pleiziertjes op jou kosten.» //Traume sind Schanme», lieve jongen. Matig je tro:8 en wees, evenals ik, tevreden met 't geen ja hebt." //Hoeveel wilde oom Dagobert je dan geven P» liet zich de practische Marie hooren. «Geen vaste som, alleen naar luim en braaf oppassen. Daarom vond ik het beter, van zjjne Paphnutius steeg nog meer in achting. De abt had de zaken onderzochtmaar wat wordt thans onderzocht Heeft een eerljjk en braaf mensch soms vjjanden dan zijn het meestal afgunstige personen en zij zjjn mede schuldig die aan den laster en de verdachtmaking geloof slaan. De afgunst bezorgt den mensch de meeste vjjanden. Zaterdag-morgen te 9 uur is het keizer lijk jacht de tHohemollern» met den Kei zer en de Keizerin en de beide Prinsen aan boord van ait Kiel naar Engeland ver trokken. Het standbeeld van den grooten Fransch- man wjjlen Ferdinand De Lessepsis te Port-Said met groote plechtigheid ont huld. De Khedive, prins Aren berg, het lid der academie Meiehor Vogae en Charles De Lesseps, voerden daarbjj het woord. Ruim vjjfduizend personen waren bjj de plechtigheid tegenwoordig. De aartshertogin S t e f a n i e vaD Oos tenrijk heeft op aandringen van haar rader koning Leopold van Belgiëna voor goed afgezien van haar huweljjk met den Hongaarschen graaf. Duitsche bladen weer spreken dit nieuws van de Figaroen hou den vol, dat het huweljjk in 't eind dezer maand zal worden voltrokken. Het dagbladzegel is in Oostenrjjk af geschaft. De betoogingen tegen Joden en Duit- schers duren in Boheme en Moravië nog steeds voort, en de Czechen big ven hoogzt verbolgen tegen het kabinet-C 1 a r y, dat zij uitmaken voor Duitschgezind. De ge meenteraad van Weisskirch heeft zelfs een telegram aan graaf Clary gezonden, dat hij zjjn ontslag moest indienen en dat an ders de gemeente geen belasting meer in de schatkist zou storten. Aan de Czechische hoogeschool te Praag hebben de studenten professor M a- grootmoedi^heid gem gebruik te mtken,» ant woordde Hugo niet zonder een gevoel van eigen waarde. «Welke aanstellerjj 1" riep Marie. //Hebt n 't gehoord mama «Zeker heb ik het gehoord «En u geeft mjj natnnrljjk geljjk zoo richtte zich Hugo tot zijne moeder. «Als ooms wjjze van spreken krenkend was zeker. Geschiedde 't slechts om zich in eigen oogen deftig te houden» zjj schudde lachend het hoofd. Uwe afkeuring, moeder, had ik niet verwacht,» antwoordde Hugo, allergevoeligst getroffen. «In- tusschen vermag zelfs dis afkeuring mjj niet te schokken in de overtuiging.dat ik goed handelde.» Die was tronwens altjjd vast, dat wist zjjne moeder welvergoelijkend en het zwak des zoom verschoonend antwoordde zjj zacht «Daar ik bij jouw gesprek niet aanwezig was, veroorloof ik me niet, een oordeel te vellen. Mjjn oudste zoon is zeker in staat zelf een be sluit te nemendat je den ouden man niet beleedigde, daarvoor is mjj je goed hart een waarborg.» «Oom beleedigd Neen moeder. Hjj was in stilte bi jj, zjjn geld te kunnen honden." «En een zoo deftig nitgevallen neef te heb ben,» spotte Bobert. «Ale je moeder maar om raad had gevraagd, zou er wel wat verstandigs uitgekomen zjjn. Doch neen, de grootmogende heer volgt steeds zjjn eigen hoofd. Ik ben nog eens benieuwd hoe je 't znlt aanleggen als je huwt.» f Worcl vervolg f)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1899 | | pagina 1